zc
Wellicht zijn we te sterk voor de Taliban
a de Wende zijn we in een cultureel gat gevallen
27
Kamp Holland in Uruzgan
zaterdag 24 juni 2006
In de rij voor de eettent in Kamp Holland, geweren over de schouder
foto Martijn Delaere/GPD Mannen van de 112 Compagnie pantsergenie (Havelte) reinigen een .50 mitrailleur.
foto Gerben van Es/GPD
Met man en macht stam
pen Nederlandse mili
tairen Kamp Holland in
Uruzgan uit de grond. De
sfeer is ontspannen. De Tali
ban hebben zich nog niet la
ten zien. Verslag uit een
woestijndorp.
Kamp Holland blakert in de
zon. Net als de vorige en
de volgende dag. Altijd snoei
heet en altijd stof. Overal stof.
Jongelui liggen in hun blote lij
ven tussen de tenten op veldbed
jes. Ze bakken, draaien bij tijd
en wijle en luisteren naar mu
ziek uit hun MP3-speler. De mei
den doen mee.
Sergeant-majoor Hans (46) van
de interne dienst vindt het pri
ma, „zolang jullie maar niet in
militaire string over het kamp
hollen. Als ik bronstige beren
rond de meiden zie staan, is het
afgelopen", waarschuwt hij.
De een doet het op het heetst
van de dag (45 graden) rustig
aan op een veldbedje, de ander
speelt Stratego bij de bar Dutch
Mountain, weer een ander ver
stuurt mailtjes in het internetca
fé. Nu kan het nog gratis, vanaf
volgende week moeten de man
nen en vrouwen betalen voor in
ternet.
Commandant Joland Dubbel
dam (43) is daar niet gelukkig
mee, de rest van het kamp is
woedend.
„We krijgen ook al geen post, en
nu moeten we ook nog betalen
voor internet. We mogen twintig
minuten internetten, maar je
bent wel zestien minuten bezig
met verbinding maken", briest
korporaal Dennis (27).
Niet zo vreemd natuurlijk, we
zitten hier in Tarin Kowt, in een
pre-Middeleeuws land midden
in de woestijn. Het centrum van
Talibanland. Een Hollands mili
tair kamp in een oorlogsgebied.
De tijdsaanduiding is in Zulu
Time, een tijd die wordt ge
bruikt als het oorlog is en die is
gekoppeld aan Greenwich-tijd.
Overal in de wereld is deze tijd
gelijk, maar het betekent wel
dat we hier tussen 24.00 en
02.00 's nachts (van half zes tot
half acht plaatselijke tijd) ont
bijten.
De bewapening van de Neder
landse eenheid die nu Kamp
Holland inricht voor een groot
Provinciaal Reconstructieteam
Konvooi van Kandahar airfield naar Tarin Kowt
(PRT) is ook fors. Pantservoer
tuigen rijden tussen de stofwol
ken door over het kamp. Vlakbij
staan Amerikaanse Apache ge
vechtshelikopters.
Nederlandse Apaches staan op
de grote internationale basis
van het zuidelijker gelegen Kan
dahar. Mocht het allemaal heel
penibel worden, dan stijgen bin
nen vijf minuten F-16's op van
het vliegveld van de Afghaanse
hoofdstad Kabul.
Gevaar
Toch heerst er op het kamp in
Tarin Kowt allerminst een oor
logsstemming of een gevoel van
voortdurend gevaar. Linda (22)
heeft een enorm C-7 geweer
over haar schouder hangen,
maar ze kijkt en praat blijmoe
dig. Linda is konvooichauffeur,
een belangrijke functie in Tarin
Kowt, want alles moet over de
weg worden aangevoerd om het
Hollandse kamp te kunnen op
bouwen. Regelmatig rijden
zwaarbewapende konvooien
van zo'n vijftig voertuigen van
Kandahar naar Tarin Kowt met
voorraden. Hönderdtwintig kilo
meter in twaalf uur. De kon
vooien zijn tot op heden onge
schonden door de bergpassen en
dorpen gereden.
„De Canadezen en Engelsen zijn
verbijsterd dat we nog geen pro
blemen hebben gehad. Je weet
niet hoe dat komt, maar feit is
wel dat wij de konvooien erg
goed beschermen. Apache ge
vechtshelikopters maken veel
indruk op de lokale bevolking
en het kan best zijn dat de Tali
ban zich realiseren dat onze ver
dediging te sterk is voor hun wa
pens. Bovendien verkennen de
commando's voortdurend de
route", zegt een officier in het
kamp. De konvooien zijn van le
vensbelang voor Tarin Kowt en
het nabijgelegen kleinere kamp
Deh Rawood.
Luitenant-kolonel Joland Dub
beldam (43) van de genie arri
veerde op 1 mei van dit jaar met
een clubje van dertig man op de
ze woestijnbasis in Uruzgan. In
middels wordt het kamp be
volkt door 370 militairen. Dit
oude Amerikaanse kamp moest
eerst leefbaar worden gemaakt
voor de opbouweenheid in Uruz
gan. Inmiddels groeit een heel
nieuwe basis.
De basiscommandant: „De ra
ketten vliegen ons niet om de
oren, maar toch zetten wij hier
voor alle slaapvertrekken be-
pantserde containers neer en
zijn zeventig gepantserde contai
ners aangeschaft voor de kanti
ne en de werkruimten. Als com
mandant wil je toch maximale
veiligheid. Er is voor mij niets
belangrijker dan met alle man
nen en vrouwen heelhuids thuis
komen."
Opbouwwerk
Op 1 augustus zit zijn werk erop
en kan het Nederlandse Provin
ciale Reconstructieteam offici
eel aan de slag. Alle tekenen wij
zen er volgens officieren in
Tarin Kowt op dat Nederlandse
militairen vanaf deze zomer
goed hun opbouwwerk in Uruz
gan kunnen doen. „Dit is hele
maal geen vechtmissie." Het
klinkt gemakkelijker dan ge
daan: een kamp leefbaar maken
foto Gereben van Es/GPD
in Uruzgan. Douches, toiletten,
het WK, hagelslag, wit brood en
iedere middag een loempia of
kroket in de eettent. Overste
Dubbeldam: „De schaal en de
complexiteit van de operatie
zijn uniek. Er is hier geen infra
structuur, Uruzgan is het arm
ste deel van Afghanistan."
„Je gaat hier niet even snel naar
de Gamma. Wij brengen de
Gamma mee uit Nederland. In
Bosnië ging je nog even naar de
markt om iets te halen, maar
hier is niks. De aanvoerlijnen
zijn heel dun. De airstrip bij on
ze basis bestaat uit zand en kei
tjes, er loopt maar één weg van
uit Kandahar. Daarover wordt
alles aangevoerd, dus ook de
honderden en honderden contai
ners met spullen uit Neder
land."
„De containers komen aan in Pa
kistan en worden vervolgens
door versierde en gammele Paki
staanse vrachtwagens („jingle
trucks") naar Kandahar ver
voerd. In Kandahar gaan de es
sentiële spullen mee in het bewa
pende konvooi terwijl de rest
ook met jingle trucks door Af-
ghanen naar Tarin Kowt wordt
gereden." Je zou denken dat er
veel wordt gestolen onderweg,
maar dat is tot op heden nog
niet gebeurd.
„De Afghanen weten heel goed
dat als ze zich misdragen, ze
ook geen opdrachten meer krij
gen."
Zelfmoordenaars
Het is aan soldaat Emalt (29)
om de jingle trucks te controle
ren die de basis van Tarin Kowt
willen oprijden. De militairen
vrezen vooral zelfmoordcom
mando's, die met wagens volge
laden met explosieven het kamp
op willen. Emalt is van de pant
sergenie en manusje van alles
op de basis.
Als een konvooi beveiligd moet
worden, stapt hij met zijn ma
ten in een Patria pantservoer
tuig en gaat hij achter de .50 mi
trailleur staan. „Het is wel
zwaar om zo lang in konvooi te
moeten rijden. Je draagt een
scherfvest en een helm, maar
het is ook machtig."
„Terwijl je met één hand de mi
trailleur vasthoudt, zwaai je
met je andere hand naar de Af
ghanen. Dat doen we conse
quent. De Afghanen zijn wel af
houdend, maar als je wat in hun
taal zegt komen ze meteen naar
je toe. Ik heb ook altijd een
woordenlijst bij me."
De telefoonkaarten vliegen er
bij hem doorheen en straks
moet hij ook nog betalen voor
internet. „Ik bel wel vaak naar
mijn Henriëtte en mijn dochter
tje van zes. Die kleine weet niet
hoe dat nou zit. Dan zegt ze op
eens: En nu ga ik buitenspelen
hoor. Ze denkt waarschijnlijk
dat ik vanavond gewoon thuis
komen."
„Ze vroeg laatst of ik haar teke
ning al had gezien, terwijl we
hier al vijf weken geen post heb
ben ontvangen. Ze wilde vertel
len wat ze had getekend, maar
dat wilde ik niet weten. Ik wil
het zien. Henriëtte is apetrots
op me en daar ben ik dankbaar
voor. Als het thuisfront het
moeilijk heeft, dan krijg ik het
vanzelf ook moeilijk. Ze vindt
het zo mooi dat haar vent zoiets
durft!"
Martijn Delaere
'enri van der Steen reed in DDR-tijden
ai .regelmatig met een auto vol spulletjes
Leipzig, naar Gerd en Madlen Romer,
elt er 25 jaar later nog eens aan.
s lijkt veranderd: zelfde buurt, zelfde
bzelfde naamplaatje: dr. med. Römer.
•innenkomst in het flatje wijst de medi-
leteen naar de kapstok. „Die hangt er
omdat jij zou komen, die heb ik van-
inog aan gehad." Daar hangt de regen
den Bugatti, die ik 20 of 25 jaar geleden
itivoor hem heb meegebracht,
z avondbrood smaakt en wordt, net als
weggespoeld met bier, nu wel van een
fer merk.
ïk d Römer is inmiddels 68, drie jaar gele
gepensioneerd als chirurg. Madlen is
log werkzaam, fysiotherapeute. Veertig
communisme, zestien jaar democratie,
hebben ze het verstouwd? Gerd Römer:
grote verschil is: je hebt geen tegen-
ier meer. In DDR-tijden was het zo dat
io 'verheid binnen vier weken moest reage
ns je een klacht had. Ik heb eens een
zht ingediend vanwege een wasserij hier
e buurt die de lucht geweldig verontrei-
Binneiï vier weken had ik antwoord,
ik werd door de burgemeester op het stad
huis uitgenodigd. Anderhalf uur lang
heeft-ie me verteld over alle problemen in
Leipzig. Moeilijk. Onoplosbaar! Over mijn
probleem hebben we het niet meer gehad, ik
heb dat ook maar zo gelaten. Je had in elk
geval de illusie dat je iets mocht zeggen. Te
genwoordig krijg je niet eens antwoord als
je je beklaagt." „Ik moet wel zeggen dat we
na de zogenaamde Wende in een gat zijn ge
vallen, cultureel hebben we het een stuk
slechter. Vroeger speelde hier het Concertge
bouworkest uit Amsterdam, Louis Arm
strong trad hier op. Wij zaten op de achtste
rij. De groten komen niet meer, ze kunnen
niet meer betaald worden."
Vrienden
„Wij hadden een omvangrijke groep vrien
den, daar is niemand meer van over. Het
contact is totaal veranderd: Ik bel je! Er
gens is het ook wel logisch. Als je iemand
vraagt hoe het is, zal die niet graag zeggen
dat hij werkloos is en al vergeefs zeventig
sollicitatiebrieven heeft geschreven."
„Ik verheerlijk de DDR niet, de DDR als
staat was op geen enkele manier levensvat
baar. Alles gebeurde ook onder tafel, je had
voor alles iemand nodig. Automonteurs en
kelners waren het rijkst hier. Automon
teurs? Ja, je mocht blij zijn als ze niks uit je
auto haalden tijdens het repareren."
Politiek
„Na de zogenaamde Wende hebben we veel
kunstreizen gemaakt, Duitse groepsreizen.
We waren altijd de enigen uit de DDR. De
eerste week weet je het onderwerp politiek
nog wel te vermijden, maar in de tweede
week ben je je verleden al ongeveer aan het
verdedigen."
„Terwijl ik in de DDR-jaren juist heb gewei
gerd met volk van de partij aan tafel te zit
ten. Enfin, in de derde week kijk je elkaar
niet eens meer aan. Ik heb met Duitsers
geen enkel probleem: zij vinden mij niks, ik
vind hen niks."
„Intussen zijn bijna alle leidinggevende
functies hier in handen van West-Duitsers.
De leveranciers van de koophuizen komen
ook uit het westen. In Leipzig is de werke
loosheid intussen 21,7 percent."
„De West-Duitsers zijn arrogant tegenover
ons en ze houden de schijn op. Maar ja, het
fagade-probleem hoort bij het kapitalisme,
de schijn ophouden, de buitenkant belang
rijk vinden." Madlen: „Op reis zeggen ze
dan: Ik ben blij u te zien. Dat is meteen het
laatste woord dat ze met je wisselen."
Gerd Römer: „Wij hebben een zeer bewogen
leven gehad. In de DDR-jaren hadden we
een jaarabonnement voor de musea in Dres
den. We waren steeds onderweg, ook naar
het theater in Berlijn."
„Al die jaren hebben we ook de kaarten be
waard en gekoesterd die we uit Nederland
kregen. Dan namen we er de atlas bij en kon
den we op die manier jullie reizen volgen.
Dat was genoeg. Wij hebben niet in een ge
vangenis geleefd."
Russen
„Ik stel een andere vraag: wie interesseert
zich voor de Russen? Dat is pas een gekweld
volk! De Russen waren jaloers op het leven
dat wij in de DDR hadden. Nee, daar kun je
met West-Duitsers niet over praten."
„Hoe kun je praten met mensen die jou min
derwaardig vinden? De schrijver Lutz Ra-
thenov zei het zo: Wij zijn in de DDR niet el
ke dag gefolterd, we gingen af en toe ook
naar het theater. Dat is mooi gezegd."
Henri van der Steen Gerd en Madlen Römer
foto Henri van der Steen/GPD