PZC Welhaast gebukt onder een loden last van licht en lucht Nieuw museum voor hedendaagse kunst in Luxemburg Redactie bijlagen: 0113-315680 wtvw-pcc.nl E-trteiiiredactie@pzc.nl Postbus 31,4460 AA Goes «ÏÏSMidden-zèelartd: 0113-315520: Sws-Vlaanderen: 0114-372770: Sonaal: 020-4562500. woensdag 9 augustus 2006 Mannelijke trots krijgt flink deuken Grote zaal met werk van Gaylen Gerber. foto's Rémi Villaggi eenderde worden gebruikt als tentoonstellingsruimte. De rest verdwijnt onbenut hemelwaarts of gaat bijvoorbeeld op aan weidse, haast majesteitelijke wenteltrappen. Het is de megalo manie van madame Mudam, die wil imponeren, overdonderen, wat haar overigens bepaald niet slecht afgaat. Maar tegelijkertijd zet zij, in een pronkerige hang naar presti ge en pretentie, haar die zij zou moeten dienen in de schaduw: de hedendaagse kunst. Het ge bouw zelf is de voornaamste at tractie geworden. De openingstentoonstelling, El dorado genoemd, maakt duide lijk dat nogal wat van de onge veer zestig bijdragende kunste naars nauwelijks opgewassen zijn tegen de architectuur, laat staan in staat zijn Mudam te ver overen. De bovenverdieping is bijvoorbeeld grotendeels gewijd aan de Amerikaan Gaylen Ger ber, maar het werk slaat groten deels dood in de eindeloze ruim te, waardoor de bezoeker er zich vooral verloren voelt. Niettemin zijn er ook volop ge slaagde bijdragen te noemen. Pi- pilotti Rist uit Zwitserland maakte bijvoorbeeld een intrige rende installatie met diverse pro jecties, die de toeschouwer dwin gen zijn positie te bepalen in de ruimte. Nari Ward, geboren in Jamaica, overtuigt in het zeshoe kige paviljoen op de begane grond met het werk Geography: Bottle Messenger, een waterval van flessen die uit het grote dak raam lijkt te komen, wat een bij zonder effect sorteert. In veel flessen zit een brief, met een on duidelijke inhoud, als een moge lijke opeenstapeling van onge hoorde berichten van een schip breukeling. Creatief Bijna ludiek is het werk van de Sloveense kunstenaar Tobias Pu- rith, gemaakt in samenwerking met Sancho Silva uit Portugal. Zij ontwikkelden een modulair systeem waarmee bijvoorbeeld meubels kunnen worden ge bouwd, maar die ook allerlei an dere vormen kunnen aannemen. Bezoekers van de Studio op de begane grond worden aangemoe digd er zelf mee te experimente ren. Creatief met kunst. De wanden van dezelfde ruimte zijn letterlijk behangen met een ontwerp van Claude Closky, waarin een plattegrond van een appartement volgens strikte pa tronen wordt herhaald, tot een architectonisch labyrint ont staat. Het mooiste werk van Eldorado komt van de Belgische kunste naar Wim Delvoye. Hij bouwde in een van de kleinere ruimtes een gotische kapel van metaal, met glas-in-loodramen. Daarop zijn verontrustende afbeeldin gen te zien, bijvoorbeeld van kussende mensen, zowel in 'nor male' vorm als in röntgenva- riant. Het beeld van liefkozende skelet ten is vervreemdend, net zoals het rondwandelen in de donkere quasi-religieuze omgeving, die de helwitte Mudam-hemel tijde lijk volledig aan het zicht ont trekt. De herwonnen menselijke maat voelt als een weldaad. De kunst heeft, zij het voor even, weer de overhand. Rolf Bosboom Expositie: 'Eldorado', in Musée d'Art Moderne Grand-Due Jean, Park Driii Eechelen, Luxemburg. Ge opend: dagelijks van 11.00 tot 18.00 uur, woensdag tot 20.00 uur, dinsdag gesloten. Voor meer informatie: zie www.mudam.lu. The Fun of the Past (2006), werk van Vincent Beaurin. e timing lijkt voorbeeldig. Enkele maanden voordat zij zich een jaar lang Culturele Hoofdstad van Euro- I pa mag noemen, opent Luxemburg een impo- j sant museum voor hedendaagse kunst. Dat is I echter vooral toeval. Aan de totstandkoming I ging een strijd van vijftien jaar vooraf .«Het museum hoopt nu het verleden achter zich te laten en zich te concentreren op de artistieke inhoud. Het zal ijdele hoop zijn. Daarvoor is Bet gebouw zelf te pretentieus, te dwingend, te controversieel. De megalomanie van mada me Mudam. Op de kaart lijkt het, vanuit het zo welgevallige oude centrum van Luxemburg, een bescheiden wandeling. Langs de vermaarde Bock-kazematten, onder de spoorbrug met zijn ve le bogen door en je loopt er zo naartoe. Zou je denken. Beweg wijzering naar het nieuwe mu seum ontbreekt nog groten deels, uitputtende hoogtever schillen moeten worden over brugd en uiteindelijk belandt de doler - de vertwijfeling nabij - in een onheilspellend bos. In eens, aan het eind van een nog onverharde toegangsweg, staat daar, als een fata morgana in de woestijn, Het Museum. Die woestijn heet in dit geval Kirchberg, het stadsdeel waar het zand is vervangen door be ton, maar dat verder wel dezelf de dorre, weinig inspirerende uitstraling heeft. Het is vooral het domein van veel Europese instellingen, maar rond Place de l'Europe wordt ook volop ge werkt aan een culturele ziel. Het eerste resultaat werd vorig jaar geopend: de Philharmonie Luxembourg, een machtige, markante concertzaal, cirkelge- wijs geschraagd door 823 slanke zuilen. Het complex, een ont werp van de Franse architect Christian de Portzamparc, heeft bijna 108 miljoen euro gekost. Pakweg tweehonderd meter ver derop staat het vorige maand of ficieel geopende Musée d'Art Moderne Grand-Due Jean, door gaans kortweg Mudam ge noemd. De baliemedewerkster beaamt, op inmiddels gelaten toon, dat het museum zich door velen niet eenvoudig laat vin den, uit welke richting men ook komt. Het is, zegt ze, vooral een kwestie van betere bewegwijze ring. En van tijd. Haar woorden ontsnappen deels aan de aandacht, want alleen al de entree is een achtbaan voor de zintuigen. Het museum, het nieuwe paradepaard van de stad op iets meer dan drie uur rijden van Midden-Zeeland, is - Het museum is gebouwd op de resten van het voormalige fort Thüngen. hoe dan ook - overweldigend, duizelingwekkend bijna. Een moderne kathedraal van gra niet, kalksteen, hout en glas, véél glas, met hoge ruimtes, to rens en loopbruggen, in veelal bovenmenselijke dimensies. De bezoekers lijken, onder de dwin gelandij van de architectuur, welhaast gebukt te gaan onder een loden last van licht en lucht. De glazen dakconstructies doen onwillekeurig denken aan de pi ramide-ingang van het Louvre in Parijs. En warempel, hun geestelijk vader blijkt dezelfde te zijn: de Chinees-Amerikaanse architect Ieoh Ming Pei, die in middels de negentig nadert. De kiem voor Mudam werd al in de jaren tachtig gelegd. Onder aanvoering van de toenmalige premier van Luxemburg Jac ques Santer, de latere voorzitter van de Europese Commissie, groeide de ambitie om niet al leen een financieel en Europees hart van Europa te zijn, maar zich ook cultureel te profileren. Ieoh Ming Pei ontving al begin jaren negentig de opdracht een museum van internationale allu re te ontwerpen, een tempel voor contemporaine kunst. Als locatie koos hij voor het voormalige Fort Thüngen, in 1732 gebouwd als voornaam on derdeel van de verdedigingswer ken van de stad. Nadat Luxem burg tijdens het Congres van Londen in 1867 tot neutraal grondgebied was verklaard, wer den grote delen van de vesting afgebroken. De architect be sloot het museum op de omwal len van het oorspronkelijke fort te bouwen, waardoor het mu seum een wonderlijke synthese vormt met de relicten van de ver re historie. De burchtvormen in het com plex zijn, vooral van buitenaf gezien, onmiskenbaar, maar te gelijkertijd zijn de architectuur en het materiaalgebruik onte genzeggelijk eigentijds: strak, geometrisch, op het steriele af. En met als grootste contrast het royale gebruik van glas dat, af hankelijk van de weersomstan digheden, voor een weldaad dan- wel een overdaad aan licht zorgt. Al met al heeft het vijftien jaar geduurd voordat Mudam - on derdeel van een groot park dat nog in aanleg is: Park Drai Ee chelen - zijn deuren kon ope nen. Het kostte jaren voordat de geesten voldoende rijp waren voor een investering in een der gelijke mastodont van moderne kunst en ook het bouwproces, dat in 1999 begon, had te kam pen met tegenslagen. Nog altijd heerst in Luxemburg de twijfel of de stad er verstandig aan heeft gedaan, of de enorme in vestering van negentig miljoen euro gerechtvaardigd is en of de kunst er, uiteindelijk, wel mee is gediend. Die laatste vraag dringt zich bij een bezoek onvermijdelijk op. Het complex, in een soort V-vorm en tot 33 meter hoog, heeft een netto-oppervlakte van 10.000 vierkante meter en een volume van 72.000 kuub. Daar van kan naar schatting slechts Geography: Bottle Messenger (2002), werk van Nari Ward.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2006 | | pagina 19