Uden kan opeens weer ontvlammen
Yossi Leshem vecht voor vrede in Israëlisch luchtruim
Basisschool Bedir brandde twee keer
De islamitische basisschool Bedir in Uden
werd op 9 november 2004 door brandstichting
verwoest. De Suleymaniye-moskee in Uden
was enkele dagen daarvoor doelwit van een po
ging tot brandstichting.
Vijf jongens, tussen de 14 en 17 jaar oud, zijn
voor deze vergrijpen veroordeeld tot taakstraf
fen en voorwaardelijke celstraffen. De aanslag
op de Bedirschool bracht landelijk een schok
teweeg omdat de brandstichting een uiting was
van de maatschappelijke spanningen die waren
ontstaan door de moord op Theo van Gogh, een
week eerder. Op zondagavond 27 maart van dit
jaar werd de Bedirschool opnieuw getroffen
door brandstichting.
De brand werd snel geblust, de schade bleef be
perkt.
Voor de tweede brand bij Bedir zijn drie Uden-
se jongeren van 17 en een van 18 jaar oud ver
oordeeld tot (deels voorwaardelijke) gevange
nisstraffen en werkstraffen.
De tweede brand kwam voort uit de bravoure
van een stomdronken brandstichter, maar riep
herinneringen op aan de zwaar beladen eerste
brand.
De gebeurtenissen gaven in Uden de aanzet tot
een plan van aanpak, waarmee gemeente, poli
tie, onderwijs, jongerenwerk en andere instan
ties verdere escalaties willen voorkomen.
Het plan van aanpak maakt onder meer gewag
van strengere handhaving van gedragsregels en
het terugdringen van overlast door jongeren,
beveiliging van de Bedirschool en de moskeeën
in Uden.
zaterdag 5 november 2005
Een jaar geleden, op 9 novem
ber, werd de islamitische ba
sisschool Bedir in Uden door
brandstichting in de as gelegd.
„We blijven attent en alert, maar
je kunt nooit helemaal gerust
zijn."
Een officiële herdenking komt er
niet in Uden, een jaar nadat de
islamitische basisschool Bedir door
brandstichting werd verwoest. „We
gaan op onze school wel iets doen met
de kinderen, maar dat gebeurt niet in
de openbaarheid", zegt directeur Jean
ne van der Voort. „We willen onze kin
deren nu vooral rust bieden."
Het gaat goed met Bedir. In het afgelo
pen jaar kreeg de school er 25 leerlin
gen bij. Ze krijgen les in een nieuw ge
bouw, waar alles even fris en vrolijk
oogt. „In onze oude school was alles
oubollig bruin", vertelt Van der
Voort. „Het is veel fleuriger gewor
den." De sfeer is goed, bevestigt ook
Ismail Taspinar, algemeen directeur
van de scholenstichting waar Bedir on
derdeel van is. Al maakt hij wel een
kanttekening bij dat beeld. „Van bui
ten zie je een normaal draaiende
school. Je merkt niets aan de leerlin
gen, de ouders en de leerkrachten. Als
je doorvraagt bij ouders dan merk je
dat hun vertrouwen in de maatschap
pij is verminderd. Enkele leerlingen
hebben nog angstbeelden van de
brand. Als je op de achtergrond van
een kindertekening een verbrande
schommel ziet staan, weet je dat de
herinneringen nog heel dichtbij zijn."
Een herdenking hoeft voor Taspinar
niet. „Ik richt me liever op de toe
komst." Taspinar is blij met de excuus
brieven die de daders van de aanslag
hebben gestuurd, maar hoopt dat het
niet daarbij blijft. „We willen graag
met die jongens in gesprek gaan. Hoe
dachten ze vroeger over ons? Hoe den
ken ze nu? Als zij zien dat moslims
geen vreemde mensen zijn, maar eer
der vriendelijk en vergevingsgezind,
dan kunnen ook hun vrienden en ande
re jongeren op betere gedachten over
ons komen."
Stoer
Hoe de jongeren in Uden bereikt kun
nen worden, is ook de grote vraag in
de Suleymaniye-moskee in Uden, die
vorig jaar doelwit was van vernielin
gen, bekladdingen en een poging tot
brandstichting. „Er werd na de aansla
gen over de daders gesproken in ter
men van meelopers en stoerdoenerij",
zegt Ahmet Polat, secretaris van de
moskee. „Voor mij was het duidelijk
een daad van racisme, al zeg ik daar
mee niet dat de daders racisten zijn."
Er zijn in het afgelopen jaar veel goe
de dingen gebeurd in Uden, vindt Po-
lat, maar hij blijft zich zorgen maken
over de jongeren. „De veenbrand is ge
luwd, maar het vuur kan zo weer aan
wakkeren. Daarom is het zo belang
rijk om de jeugd aan te spreken, uitleg
te geven over de islam en te laten zien
hoe wij wel en niet zijn. Gelukkig krij
gen wij meer schoolklassen op bezoek
in de moskee."
Polat hecht vooral veel waarde aan
contacten met jongeren van het nabij
gelegen Udens College. De daders van
brandstichting bij Bedir waren leerlin
gen van het vmbo en de school werd
op tv te kijk gezet als een broeinest
van racisme. Dit tot afgrijzen van di
recteur Frans Schmitz en vmbo-direc-
teur Rinus van den Heuvel.
„De brandstichting bij Bedir was wel
iswaar een racistische daad, maar
kwam meer voort uit normale jeugd-
De islamitische basisschool Bedir in Uden; op de kast staat een foto van de in brand gestoken school. foto Jeroen Appels/GPD
problematiek dan uit racistische mo
tieven", benadrukt Schmitz. „Ons
bleek dat er geen enkele rechts-extre-
mistische ideologie achter de aansla
gen zat."
Verwijdering
Op één jongen na zijn alle daders te
ruggekeerd op school. Het Udens Col
lege stelde zich daarbij op het stand
punt dat verwijdering van school niet
aan de orde was omdat de jongens al
door de rechter zijn gestraft.
Dat wil niet zeggen dat alles op het
Udens College bij het oude is geble
ven.
De school stelde onder meer vast dat
leerlingen in de voorbije jaren meer
vrijheid hebben gekregen dan voor
een aantal van hen goed is. De sfeer
en de rust en orde op school kwamen
daardoor in het gedrang, wat onder
meer tot uiting kwam in agressief taal
gebruik, verruwing van omgangsvor
men en tegenvallende leerresultaten.
Voor de school was dat aanleiding om
op zoek te gaan naar 'een nieuwe ba
lans'.
„We hebben de teugels wat strakker
aangetrokken", zegt Schmitz. Hij laat
een lijstje van huisregels zien, waar
aan strikt de hand wordt gehouden.
Alle leerlingen hebben een eigen kluis
je gekregen, waarin ze hun jassen en
petten moeten bewaren. Datzelfde
geldt voor hun mobiele telefoons en
geluidsdragers zoals mp3-spelers.
Leerlingen moeten stipt op tijd in de
les aanwezig zijn en mogen tijdens de
lessen niet door de gangen lopen. „En
als we grove taal horen op het school
plein, dan zeggen we daar iets van",
zegt vmbo-directeur Rinus van den
Heuvel.
Daarnaast is de school bezig met de
methode Leefstijl, waarin jongeren le
ren op een goede en respectvolle ma
nier met elkaar om te gaan, niet alleen
op school, maar ook thuis en in de
vrije tijd. „Door een goede begelei
ding van jongeren hopen we hun ge
drag op een positieve manier te beïn
vloeden", zegt Van den Heuvel.
De nieuwe aanpak werpt duidelijk
zijn vruchten af, constateert Schmitz.
„Er is veel meer rust in onze school en
dat komt de sfeer ten goede. Ik heb
het idee dat het ook in het dorp rusti
ger is geworden, misschien ook omdat
er meer toezicht is op de hangplekken
van jongeren. Ik denk dat er in Uden
wezenlijk iets is veranderd."
Afglijden
Wat in elk geval is verbeterd is de sa
menwerking tussen organisaties en in
stellingen die zich met jongeren bezig
houden. Die samenwerking werd in
april van dit jaar verankerd in het
plan Kiezen voor Uden, dat erop is ge
richt een nieuwe aanslag te voorko
men. „Wat mij het meest getroffen
heeft toen de daders bekend waren,
was dat het om jongeren ging die niet
bekend waren bij de politie en die ook
op school niet in negatieve zin waren
opgevallen", zegt burgemeester Joke
Kersten.
„De gemeente heeft zwaar ingezet op
jeugd en preventie. We zijn er van
doordrongen dat we er heel snel bij
moeten zijn; we missen de boot als we
niet bijtijds in de gaten hebben dat
jongeren afglijden. We moeten ervoor
zorgen dat jongeren op school zitten
of een werk- of stageplek hebben. Het
gaat er vooral om dat je alert bent op
onacceptabele dingen die zouden kun
nen gebeuren." De politie houdt de
jongeren in Uden extra in de gaten,
met name op hangplekken. „We bezoe
ken de jeugd regelmatig en treden
waar nodig meteen repressief op",
zegt Karei de Groot, coördinator
jeugdzaken bij de politie in Uden.
„Als we zien dat ze alcohol gebruiken
op straat, dan krijgen ze een proces
verbaal van 45 euro en nemen we de
flessen bier in beslag." „Ook grijpen
we in als er sprake is van geluidsover
last. Om meer inzicht te krijgen in pro
bleemjongeren, hebben we ook een
jeugdagent op straat. Als we gedrag
zien dat zorgwekkend kan worden,
dan waarschuwen we andere instan
ties, zoals het opbouwwerk."
Directeur Loek Borrèl van jongeren
centrum De Pul erkent dat er veel is
aangepakt, maar betwijfelt of daar
mee de problemen uit de wereld zijn.
„De brand bij Bedir is voortgekomen
uit ontevredenheid van jongeren. Met
alleen een repressieve aanpak kom je
er daarom niet. Jongeren worden voor
al gezien als een bron van overlast en
ondertussen komt het jongerenwerk
in de wijken niet van de grond. Je
moet jongeren ook een toekomstper
spectief bieden."
Twan van Lierop
Dr. Yossi Leshem bij de Russische radarpost, waarmee de vogeltrek wordt gevolgd. Het
bord achter hem bevat restanten van een Israëlische F-15 straaljager, die in 1995 boven de
Negev-woestijn in botsing kwam met een ooievaar. foto Ad Bloemendaal/GPD
Toeristen laten het massaal afweten,
maar zo'n half miljard trekvogels passe
ren ieder voor- en najaar de grenzen van het
Heilig Land, een vaste halteplaats op de rou
te tussen Europa en Afrika. Nog maar kort
geleden werden deze invasies gezien als pla
gen. De hongerige vogels leegden visvijvers,
vraten akkers kaal en brachten het luchtver
keer in gevaar. Tot natuurbeheer ingreep.
Niet alle problemen zijn opgelost, maar de
boeren lijden aanzienlijk minder schade, ter
wijl het aantal botsingen tussen vogels en
vliegtuigen drastisch is afgenomen.
Yossi Leshem voorspelt dat het ecotoerisme
naar Israël een hoge vlucht zal nemen. Geen
enkel ander land telt immers zo veel vogels
van verschillende pluimage binnen een zo
klein gebied. Leshem, ornitholoog aan de
Universiteit van Tel Aviv, is ook directeur
van het Internationale Centrum voor de Stu
die van Vogelmigratie in Latrun, halverwe
ge Tel Aviv en Jeruzalem.
Als spraakwaterval heeft hij weinig weg
van de stereotype vogelaar. Hij is dan ook
een man met een missie. In de komende ja
ren wil hij zijn centrum drastisch uitbrei
den, onder meer met een auditorium en een
observatiepost op het dak. De indrukwek
kende bouwtekeningen liggen klaar; het
wachten is alleen nog op geldschieters.
Het zijn vooral de grotere trekvogels die Is
raël aandoen, zoals ooievaars, pelikanen en
kraanvogels. Om grote afstanden te kunnen
vliegen, bedienen ze zich van thermiek, de
opstijgende lucht die ontstaat doordat de
zon het aardoppervlak ongelijkmatig ver
warmt. Dat bindt hen aan landroutes, en Is
raël ligt precies op het knooppunt daarvan.
Er zijn dagen in voor- en najaar dat je in
Tel Aviv je hoofd maar uit het raam hoeft te
steken om een indruk te krijgen van de mas
sale omvang van de migratie. Duizenden
ooievaars, kraanvogels of pelikanen zweven
in cirkels in de opstijgende lucht boven het
oosten van de stad. De vleugels beweging
loos, soms even met een tip iets bijsturend.
Als ze voldoende hoogte hebben bereikt, ste
ken ze en masse over naar de volgende ther-
miekbel, die al wordt gemarkeerd door een
grote zwerm zwevende soortgenoten. Zo
gaat het in het voorjaar richting Europa en
in het najaar richting Afrika en Perzische
Golf.
Nu er vogelgriep heerst spreekt het vanzelf
dat een land dat jaarlijks tweemaal wordt
aangedaan door een half miljard trekvogels,
extra risico loopt. Geen reden voor paniek,
zegt Leshem, maar wel voor verscherpte
controle. De ringstations van zijn centrum,
verspreid over het land, zijn in staat mon
sters te nemen van maximaal honderd vo
gels per dag. Die kunnen dan niet alleen
worden onderzocht op vogelgriep, maar ook
op andere ziekten, want het moet een langlo
pend project worden.
Leshem, naar zijn zeggen door schade en
schande wijs geworden, wil daarvoor over
heidsgeld loskrijgen. Hij gaat er van uit dat
de regering uiteindelijk over de brug zal ko
men, al was het alleen maar ter bescher
ming van de plaatselijke pluimveeindustrie
waarin jaarlijks vele miljarden omgaan. De
ministeries van landbouw en milieu steunen
al voederprojecten in het noorden van het
land, die de trekvogels moeten ontmoedigen
akkers en visvijvers te plunderen, Sinds een
paar jaar krijgen ze in speciale reservaten
visafval en mais geserveerd.
De grootste luchtmacht in het Midden-Oos
ten moet een klein luchtruim delen met hon
derden miljoenen gevederde mede-gebrui
kers. Dat vraagt om problemen. In de afgelo
pen 35 jaar registreerde de luchtmachtlei
ding niet minder dan vijfduizend botsingen,
waarbij negen vliegtuigen neerstortten en
drie bemanningsleden om het leven kwa
men.
Vijfenzeventig toestellen liepen schade op
van meer dan een miljoen dollar. Op ver
zoek van de luchtmacht wijdde Leshem zijn
proefschrift aan het probleem. Zijn inspan
ningen zorgden er voor dat sinds 1984 het
aantal botsingen met 76 procent is vermin
derd.
Verband
Het was duidelijk dat er een direct verband
bestond tussen de ongelukken en de vogel
trek. Als de luchtmacht tijdig op de hoogte
kon worden gesteld van de komst van de vo
gels, en de omvang en route van de zwer
men, zouden militaire vliegers er rekening
mee kunnen houden. Aanvankelijk gebruik
te Leshem een net van waarnemers op de
grond, maar in het begin van de jaren negen
tig dook plotseling Russische hulp op in de
persoon van dr.Leonid Dinewitz.
Als meteoroloog en generaal in het Rode Le
ger voerde Dinevitz ooit het commando
over een keten van 45 weerradarstations in
de Sovjet-Unie. Na zijn emigratie naar Is
raël stelde hij niet alleen zijn kennis ter be
schikking aan de Israëlische vogelwaarne
mers, maar ook materiaal. Door zijn bemid
deling kon het centrum voor slechts twintig
duizend dollar een Russisch weerradarsta-
tion naar Israël brengen.
Het staat nu op een heuveltje in Latrun. Di
newitz en een aantal mede-immigranten
bouwden de radar om voor digitale ont
vangst. De videobeelden, die in de kleine ra
darkamer worden ontvangen en op de websi
te van het centrum zijn te zien, tonen de be
wegingen van vogelzwermen in een omtrek
van vijftig kilometer. De luchtmacht kijkt
rechtstreeks mee.
Een paar jaar geleden is in Mitzpeh Ramon,
in het zuiden van het land, een soortgelijk
station in gebruik genomen en binnenkort
volgt een derde in het noorden. In Jordanië
staan er al twee en Turkije wil er de komen
de jaren vijf neerzetten. Egypte is om mede
werking gevraagd, maar houdt de boot tot
nu toe af.
Over een paar jaar zullen vogelwaarnemers
dus kunnen beschikken over een vrijwel
compleet overzicht van de vogeltrek. „Een
vogelaar in Nederland of Duitsland weet
dan precies wanneer hij naar Israël moet rei
zen om zijn favoriete vogels te zien", zegt
Leshem geestdriftig.
Niet alleen grote zwermen, maar ook indiw
duele vogels hebben de aandacht van het
centrum in Latrun. Enkele honderden trek
vogels, vooral ooievaars, dragen een zender-i
tje op de rug dat elke negentig minuten een
signaal afgeeft aan een Franse satelliet. Op
die manier is de trek van begin tot eind te
volgen. Dat gebeurt onder meer in een geza
menlijk project van Israëlische, Jordaanse
en Palestijnse scholen.
Trouwens, iedereen die de website bezoekt
kan al jaren de sporen volgen van bijvoor
beeld Prinzesschen en Jonas, een ooievaars-
paar dat nestelt in het Duitse dorp Loburg,
een kleine honderd kilometer ten westen J
van Berlijn. Ieder najaar scheiden zich hue I
wegen.
Jonas vliegt naar Spanje, waar hij overwin
tert op de vuilnishopen van de grote steden
Prinzesschen vliegt via de Bosporus en Is
raël naar Soedan. Daar rust ze een paar we
ken uit en reist dan door naar Kaapstad, ie
der jaar naar dezelfde boom. In maart begir-
nen ze allebei aan de terugreis.
Jonas arriveert het eerst in Loburg, waar hi;
het nest in gereedheid brengt voor zijn prri
ses. Het sprookje duurde echter niet eeuwig
Vorig jaar ondervond hare koninklijke hoog
heid tegenslag op de terugroute en kwam I
weken te laat aan. Haar plaats op het nest
in Loburg was ingenomen door een zekere
Novi, die al broedde op vier eieren. Na een
paar dagen van schermutselingen met haar
rivale - belangstellend gevolgd door Jonas-
droop Prinzesschen af en nestelde met een i
nieuwe partner.
Ad Bloemendal
voor meer informatie: www.birds.org.il
www.storchenhof-loburg.de