Sommigen noemen het een zenuw werkje PZC 23 ONDERWEG Wielertoeristen dinsdag 2 mei 2006 ©uïte Ambachten In personeelsadvertenties wordt tegemooordig gevraagd om managersprojectleiders en commercieel medewerkers. Vacatures voor bijvoorbeeld klompenmakers, gamalenpel- sters, wagenmakers, messensnijders, wiegenmakers en boekbinders kom je niet meer tegen. Oude ambachten wor den door een kleine groep toch nog in ere gehouden. De PZC gaat op zoek naar de beoefenaars. In deze aflevering: kantklosser Rijnie Zuijdweg. Alice Harte (1) en Ria Uytdewilligen van kantgroep De Ortelaan tonen een deel van het door Ria gemaakte Russisch kleed. zijn." Wat wel verkocht wordt, met name in toeristische winkel tjes, komt uit derdewereldlan den. Daar is het uurloon laag. „Maar dat is slecht spul", vindt Rijnie. „Niet goed in elkaar ge zet." Iedereen kan leren kantklossen, beweren de dames. Hoewel dat moeilijk is voor te stellen als je Rijnie met sneltreinvaart de klosjes over en langs elkaar heen ziet bewegen. En haar hoort vertellen over een linnen slag en een netslag en over een looppaar en hangende paren. „Nou ja", nuanceert ze. „Je moet wel een béétje inzicht heb ben. Elk patroon heeft een sche ma, een soort technische teke ning. Als je dat niet kunt lezen, wordt het lastig." De Ortelaan exposeert elke vijf jaar. In het verleden gebeurde dat in het gemeentehuis in Ka- pelle. Dit keer is er een nieuwe locatie: het Fruitteeltmuseum. „De enige voorwaarde was dat we iets met fruit zouden doen. Dat was een leuke uitdaging", vinden de klossers. Dus hebben de honderden ten toongestelde werken vooral met fruit en bomen te maken. Inge lijste appels en peren. Driedi mensionale figuren van naald kant in flesjes. Combinaties van schilder-, klos- en naaldwerk. Landschappen met vlindertjes van hooguit een vierkante centi meter. Priegelwerk. Niet alle werken hebben iets met fruit. Sommige dingen zijn te mooi om niet te laten zien. Er is het wapen van Zeeland en een werk met de wapens van alle dorpen in de gemeente Borsele. Verder de molen van Wemeldin- ge en de gebrandschilderde ra men van de Kapelse raadzaal. Eén van de pronkstukken is een Russisch kleed. Althans, een ge deelte ervan. Want al lijkt de lap helemaal af, eigenlijk is het alleen nog maar het midden stuk. „Ik heb er zeker negenhon derd uur aan gewerkt", zegt maakster Ria Uytdewilligen. „En het duurt zeker nog eens zo lang om het af te maken." Als het een beetje meezit, is het eind resultaat op de volgende ten toonstelling te zien. Ria klost bijna elke dag, Rijnie niet meer. „Alleen nog tijdens de cursus. In het voorbereiden daarvan steek ik natuurlijk ook best veel tijd." Toch zou ze het best wat vaker willen doen. „Sommigen noemen het een ze nuwwerkje. Ik niet. Ik zie het meer als een soort therapie. Wanneer je het eenmaal kan, vergt het geen inspanning meer. Dan maakt kantklossen je juist rustig." Martijn de Koning De expositie 'Fruit op z'n kant' van kantgroep De Ortelaan is te zien in het Fruitteeltmuseum in Kapelle van 4 mei tot 16 septem ber. Stichting Het Zeeuwse Land schap (HZL) houdt morgen een excursie door de inlagen van Noord-Beveland. De excur sie begint om 14.00 uur bij het informatiebord aan de Keihoog- teweg bij Wissenkerke. Kosten €2,-, kinderen tot 16 jaar €1,-, donateurs HZL gratis. Zaterdag begeleidt een gids van Het Zeeuwse Landschap wande laars over landgoed Ter Hooge bij Middelburg. De excursie be gint om 10.00 uur bij het infor matiebord aan de Breeweg. Kos ten €2,-, kinderen tot 16 jaar €1,-, donateurs HZL gratis. In duingebied Oranjezon bij Vrouwenpolder wordt zondag een nachtegalenexcursie gehou den. De excursie begint om 7.00 uur bij de entree van het gebied aan het eind van de doodlopen de weg aan de Koningin Emma- weg 22. Kosten €2,-, kinderen tot 16 jaar €1,-, donateurs HZL gratis. de andere. Binche is bijvoor beeld moeilijk: de motieven zijn ingewikkeld en fijn. „Daarom heet het ook wel toveressekant." Hoeveel soorten je onder de knie krijgt, ligt aan jezelf. Je kan het zo moeilijk maken als je zelf wilt. „Veel mensen houden het bij bloemwerk, want dat is vrij simpel. Anderen vinden het een uitdaging een stukje verder te gaan." Daardoor blijft het leuk, vinden de dames van de Or telaan. „Je kunt altijd blijven leren." Het is de reden dat leden lang bij de groep blijven, vermoedt- Rijnie. „Het duurt ai snel een jaar voordat je de beginselen van een soort geleerd hebt. Dan kun je gaan uitbouwen." Het kan uiteindelijk leiden tot inge wikkeld werk, met veel draden eaklosjes. Ortelaanlid Alice Harte heeft Wel eens met zeshon derd klosjes voor haar neus geze ten, merkt ze op. Hoewel dat uit zonderlijk is. De eenzame draad Naaldkant vergt een andere techniek. „Dat noemen ze ook wel de kant van de eenzame draad", zegt Rijnie. „Het wordt namelijk met een naald en één draad gemaakt." Heel anders dan klossen, maar de meeste Or- telaanleden kunnen het ook. Vaak worden de twee technie ken gecombineerd. „Zoals bij ro- saline", legt Rijnie uit. „Dat zijn gekloste roosjes met hartjes van naaldkant." Bij de Ortelaan klossen alleen wouwen. „Er zijn wel mannelij ke kantklossers, maar erg spora disch", zeggen de dames. Vroe ger was dat anders. Toen kloste soms een heel gezin om een cent je bij te verdienen. Daarom spin den en weefden mannen toen ook. Het kant werd toentertijd in de plaatselijke klederdracht verwerkt. Hun kloswerk verkopen is nu geen optie meer, zeggen de wou wen. „Het is veel te arbeidsin tensief. Het zou onbetaalbaar Rijnie Zuijdweg: „Ik zie kantklossen als een soort therapie." foto's Dirk-Jan Gjeltema Kantklossen? Oh, van die kleedjes maken. Naast positieve geluiden hoorde Rijnie Zuijdweg ook zulke reacties toen ze vertel de over de tentoonstelling van haar kantgroep De Orte laan in het Fruitteeltmu seum. Het is veel meer dan dat, zegt de Kapelse. En zij kan het weten, want ze geeft al 25 jaar les aan een groep klosdames. Het kantgroepje in Kapelle begon in 1981 eigenlijk vanzelf, vertelt Rijnie. „Ik had hier op het dorp kantklossen ge leerd. Mijn moeder wilde dat ook. Zij werd mijn eerste leerlin ge. Op den duur bracht ze men sen mee, en zo hadden we al snel een heel groepje bij el kaar." Het lesgeven beviel haar goed. Om zich verder te bekwamen, volgde Rijnie cursussen in eigen land en Vlaanderen. Met succes, want nog steeds onderwijst ze elke vier weken ruim twintig vrouwen uit de wijde omgeving. De groep werkt met naaldkant en kloskant. Dat laatste is het bekendst: draden kant zitten vast aan klosjes, en door die vol gens een bepaald patroon steeds in een andere volgorde te leg gen, ontstaat een figuur. Minder bekend is dat er 144 soorten kloskant bestaan. Elk figuur of motief heeft een eigen naam. Er is Brugs bloemwerk, Russisch kant, Lierse kant en Clunykant. Allemaal genoemd naar de streek waar ze vandaan komen. De ene soort is makkelij ker onder de knie te krijgen dan foto Ludo Goossens De Zeeuwse zeedijken zijn voor mensen slecht ontsloten. Bijna overal ligt schapenpoep. Welis waar komen er steeds meer on- derhoudswegen onderlangs de dijken, maar er moet wel reke ning worden gehouden met de hoogwatervluchtplaatsen van vogels. Op de kruinen is het echt struinen. Langs de Vlaamse Zeeschelde is dat heel anders. Hier zijn de meeste dijken bovenop geasfal teerd. Ze bieden daardoor pri ma en prachtige routes voor wandelaars en fietsers. Die ma ken er dan ook zomer en winter royaal gebruik van. Altijd is er wel een eenzame fiet ser te ontwaren. En vanaf het voorjaar zijn er ook de groepjes wielertoeristen. Hijgend malen ze de pedalen rond. Liefst ge kleed in strakke fietspakken, waardoor ze zich even Tom Boo- nen kunnen wanen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2006 | | pagina 23