Eb en vloed in
artistiek Vancouver
Hedendaagse kunst in Antwerpen
jjedactie bijlagen: 0113-315680
Üww.pzc.nl
to,bus 31,4460 AA Goes
drivertentie-exploitatie:
f!d. en Midden-Zeeland: 0113-315520;
Euws-Vlaanderen: 0114-372770;
Sonaal: 020-4562500.
woensdag 21 december 2005
Sneeuwwitje tot leven gewekt. 25
ancouver, aan de
westkust van Cana
da, heeft de afgelo
pen decennia opmerkelijk
veel kunstenaars van interna
tionale faam voortgebracht.
Nog steeds drijft nieuw ta
lent boven met werk dat van
groot belang wordt geacht en
van wie de naam eveneens
met de havenstad kan wor
den verbonden. Het Museum
van Hedendaagse Kunst Ant
werpen (Muhka) heeft de
Vancouver Art van nu bijeen
gebracht in een tentoonstel
ling die de verre metropool
dichterbij weet te brengen,
die niet alleen toont wat de
kunstenaars bindt maar ook
wat hen van elkaar onder
scheidt.
Rodney Graham, Linden Ronse,
1989
Bart De Baere, directeur van
het Muhka, somt moeite
loos het rijtje op: Stan Douglas,
Rodney Graham, Ken Lum, Jeff
Wall, Ian Wallace. „Dat zijn alle
maal heel bekende kunstenaars.
Maar waar leven ze? Dat is veel
minder bekend. Dan blijkt dat
ze met elkaar zijn verbonden, in
Vancouver. Dat is op zich al fas
cinerend. Als je daarheen gaat,
ontdek je dat er nog veel meer
belangwekkende kunst is."
Aan de expositie, de eerste bui
ten Canada met de Vancou
ver-scene als uitgangspunt, is
vier jaar van voorbereiding voor
afgegaan. Het Muhka wil nu een
maal niet alleen bijzondere he
dendaagse kunst tonen, maar
ook de historische en culturele
context schetsen en die toegan
kelijk maken voor een breder pu
bliek, zonder in simplificaties te
vervallen. De Baere: „We willen
respect tonen voor de kunste
naar, maar ook voor het pu
bliek."
Het is vaak verleidelijk maar
niet altijd terecht om te zeggen
dat kunstenaars hoe dan ook
een groep vormen, alleen maar
omdat ze in dezelfde omgeving
wonen of werken. Toch gaat de
eenheid in Vancouver verder
dan dat. De stad zelf - ondanks
of juist doordat die zo geïso
leerd ligt - speelt een meer dan
gebruikelijke rol in het werk
van een groot aantal kunste
naars, ze hanteren veelal verge
lijkbare technieken en uitgangs
punten en bovendien reageren
ze regelmatig op eikaars werk.
In de aanloop van de tentoon
stelling is veel onderzoek ver
richt. Het Antwerpse museum
werkte daarbij nauw samen met
Scott Watson, directeur van The
Morris and Helen Belkin Art
Gallery van de universiteit van
British Columbia en groot ken
ner van de lokale kunstgemeen
schap. Hij trad met Dieter Roel-
straete van het Muhka op als cu
rator van de tentoonstelling In-
tertidal: Vancouver Art Ar
tists en samen redigeerden ze de
gelijknamige, Engelstalige essay
bundel waarin het artistieke
landschap van de stad in kaart
wordt gebracht.
Fotokunst
Wie de expositie bezoekt, krijgt
eerst een historische introduc
tie. Aan de hand van, veelal bij
zondere, documenten schetst
Watson een beeld van het kunst
klimaat in Vancouver in de late
jaren zestig en de vroege jaren
zeventig. In die periode ontstaat
daar de beweging van concep
tuele fotokunst. Het getoonde
drieluik La mélancolïe de la rue
(1973) van Ian Wallace kan
bijna als een manifest daarvan
1.
Tim Lee, The Jerk - Carl Reiner, 2004
Scott McFarland, Inspecting - Allen O'Connor Searches for Botrytis Cine-
rea, 2003
Vikky Alexander, Model Suite, 2005
zwart-witfoto's van onder meer
zwerfvuil, autowrakken en een
dode kraai in Downtown East-
side, de meest verloederde buurt
van Canada, overwoekerd door
misdaad, drugshandel en prosti
tutie. Arden toont de schaduw
zijde van de stad die in 2003 een
prijs kreeg voor de hoogste le
venskwaliteit op het Amerikaan
se continent. Het is de betonnen
jungle in wat op het eerste oog
een paradijs lijkt te zijn.
Een 'wereldprimeur' is Ardens
videowerk Supernatural (2005),
een meer dan ironische verwij
zing naar de reclamekreet 'Su
pernatural BC', waarmee het na
tuurschoon van British Colum
bia aan de toerist wordt ver
kocht. De fragmentarische film
toont de ernstige rellen die in
1993 in stad uitbraken, niet van
wege een schrijnende politieke
of maatschappelijke misstand
maar slechts omdat de ijshock
eyers van de Vancouver Ca
nucks weer eens hadden verlo
ren.
Nog beklemmender is de thea
trale video-installatie The Na
med and The Unnamed (2002)
van de Amerikaans-Indiaanse
kunstenares Rebecca Belmore,
die als vrouw en vanwege haar
'allochtone' afkomst in dubbel
opzicht een positie in de marge
van het kunstklimaat in Vancou
ver inneemt.
De film, geprojecteerd op een
scherm waarin brandende lamp
jes zijn gemonteerd, laat Belmo
re in - wederom - Downtown
Eastside zien. Ze wandelt naar
een plek, die ze eerst grondig rei
nigt door die te vegen en te
schrobben. Daarna schreeuwt
ze luid een voor een de namen
die op haar armen staan geschre
ven, waarbij ze telkens een
bloem met haar tanden in één
beweging van haar bladeren ont
doet.
De namen uit de litanie zijn die
van de tientallen vrouwen, veel
drugsgebruiksters en prosti
tuees, die in de jaren negentig in
de wijk verdwenen. Justitie trad
lange tijd laks op, totdat de ont
zielde lichamen werden opgegra
ven op de boerderij van varkens
fokker en seriemoordenaar Ro
bert Pickton. Belmore bewijst
de vaak verwaarloosde en verge
ten vrouwen op uiterst indrin
gende wijze de laatste eer. Aan
het slot klinkt It's a Man's
Man's Man's World van James
Brown. Kippenvel.
Rolf Bosboom
Expositie: Intertidal: Vancouver Art
Artists, t/m 26 februari in Museum
van Hedendaagse Kunst Antwerpen,
Leuvenstraat 32, Antwerpen. Naast
genoemde kunstenaars is werk te
zien van Judy Radul, Geoffrey Far
mer, Brian Jungen, Liz Magor en
Ron Terada. Geopend: dagelijks, be
halve op maandag, 10-17 uur. Op 25
december en 1 januari gesloten. Zie
ook: www.muhka.be.
Boek: IntertidalVancouver Art
Artists'met tekstbijdragen van Mi
chael Turner. Scott Watson, Ian
Wallace, William Wood, Reid Shier,
Monika Szewczyk, Stepherd Steiner
en Dieter Roelslraete. Uitgave van
Muhka en The Morris and Helen Bel-
kin Art Gallery (The University of
British Columbia, Vancouver). Prijs:
25 euro.
Rebecca Belmore, The Named and The Unnamed (still), 2002
McFarland is onmiskenbaar
schatplichtig aan Jeff Wall,
maar kent ook zijn klassiekers.
Steeds opnieuw blijkt de Van
couver-school uitstekend thuis
te zijn in de kunstgeschiedenis,
terwijl er ook onderling veel
dwarsverbanden zijn te vinden.
De bekende omgekeerde foto's
van bomen van Rodney Gra
ham, waarvan er drie worden
getoond, keren op de tentoon
stelling bijvoorbeeld recht
streeks terug in de verzameling
X-Mas Trees (2005) van Steven
Shearer. Het omgekeerde zelf
portret van Tim Lee (The Jerk,
Carl Reiner, 2004) doet dat indi
rect ook, terwijl tegelijkertijd
de invloed van de Duitse foto
graaf Thomas Ruff herkenbaar
is.
Bij Damian Moppett zijn de ver
wijzingen nog meer verborgen.
Op de hoogste verdieping van
het Muhka-gebouw draait zijn
film 1815/1962 (2003). We zien
de kunstenaar die door de bos
sen van Vancouver Island
dwaalt, begeleid door indringen
de natuurgeluiden. Hij bouwt
een merkwaardige val, die blijkt
te zijn geïnspireerd op een sculp
tuur van de Engelse beeldhou
wer Anthony Caro. Een model
ervan is in het museum te zien.
Innerlijke tegenstellingen, voor
al die tussen natuur en cultuur,
keren terug in veel werken. De
titel van de tentoonstelling, In
tertidal, is daar het allesomvat
tende symbool van. Zij verwijst
naar het spectaculaire getijden-
verschil aan de kust van British
Columbia. De kunstenaars voe
ren vaak een innerlijk debat tus
sen uitersten, tussen geestelijk
eb en vloed.
Kelly Wood werkt sterk concep
tueel, in de vorm van The Conti-
nous Garbage Project. Vijf jaar
lang fotografeerde ze haar huis
houdelijk afval. In Antwerpen is
het vierde jaar, van maart 2001
tot maart 2002 te zien: 55 bijna
steriele foto's van vuilniszak
ken, wellicht te beschouwen als
een alternatief, eigenzinnig zelf
portret of een milieustatement,
in de stad die immers de baker
mat van Greenpeace is.
Schaduwzijde
Roy Arden is niet minder docu
mentair actief. Zijn aandeel in
de tentoonstelling omvat
gelden. Veel hedendaagse kun
stenaars borduren er nog steeds
op voort, of geven er in elk geval
blijk van zich bewust te zijn van
de traditie waarin zij staan, al
zijn hun opvattingen meestal
minder streng-intellectueel dan
die van hun voorgangers.
De tentoonstelling omvat over
wegend fotografie en video
kunst, naast enkele installaties.
Alleen van Steven Shearer zijn
tekeningen en schilderijen te
zien. Twee van de artistieke
kwartiermakers in Vancouver,
Stan Douglas en Rodney Gra
ham, tonen ook recent werk.
Daarvan maakt vooral Douglas'
video-installatie Nu*tka*(1996)
indruk. Zoals bij veel Vancou-
ver-kunstenaars speelt het over
weldigende natuurschoon van
British Columbia een belangrij
ke rol. Terwijl de omgeving als
ongerept paradijs - hoewel wat
technisch vervormd - in beeld
wordt gebracht, vertellen twee
stemmen de minder fraaie kolo
niale voorgeschiedenis van Van
couver. De Britse en de Spaanse
versies en visies klinken door el
kaar, waardoor ze onverstaan
baar worden. Af en toe komen
de verhaallijnen samen en is er,
heel even, harmonie.
De bijzondere omgeving domi
neert ook de foto's van Vikky
Alexander, van wie Model Suite
(2005) is te zien. Het vierluik
toont een krap bemeten, kunst
matig ogend appartement vol
spiegelingen, met in elk raam
een compleet ander uitzicht op
een deel van Vancouver. Het lij
ken reclamefoto's waarvan de
commerciële kracht volledig
wordt geput uit wat British Co
lumbia en Vancouver zelf te bie
den hebben. Het interieur is
zichtbaar ondergeschikt.
Ertegenover in dezelfde ruimte
hangt, niet toevallig, het foto
werk van Scott McFarland van
de tuinen in de rijkeluisbuurten
van Vancouver. Het zouden lust
hoven moeten zijn, maar ze
doen kunstmatig en wat onge
makkelijk aan. In alle tuinen
wordt bovendien driftig ge
werkt door personeel, wat de
idylle alleen maar verder ver
stoort. Het roept het gevoel op
van een geforceerd en royaal ge
financierd geluk, dat het niet
haalt bij de natuur die veelal op
de achtergrond sluimert.
Stan Douglas, Nu*tka* (still), 1996