De beste violen zijn met de hand gemaakt Cryptisch vogelalfabet laat de hersenen kraken 25 dinsdag 8 november 2005 (@uïte Ambachten In personeelsadvertenties wordt tegenwoordig ge vraagd om managers, pro jectleiders en commercieel medewerkers. Vacatures voor bijvoorbeeld klompen makers, gamalenpelsters, wagenmakers, messensnij- ders, wiegenmakers en boekbinders kom je niet meer tegen. Oude ambach ten worden door een kleine groep toch nog in ere ge houden. De PZC gaat op zoek naar de beoefenaars. In deze aflevering: viool bouwer Johan Jacobs. Voel hier maar eens. Die scherpe randen. Lekker als een kind daar met zijn vingertjes langs gaat. Boven dien zitten die snaren te hoog. Hoe kan een kinderhandje hier nu fatsoenlijk mee omgaan." Vioolbouwer Johan Ja cobs uit Middelburg kijkt geërgerd naar een viooLdieiigt te wachten om door hem gerestaureerd te worden. Hij houdt duidelijk niet van half werk. Wanneer hij een viool maakt, zorgt hij dat die precies past bij de persoon die er op gaat spelen. „Want een instrument moet helemaal in dienst staan van de muzikantvindt hij Jacobs maakt violen, altvio len en cello's. „Dat gaat van kinderen die voor het eerst naar de muziekschool gaan, tot docen ten van het conservatorium", omschrijft hij zijn doelgroep. De vijftigjarige Middelburger leer de het vak ruim twintig jaar ge leden. „Na een opleiding werk tuigbouwkunde op de techni sche school ging ik naar het bui tenland. Ik kwam daar een viool bouwer tegen. Dat vak leek me wel wat en terug in Nederland liet ik me informeren over moge lijke opleidingen." De keuze viel op een school in Wales; in eigen land is er geen geschikte opleiding, stelt hij in zijn werk plaats in Middelburg. „Ik zat daar in een klasje met zeven mensen uit allerlei landen. Dat zijn nu allemaal professionele vioolbouwers. Met de meesten heb ik nog steeds contact." Jacobs wijst naar een werk bank. „Ik ben nu bezig aan een viola d'amore, een liefdesviool", vertelt hij. „Die heeft zeven sna ren, meer dus dan een gewone viool. Op de kop ervan komt een hoofd met een blinddoek. Liefde maakt blind, dat idee." Jacobs heeft de gave bijna uit het niets violen te produceren. „Kijk, dit wordt de kast van het volgende instrument", geeft hij aan, terwijl hij zeven plankjes tevoorschijn haalt. Het is bijna niet te geloven dat die straks sa men een deel van een viool vor men. Het bouwen van de snaarinstru menten is nauwkeurig werk. Dat blijkt wel als de Middelbur ger laat zien hoe hij de achter plaat van de viool maakt. Twee blokken moeten daarvoor haar fijn tegen elkaar passen. Jacobs schaaft wat aan de stukken hout en bekijkt het resultaat. Dat vindt hij niet bevredigend. „Kijk, er zit een stukje tussen", wijst hij. Na lang turen is inder daad een minuscuul spleetje tus sen de blokken te ontdekken. En dus schaaft de bouwer weer geduldig verder. Ziel „Het instrument moet de muzi kant in staat stellen alles uit zichzelf te halen", legt hij onder tussen uit. „De bespeler moet zijn hele ziel erin kwijt kunnen. Dat betekent dat ik rekening hou met de wensen en eigen schappen van de muzikant." Dus maakt Jacobs voor een per soon met kleine handen een an der instrument dan voor iemand met kolenschoppen. En zorgt hij Johan Jacobs in zijn werkplaats: „Ik ben hier iedere dag. Werken en leven zijn voor mij met elkaar verweven." foto's Dirk-Jan Gjeltema liteit op deze manier de kop in wordt gedrukt." Zijn voldoe ning haalt hij uit andere dingen. „Ik geniet ervan als mensen mij dankbaar zijn. Als ze hier met een glimlach de deur uitgaan of me naderhand laten weten dat hun instrument zo prachtig klinkt." Nooit af Het werk is nooit af, zo lijkt het. Jacobs vindt dat prima. „Ik hou van deze manier van leven. Ik kan me er niets bij voorstellen als iemand zegt dat hij na vijf dagen werken uitkijkt naar het weekend. Ik ben hier iedere dag. Werken en leven zijn voor mij met elkaar verweven." De Middelburger zou niet zon der de violen kunnen. „Ik ga nooit met pensioen", stelt hij re soluut. „Waarom zou ik? Je kunt dit werk zó lang blijven doen. Met mijn ervaring kan ik straks ook jonge vioolbouwers gaan begeleiden. Dat lijkt me erg leuk." Want dat het vak ook over vijf tig jaar nog bestaat, daar twij felt Jacobs niet aan. „Dit werk kan nooit met machines gedaan worden. Een goede viool móet gewoon met de hand worden ge maakt. Ook klassieke muziek zal er altijd wel blijven. Nee, dit beroep zal niet zo makkelijk ver dwijnen." Martijn de Koning dat iemand met lange armen niet onhandig zijn onderarm te gen zijn lichaam hoeft te persen tijdens het spelen. „Want mu ziek maken is al moeilijk ge noeg." Het klinkt ambitieus, en dat blijkt het ook wel te zijn. Het kost namelijk nogal wat tijd om eigenhandig zo'n viool te ma ken. „Zeker 250 uur", weet Ja cobs. Het spreekt vanzelf dat een volledig met de hand ge maakt instrument dus ook flink wat euro's kost. Voor degenen die dat niet willen of kunnen betalen, heeft de bou zijn. Dat is onzin. Sommige bou wers van nu zijn minstens net zo goed. Alleen maken ze hun ei gen violen, niet die van de oude meesters. Ik kan ook geen instru ment maken zoals Stradivarius dat deed. Maar andersom heeft die er nooit één gemaakt zoals ik." Volgens Jacobs zijn het met na me de handelaren in eeuwen oude violen die de mythen rond de oude vioolbouwers met alle plezier in stand houden. „Vol gens zulke figuren gebruikte Stradivarius altijd oud hout voor zijn violen. Daar zou de klank van het instrument beter van worden. Hedendaagse bou wers, die vooral nieuwer hout gebruiken, zouden daardoor nooit aan zijn kwaliteit kunnen tippen." Leeftijd „Met behulp van bepaalde tech nieken kan tegenwoordig pre cies de leeftijd van hout bepaald worden. Dat hebben ze ook met een viool van Stradivarius ge daan. Die had hij in 1693 ge bouwd. En wat denk je? Acht jaar eerder was dat nog gewoon een boom. Maar ja, als dat alge meen bekend wordt, betaalt er natuurlijk geen mens nog twee miljoen euro om op zo'n ding te mogen spelen." Jacobs zit er niet echt mee. „Het is alleen wel jammer dat origina wer genoeg alternatieven. Zo haalt hij uit Roemenië halffabri katen in huis. Die zijn al een heel eind klaar: ze hebben hun vorm al, de f-gaten zitten erin en ze zijn zelfs al gelakt. „Dat is met machinegereedschap ge daan", legt Jacobs uit. „Wel met de hand, maar met wat extra hulp." Een soort tussenweg. Om de klank zo optimaal moge lijk te maken, bewerkt de Mid delburger de half afgemaakte violen vervolgens met de hand. „Ik ga er bijvoorbeeld aan scha ven tot de klankbladen de juiste dikte hebben. Voor het geluid maakt dat veel verschil. Het is een kwestie van gevoel en erva ring. Op die manier is de hand van de bouwer ook bij dit soort violen toch weer bepalend." Dat unieke maakt het produce ren van een viool zo bijzonder, benadrukt Jacobs. „Het zou een stuk veiliger zijn om de violen van oude meesters na te maken. Maar dat is niets voor mij. Ik ben zelf bouwer, geen kopiist." Over die legendarische vioolma kers bestaan trouwens tal van misverstanden. Jacobs: „Ze wor den onnavolgbaar genoemd en zouden nu niet meer te evenaren Eén van de 26 opgaven met antwoord (notenkraker) in 'Verborgen Vogels, een cryptisch vogelalfabet'. Op school was het een leuke methode om de leerlingen meer kennis bij te brengen over vogels. De kleinkinderen Tie- men, Mare en Bella vonden het een aardig spelletje. En de be denker van het 'cryptisch vogel alfabet', natuurliefhebber Harm Venekamp uit Tholen, beleefde er zelf ook veel plezier aan. Dat wil hij graag delen met anderen en daarom heeft hij in eigen be heer het boek Verborgen Vogels uitgegeven. Deel 1 van de Goed Geschenk reeks, staat op het schutblad ver meld. „Een grapje", lacht oud-docent biologie (op Tholen en in Bergen op Zoom) Vene kamp. Maar niet helemaal, want met zijn cryptisch vogelalfabet wil hij wel degelijk mensen een plezier doen. En tegelijk ook een beetje aan het nadenken zet ten. Niet zo vreemd voor een 'schoolmeester'. Boeken over vogels en vogelgid- sen zijn er te kust en te keur. Van heel mooie tot heel beschei den uitgaven. Boordevol infor matie en beelden. Nogal eens meer van hetzelfde. Harm Vene kamp heeft voor zijn vogelboek echter een wel zeer originele in valshoek gekozen. Het doet wat dat betreft een beetje denken aan het beestenkwartet van Peter Vos, die met tekeningen van dieren als 'kloothommel', 'kamerolifant' en 'mafkikker' furore maakte. Informatie en beelden zijn in Verborgen Vogels uiteraard ook aanwezig, zij het in bescheiden mate en min of meer onderge schikt aan het spelelement. Dat spelelement wordt gevormd door 26 cryptische omschrijvin gen ofwel woordraadsels. Bij el ke letter van het alfabet heeft hij een meestal in Nederland voorkomende vogelsoort ge zocht, waarvan de naam met de betreffende letter van het alfa bet begint. Per soort twee pagi na's met beknopte informatie en een afbeelding (waarvoor geput is uit een oude Engelse uitgave over vogels). Op de pagina er vóór staat een cryptische om schrijving die, indien opgelost, de naam van de vogel oplevert. Het is hier niet de plaats om uit de doeken te doen om welke soorten het gaat. Dan is de lol om zelf het boekje te lezen er bij voorbaat af. Vooruit, wel enkele van de cryp tische omschrijvingen genoemd. 'Is het de vogel zelf of haar pro duct?' is er eentje. Of 'grootste drinker, maar geen thee'. En nog één korte: 'kloosterling'. Raadselachtig? Het valt wel mee, al moeten de hersens wel even kraken. Venekamp heeft zijn boek een aan de dichter J. C. Bloem ont leend motto meegegeven. Na tuur is voor tevredenen of legen, en dan: wat is natuur nog in dit landvraagt de dichter zich in De Dapperstraat af. Daaraan heeft Venekamp zijn opvattin gen toegevoegd: 'We hebben er steeds minder van gekregen, voor weg en huizenbouw moest alles aan de kant. Wij zijn tevre den met een contradictio in ter minis: Natuurbeheer. Alsof ech te natuur beheerbaar is.' Het is méér dan een persoonlij ke hartenkreet. De Tholenaar is een levenlang begaan met de na tuur. Dat is mede gevoed door zijn enkele jaren geleden beëin digde werk als biologieleraar. Hij beschouwt zichzelf ook als vogelaar, maar niet al te fana tiek. Venekamp behoort niet tot de preciezen die uitheemse vo gels die steeds meer in Zeeland te vinden zijn - zoals de nijlgans of Canadese gans - het liefst in de ban doen. Al erkent hij dat hun voortplantingsvermogen er wel eens toe kan leiden dat de mens moet ingrijpen, om ver dringing van inheemse soorten te voorkomen. Bijna twintig jaar lang was Venekamp voor de PvdA lid van Provinciale Staten (in 1995 nam hij afscheid). Hij kwam onver moeibaar op voor de belangen van natuur en landschap. Zo ver wierf hij enige faam als ijveraar voor afschaffing van de provin ciale distelverordening (een niet-geslaagde kruistocht) en maakte hij zich sterk om de in trekking van de subsidie aan de Vereniging Milieuhygiëne Zee land (die zich niet gedroeg zoals een aantal Statenleden dat ge wenst achtte) ongedaan te ma ken. Toen dat lukte, gaf Vene kamp in zijn moederstaai, het Drents, uiting aan zijn blijd schap. Rammegors Met genoegen vertelt Venekamp over het Rammegors, een voor malig slibdepot, dat ontstond na aanleg van de dam tussen Tho len en Sint-Philipsland. „Ik heb daar van begin af aan rondge zworven en alle ontwikkelingen gefotografeerd. Daar zag je zee kraal en lamsoor vlak bij varens staan en het gebied langzaam verzoeten. Rijkswaterstaat had het altijd over slibdepot Noord. Dat vond ik niks. Op een oude kaart kwam ik de naam Ramme gors tegen en met enig volhou den is die overgenomen." Terug naar Verborgen Vogels. Venekamp wilde graag iets van zijn opvattingen en liefde voor de natuur vastleggen in een boek. „Het is leuk op deze ma nier iets van jezelf gepubliceerd te zien. Het heeft een beschei den oplage: 250 exemplaren. Naast de Nederlandse en Latijn se vogelnaam, zijn ook de Engel se, Franse en Duitse namen ver meld. En de Friese; in die taal heet bijvoorbeeld een duinpier een sanpiper. Waarom kiest een verzeeuwsde Drent voor Fries? Het past wel bij de insteek van Venekamp: beetje humor, beetje verrassend, beetje plagen. Rinus Antonisse Verborgen Vogels, een cryptisch vogelalfabet. Door Harm Vene kamp. Uitgegeven in eigen be heer. Ook in boekhandels De Drukkerij, Middelburg en De Koperen Tuin, Goes. Prijs €15,-.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2005 | | pagina 39