We proberen alles te tellen
Nieuwe plukkers moeten het nog leren
PZC
«aal
SS&SSBIIR
BÉIiip
%®®3tPs
Oude trekkers zijn weer
uit de winterstalling
1001-soortendag
wm
23
De Collectie
dinsdag 23 mei 2006
2-Lr- .--■
foto's Dirk-Jan Gjeltema
Vogels tellen bij Burgh-Haamstede, oktober 2005.
In De Collectie staat
wekelijks een museum in
Zeeland centraal. De collec
ties van de kleinere musea
in de provincie ivorden in
deze serie belicht. Deze
week: het Trekkermuseum.
Het Trekkermuseum in Nisse is vernieuwd en uitgebreid.
foto Dirk-Jan Gjeltema
Het vernieuwde en twee
keer zo grote Trekkermu
seum in Nisse opent komende
zaterdag zijn deuren. „Eigenlijk
durven we ons nu pas echt als
museum te profileren", zegt be
stuurslid P. Dieleman.
Het museum komt voort uit een
hobbyclub die in 1992 werd op
gericht door een aantal liefheb
bers van oude landbouwtrek
kers. De wens om een deel van
het materieel permanent ten
toon te stellen werd steeds gro
ter en zo werd in 1996 het Trek
kermuseum opgericht. In de zo
mer van 1997 was in de loods
aan de Palmboomseweg in het
buitengebied van Nisse voor het
eerst een aantal trekkers te zien.
Eigenlijk is die loods altijd te
klein geweest. De ongeveer twee
honderd leden hebben zoveel
historische werktuigen dat die
lang niet allemaal getoond kon
den worden in het kleine ge
bouw. Af en toe, als er een grote
groep kwam, werden wel eens
een paar extra trekkers buiten
gezet, maar ideaal was het alle
maal niet. Binnen stonden de
voertuigen bovendien zo dicht
op elkaar dat ze nauwelijks fat
soenlijk bekeken konden wor
den. Grote groepen konden ook
niet echt goed ontvangen wor
den. Het ging dan van: deze
helft gaat eerst koffie drinken
en de andere helft kan de collec
tie bekijken, en daarna anders
om.
Het mag duidelijk zijn: het mu
seum was aan uitbreiding toe.
Lange tijd kwam het er niet
van, maar opeens wilde de ge
meente Borsele graag meewer
ken. Met allerlei acties, het uit
geven van pandbrieven en het
aanschrijven van sponsors wis
ten ze bij het museum eenderde
van het bedrag voor de uitbrei
ding bij elkaar te schrapen. De
gemeente en de provincie betaal
den de rest. Afgelopen zaterdag
brachten verschillende leden
hun oude trekkers - die in de
winter gewoon bij hen thuis
staan - naar het museum, en ko
mende zaterdag zijn ze voor het
eerst te bezichtigen. „Er staan
best wel eens dingen die het jaar
ervoor ook te zien waren", zegt
Dieleman. „Maar we proberen
de collectie toch voor het groot
ste deel compleet te vernieuwen.
Minimaal de helft wordt gerou-
leei'd. Mensen die dat willen,
moeten hier elk jaar kunnen ko
men, en dan ook echt iets
nieuws zien."
Wat is er dan allemaal te zien?
Nou, vooral gerestaureerde trek
kers en stationaire motoren van
voor 1960 met de bijbehorende
informatie dus. Aan de hand
van foto's wordt een beeld ge
schetst van de ontwikkeling die
de motorisatie heeft doorge
maakt. Daarnaast is in het mu
seum een collectie miniaturen
aanwezig en worden video
presentaties verzorgd. Dit jaar
wordt voor het eerst een comple
te dorslijn opgesteld.
Het museum is maar kort open:
van eind mei tot begin septem
ber. „Natuurlijk kunnen we ook
na het seizoen open blijven",
zegt Dieleman. „Maar dan moet
je hier de hele dag vrijwilligers
neerzetten voor twee bezoekers.
Dat werkt erg ontmoedigend."
Toch zal het aantal openingsu
ren wellicht omhoog moeten,
want als het aan het bestuur
ligt, verdubbelt het aantal bezoe
kers de komende jaren. Diele
man zegt dat hij het museum in
zo'n geval liever ook op maan
dag en dinsdag open doet, dan
dat het tot ver buiten het sei
zoen geopend is. Om een stij
ging van het aantal bezoekers te
bewerkstelligen, gaan de vrijwil
ligers de komende tijd onder
meer busbedrijven, die uitjes
verzorgen, benaderen. Het moet
op zo'n manier, want bij het
Trekkermuseum moeten ze elk
dubbeltje omdraaien, dus adver
teren is geen optie. Er is sinds
kort ook een website, en de be
wegwijzering naar de verscho
len loods, wordt stukken beter.
„We zijn gewoon erg ambiti
eus", zegt Dieleman. „Maar ei
genlijk voelen we ons nu pas
echt een volwaardig museum en
durven we actief de boer op te
gaan."
Itob Paardekam
Het Trekkermuseum in Nisse is
vanaf 27 mei geopend, elke za
terdag en zondag, van 13.30 tot
16.30 uur. In juli en augustus is
het museum ook op woensdag,
donderdag en vrijdag open.
Voor (groeps)bezoeken buiten
de openingsuren, kan contact
worden gezocht.
Alle informatie staat op de web
site: communities, zeeland-
net.nl/data/otmmz.
Een aantal bezoekerscen
tra voor natuurgebie
den in Nederland organi
seert 27 mei een 1001-soor-
tendag. Voor het eerst
haakt in Zeeland de Konink
lijke Nederlandse Natuur
historische Vereniging
(KNNV), afdeling Bevelan-
den hierop in. Op deze dag
is het de bedoeling zoveel
mogelijk planten en dieren
te tellen. Centraal punt van
de activiteiten is het Goese
Sas, benoorden Wilhelmina-
dorp.
Alles wat groeit, bloeit,
vliegt en fladdert noteren.
Zo omschrijft secretaris Tineke
van der Ven van de KNNV, afde
ling Bevelanden de 1001-soor-
tendag. Ze gaat er vanuit dat de
duizend soorten wel niet ge
haald zullen worden, magr dat
is niet erg want het gaat niet om
een wedstrijd. Voor de
KNNV-afdeling is het al ge
slaagd als de soortendag nieuws
gierige mensen naar het Goese
Sas trekt, zegt bestuurslid Ton
de Koning. „Mensen met belang
stelling voor de natuur zijn van
harte welkom." „We willen voor
al de mensen kennis laten ma
ken met ons veldwerk", legt
Van der Ven uit. „Duidelijk ma
ken dat het leuk is om bijvoor
beeld vlinders te ontdekken. En
hoe soortenrijk een gebied wel
kan zijn. Er groeit en leeft meer
dan je denkt."
Het opsporen van de soorten is
niet helemaal vrijblijvend. Wat
er gezien wordt, moet op specia
le telformulieren worden inge
vuld. De gegevens gaan vervol
gens de computer in en op de
website www.bezoekerscen-
trum.info is zondag al te zien
waar de meeste soorten geteld
zijn. „We proberen alles te tel
len", zegt De Koning. „Planten,
vogels, zoogdiex-en, vleermuizen,
slakken, vlinders, insecten, wie
ren, noem maar op. Leden van
onze eigen wex-kgroepen komen
in actie en we kunnen een be-
roep doen op de provinciale
zoogdierenwerkgi'oep en de vlin-
dex-- en libellenwerkgroep Zee
land." Eigen wei'kgroepen van
de afdeling zijn er ti'ouwens
voor beheerwerk, paddenstoe
len, vogels, slakken, planten,
planologie, heemtuin en strand.
Een aantal tellingen (zoals naar
vleei'muizen) wordt zonder pu
bliek gedaan. Ze worden wel
meegerekend in het eindresul
taat.
De samenwerking met andere
ox'ganisaties vindt De Koning
heel plezierig en zinvol. „Je
hebt elkaar nodig. Samen sta je
nu eenmaal sterker. En voor het
publiek is het niet zo belangrijk
wie nou wie is, maar wel dat er
activiteiten worden georgani
seerd." Die inzet van 'buiten
staanders' wil de Bevelandse af
deling ook honoreren en wel
door de toekenning van de Rui
ge Anjer. Een prijs voor een per
soon of organisatie die zich bij
zonder inzet voor natuux'be-
scherming, natuurbeleving en
kennis der natuur. Vorig jaar
ging de prijs naar de vex-eniging
Redt de Kaloot.
De hele dag zijn er op het Goese
Sas vex-schillende activiteiten,
waarbij café Het Loze Vissertje
als startpunt dienst doet. Al om
06.00 uur gaat Ton Stapels als
gids op stap voor een vroege vo
gelexcursie (tot 08.00 uux-), voor-
al kijken en luisteren naar zang
vogels rond inlaag de Rietput.
Van 10.30-12.00 uur is er een na
tuurhistorische wandeling. Bar
ry Pel vexdelt over de bijzondere
bedijkingsgeschiedenis van het
Goese Sas en er wordt meteen
gekeken naar steltlopers.
Van 11.30-13.00 uur maken
Jaap Woets en Thijs Fx-anse een
wandeling rond de inlaag, waar-
teiten. Tussen 10.00 en 12.Q0
uur wordt gezocht naar planten
en dieren uit de Oosterschelde.
Duikers van de biologische
werkgroep van de Nederlandse
Onderwatersport Bond halen ze
xiit het water op en de vondsten
worden tijdelijk in aquaria ge
toond. „Het is vooral een activi
teit voor kinderen", zegt Maaike
de Wilde van het IVN. „Het is
een beetje een doorlopende voor
stelling. Gidsen geven steeds uit
leg over wat er te zien is. 'Hoe
zit het met de zwaax'dschede en
de Japanse oester-?' 'Wat zijn
zakpijpen precies?' Kinderen
vinden dat erg interessant. We
zijn wel gebonden aan het getij,
om 10.20 uur is het laagwater.
Trouwens, in West-Europa is
het deze dag ook Laagwatei1-
dag."
De inlaag de Rietput bij het Goe
se Sas wordt tijdens de
1001-soortendag nadrukkelijk
ontzien, ook al zullen er dan wel
wat soorten gemist worden. Het
gebiedje is de trots van de
KNNV-afdeling. Sinds 1988
maait de beheex-werkgroep er.
De plantenwerkgroep onder
zoekt het effect van het maaien
en inventariseert wat er groeit.
Dankzij het beheer (door vilj wil
liger s, de inlaag is nog bezit van
het watex-schap) is sprake van
waardevolle planten, stelt Ton
de Koning. Hij noemt onder
meer brede orchis, rietorchis,
grote keverorchis en bijenor-
chis, rolklavers, slanke water-
bies. In vijftien jaar zijn er onge
veer 184 soorten gevonden,
waarvan tien soorten op de Ro
de Lijst van bedreigde planten
staan. Het maaiwerk werpt
vruchten af, meent De Koning.
„Daarom is het goed de Rietput
te ontzien en het is bovendien
ook nog broedseizoen."
Rinus Antonisse
Voor meer informatie zie
www.knnv.nl/beveland.
bij speciaal gelet wordt op plan
ten. Om 14.30 uur begint Wim
de Wilde aan een vogelexcursie
langs de Zandkreek (tot 16.30
uux1) en in dezelfde periode is er
met name voor kinderen een
zoektocht naar dagvlinders en
actieve nachtvlinders. In het
dox-psbosje van Wilhelminadorp
maken Thijs Franse en Harry
Raad vanaf 14.30 uur een slak
ken- en paddenstoelenexcursie.
De 1001-soortendag valt in de
periode dat ook de Week van de
Zee wox'dt gehouden. De vereni
ging voor natuur- en milieuedu
catie (IVN), afdeling Bevelan
den combineert die twee activi-
Ton de Koning van de KNNV: „Mensen met belangstelling voor de
natuur zijn van harte welkom."
Op de 1001-soortendag worden planten, vogels, zoogdiei'en, vleer
muizen, vlinders, insecten, wieren en zelfs slakken geteld.
In een verre hoek van de
Vroonlandseweg in Ka-
pelle telen Ivo van Gaal-
en (39) en Janette van
Gaalen-Doppenberg (37)
aardbeien onder ruim
een halve hectare glas.
Ze telen ook kersen, fram
bozen en bessen en ver
derop in het dorp peren
en appels. De kinderen,
Wilco, Lilian, Jan, Anne-
mieke, Miranda en René
helpen af en toe ook een
handje. In Onder glas vol
gen we het gezinsbedrijf
van week tot week.
Het is opschieten geblazen
in de grote kas bij Van
Gaaien. Uitbundig hangen de
aardbeien, rood en groot, over
de randen van hun voedingbed
den naar beneden. De bladeren
tieren al even welig. „Met twee
man zijn ze anderhalve dag be
zig geweest om touwtjes, waar
tussen de bladeren moeten blij
ven, een eind omhoog te zet
ten", vertelt Janette. „Dat loof
groeit zo keihard, dat het ook
gaat hangen. Als je dan wilt
plukken, loop je met je kop in
de blaren, dan wordt plukken
echt moeilijk. Voor mij gaat het
nog, ik ben niet zo lang, maar
twee van onze Poolse werkne
mers zijn wel flink aan de maat.
Er moest dus even energie wor
den geïnvesteerd in de voorbe
reiding."
Intussen wordt de oogst al maar
rijker en roder, dus is het zaak
om door te plukken. Met gemid
deld vijf mensen gaan ze langs
de rijen. De kinderen hebben
verschillende soorten doosjes in
kratten gezet: kartonnen doos
jes voor de veiling en blauwe
plastic bakjes voor de eigen ver
koop. Janette moet, tussen het
plukken door, voortdurend we
gen. „Dat is nog best ingewik
keld, want we hebben drie soor
ten kratjes en die wegen alle
maal anders. Bovendien zijn er
verschillende klassen aard
beien: klasse I, de mooiste en de
grootste, klasse II, iets kleiner
maar met dezelfde smaak, en
zeg maar: klasse jam, kleintjes
en minder fraai gevormde. Die
moeten allemaal uit elkaar wor
den gehouden. Als ik het heel
druk krijg met wegen, helpt Ivo
weieens mee, maar het beste is
het om het in één hand te hou
den."
Hoe druk het ook is, Ivo kon
niet helpen, want ongelukjes ko
men altijd als je ze het minst ge
bruiken kunt. De watercompu
ter ging deze week kapot. Een
voeler begaf het, waardoor de
regeling van de kunstmest in de
soep liep. Als het apparaat niet
meer kan vaststellen hoeveel
mest er nodig is, blijft de mest
ongelimiteerd naar de planten
stromen. Wat de planten niet no
dig hebben, nemen ze niet op en
de meststoffen, die ze bij Van
Gaaien ook niet voor niks krij
gen, vervuilen als het ware de
grond. Daar moest dus meteen
worden ingegrepen.
Behalve plukken en wegen,
doet Janette ook nog dagelijks
de controle, meestal 's avonds.
Ze hebben er een eenvoudig,
maar doelmatig systeem voor
bedacht. Wie in een rij bezig is
geweest met doorhalen of pluk
ken, zet gewoon even zijn naam
met een datum op een blocnote,
die in plastic met een pen erbij
aan het einde van de rij hangt.
„Kijk, bij mensen die hier al ja
ren plukken heb ik niks te con
troleren, die weten wel hoe het
moet. Maar nieuwe plukkers
moeten het vaak nog leren. Ik
kijk even na of ze niet te veel ro
de aardbeien hebben laten han
gen, of misschien juist te veel
groen hebben geplukt. Gebeurt
dat, dan doe ik het de andere
dag nog eens voor."
De techniek van het plukken,
die erg nauw luistert, contro
leert Janette bij het wegen. „Als
je in een aardbei knijpt, maak
je een buts die twee dagen erna
een rot plekje oplevert. Dat
mag dus niet. Je moet de vrucht
heel omzichtig pakken en met
je vinger, vlakbij het kroontje
zachtjes het steeltje knakken.
Dan moet je ook nooit meer dan
twee aardbeien in een hand hou
den, want ze kneuzen elkaar
ook gemakkelijk. En of dat nog
niet genoeg is, wil ik graag dat
ze met de kroontjes naar bene
den en de volle vrucht naar bo
ven in de bakjes komen. Dat
toont beter en het is ook een
beetje ons handelsmerk." De
controle bij het wegen blijft
daar niet bij, want veel pluk
kers moeten het verschil tussen
de verschillende klassen ook le
ren. Janette ziet het snel als er
jam-aardbeien tussen klasse II
zitten of prachtexemplaren in
de jam.
„De meeste mensen leren het
snel genoeg, maar er zijn erbij
die het nooit onder de knie krij
gen. Die moet ik dan wegstu
ren, want een klant, en trou
wens ook de veiling, hoeft maar
één keer een bakje te treffen
met een slechte vrucht die de
rest aansteekt... We vinden dat
we een naam hoog te houden
hebben."
Hoofdschuddend ziet Janette
dan ook klanten uit het winkel
tje vertrekken die twee bakjes
te losjes in een tas tegen elkaar
laten drukken. „Daar zitten al
kneusplekjes op voordat ze
thuis zijn. Ik vraag me dan wei
eens af of ik daar mijn plukkers
zo voor achter de broek zit.
Maar ja, die mensen hebben die
aardbeien gekocht en ze mogen
ermee doen wat ze willen. Een
beetje zeer doet het wel."
Mieke van der Jagt