Help, mijn huis verliest waarde PZC Bouwplannen zetten burgers op scherp W3 Bijna een museum voor de vlashistorie Help, mijn huis wordt minderwaard! Niet zelden wordt de angstkreet van de moderne samenle ving gehoord. Als er ergens een speeltuintje komt, als de weg van functie veran dert of als de gemeente een nieuwe woonwijk projec teert. Het lijkt wel of elke verandering een verontrus tende daling in de waarde van onroerend goed teweeg brengt. Rust, toegankelijkheid, veilig heid en uitzicht zijn echter subjectieve begrippen, die voor de ene een toename en voor de ander een afname in het woonge not kunnen betekenen. Daarom zitten er in de Wet op de Ruimte lijke Ordening (WRO) allerlei kleppen en sluizen die het be lang van de burgers aan de ene kant, en het algemeen belang aan de andere, moeten bescher men. Overheden worden er regel matig knettergek van. Allereerst is er de inspraak. Zodra een gemeente een bestem mingsplan gaat voorbereiden, stelt de wet termijnen om de be langhebbenden hun mening te laten ventileren. De overheid is dan meestal al een poosje doen de om het maatschappelijk draagvlak van de plannen te on derzoeken. Hoe meer overleg er aan de plannenmakerij vooraf gaat, hoe minder kans dat een particulier of een groep de uit voering doet stagneren, is de er varing. Afwatering Maar die vlieger gaat niet altijd op. Het grote bestemmingsplan Over de Dijk in Heinkenszand werd jaren geleden lange tijd op gehouden omdat een boer be zwaar maakte tegen de manier waarop de afwatering gepland was. De gemeente Borsele moest allerlei kunstgrepen uitvoeren om de belangrijkste ontsluiting gereed te maken. De rechter stel de Borsele in het gelijk, maar kostbare tijd ging verloren. Hetzelfde dreigde kort geleden nog te gebeuren in Lewedorp. Daar vond een bewoonster van de Postweg dat de uitbreiding van het dorp bij haar aan de overkant het uitzicht zou belem meren. Terwijl de Lewedorpers stonden te dringen op de stoep van het gemeentehuis om een bouwka- vel te konenmocht de eemeente De aanleg van een skatebaan in Goes stuitte in 2001 op veel bezwaren van omwonenden. niks verkopen. Bezwaren van de dame in kwestie hadden al schipbreuk geleden in de demo cratische procedure die door de provincie wordt afgerond, maar bij de aanvang waren er fouten ingeslopen. De vrouw had haar bezwaar te vroeg ingediend en de gemeente stelde haar daar pas van op de hoogte toen de be zwaartermijn onverbiddelijk was gesloten. De Raad van Sta te toetste of de regels goed wa ren toegepast, en gaf de Lewe- dorpse ongelijk. De gemeente Borsele beloofde beterschap en ging opgelucht aan de slag met de verkoop van de grond. Het had allemaal nog veel langer kunnen duren. De spagaat waarin bestuurders zich regelmatig terugvinden, kan niet worden weggenomen door regels. Zuiverheid is alleen gewaarborgd als iedereen zijn eigen rol speelt: de overheid dient het algemeen belang en de burger het zijne. Verwarrend is het wel. De mensen gillen om bouwgrond: startershuizen, se niorenwoningen en woning bouw in het algemeen om de leefbaarheid op peil te houden. Zodra er echter een bouwplan in procedure wordt gebracht, is Leiden in last. Veel Zeeuwen willen wel in een luxe nieuwe boerderette wonen, maar ze wil len er niet op kijken. Een huis wordt kennelijk minder waard zodra er een ander huis naast staat. Snijden of steken Het is dan de overheid, in dit ge val de gemeente, en uiteindelijk de provincie, die moet snijden of steken. Voor een deel ligt het algemeen belang op ruimtelijk gebied al vast in streekplannen, beleidsplannen en masterplan- nen, maar er zijn altijd momen ten waarop keuzes moeten wor den gemaakt. Waar moet de nieuwbouw, het bedrijventer rein of het basketbalveldje ko men? Is de keuze eenmaal gemaakt, het democratisch proces afge rond, dan houdt de overheid nog steeds zijn hart vast. Want dan is er nog de planschade- claim en die kan geld kosten. De wet voorziet in een mogelijk heid om geldelijke genoegdoe ning af te dwingen voor een ver lies aan woongenot door gewij zigde planologie. Berooft de ge meente je bijvoorbeeld van het zonnetje, door plotseling een flatgebouw aan de zuidkant van je woning toe te staan, dan kan dat in geld worden vertaald. Om de mate van verlies aan woonge not te bepalen en de hoogte van de compensatie te berekenen, schakelt de gemeente een onaf hankelijk bureau in. Er zijn en kele gespecialiseerde bureau's in Nederland, die het de afgelo pen jaren erg druk hebben ge had. Fijn voor de bureau's maar minder voor de gemeenten. De deskundigen werken niet voor niks. Dus, of de claim nu toege wezen worcjen of niet, het kost altijd geld. Sinds 1 september is daar van Rijkswege een stokje voor gesto ken. Voortaan kost een planscha declaim 300 euro. Daarmee zou het aantal niet serieuze claims moet afnemen. Gemeenten kun nen echter zelf in een verorde ning de drempel in sommige ge vallen met'tweederde verlagen om te voorkomen dat mensen met een minimuminkomen hun recht niet meer kunnen halen. In een aantal Zeeuwse gemeen ten is die bepaling al in de veror dening opgenomen. Mieke van der Jaet factie bijlagen: 0113-315680 Cfreda'ctieOpzc.nl Mtbus 314460 AA Goes Lprtentie-exploitatie. t h en Midden-Zeeland: 0113-315520; Ïl-Vlaanderen: 0114-372770; Kaal: 020-4562500. In Lewedorp wist een bewoonster die voor haar uitzicht vreesde, de verkoop van bouwgrond op te houden. uterdag 19 november 2005 Mensen willen wel in een nieuwe wijk wonen, maar ze willen er geen nieuwe wijk-bij. foto's Willem Mieras De boormachine mag in de wilgen DE VOORDEUR De voordeur biedt toegang tot een woning, maar wat daar achter schuil gaat, blijft voor velen onzichtbaar. In deze serie een kijkje achter de voordeuren van Zeeuwse huizen. Iedere week gaat een andere deur open en geeft de bewoner een blik in zijn of haar leven. foto's Mechteld Jansen Het eerste dat opvalt als je naar de Tragel 4 in Koe wacht gaat, is het kleine hertenkamp bij het woonhuis. De herten en de twee geiten Knabbel en Babbel genieten van het herfstzonnetje. De zevenjarige Berner Sennen Donna begroet de bezoekers enthou siast. „Het is een goedzak hoor", zegt Ingeborg Dank- aart (39) geruststellend. Zij woont samen met dochter Sophie van drie en echtgenoot Toon in het huis dat vroeger van haar grootouders was. „Ik heb altijd hier naast gewoond", wijst ze naar het naastgelegen pand. Het huishouden bestaat verder uit de zwarte Shetland- pony Sien, de konijnen Stampertje en Flappertje, tien kippen en een haan. O ja, dan zijn er ook nog de goud vissen die in een grote vijver naast het huis zwemmen. „Hoeveel? Ga maar een dagje tellen", lacht Ingeborg. „We zijn begonnen met Donna, en toen kwam de rest. Nu is het wel genoeg. Voorlopig..." Ingeborg herinnert zich hoe het huis er aan toe was toen ze het kochten. „Er was nog een apart wc'tje, in de tuin. Hiernaast staat dat trouwens nog buiten. Omdat het hier buiten gebied is, werden voorzieningen als gas pas in de jaren zeventig aangelegd. We hadden trouwens wel rap ka bel. We hebben dit huis behoorlijk verbouwd. Er ston den nog kachels, dus er moest cv in. De indeling van het huis was ook niet handig. Daar hebben we nogal wat aan veranderd. Er is ook een serre aangebouwd. Ik vind het een fijn huis. Lekker ruim en heerlijk vrij. Vol gens mijn man heette het vroeger Hoeve Wildelanden." Naast het woonhuis staat een immense loods en daar achter liggen de 'bunkers' waar vlas werd geroot. „Ik ben opgegroeid met vlas. We hebben altijd een vlasrote- rij gehad, tot mijn vader een ernstig ongeluk kreeg. Al les staat er nog." De loods is haast een museum voor industrieel erfgoed. Het doet denken aan lang vervlo gen tijden, toen het vlas m,et de hand werd geplukt en in schoven (vlaskapelletjes) op het land werd gezet. De - inmiddels in onbruik geraakte - machines, zorgden voor de verdere bewerking. In de bunkers, met diepro de, stalen deuren, werd het vlas geroot. Een proces waardoor de vezels loskwamen van de schors. Een verdwaalde kip rent tussen de machines. Sophie 'scheurt' rond op een soort mini-tractor. Zij heeft ruim te genoeg om te spelen. Her en der ligt en hangt nog vlas. Als je het stof en de spinnen wegdenkt, zou hier weer gewerkt worden. Met de repel, die de zaadjes uit het vlas sloeg. Of de zogenaamde kloddepers, met het vlas nog in de trommel. De vlasweegschaal - „we noem den dat een baskuul"vertelt Ingeborg - staat ook nog klaar voor gebruik. „Ach, we zouden nu niet meer met deze machines kunnen werken. Veel wordt tegenwoor dig op het land gedaan en er zijn nu andere, modernere manieren van werken. Sneller en goedkoper. Ook al zouden we het willen, dan moeten we zo veel investe ren. Ik denk dat alles naar een museum gaat." Van de resterende lege ruimte in de loods wordt dank baar gebruik gemaakt door de wagenbouwers van car navalsvereniging de Bosse Friemels. En dat die veel plezier hebben tijdens het werk blijkt uit de lege bier flesjes op tafel in het geïmpx-oviseerde kantoor. Annemarie Zevenbergen

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2005 | | pagina 31