Digitale treiteraar wordt steeds geraffineerder
PZC
binnendijks
RUDEN RIEMENS FOTOGRAFIE
Cyberstalking rukt op
zaterdag 25 maart 2006 24 1
Steeds meer mensen worden bedreigd of
lastiggevallen via internet, e-mail en
sms. Slachtoffers staan vaak machteloos,
want cyberstalkers worden steeds geraffi
neerder.
Anatolij wil graag verder met haar leven,
'ook al zal ik nooit meer iemand vertrou
wen'. Want haar leven is vertrapt en stukge
maakt. Soms stuurt haar ex-vriend haar
wel 85 mails per dag. Ze deed aangifte,
maar de politie vond de zaak niet ernstig
genoeg.
De politie kon ook weinig betekenen voor
Kim, want zij heeft geen idee wie haar ey-
berstalker is. Een onbekende verspreidt val
se roddels over haar, bijvoorbeeld dat ze in
een pornozaak werkt. Sinds kort wordt ze
ook overspoeld met ongevraagde e-mails.
Cyberstalking rukt op. Internet en de
nieuwste mobiele snufjes bieden ongekende
mogelijkheden om anderen digitaal dwars
te zitten.
Jack Kantelberg van het Centraal Meld
punt Stop Stalking, een vrijwilligersorgani
satie die hulp verleent aan slachtoffers en
daders, schat dat elk jaar in Nederland
twintigduizend personen gestalkt worden.
Vrouwen, ouderen en kinderen maken de
meeste kans om slachtoffer te worden. De
daders zijn in negen van de tien gevallen
mannen.
Het zijn zeer ruwe cijfers, want cyberstal
king is een betrekkelijk nieuw fenomeen en
lang niet altijd wordt aangifte gedaan. Kan
telberg noemt cyberstalking 'een probleem
dat het meest voorkomt en de minste aan
dacht krijgt'.
Hij denkt dat zeker eenderde van alle stal
kers tegenwoordig gebruik maakt van inter
net. In ongeveer tien procent van de geval
len bedienen ze zich volgens hem uitslui
tend van digitale communicatiemiddelen.
Het getreiter begint vaak met e-mailbom-
bardementen. Met een simpele klik op de
knop worden bedreigende en intimiderende
boodschappen verstuurd. Soms worden
daarbij speciale programma's gebruikt, zo
dat de dader niet zelf achter de pc plaats
hoeft te nemen.
Zodra de afzender wor.clt geblokkeerd, kun-
nen vrienden, familie of collega's bestookt
worden met roddels over het slachtoffer.
Discussiegroepen of andere digitale 'prik
borden' lenen zich bij uitstek voor het plaat
sen van kwetsende opmerkingen, al dan
niet met vermelding van het mailadres van
het slachtoffer. Ook kan de dader zich als
het slachtoffer voordoen en als die persoon
beledigende berichten sturen.
Nog veel erger wordt .het als de cyberstal-
siek contact. Maar volgens stalkingdeskun-
cligen is dat een misvatting. Veel potentiële
'gewone' stalkers schrikken er uiteindelijk
toch voor terug om hun slachtoffers per
soonlijk of telefonisch te benaderen. Zodra
ze achter de computer kruipen, wordt die
drempel veel lager. Met de grote hoeveel
heid informatie die van het web geplukt
kan worden, krijgt de stalker de gelegen-
ker er in is geslaagd een spionageprogram-
ma, een zogeheten Trojaans paard, te instal
leren op de computer van het slachtoffer.
Zodra de belager in het bezit is van loginna-
men en wachtwoorden van zijn slachtoffer
is de ellende helemaal niet meer te over
zien.
Vaak wordt aangenomen dat intimidaties
en pesterijen via internet minder ernstig
zijn dan gevallen waarbij sprake is van fy
heid diep in het privé-leven van het slacht
offer binnen te dringen. Vaak smaken de di
gitale pesterijen bovendien naar meer en
vormen ze de voorbode van fysiek agressief
Offline stalkers zijn over het algemeen geen
erg slimme mensen, zegt Kantelberg,.en
hun identiteit is meestal vrij snel te achter
halen: „Ze hakken met een bijl op de voor
deur, of slaan de buitenspiegel van de auto
van de nieuwe vriend van hun ex kapot. Zo
kunnen ze him emoties kwijt."
Het verzamelen van bewijsmateriaal tegen
cyberstalkers is veel minder eenvoudig. De
daders zijn vaak onbekenden die op grote
afstand opereren en onzichtbaar blijven
doordat ze zich verbergen achter schuilna
men en gebruik maken van verschillende
computers en providers.
Bedreigend
Bovendien is het vaak moeilijk aannemelijk
te maken dat sprake is van een echte drei
ging. Cyberstalkers staan erom bekend dat
ze hun slachtoffers lang niet altijd openlijk
of persoonlijk bedreigen. Ze worden, net
als gewone stalkers weliswaar gedreven
door een obsessief verlangen om controle
uit te oefenen over hun slachtoffers, maar
zijn zich er meestal van bewust dat hun ge
treiter niet door de beugel kan. Hun gedrag
kan vervelend zijn of bedreigend, maar er
is juridisch weinig tegen te doen.
Cyberstalking kan diep in het leven van
slachtoffers ingrijpen. Slachtoffer voelen
zich volkomen machteloos als ze de identi
teit van hun belager niet kennen. De toen
malige Amerikaanse vice-president Al Go
re trok in 1999 aan de bel: „Dit soort kwel
ling kan even angstaanjagend zijn als in
werkelijkheid gevolgd en bespioneerd te
worden in je omgeving of in je huis."
In de VS zijn al forse straffen uitgedeeld
aan cyberstalkers. Een beveiligingsbeamb
te die het adres en telefoonnummer van zijn
ex-vriendin op internet publiceerde met de
vermelding dat ze erover fantaseerde om
verkracht te worden, werd veroordeeld tot
zes jaar cel.
De Nederlandse politie heeft nog" maar wei
nig ervaring met cyberstalking. Slachtof
fers hebben zich daarom georganiseerd in
belangenverenigingen en zelfhulpgroepen
op internet, zoals stalking.wereld.nl en Stal
king Lotgenoten. Lovenswaardige initiatie
ven, vindt Jack Kantelberg: „Mensen vin
den steun bij elkaar. Voor een tijdje is dat
heel goed. Maar als het te lang duurt, word
het slachtoffergevoel alleen versterkt. Een
oplossing is het niet."
Henk Schutten