Een auto laatje toch
ook steeds nakijken
PZC
Bert 't Hert maakt plaats voor Gert 't Hert
21
Archieven openen
deuren voor de buren
dinsdag 25 oktober 2005
Reinder Kooi en Karin Mijnsbergen in hun atelier bij Middelburg. foto's Dirk-Jan Gjeltema
Reinder Kooi: „Ik zou nooit alleen maar in klokken willen hande
len. Ik moet met mijn handen aan die dingen kunnen wroeten."
fflubc Aittbacljtim
In personeelsadvertenties wordt tegenwoordig gevraagd om
managers, projectleiders en commercieel medewerkers. Vaca
tures voor bijvoorbeeld klompenmakers, garnalenpelsters, wa
genmakers, messensnijders, iviegenmakers en boekbinders
kom je niet meer tegen. Oude ambachten worden door een klei
ne groep toch nog in ere gehouden. De PZC gaat op zoek naai
de beoefenaars. In deze aflevering: klokkenmakers Reinder
Kooi en Karin Mijnsbergen.
het vak." Na restauratie gaat de
klok terug naar de eigenaar of
in de verkoop. Het mag dan om
oude spullen gtfah* toch is ook
de klokkenhandel trendgevoe
lig. „In de jaren '70 en '80 waren
Franse comtoises in de mode",
vertelt Reinder. „Die waren er
toen in overvloed. Je kon dus
makkelijk aan mooie exempla
ren komen. Toch kochten men
sen klokken met deuken en kras
sen. Zo erg, dat je nu denkt: hoe
durfden ze die te verkopen." Hij
wijst naar een klok die hij ter
restauratie heeft gekregen. Op
de wijzerplaat zitten grote vlek
ken. „Kauwgom, stopverf, weet
ik het. Daar zou je nu eens mee
aan moeten komen." Ter verge
lijking loopt hij naar een uur
werk in zijn winkel. Als je goed
kijkt, zie je een krasje op het
glas voor de wijzerplaat. Kooi:
„Nu vallen sommige mensen
daarover. Ik denk dan: wat wil
je nu, dat ding is 210 jaar oud."
Hij heeft nog een voorbeeld van
de trendgevoeligheid bij kopers
van oude uurwerken. „De Neder
landse klokken worden momen
teel ondergewaardeerd. Dat is
jammer, maar het kan snel ver
anderen. Stel: Jan des Bouvrie
gaat op tv onder een Friese
staartklok staan met de medede
ling dat we onze huiskamers
wat authentieker moeten inrich
ten. Raad maar eens welke klok
ken ik dan opeens verkoop."
De klanten komen voornamelijk
uit Zeeland, maar ook van ver
der. „Sinds de tunnel er ligt,
zien we hier steeds meer Belgen.
En soms komen hier Duitse toe
risten. Die brengen hun kapotte
klok in de herfstvakantie en ha
len hem rond kerst weer op. Het
heeft te maken met naamsbe
kendheid. Hoe langer we hier
zitten, hoe meer mensen van ver-
derweg er komen. Volgens mij is
het ook een kwestie van gevoel.
Mensen zien ons hier werken,
kunnen ons persoonlijk aanspre
ken op wat we doen. Dat is iets
anders dan een juwelier die de
klok opstuurt naar een onbe
kend adres." De klokkenmakers
komen regelmatig nieuwe din
gen tegen. „Soms zit er een ra
dertje net andersom", vertelt
Karin. „De maker wilde dan
blijkbaar toch eens iets anders
proberen." „Vorige week repa
reerde ik nog een officierspendu
le", vult Reinder aan. „Die zijn
zo bijzonder, die had ik nog
nooit in handen gehad."
De prijs van de klok hangt van
veel meer af dan alleen het bij
zondere ontwerp, weet Reinder.
„Bijvoorbeeld van het materi
aal: notenhout is sterker dan ei
kenhout. Een klok die je elke
dag moet opwinden is minder
waard dan een weekloper. En
het materiaal van de wijzer
plaat is ook van belang."
Pronkstukken
Hij wijst naar één van de pronk
stukken van zijn winkel: een in
drukwekkende staande klok.
„Die heeft het allemaal." Het
uurwerk springt er echt uit.
Prachtige gravures in de bron
zen wijzerplaat, een secondewij
zer, zelfs de datum en de stand
van de maan zijn op de klok te
rug te vinden. Gemaakt in 1795.
Het dateren van een klok is niet
altijd even eenvoudig, maar
soms helpt het uurwerk zelf
meer dan je zou verwachten.
„Kijk hier eens naar", atten
deert Reinder op een Frans uur
werk aan de muur. Er staan
twee elkaar vasthoudende han
den op. „Dat is het teken van
broederschap. Die term ont
stond tijdens de revolutie in
Frankrijk. Die was in 1795. Zo
weet ik dat deze klok uit die tijd
moet zijn."
Inmiddels tikken en slaan de
tientallen klokken nog steeds in
hetzelfde ritme. Kooi is daar ze
ker al zo aan gewend dat hij het
niet meer hoort? Integendeel.
„Als er één stilvalt, hoor ik dat
meteen. Dan klinkt het toch net
even anders.
Martijn de Koning
In het atelier van klokken
maker Reinder Kooi
staan en hangen tientallen
antieke uurwerken. Sommi
ge staan stil en wachten op
reparatie. Een groot deel
doet het echter wel. Bijko
mend gevolg: een niet afla
tend getik in allerlei varia
ties, dat na enige tijd als
een soort gezoem in je
hoofd gaat zitten. Wordt
Kooi daar niet helemaal gek
van? „Integendeel. Soms zit
ik hier 's avonds voor het
slapen gaan nog even na te
genieten."
Toen de nu 39-jarige Reinder
Kooi ruim twintig jaar gele
den de opleiding uurwerktech
niek in Rotterdam volgde, was
klokken maken nog niet zo'n
uniek beroep. „Je kon daar toen
op drie plaatsen voor leren. Nu
is er daar nog één van over. Met
klasjes van zeven of acht leerlin
gen."
Kooi studeerde daarna ook voor
goudsmid en leerde zo klasgeno
te Karin Mijnsbergen kennen.
Het paar trouwde en kwam in
Middelburg terecht, waar Kooi
ging werken voor een klokken
maker. In 1999 begonnen Kooi
en Mijnsbergen voor zichzelf.
Tussen Middelburg en Sint Lau
rens runnen ze het bedrijfje Wij
zer Antieke Klokken.
De zaak bestaat uit twee gedeel
ten: links van de ingang is de
winkel, rechts de werkplaats.
Het geeft meteen de activiteiten
aan: restaureren én verkopen
van antieke uurwerken. „Dat
hangt nauw met elkaar samen",
vertelt Karin. „Alles wat we ver
kopen, restaureren we namelijk
eerst ook." „Ik zou nooit alleen
maar in klokken willen hande
len", vult Reinder aan. „Dan
dien je alleen als doorgeefluik.
Ik moet met mijn handen aan
die dingen kunnen wroeten."
Ter illustratie opent hij het deur
tje van de wijzerplaat van een
Friese klok. Een wirwar van
tandwieltjes komt tevoorschijn.
Het ziet er ingewikkeld uit. „De
ze doet het nu niet. Maar straks
moet hij er weer zo uitzien",
wijst Kooi naar een zelfde exem
plaar dat hij zojuist onder han
den heeft genomen. Het verschil
is verbluffend. De radertjes van
de stilstaande klok zien er dof
en verkleurd uit. Het lijkt of die
zijn langste tijd gehad heeft. De
klok die Kooi al heeft gerepa
reerd, blinkt de bezoeker tege
moet en lijkt als nieuw. „Een
keertje polijsten doet al veel",
geeft Karin aan.
Half werk
Ondertussen is Reinder allesbe
halve tevreden over wat hij in
het binnenste van de oude Fries
aantreft. „Kijk nou toch: dat is
half werk", wijst hij naar een
tandwieltje. „Wie boort er nou
zo'n gat op die plaats?" De ver
der zo opgeruimde klokkenma
ker ergert zich oprecht. „Zulke
klokken moet je veel beter on
derhouden. Gewoon af en toe
eens laten nakijken, al loopt hij
nog prima. Dat doe je met je au
to toch ook. Terwijl een klok 24
uur per dag aan het werk is."
De klokkenmakers gebruiken
tijdens een restauratie waar mo
gelijk authentieke materialen.
„Binnen in zo'n klok zijn alle on
derdelen op elkaar afgestemd",
zegt Karin. „Daar kun je niet zo
maar een totaal ander stukje tus
sen zetten." Bovendien is het
Koois eer te na om moderne ma
terialen te gebruiken. „Sommi
ge mensen zeggen: 'roestvrij
staal gaat langer mee, en boven
dien zie je de binnenkant toch
niet'. Maar zulke gedachten ho
ren niet bij mijn beleving van
Bezoek de buren. Dat is het
thema van de Landelijke
Archievendag, komende zater
dag (29 oktober). Het is een aan
sporing in twee richtingen: voor
de mensen om eens op bezoek te
gaan bij een archief in hun
buurt en voor de archiefinstel
ling zelf om uit de collectie bij
zondere stukken te tonen die be
trekking hebben op de buurge
meente, -regio of -land. Ook in
Zeeland zetten verschillende ar
chieven de deuren open.
Archieven hebben nog altijd een
stoffig imago. Kelders vol papie
ren, waarin alleen de archivaris
de weg weet, die daarbij liefst
niet gehinderd wordt door pot
tenkijkers. Dat is allang niet
meer zo. Per slot van rekening
zijn de archieven van ons alle
maal. Mede dankzij ontsluiting
van informatie via internet
staan de archieven opener dan
ooit. Tijdens de Landelijke Ar
chievendag krijgt dat extra de
nadruk.
Bij het Zeeuws Archief in Mid
delburg wordt het thema aange
grepen om een kijkje te nemen
over de grens, bij onze Zuiderbu
ren. Aan de hand van archief
stukken welteverstaan. Bedoe
ling was de documentaire
Zeeuwsch-Vlaanderen Neder-
landsch! - over de annexatiepo
gingen van de Belgen en het ver
zet daartegen in 1918-1919 - in
première te laten gaan, maar de
film is nog niet af. Die houden
we nog tegoed.
Wel dus in het Zeeuws Archief
stukken van over de grens. Toe
passelijk, nu België dit jaar zijn
175-jarig bestaan viert. Tijdens
rondleidingen door de depots
van het archief (inderdaad: in
de kelders) is een selectie van ar
chiefschatten te zien. Zo stie-
kemweg zit er in de Zeeuwse ar
chieven heel wat materiaal dat
betrekking heeft op België en
meer in het bijzonder Vlaande
ren. Niet zo verwonderlijk, gelet
op de geschiedenis van de Lage
Landen.
Archiefmedewerker Roosanne
Goudbeek noemt als pronkstuk
uit de collectie een historische
kaart van ongeveer twee meter
lang. Daarop is met rode zijde
de grens tussen de noordelijke
en zuidelijke Nederlanden ge
borduurd. „De kaart is in 1675
vervaardigd naar aanleiding
van een akkoord over de grens
lijn dat al in 1664 gesloten werd
tussen Staats-Vlaanderen en
Spaans-Vlaanderen", vertelt
Goudbeek. En dat akkoord was
weer gegrond op de Vrede van
Munster van 1648, die een einde
maakte aan de Tachtigjarige
Oorlog.
Wie de kaart heeft vervaardigd
en waarom zo opvallend de
grens in rood is geborduurd (en
ook nog met flinke steken) is
niet bekend.
Wel is duidelijk dat de kaart in
1897 in het bezit kwam van de
firma J. C. W. Altorffer, boek
drukkers en uitgevers te Middel
burg. Later belandde de kaart
in het Rijksarchief, nu Zeeuws
Archief.
Historicus en jurist Cees Fas-
seur, bekend van zijn biografie
over koningin Wilhelmina,
houdt tijdens de Landelijke Ar
chievendag zaterdag vanaf
13.00 uur in de Hofpleinkerk te
genover het Zeeuws Archief een
lezing over 'persoonlijke herin
neringen, mijn weg tot de ge
schiedenis' (reserveren vooraf
gewenst via 0118-678800 of
info@zeeuwsarchief.nl). Fasseur
gaat onder meer in op zijn onder
zoek in het Zeeuws Archief voor
zijn biografie over Wilhelmina.
Recent kreeg hij van koningin
Beatrix toegang tot het archief
van het Koninklijk Huis, voor
onderzoek over de periode waar
in de Greet Hofmans-affaire
speelde. In het Zeeuws Archief
geven restauratoren demonstra
ties van verschillende restaura
tie- en conserveringstechnieken
en er is een workshop over pa
pierrestauratie, lijmrecepten ma
ken en scheuren en gaten in pa
pier herstellen. Doorlopend
wordt de film 'Oranje ontmoet
Zeeland, beelden van verbon
denheid' vertoond en een aantal
heemkundige kringen en histori
sche verenigingen presenteert
zich. Om 11.00 en 15.00 uur zijn
er workshops over archiefonder
zoek via de computer. In de stu
diezaal zitten experts gereed om
vragen over zoektochten in ar
chieven te beantwoorden. De
studiezaal is overigens al vanaf
9.00 uur geopend voor onder
zoek. Ook andere Zeeuwse ar
chiefinstellingen zetten tijdens
de Landelijke Archievendag de
deuren extra wijd open. Het ge
meentearchief Schouwen-Duive-
land gaat in op de bewoningsge-
schiedenis van het eiland, te be
ginnen met de Vikingen en eindi
gend met de recreatieterreinen
van nu. Er worden films ver
toond en bij de topstukken die
uit de bewaarplaats komen, be
hoort verzameld werk van Ja
cob Cats uit Brouwershaven.
Het gemeentearchief Vlissingen
heeft de tentoonstelling 'Jong in
de Scheldestad', laat films en fo
to's zien en presenteert oude ar
chiefstukken (waaronder het
oudste van vijfhonderd jaar gele
den). In het gemeentearchief te
Hulst wordt uitleg gegeven over
het doen van onderzoek in ar
chieven.
Rinus Antonisse
Zie ook www.archievendag.nl.
Afbeelding van matroos Jacob Hobein, die in 1831 de Nederlandse
vlag - en daarmee de Nederlandse eer - redde uit een verlaten sloep
voor Philippine, voordat deze in handen van de Belgen kon vallen.
illustratie uit Zelandia Illustrata III 309
De kinderboerderij aan de
Evertsenlaan in Terneuzen
is een drukbezochte plek.
Even brood brengen voor
de dieren, even eruit met
de kinderen, even een om
metje maken. Verstande
lijk gehandicapten van de
stichting Tragel verzorgen
de dieren en onderhouden
de stallen. In deze rubriek
wordt wekelijks bericht
over het wel en wee op de
Temeuzense kinderboerde
rij.
Pats, dat was een koud kunst
je. Hertenbok Bert lag een
seconde geleden nog nietsver
moedend te rusten, nu weet hij
met een roze pijl in zijn vel niet
waar hij het zoeken moet. Lang
zaam begint de verdoving te
werken, nog langzamer zondert
Bert zich af. Daarbij in de smie
zen gehouden door zijn zoon,
die zijn kans schoon ziet. 'Pa
verzwakt? Dan ben ik het nieu
we baasje!'
De acht jaar oude Bert is net ge
schoten door wildspecialist Jan
Reijngoudt uit Sint Philipsland,
die onder auspiciën van de Axel-
se dierenarts J. Kop de kudde
op de boerderij uitdunt. Bert
raakt niet helemaal van de we
reld. Hij is wel zo mak als een
schaap, maar een tikje op zijn
kont leert dat hij nog wel dege
lijk overeind kan komen. Welis
waar met moeite, maar net ge
noeg om zich in de aanhangwa
gen te laten helpen. En Berts
zoon? Die voelt zich ondertus
sen helemaal het mannetje, niet
Hertenbok Bert is geveld door een verdovingspijltje.
foto Peter Nicolai
wetende dat ook hij straks te
gen de vlakte gaat. „Het is zaak
om de bloedlijnen van herten
goed in de gaten te houden.
Daarom moet de leidende bok
om de twee jaar naar een nieu
we kudde. Bert zou in deze
bronsttijd zijn dochters kunnen
bevruchten, zijn zoon zou zijn
moeder kunnen tegenkomen.
Daarom moeten ze naar andere
locaties worden overgebracht.
Ik schiet met lichte verdovin
gen, puur om de herten te kun
nen mobiliseren. Na een schot
duurt het gemiddeld vijf minu
ten tot een kwartier voor het
dier te benaderen is."
Maar heel soms iets langer, zo
blijkt even later. Terwijl vader
Bert in de wagen verder suft,
geeft zijn zoon zich niet zo snel
gewonnen. Hij zakt door zijn be
nen, krabbelt weer op, gaat lig
gen en lijkt zich dan uiteinde
lijk toch aan de slaap over te ge
ven. Als de bok vijf minuten in
het gras ligt, probeert Jan hem
op te pakken. Dat blijkt nog te
vroeg. Het dier veert plots over
eind en verzet zich hevig. Jan
kan niets anders doen dan hem
nog even te laten lopen. Een
kleine tien minuten later gaat
alles een stuk makkelijker. „Je
zag meteen dat deze bok na het
verdwijnen van zijn vader zijn
kans wilde grijpen. Hij probeer
de al een aantal keren op de hin-
des te klimmen. Je kan ook aan
de hindes zien dat de tijd van
dekken er aan zit te komen. Dat
zie je vooral aan hun gestrekte
halzen. Dat betekent dat ze
bijna ontvankelijk zijn voor de
bok."
Tijd om het aantal hindes in de
kudde terug te brengen tot vijf
tien. En dus vult Jan wat nieu
we pijltjes met verdovingen,
laadt zijn geweer en springt
weer in zijn jeep. Met een laser
apparaatje meet hij de afstand
tot het nieuwe mikpunt. Twin
tig meter is zijn favoriete af
stand. „De weersomstandighe
den zijn jammer genoeg niet ide
aal. Het waait te hard. Het ge
luid van de wind tussen de bo
men maakt de herten onrustig.
Het is daarom zaak om eerst de
meest alerte te schieten. Daarna
krijg ik steeds meer kansen.
Want hoe meer alerte hindes er
half verdoofd rondlopen, hoe
rustiger de rest van de groep
wordt."
Het blijkt echter een verdraaid
lastige klus om de eerste hinde
te schieten. Het ene moment
wordt het dier onbewust afge
schermd door een jong hert, het
volgende moment staat ze met
haar kop richting de loop van
het geweer (het is zaak om het
pijltje in een vlezige plek te
prikken). En net als Jan wil
schieten, zet de kudde het weer
op een lopen. De eerste twee pij
len gaan dan ook mis. Jan
baalt, hij ziet de bui al hangen.
„Als mijn zoon dit in de krant
leest, lacht hij me vast hartelijk
uit. Zo van: kan je het niet meer
ouwe!"
De volgende vier schoten zijn
echter wel voltreffers en dus is
de klus redelijk succesvol verlo
pen. De geschoten dieren krij
gen allemaal een nieuwe bestem
ming. Net als een vier jaar oude
hertenbok, die niet weet dat
zijn voorganger Bert zich vlak
naast hem in de trailer bevindt.
Nog even en hij mag zich aan de
kinderboerderijkudde voorstel
len. Aangenaam, jullie nieuwe
baasje: Gert 't Hert.
Raymond de Frel