Miss Marple had bijna altijd gelijk )uitsland in een zowel hoopvolle als verdorven tijd 25 O dear... EIGENLIJK: Tijdreizen Laatste roman van Louis Ferron woensdag 14 september 2005 proza kn-Christophe Grangé: Voor zie zwarte lijn - Jean-Chris- le Grange (1961) is een held in zijn geboorteland Frankrijk, ntzemeester van de psychologi ze thriller, deze Franse Step te King scoort steevast hoge tffkoopcijfers- Van zijn vierde, jtennate spannende thriller 0enn]k werden in een risnd tijd 250.000 exemplaren teet en met zijn laatste boek js het al niet anders. In zijn vijf- iwnan Voorbij de zwarte lijn ut het om de obsessie voor Joeden dood van misdaadjour nalist Mare Dupeyrat. Daar zijn -ringen uit het verleden - iin boezemvriend pleegde zelf- joord. zijn vrouw werd in Italië cOTOord. hij maakte de dood c prinses Diana van dichtbij in meer of mindere mate diet aan. Dupeyrat wil de jst van een moordenaar leren wnjpen. Hij besluit in contact i treden met Jacques Reverdi, E seriemoordenaar. '„taling: Theo Buckinx. Uitge- n;DeGeus, 511 pag., €22,50. (lemens Zahn: Engelen - „Wan- •ierheb ik voor het laatst over lielen nagedacht vraagt tesNooteboom zich af. „Of ;c ,k nooit echt over ze nage lt, omdat ik ze al vanaf mijn ■Üiejeugd om mij heen had?" notebooms overpeinzingen ban in een fotoboek van Cle- priZahn over deze boodschap je;? metgezellen, beschermers [begeleiders naar het hierna- aals. Wie goed om zich heen fezietoveral engelen. In de Elder- en beeldhouwkunst, in teken, in films, als kerstversie- op de omslagen van Nicci ach-thrillers. Veel mensen nook ervan overtuigd dat ze 1 eens een engel hebben ont liet. Zahn ging op zoek naar mooiste en meest imposante gelen en reisde daarvoor naar rlijn, Wenen, Praag, Triëst en tofino. Het leverde prachtig jatwerk op. Inclusief een es- iy «kunsthistorica Claudia nfranconi over de geschiede- ivan de engelen bundelde Za- iz'n foto's tot een bovenaards fietafelboek. ittjeveri] BZZTöH, 152 pag., li 50. [kris Cleave: Beste Osama - In ngeland flopte de roman, al en maar omdat er op 7 juli immen ontploften in de Lon- mse binnenstad. Het boek Bes- Osama van Chris Cleave, over in fictieve aanslag op het Ar- nal-stadion, zou die dag ver- hijnen, maar daar staken rug- ktenoristen een stokje voor. et boek verdween door cen- iiirvan de Britse boekhandela- nfluks van de planken. In Bes- Oma schrijft een jonge ouw uit East End, die haar lanen kind verloor een brief in Osama bin Laden. „Beste barna, hou op met de wereld op iblazen." Cleaves roman is erkocht aan vijftien landen, ertaling: Dennis Keesmaat. itperij De Arbeiderspers, ïpog.,i 17,95. Iris van der Heijden: Een dol- per dag - Als we op aarde et z'n honderd zouden zijn, an waren 51 van ons Aziaat, 21 Uropeaan en 8 Afrikaans, wa ll 52 vrouw en 48 man, waren 30 blank en evenveel christe- jk. waren er 89 heteroseksueel, Efden 80 n ons in een hutje, fón er 50 ondervoed, lag er 1 •sterven, bezat er 1 een compu- ren had er 1 een universitaire ie afgemaakt. Dit simpele wbeeld uit het boek Een dol- 'per dag maakt glashelder ede verdeling van arm en rijk er de wereld eruit ziet. Van r Heijden vertelt onder meer n de hand van reportages uit Na, Mali en India hoe ar ceer in de alledaagse werke end uitziet. Ook neemt hij evocerende stellingen in: ar ligt de grens van ons zoge- i engagement en mededo- teïenj Contact. 328 pag. 2,90. iss Marple. Oude re generaties zien bij deze creatie van Agatha Christie vast het beeld van Margaret Ruther- ford voor zich, jongeren den ken misschien aan het fragie le dametje dat Joan Hickson in een BBC-serie neerzette. De krasse oude vrijster viert dit jaar haar 75ste verjaar dag als romanfiguur: in 1930 loste de eeuwig oude speur neus haar eerste moordzaak op. Ze is de ergste kat in het dorp. En ze weet altijd alles wat er gebeurt en trekt daaruit dan de slechtste gevolgtrekkin gen." Het was geen vriendelijke omschrijving waarmee Agatha Christie in 1930 Miss Marple bij haar lezers introduceerde. Wist ze veel dat het oude dametje zo populair zou worden... Eén boek later waren de scherpe kantjes er al af, werd Miss Marple een zachtmoedig, vriendelijk oud da metje - dat altijd het slechtste in de mens bleef vermoeden. Dat wel. Binnen de kortste keren had amateurspeurneus Miss Marple haar beroepscollega Hercule Poi- rot in populariteit minstens geë venaard. Maar waar Christie tot in lengte van jaren om de haver klap de avonturen van de kleine Belg met het eivormige hoofd en gepommadeerde snor bleef be schrijven, lijkt ze met Miss Mar ple aanvankelijk wat moeilijker uit de voeten te hebben gekund. Tussen het eerste en het tweede Miss Marple-avontuur verstre ken twaalf jaren; in de tussen tijd verscheen alleen een bundel met korte verhalen die eerder-al in een tijdschrift waren gepubli ceerd. Tegenover de drieënder tig romans en dozijnen korte ver halen rond Poirot, staan slechts twaalf romans en twee verhalen bundels waarin de oude vrijster uit St. Mary Mead de hoofdrol speelt. De laatste roman, Slee ping Murder ('Moord uit het ver leden') verscheen in 1976, het jaar van Christies dood. Net als het laatste Poirot-avontuur, Cur tain ('Het doek valt') had ze het vele jaren eerder geschreven. Naarmate Christie zelf ouder werd kon ze zich wel steeds mak kelijker in de gedachtewereld van Miss Marple verplaatsen en raakte ze ook meer op het oude mensje gesteld dan op Poirot, die ze tenslotte als 'een beetje saai' omschreef. Zoals elke grote detective heeft Miss Marple haar eigen metho de. Haar eigen dorpje St. Mary Mead is een microkosmos, een afspiegeling van de grote boze wereld. Bij elke moord die ze op te lossen krijgt, heeft ze een ver gelijking uit het dorpsleven pa raat die ogenschijnlijk nergens op slaat en waarmee ze bij poli tie en verdachten de indruk wekt ze niet allemaal op een rij tje te hebben - tot bij de ontkno ping het dorpsvoorval de sleutel tot de oplossing blijkt. In 1890 geboren, groeide Agatha Christie op op het breukvlak van twee tijdperken. Het Victo riaanse tijdperk met zijn strak ke waarden en tradities liep met de dood van koningin Victoria in 1901 ten einde, maar behield voor Christie altijd een soort nestgeur. Net als generatiege noot P.G. Wodehouse, met zijn onvergetelijke creaties als but ler Jeeves en Bertie Wooster, keert ze in haar werk telkens te rug naar die goede oude tijd met zijn deftig en preuts fatsoen. Niet voor niets waren beide au teurs grote bewonderaars van eikaars werk. V Agatha Christie; met Miss Marple keerde zij terug naar een tijd met deftig en preuts fatsoen. In Miss Marple vond Christie ge legenheid bij uitstek om in een onveranderlijk verleden te dui ken. Haar tweede avontuur, twaalf jaar na het eerste, beleef de Miss Marple in het oorlogs jaar 1942 en in 1943 verscheen het volgende al. Alsof Christie haar lezers boeken vol geborgen heid wilde bieden in turbulente tijden. In tegenstelling tot Poi rot en vooral het speurdersduo Tommy Tuppence, wordt de fragiele oude heldin in de loop der jaren geen dag ouder, gaat ze weliswaar geestelijk met haar tijd mee, maar blijft ze te gelijk onverzettelijk trouw aan de ouderwetse vormen. Niet de eerste Agatha Christie was niet de eer ste die het schrille gegeven toe paste van een oude dame die de gruwelijkste misdrijven oplost. Anna Katherine Green ging haar voor met Amelia Butter- worth die haar eerste zaak in 1897 tot een goed einde bracht. Patricia Wentworth liet haar ex-gouvernante/detective Miss Silver voor het eerst in actie ko men in 1928, twee jaar voor Christie haar eerste Miss Mar- ple-roman Murder at the Vicara ge ('Moord in de pastorie') publi ceerde. Maar Miss Marple werd uiteindelijk bijna synoniem voor het genre, wat niet alleen te danken is aan Christies vak vrouwschap en populariteit, maar minstens zoveel aan de makkelijk beklijvende verfilmin gen. Margaret Rutherford (1892- 1972) schitterde tussen 1962 en 1965 in vier Miss Marple-films van George Pollock. Alleen de eerste daarvan, Murder, she said volgt in grote lijnen een Miss Marple-boek {4.50 from Paddington, 'Trein 16.50'). De opvolgers Murder at the Gallop en Murder Most Foul zijn merk waardig genoeg gebaseerd op de Poirot-avonturen After the Fu neral en Mrs. McGinty's Dead. De scenarioschrijvers David Pursall en Jack Seldon bedach ten het verhaal voor Murder Ahoy zelfs helemaal zelf, zoals ze ook de figuur van bibliotheca ris mister Stringer bedachten (gespeeld door Stringer Davis, met wie Rutherford in werkelijk heid getrouwd was). De produc ties blinken uit door een gezon de dosis humor, maar de makers veroorloven zich dusdanige vrij heden (Miss Marple gaat uiterst voortvarend in betrekking als huishoudster, rijdt paard, speelt golf, begint aan een toneelcar rière en schermt er lustig op los) dat Agatha Christie niet bijster gelukkig was met de verfilmin gen. En waarschijnljk zou ze evenmin gecharmeerd zijn ge weest van de verfilming The Mir ror Crack'd uit 1980, met een formidabele rolbezetting (Rock Hudson, Elizabeth Taylor) maar een miserabele Miss Marple-ver- tolking door Angela Lansbury. Veel te opzichtig kosmetisch ver ouderd maakte ze de heldin tot een zure, cynische en sarcasti sche tang. Maar het leverde Lansbury wel haar hitserie Mur der she wrote op, die liep van 1984 tot 1996. Agatha Christie had echter wel een hoge dunk van Joan Plickson (1906-1998), die in dé jaren veertig al eens op de plan ken stond in de toneelbewer king van Christies Appointment with Death. „Ik hoop", schreef Christie haar toen, „dat u ooit nog eens mijn lieve Miss Marple zult spelen." Die wens ging uit eindelijk in vervulling, maar pas twaalf jaar na Christies overlijden. Tussen 1984, toen Hickson al 78 was, en 1992 produceerde de BBC een groots opgezette reeks verfilmingen van alle Miss Mar- ple-romans. De erven Christie waakten intussen steeds nauw gezetter over het erfgoed, waar door verfilmingen aan strenge beperkingen werden gebonden. De BBC-reeks volgt de boeken bijna letterlijk. Hickson speelt in de serie de oude dame zoals Christie voor ogen moet hebben gestaan: bedaard en ingetogen, beschouwend en scherpzinnig, nieuwsgierig en achterdochtig. Ze treft telkens de juiste toon, zoals met het onheilspellende 'O dear...' op momenten dat de kij ker nog niets verontrustends ver moedt. In één van haar avontu ren merkt Miss Marple op: „Mijn neef Raymond zegt wei eens dat ik een geest heb als een modderpoel. Maar ik denk dat dat voor alle Victoriaanse men sen geldt." Christie modelleerde Miss Marple naar haar eigen grootmoeder: een aardige dame, die echter 'altijd het slechtste verwachtte van alles en ieder een - en die meestal gelijk had'. Jos Oude Holtkamp R jl T,:i "ATt ■f!Ëk* A t' 'M c u i.„ AH.Ml KM I W. SVV A A N Illustratie in de Reisherinneringen van J.J.L. ten Kate was het niet Ten Kate's Tasso Miraar het oog op viel. In het klei ne antiquariaat aan de 's-Gravendijkwal in Rotterdam stonden uit sluitend boeken over Italië. En ds. Ten Kate's Jeruzalem verlost- - Torquato Tasso's epos over de bevrijding van Jeruzalem - was snel geïncasseerd, maar vooral wat er naast stond wekte de begeerte: E Ten Kate's Italiaanse reisherinneringen. Het was een volslagen verrassing dat de dominee-dichter Jan Jacob 1 Lodewijk ten Kate in de jaren vijftig van de negentiende eeuw een E reis naar Italië had gemaakt. Hij was destijds predikant bij de her- - vormden in de Zeeuwse hoofdstad. Nauwelijks dertig jaar was Ten 1 Kate toen hij Middelburg kwam dienen en hij had al heel wat rijm- - werk gepubliceerd. Ook vertaalde hij ongelooflijk veel, o.a. Tasso dus, en Dante. Zo was hij de eerste die Andersens verhalen uit het 1 Deens overzette. En nu stond daar, terwijl ik mijn bestelde Tasso op- E haalde, zijn Reisherinneringen. Het wercl reizen met de ogen van ne- gentiende-eeuwers. Ten Kate ging naar Italië in gezelschap van twee vrouwen. Uit zijn - tekst valt niet op te maken of zijn wettige echtgenote, Johanna Sop- 1 hia Waldorp, een van zijn reisgenotes was. Wie weet: de Middel burgse dominee was toen 37 jaar en sprak zijn talen. De reis begon op woensdag 30 april 1856 en op 27 juni van dat jaar was hij weer thuis: een reisje van twee maanden - hoe heeft de dominee dat klaar gespeeld? Financieel,zal het geen probleem zijn geweest, want de do minee wist zijn tractement met zijn boeken aardig op te krikken, maar hoe kon hij zijn Middelburgse gelovigen twee maanden in de kou laten? Het drietal reizigers heeft 'den welbekenden stoomer' genomen. Ten Kate spreekt over 'ons Bergsche bootjen', zodat hij wel de ra darboot uit Middelburg via de Oosterschelde en Bergen op Zoom naar Antwerpen heeft genomen. Die ging inderdaad op woensdag. Het afscheid van huis en haard valt hem moeilijk: de dichter zou, aan dek zittend en de Zeeuwse kust ziende, zijn reisplannen wel wil len opgeven. De begeerte naar Italië is echter sterker: 'Wie heeft zich nooit aangetrokken gevoeld door het land waar de citroenen bloeien, waar Tasso zijn Reinout schiep en Rafael zijne Madonna Voor ons nu vergeten details merkt Ten Kate op: de forten langs de Schelde bijvoorbeeld. In Antwer pen noemt hij de Groenplaats Pla ce Verte en je beseft dat Vlaanderen nog Franstalig is. Met de trein rijdt hij naar Brussel en dan naar Parijs, om via pas aangelegde spoorlijnen door het lege en ongerepte Franse landschap in Marseil le aan te komen. Lyrisch is de dichterlijke dominee over de Pro vence. Met een boot arriveert hij in Napels en dan begint een ontzettend aardige beschrijving van zijn reis door Italië. Hij bezoekt Pompeji. beklimt de Vesuvius, brengt een weekje door in Rome. Natuurlijk komen er stichtelijke woorden op papier als hij het Vaticaan be zoekt. En vanzelfsprekend houdt Ten Kate zijn reformatorisch ge dachtegoed niet achter de kiezen als hij in het Roomse land rond kijkt. Na Rome, volgen Florence, Milaan en niet te vergeten Venetië dat hem diep in zijn ziel raakt: de schoonheid van het verval. Wat moet het San Marcoplein er omstreeks 1857 verlaten bij gelegen hebben, denkt de lezer nu, reizend in de tijd. Via de Alpen gaat Ten Kate terug: over echte bergpassen en dan langs en over de Rijn naar huis. Hij heeft genoten en is gelukkig. Op ingetogen wijze. Zijn ogen heeft hij de kost gegeven en hij weet mooi te vertellen. Het boek werd in het ganse land goed verkocht. Niet minder dan ruim drie honderd Zeeuwen tekenden in op zijn Reisherinneringen waaronder de helft voor rekening van de Zeeuwse boekhandel kwam. En ook die lijst namen lees je met aandacht. Wat zullen die gewestgenoten hebben genoten en in gedachten gereisd. Zittend bij de haard die winter Lo van Driel Wt en passie hebben en toch leven in scHaduw van de groten van de ge- j&dems. Daar moet je vrouw voor zijn. Schopenhauer, jongere zus van de "f füos°of Arthur Schopenhauer, ver- onder anderen met Goethe en diens ',°^tige schoondochter Ottilie. Ze leef- 'eimar tijdens en na de inval van Na- a Adele schreef romans, gedichten en en was zeer bedreven in de sil- nipkunst: 'de kunst van het zwart en twit now beeld voor een vrouw die passie 'aan een onthutsende onschuld. Ze !n befaamd lelijk te zijn geweest, te le- n iv s om een man blijvend te beko- ®longetwijfeld heel vervelend was in ]Q dat vrouwen hun bestemming bijna 'tend konden vinden in het huwelijk, kif auAdele het geringe beet- SaaT c'at haar rest vooral te dan- °n aarbroer. Een twijfelachtig genoe gen, dat koren was op de molen van schrij ver Louis Ferron (1942-2005). Die mengde werkelijkheid en fantasie vaardig tot een weergaloos boeiend en bizar portret van een vrouw uit wie wellicht heel wat had kunnen groeien als zij alleen maar man was ge weest. De onlangs overleden Ferron heeft het ver schijnen van zijn laatste boek net niet meer meegemaakt. Niemandsbruid is een markant afscheid van een man, die als geen andere Nederlandse schrijver geschiedenis, psychologie en filoso fie met elkaar wist te verbinden tot boeken die er toe doen, al vormen ze geen vrolijke kost. Het beurtelings luchtige en bittere fantasie portret van de ondanks alles naar liefde hun kerende Adele Schopenhauer is geschreven als een bekentenis van Adele aan haar vrien din Sibylle. Ze blikt terug op haar leven, dat door noodlottige gebeurtenissen ge doemd was tot een nutteloos en uitzichtloos lijden en wachten op de dood. Adele begint haar relaas met twee zaken die haar leven meteen een noodlottige wending gaven, de zelfmoord van haar vader en 'de afwezig heid van de gratiën' aan haar geboortewieg. Of zoals een tijdgenoot het beschreef: „Haar grote knokige lichaam droeg een hoofd van ongewone lelijkheid; het was rond als een appel en zou van het Tataarse type genoemd kunnen worden als het in zijn eigenzinnige originaliteit niet met alle types gespot had." Ze moet toch nog wat aantrekkelijks heb ben gehad, want tenslotte belandt ze in de armen van een gewonde Pruisische officier, die zij helpt onderduiken voor de Franse be zetters. Misbruikt Dat loopt niet goed af. Adele schaamt zich na het gebeurde en vindt troost bij haar ei genwijze en pedante broer, die haar bij die gelegenheid misbruikt. Ze wordt prompt zwanger en weet niet van wie. In het besef van haar geschonden leven wordt ze uiteindelijk gezelschapsdame, het lot van talloze vrouwen, die niet aan de man wisten te geraken. Maar vanuit haar 'helle- tje van zelfkastijding' werpt zij soms visio naire blikken in een zwarte toekomst, waar in zij onder meer het nazikamp Buchenwald ontwaart. Tussen de wat modderige relaties van Adele met mannen en vrouwen door, schetst Ferron een zowel hoopvolle als ver dorven en uitzichtloze tijd. Het in talloze ko ninkrijkjes verdeelde Duitsland veert even op na de Franse revolutie en de inval van de Fransen. Belangrijke schrijvers en filosofen bieden op zijn minst de hoop op een betere toekomst. Een hoop die Ferron via de in zijn boek filosofische vlerk Schopenhauer ferm de kop in drukt. Na het sterven van zijn zus schrijft Arthur aan haar vriendin: „Maar, bedenk u wel, in wezen zijn wij iets wat niet had moeten zijn. Daarom houden wij ook op te be staan." Duidelijker had Ferron niet kunnen afreke nen met het leven. Mieske van Eek Louis FerronNiemandsbruid - De Beziqe Bij, 18,50. foto Klaas Koppe/ANP

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2005 | | pagina 25