PZC
Vlammen zag ik
rook des te meer
niet,
W^ÊMtÊmwm
mmmm
Het kan iedereen overkomen
Redactie bijlagen: 0113-315680
www.pzc.nl
E-mail:redactie@ pzc.nl
Postbus 31, 4460 AA Goes
Advertentie-exploitatie:
Noord- en Midden-Zeeland: 0113-315520;
Zeeuws-Vlaanderen: 0114-372770;
Nationaal: 020-4562500.
zaterdag 1 april 2006
Wielerkroegen in Vlaanderen
toto Ruben Oreel
Die lucht. Die brandlucht.
Soms ruikt ze die nog. Is
het inbeelding? Misschien wel,
'misschien niet, ze heeft geen
idee. „Het zit of in mijn neus, of
in mijn hoofd." Vier maanden ge
leden werd het huis, waar ze
bijna de helft van haar leven
woonde, grotendeels door brand
verwoest. Een mooie boerenwo
ning was het, uit de jaren dertig,
met groen-wit-rood geschilderde
luiken. Aan de Coudorpseweg
stond het huis, even buiten Drie
wegen. Wat ervan rest is een afge
rasterd kaal stuk grond. Joke
Goeree loopt er dagelijks langs.
En elke keer weer is het even slik
ken. „Zoiets gun je niemand. Het
was toch twintig jaar lang mijn
plekje."
Daags na de brand stond inde krant,
dat ze - die vrijdag de 30ste december
van het vorig jaar - de open haard had
den aangelaten toen ze de deur achter
zich dichtsloegen; daardoor zou de
brand zijn ontstaand Maar een open
haard laten branden als er niemand
thuis is, zó stom zijn ze niet. Boven
dien, ze hadden niet eens een open
haard. Ze hadden een allesbrander en
toen ze weggingen, had Joke het klep
je van de kachel nog open gedaan en
gezien dat er geen vuur meer inzat.
„Ik dacht nog: als we straks weer
thuiskomen, moeten we eerst die ka
chel weer aansteken."
De weerberichten beloofden weinig
goeds: kou en sneeuw. Weet je wat wij
doen, zei Ad tegen Joke, ik moet nog
even naar Middelburg om wat bankza
ken te regelen, laten we dat vanoch
tend maar even doen, dan zijn wé de
gladdigheid misschien voor. En zo
stapten zij rond een uur of tien in de
auto: Ad van den Dries (46), zijn part
ner Joke Goeree (42) en de kinderen
Kevin (12) en Joyce (9).
Toen ze - het was inmiddels tegen
twaalf uur - Driewegen weer binnen
reden, zagen ze het al van een afstand
je-
Ad: „Het was al een beetje gladderig.
We komen aan, we komen bij de
school en Joke zegt: 'Ons huis staat in
brand, er komt allemaal rook uit het
dak.' Dan geef je gas natuurlijk, ik
raakte nog bijna in een slip ook. Vlam
men zag ik niet, rook wel. Bij ons huis
stond een kennis te zwaaien: 'Je hebt
brand, je hebt brand.' Hij had de
brandweer al gewaarschuwd, maar
die was er nog niet. Wij via de achter
deur naar binnen om nog wat spullen
te redden. Maar je staat er versteld
van: één grote zwarte walm, van bo
ven naar beneden."
Joke: „Het was pik- en pikzwart. Je
kon geen hand voor ogen zien. Ad
riep: 'Wat nemen we mee?' Maar op
zo'n moment - je wilt alles meenemen.
We zijn twee keer het huis in gegaan.
De eerste keer heb ik niks meegeno
men. Ja, een tas van mijn dochtertje
met wat vuile voetbalspullen, die
stond toevallig in de gang."
Ad: „Ik heb wat bankpapieren kun
nen redden."
Joke: „En nog wat foto's. Meer niet. Je
hebt geen tijd hé, je hebt echt geen
tijd,"
Ad: „Daarna hebben we de kinderen
naar mijn ouders gebracht."
Joke: „En de hondjes hé, die ook. We
hadden geluk dat die niet binnen wa
ren, maar buiten in de ren."
Wieg
De bovenverdieping brandde groten
deels uit. De benedenverdieping liep
veel roet- en waterschade op.
Joke: „Er stond een wieg op de vlie
ring, waarin ik als klein meisje nog
had geslapen. Weg! Dat vind ik ver
schrikkelijk. En er stonden nog een
paar dingen van mijn oma's - een an
tieke waskan, een koperen ketel, een
klokje voor op de schouw. Ook
kwijt.De eerste schoentjes en kleertjes
van de kinderen, allemaal weg."
Ad: „En veel boeken. Ik had een hele
boel Astrixen en Lucky Luke's - maar
ik ben daar vrij nuchter in. Joke niet.
Die is wat dat betreft veel emotione
ler."
Joke: „Voor Kevin was het ook sneu.
Die verzamelde trekkers. Een stuk of
twintig had hij er. En hij was er zo zui
nig op. Het eerste wat hij riep toen we
thuis kwamen was: 'Oh, mijn trekker-
tjes'. Allemaal zwartgeblakerd. Joyce
is een Ajaxfan. Al haar Ajaxspulletjes
is ze kwijt; gordijn, dekbedovertrek,
Vrijdag 30 december 2 00 5Coudorpseweg in Driewegen.
--JgHH
Ki]
Totaal aantal branden
43038
869
financiële schade
€944.481000
€18.832000
schoorsteenbranden
1697
64
buitenbranden (berm-, bosbranden e.d.)
28301
524 j
binnenbranden (woningen, kantoren, scholen e.d.);
13040
281
waarvan woningbranden
6837
145
oorzaak binnenbrand:
brandstichting
1876
43
spelen met vuur door kinderen
163
1 j
roken
423
3
f' brandgevaarlijke werkzaamheden
531
12
defect'verkeerd gebruik van electronische apparatuur
3312
112
5 broei/zelfverhitting
454
3 i;
vuurwerk
106
anders
2277
32 j:
onbekend
3898
68 i
slachtoffers:
doden
74
2 I
gewonden
1085
20
dat soort dingen. Het klinkt, zegt Jo
ke Goeree, misschien gek, maar die
eerste paar dagen realiseerde ze zich
nauwelijks wat haar én haar gezin
was overkomen. „Je hebt niet eens
tijd om daar bij stil te staan, je hebt
zóveel aan je hoofd, je moet zóveel re
gelen." Allereerst: onderdak.
Kevin en Joyce logeerden de eerste
paar weken bij opa en oma. Hun
ouders kropen in het huisje van Jokes
grootmoeder, die enkele maanden eer
der was overleden.
Ad: „De kinderen wilden absoluut
niet in dat huisje slapen. Want ja,
daarin was oma gestorven en dat von
den ze een beetje griezelig idee. Dus
ik de burgemeester gebeld. Of ik een
woonunit mocht plaatsen, zo'n bouw
keet. Ik zit zelf in de wegenbouw, dus
ik kon daar vrij makkelijk aankomen.
Binnen een uur werd ik teruggebeld:
doe maar, Maar dan moet je ook nog
stroom en water regelen. De Delta ge
beld, ook daar ale medewerking ge
kregen. Nou, veertien dagen na de
brand zaten we in onze bouwkeet."
Joke: „Maar we hadden geen kleren,
we hadden niks. Zelfs geen tandenbor
stel. We moesten van ales kopen, je
doet niks anders dan graaien; die
moet drie broeken, die moet drie broe
ken, hup, nog wat truien, als het maar
past, dan is het goed. Dat is niet de
leukste manier om inkopen te doen."
Ad: „Meubilair hadden we ook niet
meer. We hebben een bankstel, een
bed en eettafel gekregen van vrien
den, we hebben wat spuien op een
rommelmarkt gekocht, een lamp bij
de Lidl, een lapje vloerbedekking en
een klokje bij Leen Bakker - zo pro
beer je er toch wat van te maken."
Buren, vrienden, kennissen - alemaal
wilden ze heipén.
Ad: „We hebben zóveel aanbiedingen
gehad."
Joke: „We mochten overal slapen.
Maar de behoefte om bij iemand an
ders te slapen - nou, nee."
Leven na de brand
Niemand die er nog echt van opkijkt, van zo'n
bericht met als kop 'Woning uitgebrand'.
Het gebeurt immers zo vaak; enkele duizenden ke
ren per jaar.
Volgens de meest recente cijfers van het Centraal
Bureau voor de Statistiek woedden er in 2004
meer dan 43.000 branden. Daarbij vielen 74 do
den en 1085 gewonden. De materiële schade be
droeg bijna één miljard euro.
In Zeeland brak in datzelfde jaar 869 keer (waar
van 145 in een woning) brand uit. Het aantal do
den en gewonden: respectieveljk 2 en 20. De tota
le schade: bijna 19 mij oen euro. Op deze pagina
een verhaal achter de cijfers.
Eind vorig jaar brandde het huis van het gezin
Van den Dries-Goeree aan de Coudorpseweg in
het Bevelandse Driewegen grotendeels af. Bijna
vier maanden nu wonen ze in een bouwkeet.
„Je hoort wel eens zeggen: 'In de brand, uit de
brand.' Maar zo is het niet."
D enk nooit, zegt John: van Bre-
men, brandpreventie-inspec
teur bij het brandweerbureau Bor-
sele-Goes, 'dit overkomt mij niet.'
Het kan iedereen overkomen."
Vijf wenken van Van Bremen: „Be
veilig de woning met rookmelders
die zijn aangesloten op het licht-
net. Zorg wel voor een back-üp bat
terij. Want als dat ding geen
back-up heeft en de stroomvoorzie
ning, brandt:.weg,heb je er nog niks
aan. Zo'n rookmelder kost onge
veer dertig of veertig euro. En dan
heb je een goeie. We vinden het
doodnormaal dat er in een woonka
mer zestienstopcontacten zitten,
we vinden het heel normaal dat we
in ëen woning op drie Of-vier plaat
sen in een ruimte lichtaansluitin-
gen hebben in het plafond, ik zou
er voor willen pleiten om elke ruim-
te in een woning te voorzien van
een rookmelder."
Zorg, adviseert Van Bremen ook,
voor een brandblusser. „Ik zou een
sproeischuimblusser nemen. Wat
zal zo'n blusser kosten? Vijftig eu
ro. Je kunt ook een poederblusser
gebruiken, die is goedkoper, maar
bij een klein brandje zit je hele
huis onder de blusstof poeder.
Een blusdeken, ook belangrijk.
„Mensen hebben vaak te weinig bij
de hand.om op te kunnen treden
bij bijvoorbeeld een vlam in de
pan. Pak een blusdeken, die gooi je
er overheen en klaar. Kost een tien-
tje."
Denk er eens over na, zegt Van Bre
men, hoe je bij een brand het huis
kunt ontvluchten; maak een vlucht-
plan, overweeg de aanschaf van
een vluchtladdertje. „Ik vind het
wat simpel gedacht als mensen den
ken: 'Ach, ik spring wel uit het
raam.' Je komt gegarandeerd bene
den. Maar vraag niet hoe."
En tenslotte: „Behandel elektri
sche apparatuur conform de voor
schriften die er altijd bijzitten."
Belangrijke oorzaken van binnen
branden (woningen, kantoren, scho
len) zijn een verkeerd gebruik van
elektrische apparatuur (of defecte
apparaten), brandstichting, brand
gevaarlijke werkzaamheden, broei,
roken, met vuur spelende kinderen.
Het verkeerd gebruik van elektri
sche; apparatuur scoort verreweg
het hoogst. Tegen die achtergrond
heeft de brandweer een folder la
ten vervaardigen, met daarin een
aantal tips om brand in apparaten
te voorkomen.
Maak het pluizenfilter van de
wasdroger bij voorkeur na elke
wasbeurt (maximaal na drie was
beurten) stofvrij;
Zet de tv helemaal uit (niet op
stand-by) als er niemand naar
kijkt;
Zorg voor voldoende afstand tus
sen halogeenspotjes en brandbaar
materiaal;
Rol een kabelhaspel helemaal uit
als er een elektrisch apparaat op
wordt aangesloten;
Gebruik de magnetron/oven uit
sluitend voor het bereiden of ver
warmen van voedsel of drank;
Test een elektrische deken wan
neer die lange tijd niet is gebruikt;
Maak minimaal een keer per drie
maanden het vetfilter van de af
zuigkap schoon of vervang het;
Reinig broodrooster, stofzuiger,
haarföhn, frituurpan e.d. regelma
tig;
Zorg voor voldoende ventilatie-
mogelijkheden bij het inbouwen
van apparatuur.
Ad: „Slapen doe je trouwens toch
bijna niet, er zijn zó veel dingen waar
je achteraan moet."
Joke: „Heel ontroerend was het, al die
hulp. Als we wat nodig hadden, hoef
den we maar te bellen. Een vriendin
kwam zelfs met een overlevingspak
ket aanzetten: we-papier, afwasmid-
del, theedoek."
Ad: „De kinderen hebben van sommi
ge mensen cadeautjes gekregen - aller
lei speelgoed en zo."
Joke: „Daar mogen we dus niet over
mopperen."
De verzekering, ook een heel gedoe.
Twee weken geleden pas konden de
laatste verzekeringszaakjes worden
afgewikkeld.
Ad: „Je hoort wel eens van die verha
len: in de brand, uit de brand. Maar zo
is het niet, hoor. Je wordt er absoluut
niet beter van."
Wat de oorzaak van de brand was,
daarnaar is het ook nu nog steeds gis-
Ad: „Het was een oud huis. Misschien
zat er een scheur in de schoorsteen en
is er daardoor het een en ander ge
beurd."
Joke: „Maar er zat geen vuur in die ka
chel, dat weet ik zeker." Ongeveer
vier maanden wonen ze nu in die
bouwkeet, op enkele tientallen meters
afstand van het huis dat eind vorig
jaar vlam vatte.
Joke: „Ik vind het nog steeds een beet
je moeilijk om daar langs te lopen.
Het was toch twintig jaar lang mijn
plekje. Toevallig reed er vanmiddag
weer een brandweerwagen met loeien
de sirenes voorbij. Dan voel ik me niet
prettig. Het roept geen lekker gevoel
op." De fundering voor hun nieuwe
woning ligt er inmiddels. In septem
ber of oktober hopen ze er in te kun
nen trekken. Een mooi huis wordt het,
zegt Joke. Compleet met open haard.
,Maar of die ooit zal branden
Willem van Dam
foto Willem Mieras