Veel meer dan een kerk zonder God
In Auschwitz is een deel van mij gestorven
Ik heb hier mijn
plaats gevonden
25
Zestig jaar
Humanistisch
Verbond
-
Vergeten stemmen van de Holocaust
zaterdag 15 juli 2006
Abortus, euthanasie, gelijke
rechten voor homoseksue
len, niet-religieuze geestelijke bij
stand in gevangenis, ziekenhuis
of leger en de gelijkstelling van
levensbeschouwing en gods
dienst in de grondwet. Het Huma
nistisch Verbond, een clubje van
tienduizend leden, heeft in zestig
jaar zijn sporen verdiend.
Voorzitter Rein Zunderdorp vindt
het vanzelfsprekend dat zijn orga
nisatie bij luwte minder aantrekkings
kracht uitoefent en bij sociale turbu
lentie meer. „Het Humanistisch Ver
bond is net een zeilschip. Bij veel
maatschappelijke wind, vaart het het
beste."
„Rond 2000 begon het weer een beetje
na de windstilte van Paars. Na de aan
slagen van 11 september 2001 kwa
men de mensen weer in het geweer."
Het verbond, dit jaar zestig jaar oud,
telt zo'n 10.000 leden. Dat is veel te
weinig, vindt Zunderdorp. De organi
satie maakt deel uit van de Humanisti
sche Alliantie, die vijftig organisaties
verenigt waaronder Humanitas en Hi-
vos. Bij elkaar heeft de Alliantie
85.000 leden.
Zestig jaar geleden, de oorlog was net
achter de rug, bundelden humanisten
hun krachten om de rechten van de
buitenkerkelijken op te eisen. In de
van christendom doordrenkte samen
leving was de niet-religieuze mens
tweederangs. Daar moest een eind
aan komen. Vanaf het begin was er
sprake van eenheid in verscheiden
heid. Atheïsten en vrijzinnig religieu
zen, links en rechts uit het politieke
spectrum vonden elkaar ook in hun
streven de niet-religieuze mens te be
hoeden voor het nihilisme van het
type: daar heb ik geen bal mee te ma
ken. Het moest ook geen kerk worden
zonder God. Die diversiteit was mooi,
maar brak de organisatie soms op: de
kruisraketten spleten in de jaren tach
tig het verbond.
„Sinds 1983 noemt artikel één van de
grondwet naast de vrijheid van gods
dienst, de vrijheid van levensbeschou
wing, wat niet religieus bepaald is.
Vrouwen kunnen zelf besluiten tot
abortus en homo's en lesbiennes kun
nen net als hetero's trouwen en kinde
ren adopteren. Ook is er sindsdien
overheidsgeld voor humanistische bij
stand in gevangenissen en ziekenhui
zen." Rob Tielman, die van '77 tot '87
de voorzittershamer zwaaide, stelt
vast dat veel van de doelen die de op
richters van het verbond zich stelden
- politicus Jaap van Praag, dichter
Garmt Stuiveling en leraar Jan
Brandt Corstius - dichterbij zijn ge
bracht.
Het Humanistisch Verbond-maakte on
der zijn leiding een bloeiperiode door
en telde toen 16.000 leden. Ideaal is de
situatie nog niet, vindt Tielman, want
humanisten hebben nog steeds beperk
te zendtijd op radio en tv. Het stoort
hem behoorlijk-dat er naast de christe
lijke omroepen puur op basis van be
volkingscijfers ook al twee mos
lim-zendgemachtigden zijn.
Baby's
„Dat er in Nederland een miljoen mos
lims zijn, is aanvechtbaar", betoogt
hij. „Zelfs baby's worden meegeteld
en dat is strijdig met het zelfbeschik
kingsrecht van de mens. Dat geldt wat
ons betreft ook voor het dopen zonder
toestemming van de betrokkene."
Ronduit teleurgesteld is Tielman over
Jongeren tijdens een zomerkamp van de Humanistische Jongeren Gemeenschap in 1957.
wat er terecht is gekomen van de ge
lijkberechtiging van homoseksuelen:
„Scholen voeren een slappe knieën-be-
leid en stellen geen grenzen. Scholen
moeten veilig zijn voor iedereen en
zich niet laten terroriseren. Dat geldt
niet alleen voor homoseksuele leraren,
maar ook voor de 23.000 kinderen van
homo's en lesbiennes die het risico lo
pen dat hen het leven zuur wordt ge
maakt."
„Bij vuile rotjood grijpt de school in,
maar bij vuile homo niet. Acceptatie
van homo's heeft niet alleen met sek
sualiteit te maken", benadrukt hij,
„maar ook met diversiteit. Geen enke
le minderheidsgroep wil worden gedis
crimineerd en terecht." Tielman wil
dat nieuwkomers in de samenleving
zich schikken: „Een Brit die hier komt
wonen kan ook niet langer op de lin
kerhelft van de weg rijden. In de hele
Europese Unie is discriminatie van ho
mo's verboden, dan kun je geen uitzon
deringen accepteren. Ook niet van de
paiiementen in Polen of Letland."
Het stoort hem dat scholen weigeren
kinderen al in groep zeven en acht te
informeren over homoseksualiteit.
Dat zou veel effectiever zijn dan aan
het begin van het voortgezet onder
wijs, wanneer kinderen zelf volop pu
beren.
Gematigde moslims moeten het imago
van hun geloof niet door extremisten
laten kapen. „Moslims zijn onderling
Michèle van der Meulen (22) komt uit een gelovig, niet-kerkelijk milieu, va
der is katholiek en moeder protestant. „Ik kwam via een vriendin in con
tact met het Jong Humanistisch Verbond. Zij wist me te overtuigen: jij bent ook
humanist, jij hoort erbij. Zelf heb ik ook het gevoel dat ik een puzzelstukje ben
dat haar plaats heeft gevonden." Dat ze er haar nieuwe vriend heeft ontmoet is
daar niet vreemd aan, erkent ze.
„Twee, drie maanden geleden ben ik lid geworden omdat de onderwerpen en de
manier waarop erover gesproken wordt me aanspraken. Die gesprekken heb
ben meer diepgang en zijn filosofischer dan gesprekken in het dagelijks leven,
maar ik zit nog in de oriëntatiefase", lacht ze.
„We praten bijvoorbeeld over relaties of over hoe je met tegenslag omgaat. De
anderen zijn ook bezig met dat soort levensvragen." De vierdejaars studente cul
turele en maatschappelijke vorming voelt meer verwantschap met de mensen
die ze op gespreksgroepen en weekeinden tegenkomt dan met kennissen uit
haar geboorteplaats Middelburg.
Die kennissen zijn veelal van huis uit christelijk. „Die kijken heel anders tegen
de dingen aan dan ik en accepteren minder gemakkelijk zaken die anders zijn."
Van der Meulens moeder en oma reageerden juist heel enthousiast toen ze ver
telde dat ze zich bij het Humanistisch Verbond had aangesloten. „Ze zeiden dat
ze dat altijd wel hadden gedacht en vonden het heel goed."
Michèle van der Meiden maakt deel uit van een jongerengroep binnen het Humanistisch Verbond.
erg verdeeld." Ter illustratie wijst de
oud-voorzitter erop dat maar zes pro
cent van de moslimkinderen op een is-
lam-school zit. „Ik zeg vaak: je moet
je beter organiseren, dan krijg je meer
gedaan. Denk aan geestelijke bijstand
in leger, gevangenis en ziekenhuis.
Net als moslims hebben ook humanis
ten moeite zich te verenigen, toch is
dat nodig om adequaat te kunnen rea
geren op maatschappelijke gebeurte
nissen."
Pijnpunten
Islam en homoseksualiteit lijken el
kaar uit te sluiten, maar dat is schijn.
In de praktijk overlegt het Humanis
tisch Verbond veel met gematigde isla
mitische organisaties. Zunderdorp wil
de komende jaren de banden verster
ken en pijnpunten wegnemen. „Dat is
een speerpunt van beleid." Hij gaat er
van uit dat een betere opleiding de
kijk van moslims op omstreden kwes
ties beïnvloedt, zoals betere scholing
in de jaren zeventig ook de rol van de
kerken drastisch terugdrong: „We wil
len tegenstellingen niet op de spits
drijven, maar we houden de grenzen
scherp in de gaten. Als iemand zijn
mening wil opdringen staan humanis
ten onmiddellijk op de achterste be
nen. Wij zijn erg voor de vrijheid van
godsdienst, maar dat betekent dat je
er ook uit moet kunnen stappen." Zun
derdorp, in een vorig leven iPvdA-wet
houder in Groningen: „De Deense car
toons moeten kunnen. Gelovigen moe
ten zich niet te gauw beledigd voelen.
Je moet ook aanvoelen dat er radica
len zijn die ruimte nemen ten koste
van anderen. Dat kan niet."
Theo Haerkens
oelend op haar werk Vergeten stem-
menvan de Holocaust, zegt Lyn
Nith: „Soms zijn er boeken die je moet
lijven schrijven," De Britse onderzoekster
■aldertig jaar verbonden aan het Imperial
pMuseum in Londen, waar een van de
Zangrijkste oorlogsarchieven ter wereld
pst. lrthaar boek laat ze vooral overleven-
uit de nazikampen aan het woord die
uenlang zwegen. Beschadigde mensen die
Khinhun verdere leven boven zichzelf uit-
ynSmith heeft bewust voor deze aanpak
t „Ik ben niet belangrijk. Ik ben
de interviewer geweest.De Britse
>ahlector internationale betrekkingen
ffoonden aan de universiteit van Leiden,
'naar werk ontmoet ze veel overlevenden
lfj er na zoveel jaar nog nauwelijks over
praten. AI eind jaren zeventig ont-
kndbij haai- het idee om juist die verha-
tastbaar *e maken. Ze ziet het als haar
deze ervaringen niet in te laten halen
P°r de tijd. Of zoals de schrijver Milan
era het verwoordt: 'De strijd van de
tegen de macht is de strijd van
de herinnering tegen de vergetelheid'.
Smith: „Nog een extra stimulans om met
die verhalen aan de slag te gaan, is de
jeugd. Een groot deel van hen weet nauwe
lijks nog wat de holocaust is. Het boek be
staat ook alleen maar uit heel persoonlijke
impressies. Soms kort, soms lang."
'Mijn probleem met Auschwitz is dat een
deel van mij daar is gestorven. Je werd on
dermijnd door die verschrikkelijke stank,
24 uur per dag, uit ovens en schoorstenen;
die ziekmakende lucht. Ik kan het vandaag
de dag nog op mijn tong proeven...'
Haar boek stond in Groot-Brittannië al rap
na verschijning op nummer vijftien van de
bestsellerslijsten. Inmiddels is het ook in
Amerika, België en Spanje uitgegeven. En
nu dus in Nederland. Het land waar 'ieder
een' in het verzet heeft gezeten. En waar
van alles is gedaan om de mensen te red
den. Lyn Smith kent deze mythe die nog
steeds deels als een deken over de werkelijk
heid ligt.
Smith: „Het werd de Duitsers gemakkelijk
gemaakt om de joodse bevolking op trans
port te stellen. Met dank aan nogal wat ijve
rige Nederlandse ambtenaren en politie
agenten. Met als vals slotakkoord de ont
luisterende terugkomst van de overleven
den. Die nogal eens te horen kregen niet
echt welkom meer te zijn.
„Voor velen was de ellende na terugkeer uit
de kampen nog lang niet voorbij. Ze wer
den wéér weggestopt in kampen. Opvang
heette dat. Ja, zo ging het ook in Groot-Brit-
levingsdrang. De wil om het leven zo goed
mogelijk weer op te pakken, is bijna van de
pagina's te scheppen. Uit alle delen van Eu
ropa kwamen de mensen als bezitlozen in
Groot-Brittannië aan. Ze spraken de taal
niet en moesten vanaf de bodem van hun ei
gen diepe put omhoog zien te klimmen.
„De snelheid waarmee deze groep zich een
plek in de maatschappij heeft verworven is
ongelooflijk", zegt Lyn Smith vol bewonde-
tannië met mensen die dachten in mijn land
eindelijk een veilig onderkomen te vinden.
In die opvangkampen werden ze maar al te
vaak door Britse soldaten opnieuw bestolen
en ernstig mishandeld. Dat komt in het
boek aan de orde. Overal worden dat soort
episodes uit de geschiedenis diep wegge
stopt."
Haar interviews zijn doordesemd met over-
ring. „En helemaal als je kijkt wat voor po
sities velen vervolgens bekleden of hebben
bekleed. Onder de mensen die ik heb ont
moet, zitten opvallend veel kunstenaars, ar
tiesten, artsen en' zakenlieden. Sommigen
heb ik dagen moeten bepraten om ze zover
te krijgen dat ze mee wilden werken. Ik heb
meegemaakt dat iemand alleen zei: 'Dat
zijn vier slechte jaren in mijn leven ge
weest. Die jaren ben ik kwijtgeraakt. Daar
wil ik het bij laten.' Het gebeurde ook dat
ik na heel lang aandringen vervolgens vijf
tien uur achter elkaar iemand interviewde.
Dan was het alsof er een deksel van ze af
werd getrokken."
'Ik was met een vriendin op transport. Toen
we in onze barak aankwamen, vroeg zij de
vrouwen die er al zaten: 'Waar zijn mijn
ouders? Wanneer zie ik ze?' Die vrouwen be
gonnen te gieren van de lach. 'Stomme idio
te, die zijn zo langzamerhand al de schoor
steen door!' Wij dachten dat ze gek waren,
zij dachten dat wij gek waren.'
Haar boek laat één ding overduidelijk
zien. Er bestaat geen eenduidige overleven
de. Het zijn allemaal verschillende mensen
met hun eigen ervaringen. En hun eigen ma
nier van verwerken. Al die interviews ge
ven de lezer de mogelijkheid om kriskras
door het boek te zappen. Je 'hoort' hun
stemmen. Ieder met een eigen verhaal. Zon
der opsmuk, zonder lintjes. Hier zijn geen
slachtoffers aan het woord, maar overleven
den.
De vraag is of haar blik op de mensheid is
veranderd na jaren met dit onderwerp be
zig te zijn geweest. Lyn Smith: „Mijn geloof
in de mensheid is juist sterker geworden. Ik
ben bij deze mensen zoveel liefde en warm
te tegen gekomen. En sinds ik met dit pro
ject bezig ben, klaag ik niet zo snel. Soms
als ik me niet lekker voel, denk ik aan deze
mensen. Dan gaat het meteen een stuk be
ter met me."
Inmiddels is er ook een cd verschenen waar
op de interviews zijn te horen. Ingesproken
door Andrew Sachs. Lyn Smith: „Voor de
genen die het niet weten wie dat is: de
Spaanse ober Manuel uit Fawlty Towers.
Hij doet het fantastisch. Die man heeft een
prachtige stem. Bovendien zelf joods en
overlevende. Voor mij is dit boek een stimu
lans om door te gaan. Ik denk er aan om kin
deren van nazi's hun verhaal te laten vertel
len. Je zult maar met zo'n erfenis door het
leven moeten."
Leo van Gelderen
Lyn Smith - Vergeten stemmen van de Holo
caust. Uitg. De Boekerij, €19,95.