De leegte na een borstamputatie
Cursus helpt bij accepteren
manisch depressief syndroom
PZC
Nieuw medicijn
hoopgevend voor
psoriasispatiënt
In een depressie kan
medicatie nodig zijn
Reuma manifesteert zich milder
Patiënt taaislijmziekte leeft langer
Tijdwinst door ECG in ambulance
Nieuw kankermedicijn te duur
Donororgaan is langer te bewaren
Nieuwe website kan vrouwen leren omgaan met gevoelens van gemis
maandag 7 november 2005
NIJMEGEN - De ziekte reuma manifesteert zich tegen,
woordig milder dan vroeger. Dat komt vrijwel zeker door.
dat huisartsen hun patiënten eerder doorsturen naar
reumatoloog.
Reumatologen beschikken tegenwoordig bovendien ovs
betere medicijnen dan vroeger. Ook is het niveau van dj
fysiotherapie verhoogd en worden adviezen beter afgj.
stemd op de individuele patiënt. Dit concludeert epitfc,
mioloog Paco Welsing in zijn proefschrift. GPD
UTRECHT - Nederlanders die lijden aan de ongeneeslijk
ziekte cystic fibrosis (taaislijmziekte) leven steeds langer
Dit blijkt uit een onderzoek van het Universitair Medisti
Centrum Utrecht dat het medisch tijdschrift Chest heeft
gepubliceerd.
Slechts 6 procent van de patiënten geboren tussen 19jj
en 1954 leefde 30 jaar of langer. Twintig jaar later wasdt
percentage gestegen naar 36, aldus de Utrechtse onderzo^
kers. Verder blijkt uit het onderzoek dat steeds minderbj.
by's met de ziekte worden geboren. ANP
AMSTERDAM - Patiënten met een acuut hartinfarct jr
de regio Amsterdam kunnen ruim twintig minuten eerde
worden gedotterd als al in de ambulance een ECG (elec-
trocardiogram) wordt gemaakt. Dat is de eerste uitkom?
van een project waarbij de ambulances in de hoofdstar;
sinds vorig jaar zijn uitgerust met draagbare ECG-zeni
apparatuur, meldt het Academisch Medisch Centrum,
Het ECG dat in de ambulances wordt gemaakt, gaat vb
zendapparatuur in een van de drie Amsterdamse dotter
centra naar een mobiel fax-telefoonapparaat van een in
terventiecardioloog. Die beoordeelt of de patiënt een dot
terbehandeling behoeft. Als dat zo is, kan de ambulant!
hem of haar naar een dottercentrum vervoeren. ANP
ROTTERDAM - Patiënten in Nederlandse ziekenhuiza
krijgen minder vaak nieuwe kankermedicijnen, dan hm
lotgenoten in zeven andere Europese lidstaten. Buiten ij
ziekenhuizen loopt het geven van nieuwe medicijnen wé
gelijk op met de omringende landen. De Nederlandse kan
kerpatiënt is zichtbaar het slachtoffer van het financie-
ringssysteem voor nieuwe medicijnen in ziekenhuizen.
Dat concluderen onderzoekers van het Institute for Medi
cal Technology Assessment van het Erasmus medisch eet
tram en het VU medisch centrum. ANP
GRONINGEN - Een medewerker van het Universitair Me
disch Centrum Groningen heeft een draagbaar bewaarsp
teem ontwikkeld dat donororganen langer goedhoudt.R
werktuigbouwkundige, Arjen van der Plaats, promoverc
op zijn vinding aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Van der Plaats noemt zijn vinding het Groningen Hypt
therme Machinale Preservatie-systeem. Het is een koe-
box die gedoneerde levers en nieren actief doorspoelt, cot
stant voedingsstoffen en zuurstof levert, afvalstoffen
voert en de organen 24 uur in goede conditie houdt. ANf
De ene dag kan ze er beter mee
omgaan dan de andere. Soms is
Stiene Vogelaar nog erg boos
imdat ze maar één borst heeft,
ïn is ze heel blij met de vrou-
ven die ze via haar eigen websi-
e ontmoette. Www.incomple
te.nl wil steun en toeverlaat zijn
)Oor iedereen die met borstkan
ker te maken krijgt.
ioor Florence Imandt
3REDA - „Als je te horen krijgt
lat je borstkanker hebt, krijg je
jen klap in je gezicht. Je kunt je
jevoel niet bijhouden, je zit in
jen soort achtbaan. Artsen en
/erpleegkundigen proberen je
vel te steunen, maar er blijven
jaten."
De leegte die Stiene Vogelaar
45) voelde, kon niemand opvul-
en, ook haar twee zoons (die
;oen 19 en 15 waren) niet. „Er is
mgst. Je denkt 'ik ga dood'. Er
s woede als je alleen maar ie-
nand op straat ziet lachen.
Maar er is ook somberheid en
jen heel sterk gevoel verloren en
illeen te zijn. Een soort Kruimel-
-jegevoel. Je krijgt een schop,
gaat vliegen en blijft vliegen en
comt in een hele rare emotionele
nolen tereqht." Een lotgenoten-
praatgroep zag Stiene niet zit-
;en. „Geen zin in. Ik wilde het
self oplossen. Niet alleen met
praten, maar ook door dingen te
doen, elkaar uit de put te hel
pen, van negatieve dingen probe
ren iets positiefs te maken.
Ze bouwde een website waarop
f.e haar persoonlijke verhaal zet-
e om zo ook anderen 'uit de
schulp' te halen. Daarna hing ze
pr een zogeheten forum achter
waarop vrouwen elkaar kunnen
:ontacten. Onlangs ging Stiene
net een groep 'borstlozen', zoals
se dat zelf noemt, naar de sau
na. „Op een dag dat er alleen
vrouwen waren. Dat was uitein
delijk heel leuk en ontspannend.
Daarna was ik over mijn gêne
neen. Nu ga ik weer gewoon met
hijn man naar de sauna. Er
wordt wel gekeken, maar meest
al niet op een storende manier.
Als dat wel gebeurt, spreek ik
die mensen aan. Dan zeg ik:
weet je wel hoe groot de kans is
dat het jou, of jouw vrouw over
komt? Dat helpt meestal wel."
Zo probeert Stiene op haar ei
gen manier borstkanker uit de
taboesfeer te halen. Daar heeft
ze inmiddels bijna een dagtaak
aan. Want ze is ook bezig met
het schrijven van een boek en
het voorbereiden van de Ride
for Women. Nu is de Walk for
Women het startsein voor borst-
kankermaand oktober. Als het
aan motorliefhebster Stiene
ligt, wordt dat startsein volgend
jaar door een colonne scheurij
zers gegeven. Daarnaast werkt
ze aan de ontwikkeling van aan
trekkelijke lingerie voor vrou
wen met een prothese. „Lingerie
moet hoog en breed zijn en dat
ziet er vaak niet uit. Dat moet
anders kunnen. Ik zoek ontwer
pers zodat ik een sample-collec
tie kan samenstellen."
Het idee voor de website ont
stond in juli 2003, toen Stiene in
het Roosendaalse Franciscuszie-
kenhuis lag voor de borstampu
tatie. „Toen ik in de medische
molen terechtkwam, was ik al
leenstaand. Dat versterkte het
Kruimeltjegevóèl. Ik had geluk
kig mijn jongens, maar voor hen
was het ook allemaal heel ingrij
pend. Wat ik nodig had - steun
van volwassenen - was er niet.
Mensen durven niet meer te vra
gen hoe het gaat, uit angst voor
het antwoord. Terwijl ik daar
wel behoefte aan had."
Stiene ging dus zelf aan de slag
en in maart 2004 ging haar web
site www.incomplete.nl. de
lucht in. Als steun en toeverlaat
voor vrouwen met borstkanker
en hun partners, kinderen en fa
milie, omschrijft ze.
De naam is ontleend aan een cd
van Fish (ex-zanger van de Brit
se popgroep Marillion). „Die
kreeg ik aangereikt door mijn
nieuwe partner Chris. De tekst
van een van de nummers drukte
precies uit hoe ik me toen voel
de: niet compleet."
Ook twee jaar na de amputatie
voelt Stiene zich nog steeds 'in
compleet'. „Alleen, het is niet
meer zo emotioneel geladen als
in het begin. Je blijft incom
pleet, daar heb je dagelijks mee
te maken. Maar op een gegeven
moment accepteer je jezelf." Dat
moment van acceptatie kwam
bij Stiene vrij vlot, zegt ze, om
dat ze vanaf het begin inzette op
'opnieuw compleet zijn'. „Ik wil
de een reconstructie, liefst tege
lijkertijd met de amputatie."
Inmiddels heeft Stiene een pro
these en hoeft zo'n nieuwe gere
construeerde borst niet meer zo
nodig, ook al omdat de behande
ling mislukte. „Ze proberen je
huid op te rekken door het in
spuiten van fysiologische zout
oplossing. Maar dat ging ver
schrikkelijk ontsteken. Ik moest
mét hoge koorts naar het zieken
huis in Antwerpen, waar ik -
vanwege de lange wachtlijsten
in Nederland - onder behande
ling was van de plastisch chi
rurg. Daar heb ik drie weken ge
legen en daarna moest er drie
maanden lang elke dag een wijk
verpleegkundige langskomen
om de wond schoon te maken.
Ik bleek allergisch te zijn, zoals
een op de vijf vrouwen."
Nieuwe relatie
Bij de acceptatie van de amputa
tie speelde ook haar nieuwe
vriend een rol. „Ik dacht: een
nieuwe relatie zit er natuurlijk
niet in als je maar één borst
hebt. Maar op een feestje - waar
ik op dat moment totaal geen
zin in had - kwam ik toch ie
mand tegen. Miju situatie kende
hij al, dus dat hoefde ik niet
meer uit te leggen."
Mannen, heeft Stiene ervaren,
gaan vaak veel minder kramp
achtig om met borstamputaties
dan vrouwen denken. „Ze heb
ben een andere belevingswe
reld, die wij niet kennen. Ze zijn
rationeler en dat geeft jou een
ander beeld. Ze trekken je uit je
kokerdenken, waardoor je toe
schouwer van je eigen leven
wordt. Dat helpt bij de verwer
king, zo is mijn ervaring."
Stiene wil met haar website
vrouwen met borstkanker en
hun familie vooral een positieve
boodschap meegeven. „De be
langrijkste is wel, dat je er niet
alleen voor staat."
www.incomplete.nl; www.pink-
ribbon.nl.
Stiene Vogelaar: „Toen ik in de medische molen terechtkwam, was ik alleenstaand. Dat versterkte het
Kruimeltjegevoel." foto Thom Van Amsterdam/GPD
door Marieke van Schie
Herman van Spronsen is
57 jaar en leraar aan
een middelbare school. Tot
zijn veertigste woonde hij bij
zijn moeder, die dat heerlijk
vond. Zo kwamen de verha
len binnen, die ze vroeger
van haar man hoorde, als hij
thuiskwam.
Vader Van Spronsen zat ook
in het onderwijs, tot hij op
zijn vijftigste jaar acuut over
leed aan een hartinfarct. Zijn
zoon Herman was als vanzelf
in het vak gerold. Leraar
Duits, het vak lag hem wel,
het lesgeven minder. De leer
lingen waren er ook nauwe
lijks in geïnteresseerd.
Toch was Herman zelf vol goe
de moed. Op zijn rustige ma
nier vertelde hij over de
mooie dingen in de taal en het
land, maar hij vond steeds
minder weerklank. De lessen
werden minder, hij ging er
maatschappijleer bij geven
om aan zijn uren te komen.
Toen overleed zijn moeder.
Ze had het zien aankomen en
besprak met hem dat hij een
appartement moest zoeken.
Het ouderlijk huis werd ver
kocht en de opbrengst tussen
hem en de overige gezinsle
den verdeeld. Er kwam veel
op hem af. Niemand luisterde
meer naar zijn verhalen als
hij thuis kwam, hij moest zijn
huishouden runnen en hield
nauwelijks tijd over om de les
sen voor te bereiden. Kortom:
hij liep op zijn laatste benen.
Gelukkig kreeg hij kennis
aan een lieve collega, die ge
troffen was door zijn zacht
aardig karakter.
Hij fleurde op, ze maakten rei
zen naar Berlijn, en hij liet
haar zien waar de schoonheid
van het land lag. Uiteindelijk
gingen ze samenwonen, al
leen is maar alleen. Eindelijk
kwam hij tot rust, maar ook
kreeg hij tijd om het verdriet
te voelen, wat was blijven lig-
- gen. Het overlijden van zijn
ouders, de onwil van de leer
lingen. De geringe waarde
ring van de andere collega's.
Zo sloop een depressie zijn le
ven in.
Op het spreekuur kwam hij
vertellen dat het niet meer
ging. Ik ben nu bijna ander
half jaar thuis. Dat was het
advies, nadat ik in tranen ben
uitgebarsten voor de klas. Ik
kon niet meer stoppen met
huilen. Eerst zei de Arbo-arts
dat ik de tijd moest nemen, ik
heb immers ook een lange
staat van dienst. Maar dat
bleek niet te helpen. Ik durf
de uiteindelijk nauwelijks
meer de straat op. Wel ben ik
in contact met een psycho
loog. Hij adviseerde om sa
men met de huisarts te kijken
of medicatie me over de drem
pel van mijn angsten heen
kan helpen."
,,De arts van de Arbo-dienst
zegt dat ik in mei, wanneer ik
twee jaar in de ziektewet ben,
gewoon aan het werk moet.
Als het niet lukt, volgt er ont
slag, en zou ik beoordeeld
moeten worden voor de WAO.
Dan kan ik m'n huis niet
meer betalen."
Het is een indrukwekkend
verhaal. Ik kom zelf uit een
onderwijsfamilie en weet dat
roofbouw veel leerkrachten
doet bezwijken voor ze aan
hun pensioen toe zijn. Ook
Herman is er een voorbeeld
van. Hij wil wel maar kan
niet meer.
Na overleg met de psycholoog
kies ik medicatie die gericht
is op zijn angststoornis en die
hem weer in een dagritme
kan brengen. Herman heeft
zijn vrouw deze keer meegeno
men naar het spreekuur. Ze
zijn blij met deze nieuwe
kans.
„Ik zag ons het huis al verko
pen", zegt hij. „Dat voelde
dubbel onrechtvaardig. Ik wil
best terug in het onderwijs,
maar ik moet krachten verza
melen. Zonder medicatie luk
te dat niet. Ik grijp deze kans
aan, al besef ik dat ik er nog
lang niet ben!"
Marieke van Schie is huisarts
door Claudia Sondervan
VLISSINGEN - „Als wij stabiel
zijn, kunnen we heel evenwich
tig leven. Maar manisch-depres-
siviteit raak je nooit kwijt. Het
blijft sluimeren."
Herman van Ooteghem uit Over
slag leeft al tientallen jaren met
de diagnose manisch-depressief
syndroom. Hij en zijn vrouw
Marleen zijn regionaal contact
persoon voor de Vereniging van
Manisch Depressieven en Be
trokkenen. Zij richtten acht jaar
geleden de eerste lotgenoten
groep voor manisch-depressie-
ven op in Terneuzen. Sinds dit
jaar leidt het paar ook een groep
in Vlissingen. Van Ooteghem be
merkt een groot verschil tussen
zijn Vlissingse en Terneuzense
medepatiënten. Dat verschil
wordt veroorzaakt door de cur
sus die vanuit het Ziekenhuis
Walcheren worden gegeven over
het Manisch Depressief Syn
droom. De cursus is uniek in
Zeeland. Psychiater Alex Kunst
en psychiatrisch maatschappe
lijk werker Carola Verhallen la
ten mensen die de diagnose net
hebben gekregen in zes bijeen
komsten kennismaken met de
stoornis, de manier om ermee
om te gaan, de medicijnen en bij
werkingen en manieren waarop
de aandoening te accepteren is.
Van Ooteghem is bij de laatste
bijeenkomst spreker. Hij vindt
de cursus heel waardevol. „Het
bepaalt hoe je zelf tegenover je
ziekte staat. En dat is weer bepa
lend voor hoe je je leven kunt lei
den."
Symptomen
„Uit onderzoek bleek dat, als
mensen goed geïnformeerd zijn,
zij minder vaak en minder hefti
ge terugvallen krijgen", weet Ca
rola Verhallen. „Ze leren de eer
ste signalen en symptomen ken
nen en weten wat ze zelf kunnen
doen. Ze kunnen dat doorgeven
aan hun omgeving."
Verhallen heeft vier jaar erva
ring met de cursus psycho-edu-
catie. Aanvankelijk gaf het zie
kenhuis de cursus eenmaal per
jaar, maar dat is nu opge
schroefd naar twee keer. Er ont
stond een wachtlijst. „Mensen
die een diagnose krijgen wan
neer de cursus net voorbij is,
moeten niet zo lang hoeven
wachten." In een groep van acht
Psychologe
rhallen is betrokken bij de curus.
tot twaalf deelnemers (patiën
ten en hun betrokkenen, een
partner, familielid of vriend) le
ren zij ook om te gaan met de
reacties uit hun omgeving.
„Veel mensen zijn onbekend
met MD. Je draagt toch een psy
chiatrisch etiketje. Maar de erva
ring leert: ben je er zelf open
over, dan zijn de reacties ook ge
woner."
Die overtuiging heeft Van Ooteg
hem ook. Al beseft hij terdege
dat het noemen van MD tijdens
een sollicitatiegesprek kan af
schrikken, „Ik werkt 27 jaar bij
dezelfde baas. Toen ik sollici
teerde had ik een diagnose,
maar waren de verschijnselen
heel mild. Ik heb het toen niet
gezegd. Wel vind ik het belang
rijk dat leidinggevenden het we
ten. Anders krijg je grote proble
men als je je tijdens een aanval
vreemd gedraagt. Vaak heb je
dat zelf niet eens in de gaten.
Des te beter als je omgeving die
signalen kan herkennen en waar
schuwen."
MD is niet eenduidig. Zoveel pa
tiënten, zoveel' uitingsvormen.
En er moeten in Zeeland alleen
al zo'n 2500 patiënten zijn.
Daardoor duurt het soms wel
vijf tot vijftien jaar voor er een
diagnose is, vertelt Verhallen.
„Soms krijgen mensen een eti
ket ADHD opgeplakt, maar dan
is het een manische periode. En
anderen zijn nooit manisch,
maar enkel heel lang depres
sief." Daardoor kunnen huisart
sen op het verkeerde been wor
den gezet, zegt Van Ooteghem.
„Die denken soms aan stress.
Het kan onherkenbaar zijn."
Euforie
De manie kenmerkt zich door
een groot gevoel van euforie:
mij lukt alles. „Mensen hebben
weinig tot geen nachtrust nodig,
geven vaak heel veel geld uit en
raken daardoor in de pro
blemen. De depressie is zeer on
wezenlijk. mensen gaan vaak
heel diep, tot suïcidaal aan toe.
Er kunnen psychoses zijn, zelfs
met ervaringen van uittreden
uit het lichaam. Een enkeling
maakt beide meermaals door op
één dag, de ander is ooit een
keer manisch maar verder voor
al depressief. Een episode kan
twee weken duren, of éen half
jaar."
De lotgenotengroepen behande
len geregeld publicaties over
MD. Van Ooteghem heeft een fa
voriete publicist in Dordtenaar
Pieter Overduin. Hij schreef
twee dunne dagboekjes: 'God is
in de war; hij denkt dat hij Pie
ter heet' en 'Ik hou van mezelf,
en dat is wederzijds'. „Daarin
zet hij met veel humor heel her
foto Lex de Meester
kenbare dingen neer", vindt
Van Ooteghem. MD openbaart
zich soms pas heel laat. „Ik heb
mensen op de cursus van begin
twintig, maar ook iemand van
in de zeventig. Bij sommige men
sen komt het heel laat tot uiting
of bleven de symptomen heel
mild", weet Verhallen.
Manisch-depressiviteit vergt
aanpassingen, maar 'mensen vin
den altijd wel een nieuwe ma
nier van leven", ervaart Verhal
len. „Vergis je niet, het kost ook
geld. Niet zelden zijn de proble
men al zover opgelopen dat pa
tiënten hun partner verliezen
voor ze een diagnose hebben."
Dan is er ook nog de last van de
medicatie, veelal lithium en anti
depressiva. „Daarvan kan je ki
lo's aankomen. En je komt er
niet meer vanaf", geeft Van Oot
eghem aan.
De volgende cursus in Zieken
huis Walcheren begint dinsdag
22 november. Er zijn nog enkele
plaatsen. De lotgenotengroepen
van het echtpaar Van Ooteghem
zijn te bereiken via email
h.van.ooteghem@zeelandnet.nl
en via de Vereniging van Ma
nisch Depressieven en Betrokke
nen te Utrecht. Die heeft een te
lefoonnummer voor vragen dat
zeven dagen per week van 09.00
tot 21.00 uur te bereiken is:
0900 - 5123456 (10 ct/m).
Onderzoek bij een kleine vier
honderd patiënten met psoriasis
heeft laten zien, dat een nieuw
geneesmiddel de huidaandoe
ning aanzienlijk kan terugdrin
gen. „Het medicijn geeft een
heel goed resultaat," zegt prof.
Peter van de Kerkhof, hoogle
raar dermatologie aan de Rad
boud Universiteit Nijmegen.
„Vooralsnog zal het echter al
leen worden voorgeschreven
aan patiënten bij wie de bestaan
de behandelingen niet (meer)
helpen.
door Henk Hellema
NIJMEGEN - Jeukende, rode
plekken op de huid met zilver
witte schilferingen. Het is het
karakteristieke beeld van de
huidziekte psoriasis. Die schilfe
rige huidplekken komen vooral
voor op ellebogen, knieën en het
behaarde hoofd. Naar schatting
een op de vijftig mensen in ons
land heeft last van deze huid
ziekte. Eén derde van hen in een
matig tot ernstige vorm.
De eerste verschijnselen van pso
riasis kunnen tijdens de puber
teit optreden of pas veel later
tussen de leeftijd van 40 en 50
jaar. De aandoening kan een ern
stige belemmering vormen voor
het functioneren in het dagelijk
se leven. Buitenstaanders reage
ren vaak afwijzend op mensen
met zichtbare plekken op ge
zicht, handen en hoofd.
Psoriasis is het gevolg van een
gestoorde afweer. De afweer is
b?j wijze van spreken dolge
draaid. Dat leidt onder meer tot
de productie van veel te veel
van een bepaald ontstekingsei
wit: tumor necrose factor of
kortweg TNF. Deze factor bindt
zich aan speciale stoffen (recep
toren) op afweercellen. Dat kan
soms gunstig zijn, maar teveel
TNF doet veel meer kwaad dan
goed.
Vandaar dat druk is gezocht
naar stoffen die het TNF onscha
delijk kunnen maken. Begin ja
ren negentig zijn de TNF-blok-
kers ontwikkeld. Die vonden
eerst toepassing bij andere af-
weerstoornissen, zoals de
(darm)ziekte van Crohn en
reumatoïde artritis. Volgens de
Amsterdamse hoogleraar maag
darmleverziekten prof. Sander
van Deventer vormen TNF-blol
kers 'één van de belangrijks*
doorbraken in de behandek
van de ziekte van Crohn vari
laatste 25 jaar'.
„Ze werken ook heel goed h:
reumatoïde artritis", zegt pro:'
Piet van Riel, hoogleraar reums
tologie aan de Radboud Unive:
siteit. „Zestig tot 80 procent va
de reuma-patiënten die uil
meer op andere middelen reage
ren, heeft nog baat k
TNF-blokkers." En ze werk
dus ook bij psoriasis. Uit een ar
tikel in The Lancet van enkel
weken geleden blijkt, dat vand-
bijna 400 patiënten die i
TNF-blokker infliximab kregc
toegediend, na één jaar onge
veer de helft voor het grootó
deel vrij was van de jeukend
huidplekken. „Een zeer goed ft
sultaat", aldus Van de Kerkhui
Zalven
De huidige behandeling van ps*
riasis begint met zalven op bas.
van teer of hormonen. Helps
deze onvoldoende dan komtfc
behandeling met ultraviolet
straling al of niet in combinat
met de stof psoraleen in aannie
king. Biedt ook deze behande
ling onvoldoende soelaas
worden patiënten behande
met medicijnen als meth:'
rexaat, ciclosporine of fumaa.'
zuur. „Maar deze medicijiK
hebben vaak forse bijwerk
gen." Voor patiënten met mat!
tot ernstige psoriasis zijn ere
dus ook de TNF-blokkers. „ft-
is een geweldige verbeter®
voor met name die patiënte
voor wie we anders niets nt
konden doen." Die blokkerszij
er in twee soorten: als oplosbar
TNF-receptoren en als antistó
fen tegen het TNF. „De lossere
ceptoren onderscheppen k
TNF eer dit op de afweercelfe
kan gaan zitten. De TNF-an|
tof fen maken zowel het aanfê
len gebonden als het ongebo:
den TNF onschadelijk." Datvü
klaart ook het verschil in effect
viteit, aldus de Nijmeegse hooj
leraar. „De TNF-blokker uit d
eerste groep, etanercept, bÜJ
na een half jaar 55 procent v»
de patiënten van driekwartvz
de aangetaste huidplekken teg
nezen. Infliximab, de antistof#
gen TNF, doet dat bij zo'n tad
tig procent." GPD