PZC 999 Van figurant tot poster aan de muur W3 W5 W6 W2 Redactie bijlagen: 0113-315680 www.pzc.nl E-mail:redactie@ pzc.nl Postbus 314460 AA Goes Advertentie-exploitatie: Noord-en Midden-Zeeland: 0113-315520; Zeeuws-Vlaanderen: 0114-372770; Nationaal: 020-4562500. zaterdag 4 februari 2006 turijn 200ó Twee jaar geleden durfde Sven Kramer nog geen tel te denken aan de Olympische Spelen. Ja, die van 2010 in Vancouver, die kon hij misschien halen. Nu reist de negentienjarige Fries als één van de topfavorie ten voor de lange afstanden af naar Turijn. Het kan snel gaan in een schaatsleven. Winnen. Als er iets is wat Sven Kramer graag doet, is dat het wel. De negen tienjarige Fries is een winnaarstype, dat merk je aan alles. Een toptijd is leuk, maar als het geen goud oplevert dan staat het ge zicht van Kramer vaak op onweer. De fraaie 10 kilometer bij het EK allround in Hamar was een typerend voorbeeld. De jonge TVM-schaatser zette een prima tijd op de klokken, maar dat er een Noor een paar tien den van een seconde sneller was, beviel hem slecht. Vloekend schaatste hij over de baan. Zo is Sven Kramer, hij haat verliezen. In Hamar, waar Kramer zich voorbereidde op de Olympische Spelen, knikt hij instemmend. „Ik ben niet snel tevreden. Een perfectionist, ja. Na het EK was ik boos op mezelf." Kwaad was hij ook over de nieuwe pakken. Kramer voelde zich in Hamar bedonderd door fabri kant Nike. Als één van de weinige schaatsers durfde Kramer de multinational openlijk te bekritiseren. „Ik trek dat pak nooit weer aan", kondigde hij stellig aan. Niet slim misschien, maar zo is Kramer ook, een flapuit. Maar met een reden. Hij werkt keihard om het hoogste te bereiken. Als er iets niet klopt, komt hij in actie. „Heel druk kan ik me maken over kleine dingetjes. De schaatsen, de voorzieningen, de kleding, alles moet goed zijn. Gelukkig is dat bij TVM alle maal heel goed geregeld. We hoeven alleen maar hard te schaatsen." Hard schaatsen. Het lijkt hem met de paple pel ingegoten. Toch is het niet zo dat Sven Kramer vanaf het eerste moment dat hij op het ijs stond, ook goed was. Sterker nog, vier jaar geleden was er nog geen enkel teken dat Kramer ooit de beste van de wereld zou wor den. Hij speelde in die tijd slechts een beschei den bijrol. Even denkt hij terug aan februari 2002, aan het NK junioren waar hij 21e werd. „Ik was eerstejaars B-junior", herinnert Kra mer zich. „De afsluitende 3 kilometer mocht ik niet eens rijden. Twee jaar eerder plaatste ik mij als C-junior niet eens voor het NK." Lang leve de lol, dat was de instelling die hij destijds had. Pas na het teleurstellende NK van 2002 veranderde er wat. „Het ging zo slecht, dat wilde ik niet. Veel jongens kappen er na zulke resultaten mee. Ik ben juist har der gaan trainen, daar hou ik van. Een jaar later (Kramer werd als tweedejaars B Neder lands kampioen) kreeg ik in de gaten dat ik de beste kon zijn. Daarna is het snel gegaan." Hoewel hij in zijn jeugd ook graag tenniste, voetbalde, shorttrackte en de laatste jaren ook behoorlijk fietste, koos hij voor het schaatsen. Een bewuste keuze? „Ik kreeg een uitnodiging van Jong Oranje. Als dat gebeurt, ga je ervoor. Als er eerder een uitnodiging uit het wielrennen was gekomen, was ik waar schijnlijk gaan fietsen. Maar ik denk wel dat het een goede keuze is geweest", zegt hij met gevoel voor understatement. Talent Gezegend met talent, het karakter van een doorzetter en de discipline om hard te trai nen, denderde Kramer al in zijn tweede jaar bij Jong Oranje het seniorenveld binnen. Vo rig seizoen won hij meteen de Nederlandse allroundtitel en stond hij als achttienjarige ook bij het EK (tweede) en het WK (derde) op het podium. „Naarmate ik ouder word, word ik ook sterker", luidt Kramers simpele verkla ring voor dat succes. Maar sport zit ook in zijn genen. En zeker het schaatsen. Moeder Elly maakte vroeger drie jaar deel uit van de Friese selectie en was ac tief op enkele junioren NK's. Vader Yep was decennia lang een bekend gezicht in schaats land en kwam zelfs twee keer (1980 Lake Pla cid en 1984 Sarajevo) uit op de Winterspelen. „Een paar jaar geleden vond ik dat nog heel intéressant", zegt Kramer junior. „Maar nu ik zelf ga, is dat een stuk minder geworden." Vroeger sprak hij met zijn vader ook veel over schaatsen, tegenwoordig veel minder. „Alles is veranderd. De schaatsen, de pakken, alles. Het is niet meer te vergelijken." Zus Brecht, die ook schaatst, is nu een betere gesprekspartner. „Dat kan een grote worden als ze zich zo doorontwikkelt", weet Sven Kramer. „Ze is vijftien en nu al goed. Dat was ik toen niet." Voorlopig kan de jongste Kramer lekker in de luwte van haar grote broer doorgroeien. Sven Kramer zelf is inmiddels een bekende Neder lander geworden. Hij neemt het op de koop toe. „Het begint te wennen, al is het niet al tijd even leuk." Zo vindt hij het minder als hij weer eens in één van 'De Bladen' opduikt. Zijn privé-leven met collega-schaatser Annet te Gerritsen is een dankbaar onderwerp. „Het hoort erbij", verzucht Kramer. „Tegen woordig sta ik overal in." Maar het 'in de picture' staan bevalt hem aan de andere kant ook weL Het idee dat posters met zijn beeltenis de muren van tienerkamers sieren, streelt hem. „Het is een waardering voor je prestaties." Zelf was Kramer minder van de heldenverering. „Ik heb nooit posters aan de muur gehad. Ik had geen Rintje op mijn kamer hangen. Zo ben ik helemaal niet." Geen jeugdheld? „Nee, heb ik niet." De mooiste olympische prestatie? Lang blijft het stil. „Ik zie er niet één als de mooiste. Alle olympische medaillewinnaars verdienen res pect, want ik weet wat ze er voor gedaan heb ben." Hij spreekt over alle winnaars van een medaille, maar kan Kramer wel genieten als hij straks in Turijn geen goud maar brons wint? „Nee", antwoordt hij beslist. „Nou ja, als het op de 1500 meter is wel, maar niet op de 5 kilometer." Ambities Die uitspraak is tekenend voor zijn ambities. Sven Kramer gaat voor het hoogste, hij wil de beste zijn. Zijn doelen zijn duidelijk: „Als ik Europees- en wereldkampioen allround ben en olympisch goud heb gewonnen, ben ik klaar." Als hij dan toch één van de drie moet kiezen, prefereert hij olympisch goud boven de wereldtitel in zijn eigen Thialf Kramer heeft nog tijd zat om zijn dromen te verwezenlijken, maar het liefst oogst hij zo snel mogelijk. Hij heeft zijn zinnen gezet op Turijn, een toernooi dat twee jaar terug nog nooit in zijn gedachten was opgedoken. „Op dat moment had ik het niveau nog lang niet om mee te doen. Vancouver 2010, daar dacht ik wel eens aan, maar niet aan Turijn." Nu is hij in de ogen van het Nederlandse schaatsvolk favoriet voor goud. Kramer be grijpt het, maar hij wijst wel op de concurren tie. Eerst Carl Verheijen en later Chad Hedrick reden immers wereldrecords op de 10 kilometer. En toch ziet Kramer zijn eigen naam steeds bovenaan staan in lijstjes met fa vorieten. Extra druk levert het de jonge Fries niet op. „Ik heb er alle vertrouwen in dat het goed gaat komen. Op de 5 en 10 kilometer en de ploegenachtervolging maak ik een goede kans", zegt hij zelfverzekerd. „Ach, als je niet in de lijstjes met favorieten staat, is het ook niet goed." Johan Stobbe Over zes dagen starten in Turijn de twintigste Olympische Winterspelen. Ruim twee weken lang zal de Italiaanse stad het centrum van de mondiale sport zijn. De Nederlandse aandacht zal met name gericht zijn op het schaatsen, waarin de Oranje-equipe traditiegetrouw de grootste medaillekansen heeft. Vier jaar geleden zorgden Jochem Uytdehaage en Gerard van Velde in Salt Lake City voor de gouden Nederlandse oogst. Beiden hebben zich echter niet gekwalificeerd voor Turijn. Wie worden hun opvolgers? In deze bijlage komen twee Nederlandse kanshebbers aan het woord: coming man Sven Kramer en sprintster Marianne Timmer. Behalve aan deze gouden kandidaten wordt in deze bijlage ook aandacht besteed aan andere olympische sporten en sporters. Wie is bijvoorbeeld die hippe snowboardster Cheryl Maas? Komen er ook weer exotische verrassingen naar Turijn? En hoe gevaarlijk is bobsleeën? Het complete programma en een overzicht van alle Nederlandse deelnemers ontbreken niet in deze bijlage. Timmer jaagt op derde gouden plak Sighel wil wel, maar mag niet De gevaren van de winterse Formule 1 Maas gaat toevallig even naar Turijn Programma van Winterspelen - Sloetskaja rijdt voor haar moeder Jamaicaanse bobbers en Indiase rodelaars Idolen heeft Sven Kramer nooit gehad. „Alle olympische medaillewinnaars verdienen respect, want ik weet wat ze er voor gedaan hebben, foto Catrinus van der Veen/GPD

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2006 | | pagina 31