Niet leuteren maar aanpakken
»ZC
Plotseling komt er een velduil recht op ons af
namen
Leven
op 't hof
weerwoord
gctiebijlagen: 0113-315680
,pzcnl
j-fgUOv.ii>- I
ly.31( 4460 AA Goes
««ntie-exploitatie:
L Midden-Zeeland: 0113-315520;
Vlaanderen: 0114-372770;
020-4562500.
3 25 oktober 2005
Het boerenleven zit diep
in ze geworteld. Dat
gevoel gaat nooit meer weg.
Ze zijn er fier op. Boer Frits
Goethals (71) en boerin Ag
nes Goethals-Ferket (67) uit
Westdorpe hebben een zeer
arbeidzaam leven achter de
rug. Nu zijn ze aan het af
bouwen. De schapen zijn
weg, volgend jaar wordt het
land in de Autrichepolder
omgezet in natuur. Tijd
voor andere dingen, die wel
nauwe raakvlakken hebben
met het boer en boerin zijn.
Want dat boerenleven zit
nu eenmaal in de genen.
Frits en Agnes Goethals zijn
zeker geen doorsnee-boeren-
paar. Hoewel geboren en geto
gen in een traditioneel agrarisch
milieu, hebben ze zich steeds
heel open opgesteld naar de sa
menleving. Nog steeds moeten
veel boeren van pottenkijkers
niks hebben, maar bij Goethals
waren de burgers welkom. La
ten zien waar je mee bezig bent,
vertellen wat het verschil is tus
sen hooi en stro - kortom, be
grip kweken voor het boerenbe
drijf. Al veertig jaar geleden
kwamen schoolkinderen uit de
omgeving op bezoek.
„We waren wat dat betreft wel
voorlopers. Een dagje naar Goet
hals, zo heette dat. Of het nu ge
legen of ongelegen kwam, de
mensen schoven makkelijk mee
aan tafel. De deur stond altijd
open, ook in de weekeinden. Het
was wel eens druk, maar het gaf
ook veel gezelligheid. De koffie
stond klaar en als er Belgen kwa
men, moest er zeker een stukje
taart bij", blikken Agnes en
Frits terug.
Het boerenleven is ze met de
paplepel ingegoten. De opa van
Agnes, Petrus (Pier) Lannoye,
week in de Eerste Wereldoorlog
van Vlaanderen uit naar Aarden
burg, waar hij succesvol paar
denfokker was. Haar vader boer
de in de Van Alsteinpolder bij
Graauw. Vader Alfred Goethals
kwam in 1921 op de historische
boerderij aan de Graafjansdijk
bij Westdorpe, die Frits in 1962
samen met Agnes overnam.
Er is geen opvolger. De kinde
ren (een zoon, twee dochters)
willen niet, hoewel hun zoon
wel in Wageningen studeerde.
Frits begrijpt het wel. „Het is
jammer, maar het kan niet
meer. De situatie in de akker
bouw is moeilijk. Ik moet mis
schien wel een beetje blij zijn
dat m'n zoon me niet opvolgt."
Ze hopen dat de huiskavel met
woonhuis en uit de 17e eeuw da
terende schuren een goede be
stemming krijgt. Voorlopig blij
ven ze er wonen. Kunnen ze vol
gen hoe de natuur bezit neemt
van de akkers en nog een tijdje
de schepen over het Kanaal Ter-
neuzen-Gent zien varen: een ver
vreemdend gezicht, alsof ze
dwars door het land ploegen.
Het leven op de boerderij was
van jongsaf aanpakken. Wel op
kostschool in Brabant; zij bij de
De boerderij van de familie Goethals in de Autrichepolder bij Westdorpe. foto's Peter Nicolai
Oktober met
groene blaan
duidt een
strenge
winter aan
In het Golfje van Trudy
Murre was deze week
een navigatiesysteem inge
bouwd. Ook kon ze nu han
denvrij bellen en had ze
een elektrieke agenda. Ze
had eigenlijk alles. Vanmor
gen zou ze de Poppes doen.
Wie Poppe zegt, heeft het
over zo'n vijfhonderd fami
lies. Van alle Nederlandse
Poppes woont de helft in
Zeeland. Qua aantal. De
meeste in Zeeuws-Vlaande-
ren en op Walcheren. Pop
pe komt daar ook in namen
voor. Weggetjes, een buurt
schap, een vergaan kasteel:
PoppendammePopkens-
burg.
In Vlaanderen vind je bijna
drieduizend families Pop
pe. Ook in Duitsland zijn er
genoeg. Sommige Poppes
hebben er ongetwijfeld rela
ties. Ook zie je Poppe daar
in plaatsnamen.
De naam is al in de elfde en
twaalfde eeuw te vinden. In
oorsprong is Poppe een
voornaam. In Friesland,
Groningen, iets minder in
Zeeland, hoorde je die wel.
Ook de vrouwelijke vor
men: Popje, Popke. Trou
wens in kinderliedjes zin
gen we nog van poppedei-
ne. Trudy Murre moest
even wachten: een boer
maakte de weg schoon.
Poppe is een vleinaam. Zo
als Wim Pimmetje wordt en
Robert Bobby. Aan de basis
van Poppe ligt Ruprecht,
Robrecht, al is het mogelijk
dat ook hier en daar een Ja
cob tot Poppe werd. Rob
recht, Robert betekent
'roem' (Rod), gecombineerd
met 'glanzend, schitterend'
(-brecht). Zo kom je bij Pop
pe. Indirect.
Bij Poppe? Terwijl onze
Trudy wachtte op de boer
die met een schop bezig
was, besefte ze dat ze de
adressen van de Poppes
thuis had laten liggen. Han
denvrij, vol moderne snuf
jes en toch niet weten waar
je heen moet, dacht ze.
Ze gooide in een beweging
het stuur om, raakte de
schop van de man, stak ach
teruit en keerde. Ze zag de
lippen van de boer bewe
gen, toen de modder op zijn
gezicht spatte. Een sliertje
van eigen slik, dacht ze.
Lo van Driel
nonnen in Etten-Leur, hij bij de
broeders in Sint-Michielsgestel.
Toen ze trouwden begonnen ze
op de boerderij aan de Graaf
jansdijk. Een prachtig spul, uit
de tijd van de bedijking van de
Autriche (1620). Het woonhuis
is een kwart eeuw geleden ge
sloopt; dat was niet overeind te
houden. De twee gepotdekselde
schuren zijn authentiek, al is
het rieten dak nu afgedekt met
platen. De derde schuur is ook
al zo'n honderd jaar oud. En het
bijna vierhonderd jaar oude ge
bouwtje met twee varkenshok
ken staat er nog, met ernaast de
wc van de knechts.
Linden
Hun trots vormen de eerbied
waardige linden. Volgens de Bo-
menstichting is één linde ge
plant in de tijd dat de boerderij
verrees en de andere zijn zeker
tweehonderd jaar oud. „We zijn
er zuinig op", vertelt Agnes. „Ze
zijn prachtig. Als ze in bloei
staan, ruikt alles op de boerde
rij naar lindebloesem en gonst
het van de bijen." De boerderij
heeft nooit een naam gehad,
maar Lindehof zou zeker toepas
selijk zijn.
Doordat de kanaalverbreding
grond opslokte, moesten ze om
zien naar een nevenactiviteit.
Dierenliefhebber Frits koos
voor de schapenfokkerij, Texe
laars. Toeval: hij won op de
veemarkt in Axel bij de loterij
een schaap. Collega's schudden
meewarig het hoofd: een akker
boer met schapen, hoe verzint
hij het. Zeven dagen in de week
in de weer, soms dag en nacht,
maar ze bereikten met de fokke
rij de top van Nederland. Ook
hier waren de Goethalsen voor
lopers. „Het moest het beste van
het beste zijn. We zijn met de
tijd mee gegaan", noemt Frits
het. Het drukke leven op de
boerderij, met akkerbouw en
schapen, slokte veel tijd op. Pas
veel later kwam er ruimte voor
andere zaken. Zo is Agnes gaan
tekenen en schilderen, veelal
boerenonderwerpen - veel paar
den - en landschappen. Ook wil
ze haar herinneringen op papier
vastleggen. „Dingen die anders
verloren gaan. Het leven zoals
ik dat heb ervaren. Je merkt dat
de kleinkinderen benieuwd zijn
hoe het ging. Ik ben nu aan het
ordenen."
Frits is begonnen met het ma
ken van videofilms. Over, hoe
kan het anders, agrarische on
Frits en Agnes Goethals: „De deur stond altijd open, ook in de week
einden. Het was wel eens druk, maar het gaf veel gezelligheid."
derwerpen. Eén ervan gaat over
de trekpaarden vanaf 1870 tot
heden, drie films documenteren
van A tot Z de schapenfokkerij.
Deze winter wil hij de land
bouwmechanisatie vanaf het
prille begin in beeld brengen.
„Ik doe het ook om de informa
tie door te geven aan het nage
slacht. Het combineert leuk met
de bezigheden van Agnes." De
opvallendste verandering in het
boerenbestaan is voor hen de
verslechterde economische situa
tie voor de agrariërs.
Ze vinden dat boeren zich daar
best wat actiever tegen teweer
kunnen stellen. „Ik heb geleerd
om aan te pakken, niet zitten
leuteren en teuteren", stelt Ag
nes gedecideerd. „Nu zitten we
weer in een dieptepunt. Je moet
bedenken wat je kunt doen om
te overleven. Boeren zijn mis
schien wel eens wat te afwach
tend."
Geen doorsnee-boerenpaar, dat
is duidelijk. Zijn die er trou
wens wel? Volgens deskundige
Gerard Smallegange niet. Afge
lopen maanden belichtte hij in
de bijlage Buitengebied het le
ven op de boerderij. Daaruit
blijkt dat de bewoners van boer
derijen elk een eigen verhaal
hebben, zoals Frits en Agnes
Goethals het hunne. Evenals de
voorgaande bijdragen in de ru
briek Erfgoed, zijn de verhalen
gebundeld in een boek. Na de
boeken over Zeeuwse boerderij
en en boerenerven is dit het der
de deel van Smalleganges zeer
toegankelijke kijk in de boeren-
keukens. Het boek Leven op 't
hof wordt vrijdag gepresenteerd
in de kerk van Nisse.
Rinus Antonisse
Gerard Smallegange; Leven op
't hof - Uitgave De Koperen
Tuin, Goes. Prijs 22,50 euro.
Vanaf 29 oktober in de boekhan
del.
POLDERPEIL
Natuurtekenaar Adri Kar
man woont in Colijnsplaat,
op Noord-Beveland. Voor
Buitengebied trekt hij er
elke week op uit. In deze
rubriek vertelt hij in woord
en beeld over de natuur in
de polder.
Een nazomermiddag, half ok
tober. We gaan er nog even
op uit om een frisse neus te ha
len. Geen probleem, daar is aan
te komen in de inlagen. We kie
zen voor een wandeling in de in
laag voor de Vlietepolder en vol
gen de onderhoudsweg aan de
binnenzijde van de deltadijk.
Een stevige bries uit het westen
jaagt langs het dijktalud. Ver
der is het er rustig. In deze tijd
van het jaar zijn zomergasten
als karekiet en rietzanger me
rendeels vertrokken en alleen
een groepje lijsterachtigen -
kramsvogels en/of koperwieken
waarschijnlijk - dat vanuit het
noorden is gearriveerd in onze
streken, Iaat zich zien. De wind
belet ons hun tjakkende gelui
den te horen waarmee ze elkaar
doorgaans toeroepen om con
tact te houden. De vogels strij
ken neer in een liguster die deel
uitmaakt van een haag langs
een weiland. Ze worden totaal
opgenomen in de wirwar van
takken en als we ze niet hadden
zien arriveren, wisten we niet
van hun aanwezigheid.
We lopen met de wind in de rug
en ondanks de vrij lage tempera
tuur verwarmen de zonnestra
len ons nog aangenaam. Het la
ge licht vertoont een boeiend
schouwspel op het op de wind
golvende riet. Nu eens buigen
de volle zaadpluimen gelaten en
laten het licht in een smalle
baan voor een moment toe om
zich dan weer op te richten en
een kam van schaduw te veroor
zaken terwijl de windvlaag ver
der over het rietveld strijkt en
het spel van licht en schaduw
zich in ritmische bewegingen
herhaalt. Een enkele rietgors
waagt zich in de toppen van de
stengels, maar dat duurt niet
lang. Al gauw zoekt de vogel de
beschuttende ruimte dieper in
het riet.
Aan het eind van de onder
houdsweg gekomen, besluiten
we langs dezelfde weg terug te
keren. Weliswaar hebben we nu
de wind van voren maar met de
jas dicht en de das iets vaster
aangetrokken kunnen we geen
frissere neus halen. Als we op
een punt zijn waar de dijk zich
met een flauwe bocht in meer
noordelijke richting ombuigt,
komt er plotseling op ooghoog
te iets op ons af. Iets met een
bolle ronde vorm met aan weers
zijden ranke smalle vleugels ge
spreid in een dragende vlucht.
Gele ogen omgeven door een
donker masker nemen ons fel
op. Het is een velduil! Onwille
keurig bukken we, maar zo min
als wij op een ontmoeting zijn
berekend is ook de vogel blijk
baar bedacht op onze aanwezig
heid. Met een ruime bocht keert
het dier om en enkele tientallen
meters verder tracht het zich te
verschuilen in het dijktalud.
Direct daarna komt er echter
weer actie in de vogel. Waar
schijnlijk ook voor hem of haar
onverwacht, heeft de roofvogel
een potentiële prooi ontdekt die
er nu vandoor gaat. De uil zet
de achtervolging in met opmer
kelijke wendbaarheid en stort
zich tenslotte opnieuw in het ta
lud; bovenop het slachtoffer.
Echter zonder resultaat blijkt
direct daarna als de vogel, zon
der prooi in de sterke klauwen,
weer opvliegt en tenslotte over
de dijk verdwijnt.
De velduil is een echte zwerver,
die soms duizenden kilometers
kan afleggen. Vandaar dat we
hem hier in het najaar en win
terseizoen nogal eens tegen kun
nen komen. Met de populatie
van de velduil in Nederland is
het niet rooskleurig gesteld.
Broedgevallen zijn er maar wei
nig meer en alleen de Waddenei
landen herbergen nog een min
of meer vaste populatie. De
velduil is een specifieke bewo
ner van open landschappen, het
geen zijn naam al doet vermoe
den.
Zijn gewoonte - als enige onder
de uilen - om dikwijls overdag
te jagen, maakt een waarne
ming in het open veld heel goed
mogelijk. Buiten de natuurge
bieden echter zijn er maar wei
nig biotopen waar het dier zich
thuis voelt. Ruige overhoekjes
vinden we maar weinig meer in
de polders en ontginning en
drainering hebben zijn specifie
ke biotoop, moerassige streken,
in de loop van de jaren doen ver
dwijnen. De in vroeger jaren
hier vrij regelmatig voorkomen
de, op de grond broedende vo
gel, is in feite verdreven. Niette
min gaat er geen najaar of win
ter voorbij of de globetrotter
velduil wordt hier gesignaleerd.
Adri Karman