Jonge Zeeuwse kunstgarde
slaat op de trom
Ex-gevangenisdirecteur Van Huët voelt zich verradei
PZC
zaterdag 26 november 2005
Ze noemen zich de Zeeuwse
Nieuwe. Dertien veelal jon
ge, professionele kunstenaars uit
de provincie hebben de afgelo
pen twee maanden intensief sa
mengewerkt. De onderlinge uit
wisselingen hebben soms verras
sende resultaten opgeleverd, te
zien op de eindexpositie die van
daag in Goes wordt geopend. Het
ziet ernaar uit dat het tijdelijke
collectief een meer permanent
vervolg krijgt.
Het schoolse heeft het veld ge
ruimd voor het creatieve. Het
pand aan de J.P. Coenstraat in Goes
dat tot vorig jaar een vestiging was
van het Regionaal Opleidingen Cen
trum Zeeland, is nu een artistieke ont
moetingsplaats. Buiten, op het plein,
staan een aanhangwagen en wat ta
fels die hun langste tijd hebben ge
had. Een roestige kruiwagen is tegen
de gevel gestald. 'Gebouw 5', staat er
nog als ROC-reliek bij de deur.
Binnen zetelt de kunst. Een machtige
aula omarmt de bezoeker en biedt,
links en rechts en dankzij de galerij
ook boven, uitzicht op de vroegere lo
kalen. Het zijn imposante ruimtes,
met hoge ramen die het licht alle ruim
te gunnen - ideale ateliers voor kunste
naars. Waar voorheen onderwijs werd
gegeven, wijden zij zich nu aan de ar
tistieke zelfs'tudie.
Het gebouw is sinds een jaar in ge
bruik bij de Goese kunststichting
G2A en vormt nu ook het hart van de
Zeeuwse Nieuwe. Het is bovendien de
plaats waar de afsluitende tentoonstel
ling wordt gehouden. Coen Wieman
van G2A, tevens een Zeeuwse Nieu
we, wit als voorbereiding nog enkele
muren. Op de bar ligt een things to
do-lijst, voor de laatste dagen tot de
opening.
Denz de Kroon, ook van zowel G2A
als Zeeuwse Nieuwe, loopt wat rond.
Hij heeft zijn bijdrage aan de exposi
tie gereed. Al vaker was Groei der ele
menten te zien, een reeks staande blok
ken in verschillende kleuren en hoog
ten. Ze vormen een beeldbepalend ele
ment in de aula. Aan de muur hangt
nieuw werk, onder meer een figuur op
gebouwd uit vierkante plaatjes. „Die
spanning van geometrische en organi
sche vormen vind ik heel interessant."
De Kroon is zeer te spreken over de sa
menwerking met andere Zeeuwse kun
stenaars. „Het werkt heel inspirerend
en stimulerend. Je merkt dat je veel
kunt leren van anderen. Iedereen is
weliswaar op zijn eigen manier bezig,
maar allemaal hebben ze een enorme
drive. Daardoor gebeurt er ook wat
als je dat samenvoegt. Iedereen vult
elkaar goed aan en er ontstaan nieuwe
dingen." Hij wijst op de bijzondere
keramiek van Liesbeth Minderhoud.
„Het is totaal anders dan wat ik
maak, maar daarom voor mij juist
heel interessant."
Zeeuwse Nieuwe is een initiatief van
CBK Zeeland, voluit het Centrum
voor Beeldende Kunsten, Vormgeving
en Architectuur. „Het idee is al zo'n
drie jaar geleden ontstaan, vanuit de
gedachte: wie zijn nu de jonge kunste
naars in deze provincie?", zegt direc
teur Kathrin Ginsberg.
In de zomer van 2003 hield het cen
trum een zomeratelier met de jonge
kunstenaar Michiel Paalvast, in com
binatie met Gust Romijn. Daaruit
kwam weer een workshop met Kees
de Valk voort, waarvoor jonge kunste
naars werden uitgenodigd.
Sindsdien heeft Ginsberg geprobeerd
regelmatig ontmoetingen tot stand te
brengen tussen de jonge kunstgarde
in Zeeland. Het idee erachter is vooral
Van links naar rechts: Liesbeth Labeur (Sela), Denz de Kroon, Michiel Paalvast, Janneke Rottier, Bianca Runge, Nanda Runge, Coen Wieman, Machteld van der
Wijst, Ollo Feenstra, Ellen de Boer (achtergrond) en Danny van Rijt. Liesbeth Minderhoud en Caroline Passenier ontbreken op de opname. foto Willem Mieras
De Zeeuwse Nieuwe zijn:
Bianca Runge (1967) uit Veere, Caroline Pas
senier (1970) uit Middelburg, Coen Wieman
(1976) uit Goes, Danny van Rijt (1963) uit
Geersdijk, Denz de Kroon (1973) uit Goes, El
len de Boer (1980) uit Goes, Janneke Rottier
(1949) uit Goes, Liesbeth Labeur/Sela (1975)
uit Middelburg, Liesbeth Minderhoud (1975)
uit Domburg, Machteld van der Wijst (1974)
uit Westkapelle, Michiel Paalvast (1976) uit
Veere, Nanda Runge (1970) uit Middelburg
en Ollo Feenstra (1959) uit Veere.
hen meer onder de aandacht te bren
gen, te laten zien wat voor talent in ei
gen omgeving actief is. Daarnaast is
het doel kunstenaars ervaringen te la
ten uitwisselen, ook op praktisch ge
bied. „Ze zijn allemaal heel integer
met hun werk bezig en willen er ook
mee verder", zegt Ginsberg. „Dan
moet je ook weten hoe je allerlei pro
blemen oplost en hoe je aandacht
krijgt voor je werk."
Collectieven
Een concrete uitvoering liet echter op
zich wachten. Beeldend kunstenaar
Bianca Runge uit Veere bedacht uit
eindelijk het concept zoals dat nu
wordt uitgevoerd, onder de naam
Zeeuwse Nieuwe. Er werd een groep
van dertien professionele en overwe
gend jonge kunstenaars samengesteld,
met als verbindende factor dat ze alle
maal betrokken zijn bij andere, kleine
re collectieven: G2A in Goes, Kipvis
in Middelburg (voorheen in Sirit Lau
rens), Kunstplein Veere en Galerie
Pop in Domburg.
Behalve dat een gezamenlijke tentoon
stelling is voorbereid, is er ook een ex
positie in De Drukkerij in Middelburg
geregeld, hebben de kunstenaars zich
gepresenteerd op bedrijvenbeurs Con-
tacta in Goes, hebben twee van hen
(Machteld van der Wijst en Liesbeth
Labeur) een fraaie catalogus gemaakt
van het werk van de Zeeuwse Nieuwe
en heeft Bianca Runge korte, opmerke
lijke videofilms gemaakt van de ate
liers van elke kunstenaar. Deze wer
den de afgelopen dagen herhaaldelijk
vertoond bij Omroep Zeeland.
Zo gaan ze op allerlei manieren de
boer op met hun werk, met het etiket
Zeeuwse Nieuwe als slim doordacht
marketinginstrument. „Om als kunste
naar te overleven, móet je wel naar
buiten treden", zegt Bianca Runge.
„Het is van levensbelang dat je wordt
gezien. Je moet blijven knokken om te
proberen opdrachten binnen te halen,
want het komt niet vanzelf op je af.
Als groep heb je een veel groter bereik
dan als individu. Je moet daar ook in
groeien. De Contacta was in dat op
zicht heel spannend. Uiteindelijk was
iedereen tevreden over het resultaat.
Er zijn veel contacten gegroeid."
Het complex tegenover het
G2A-pand, de vroegere kappers-
school, is sinds kort in gebruik als ate
lierruimte, als alternatief voor het af
te breken schoolgebouw in de Toma-
testraat. Ellen de Boer, de jongste
Zeeuwse Nieuwe, is er ook neergestre
ken en bereidt haar aandeel in de ex
positie voor. Het is een verzameling
honingraatvormige schilderijen met
afbeeldingen van handen, die ze hori
zontaal - op de grond - presenteert.
„Ik heb in Breda op de academie geze
ten, maar heb besloten om terug naar
Goes te komen. Daar liggen uiteinde
lijk toch mijn roots, al wil ik over en
kele jaren wel naar het buitenland."
Financieel overeind blijven als kunste
naar is niet eenvoudig, ervaart Ellen:
„Galeries zijn erg duur en het aanbod
is beperkt. Ik zoek alternatieve exposi
tieplaatsen, maar daar komen weer
geen kopers. Ik heb wel grote steun
aan dit atelier. Het vormt voor mij een
goede basis om te werken."
Ellen vindt Zeeuwse Nieuwe een waar
devol initiatief. „Je raakt betrokken
bij andere kunstenaars, bij hun werk
wijze. Op exposities leer je lang niet
zoveel als wanneer je in iemands ate
lier komt en ziet hoe iemand werkt.
Er zitten meerdere kunstenaars tus
sen die me inspireren."
Geluk
Denz de Kroon heeft net, samen met
Coen Wieman, een opdracht afgerond
voor het nieuwe stadskantoor in Goes.
„Het is de eerste keer dat ik zodanig
wordt betaald voor mijn werk, dat ik
er tijdelijk van kan leven. Als je het
alleen moet hebben van de schilde
rijenverkoop, heb je wel heel veel ge
luk nodig."
Net als de andere Zeeuwse Nieuwe
hecht De Kroon aan Zeeland. „Artis
tiek gezien is het voor mij een stimule
rend gebied. Ik ben geen stadsmens.
Ik heb echt de zee nodig. Voor veel jon
geren is de verleiding groot om naar
de Randstad te gaan. Je hebt daar ook
veel meer mogelijkheden om jezelf als
kunstenaar te presenteren, maar tege
lijk ben je er een van de velen. In Zee
land word je als kunstenaar toch eer
der opgemerkt, al is je economische
afzetmarkt kleiner."
Voedingsbodem
Runge vestigde zich enkele jaren gele
den in Zeeland. Ze bespeurt volop ta
lent en een vruchtbare artistieke voe
dingsbodem, al zouden overheden wat
haar betreft extra impulsen kunnen
geven door bijvoorbeeld te zorgen
voor meer atelierruimtes, zoals on
langs op het Molenwater in Middel
burg is gebeurd. „Dat zou heel erg
mooi zijn. Iedereen roept dat kunst
heel erg belangrijk is, maar het beleid
is er meestal niet op afgestemd."
Om dat aan te kaarten komt er vol
gend voorjaar een ontmoeting met
Zeeuwse bestuurders. Zeeuwse Nieu
we krijgt hoe dan ook een vervolg,
zegt Runge. „De naam blijft zeker be
staan, maar het wordt waarschijnlijk
een flexibeler geheel. Misschien dat er
ook mensen bijkomen." Zij hoopt
vooral meer jonge kunstenaars erbij
te betrekken die nauwelijks aan bod
komen.
CBK-directeur Ginsberg is eveneens
van oordeel dat Zeeuwse Nieuwe aan
het doel beantwoordt en een vervolg
voor de hand ligt. „De kunstenaars
zullen elkaar blijven vinden en er zul
len andere gezamenlijke activiteiten
ontstaan." Het CBK gaat ook probe
ren mensen met een Zeeuwse achtei-
grond die afstuderen aan de kunstaca
demies, in contact te brengen met de
groep. Door steeds de aandacht te ves
tigen op de activiteiten van de nieuwe
garde, ontstaan vanzelf weer nieuwe
initiatieven, verwacht Ginsberg. „Je
krijgt een vliegwieleffect. Door har
der op de trom te slaan, val je meer
op."
Rolf Bosboom
De eindexpositie van Zeeuwse Nieu
we in het pand J.P. Coenstraat 5 in
Goes wordt vanmiddag om 16.00 uur
geopend, met onder meer een optre
den van de band Lucid Dream.
De tentoonstelling duurt tot en met 11
december en is op vrijdag, zaterdag en
zondag geopend, van 12.00 tot 17.00
uur.
De expositie in De Drukkerij is nog
tot en met 4 december te zien.
Duizenden gedetineerden heeft hij voor
bij zien komen. Van scheermesjes slik
kende kampers tot drugsbaronnen met goe-
roestatus en kinderverkrachters. Na drie de
cennia als gevangenisdirecteur werd Jac
ques van Huët op een zijspoor gezet. „Mij is
een loer gedraaid."
Slikkers? Die had je dertig jaar geleden ook
al in het gevangeniswezen. Alleen waren
het toen niet de bolletjesslikkers die tegen
woordig met een buik vol coke de strafrecht
keten verstoppen. „Tot begin jaren tachtig
hadden we heel veel mensen die scherpe
voorwerpen inslikten, zoals bestek, glas en
scheermesjes", vertelt Van Huët, koffie nip
pend in zijn statige woning aan een Haar
lemse gracht.
„Vooral woonwagenbewoners werkten van
alles naar binnen. Uit pure onmacht, om
maar uit hun cel te komen, op de zieken
boeg. Toen ik directeur was in Schevenin-
gen is daar in het gevangenisziekenhuis ie
mand wel 26 of 28 keer geopereerd. Die
man zijn buik was één grote landkaart ge
worden. Hij is op de operatietafel overle
den."
De econoom Van Huët belandde in de jaren
zeventig in een van de veertien directieklas
jes, waar het ministerie een nieuwe genera
tie gevangenisdirecteuren klaarstoomde.
Minder politiecultuur, meer humane bena
dering. „Toen ik begon zag je nog mensen in
de houding springen als ze het departement
aan de lijn hadden. Dan gingen ze keurig
met de hakjes tegen elkaar staan."
Als onderdeel van de training moest Van
Huët nog drie maanden meedraaien, in be
wakersuniform. Zo ontwikkelde hij een an
tenne voor ondefinieerbare spanning. „Je
.voelt of er storm op komst is. Het gedrag
van gevangenen ten opzichte van personeel
wordt grilliger, er zijn samenscholinkjes,
mensen die naar de isoleer willen. Dat is
een hele sterke indicator. Mensen hebben
iets gezien, gehoord, zijn bang dat er afgere
kend gaat worden. Zet mij vannacht maar
in de isoleercel, zeggen ze dan."
De penitentiaire inrichting (PI) kent haar
eigen pikorde. „Aan de top staan de grote
vermogenscriminelen, drugsbaronnen die
bij het zakendoen niet terugdeinzen voor
grof geweld. In de bajes zijn het helden met
een goeroestatus. De Holleeders, de Mink
K.'tjes, de Jotcha's. Van die lui heb je in de
bajes de minste last. Die denken strate
gisch, hebben geen belang bij gedoe."
Kinderverkrachters
Onderaan staan de zedendelinquenten, voor
al de kinderverkrachters. „Die moeten
enorm uitkijken voor een slag met de ha
mer. Continu. Vaak hebben Pi's voor deze
gasten een afzonderlijk vleugeltje. Anders
komen ze toch vaak gedeukt uit de douche,
na weer een afranseling." De bajes heeft
zijn eigen tamtam, niet zonder risico. Van
Huët herinnert zich een incident, medio ja
ren tachtig in Scheveningen, waar toen de
crème de la crème van het Europese boeven-
dom zat. „Binnen een uur na aankomst had
een zedendelinquent al zijn afstraffing ge
kregen."
Het gevangeniswezen (DJI) is in Huëts drie
decennia ingrijpend veranderd. „Door de
drugs zijn er steeds meer ordeverstoringen.
Het gevangeniswezen is er hectischer door
geworden." Mede door de instroom van bui
tenlanders - de verhouding met autochtone
criminelen in gevangenissen is nu fifty-fifty
- zijn er meer brandstichtingen. „De doorge
winterde crimineel heeft heel goed door dat
brand je grootste vijand is. De categorie bui
tenlanders, maar ook gestoorden en verslaaf
den, heeft veel minder dat besef." Plet is een
hint naar de ramp op Schiphol, waar elf
Jacques van Huët: „de doorgewinterde crimineel heeft heel goed door dat brand je grootste
vijand is". foto Evert-Jan Daniels/GPD
mensen onlangs bij een brand overleden.
„Termen als: Bloed aan je handen, Moorde
naar; dat verdient ze niet. Zij voert ook
maar beleid uit. Laten we wel wezen, 85 pro
cent van de asielaanvragen zijn van econo
mische gelukszoekers. Daar is de asielproce
dure niet voor."
Van Huët heeft zich doodgeërgerd over de
politieke pleidooien om de 270 overleven
den van de Schipholbrand een verblijfsver
gunning te geven. „Het lijkt wel een politie
ke aflaat. Wat doen we dan als de vleugel
van een gewone gevangenis in de fik vliegt?
Alle gedetineerden vrijlaten? Als je dat par
don verleent heb je een heel gerede kans dat
al je vreemdelingencentra tussen nu en een
half jaar afbranden."
Rapen gaar
Meer zegt hij niet over het onderwerp: hij
heeft, ook na zijn afscheid, geen zin in een
nieuwe rel. De vorige heeft hem al de kop
gekost en staat in zijn geheugen gegrift, Het
was de radio die hem op zondag 7 maart
's ochtends vroeg uit zijn bed belde. Of het
klopte dat hij, destijds tevens voorzitter van
de vereniging van gevangenisdirecteuren,
had uitgehaald naar het ministerie. „Ik
dacht meteen, nou zijn de rapen gaar." Op
een afscheidsfeestje van een collega-gevan
genisdirecteur zou Van Huët hebben gezegd
dat iedereen op het departement de weg
kwijt is, van het linnenmeisje tot de secreta
ris-generaal, de hoogste ambtenaar. Minis
ter Donner bestempelde Van Huët, in de me
dia toch al kritisch over diens beleid,
prompt als deloyaal ambtenaar die maar be
ter naar een andere baan kon uitkijken.
Van Huët eiste voor de rechter dat Donner
zijn woorden terugnam. Hij verloor het kort
geding. En dat niet alleen. De directeur van
vijf gevangenissen in Noord-Holland werd
verbannen naar Veenhuizen, waar hij het be
heer van mensen en middelen in de Pi's van
de noordelijke provincies mocht reorganise
ren. „Niet mijn keuze. Maar als individu
kwam ik tegenover een systeem te staan met
ongelimiteerde middelen."
Nog steeds wil hij graag weten wie hem
heeft verlinkt. „Het kwam het departement
wel goed uit. Er is meteen op ingespeeld om
mij een loer te draaien." Van Huët was las
tig. Hij verzette zich tegen de bezuinigin
gen, de komst van meermanscellen, de be
perking van dagactiviteiten. Hij is er van
overtuigd dat hij als lastpak moest wijken.
„Je moet in dit vak straffen ten uitvoer leg
gen, maar wel een beetje humaan graag.
Feit is dat de meeste gedetineerden uiteinde
lijk weer vrijkomen. Dan moet je zorgen dat
ze er beter uitkomen dan ze erin zijn ge
gaan. De drie w's: woning, werk en wijf.
Dat helpt. Anders snij je je als maatschappij
in de vingers."
In zijn laatste functie zag Van Huët gere
geld vrijgelaten gedetineerden voor wie hij
zijn hart vasthoudt. „Dan stond er 's och
tends in de mist bij de poort van Veenl
zen, weer zo'n arme sloeber. Blauwt
zijn handje, kaartje voor de trein, en®
heg nog steg. Die zien we weer terug,4
ik dan."
Managers
Van Huë heeft weinig op met de nieuw
neratie gevangenismanagers. „Het man
niet uit of ze een gevangenis bestieren!
een koekjesfabriek. Wij zijn er juistop
lecteerd en getraind dat boeven endiet
ons niks doen. Anders word je indegev
nis op alle mogelijke manieren geraang
Die nieuwe managers lijken zich voora
gen te maken om hun hachje in de slip
stream van de minister, meent Van Hu
„Mijn eerste focus is niet de ministerii
zadel te houden, al ben ik er ook nieto
hem beentje te lichten. In de huidigeci
tuur van hypes, hijgerigheid en incidei
is het departement vooral bezig met he
perken van de schade naar de politiek
minister wordt immers overal voor vei
woordelijk gesteld." Het gevolg? Kada
discipline.
„Na mijn aanvaring kwamen menseno|
eens niet meer naast me staan op congr
sen en vergaderingen. Ook lieden van'
wel persoonlijk steunbetuigingen hadg
gen, tot op het hoogste niveau. Alsof ik
laats was. Stel je voor dat de minister?
horen dat ze met mij gezien waren.'
Ergens begrijpt Van Huët het wel.-A
nog jonger bent en nog een hele carriej
gaan hebt, vrouw en kinderen thuis, eh
potheek, dan moet je misschien ook wd
heulen. Ik ga drie weken naar Cuba, en'
na tennissen, bridgen, lezen. Ikdenkm
dat ik nog klusjes voor DJI hoef te doel
Ferdi Scb