Het bos is een verhaal apart
J
Het contact met dieren werkt therapeutisch
Opknapbeurt voor
Kop van Schouwen
Herinrichting van Zeeuws
platteland moet eenvoudiger
w w*
dinsdag 13 september 2005
Het dunnen van de dennen is een jaarlijks terugkerend karwei. foto's Dirk-Jan Gjeltema
Vanaf 2007 ligt de toekomst
van het Zeeuwse platteland
in handen van de Wilg. Die af
korting staat voor de Wet Inves
teringsbudget Landelijk Ge
bied. Een mondvol, maar de be
doeling is juist dat het allemaal
eenvoudiger wordt. Het ingewik
kelde stelsel van vele subsidiere
gelingen verdwijnt. Al het be
schikbare geld voor het lande
lijk gebied komt in één pot. De
provincie gaat die beheren en
verdelen.
Nooit is er in het landelijk ge
bied in Zeeland zoveel op de
schop genomen als de afgelopen
halve eeuw. Her- en ruilverkave
lingen, landinrichtingsprojec
ten, vrijwillige kavelruilen, stra
tegische groenprojecten, ge
biedsgerichte projecten, beheer-
en reservaatsgebieden, natuur
compensatieplannen, uitvoering
ecologische hoofdstructuur - al
tijd wordt er wel ergens op het
platteland gewerkt.
Bij elke ingreep hoort een eigen
regeling. Alleen zeer ingewijden
kunnen door de bomen nog het
bos zien. „We moeten nu eenvou
diger naar zichtbare resultaten
in het landelijk gebied", zegt
provinciaal medewerker Jan
Maljaars, een van de weinigen
die de weg weet in de huidige
veelheid aan regels. Hij voegt er
aan toe dat er straks ook sneller
gewerkt kan worden. Nu liggen
er vaak vele jaren tussen het
voorbereiden en afronden van
een plan.
Het is de bedoeling dat de pro
vincie met het Rijk een overeen
komst sluit voor zeven jaar.
Daarin staat welke projecten er
in die periode uitgevoerd wor
den en hoeveel geld het Rijk
daarvoor beschikbaar stelt. De
provincie heeft enige vrijheid te
beslissen hoe, wanneer en voor
welk doel het geld wordt ge
bruikt. Aan het eind van de ze
venjarige periode wordt er afge
rekend: dan moet blijken of de
afgesproken doelen zijn ge
haald.
Doordat de provincie de spin in
het web wordt (Maljaars noemt
het een 'spilfunctie'), ontstaat
meer ruimte voor 'regionale af
weging'. Meer dan het Rijk is de
provincie op de hoogte van wat
er speelt, waar de noden het
grootst zijn en welke plannen de
meeste winst opleveren. Winst
dan in de zin van een combina
tie van maatregelen, zoals nu bij
voorbeeld gepoogd wordt met
de gebiedsgerichte aanpak in
West-Zeeuws-Vlaanderen en
rond het Veerse Meer.
Meer nog dan 'kostenplaatje' en
'randvoorwaarden' is 'draag
vlak' een woord dat bestuurders
voorin de mond ligt. Ook bij acti
viteiten in het landelijk gebied
staat het draagvlak voorop: een
plan moet door zoveel mogelijk
instanties en mensen onder
steund worden. Daarvoor is het
nodig dat de provincie nauw
contact onderhoud met andere
overheden als gemeenten en wa
terschappen en met de belang
enorganisaties.
Maljaars geeft aan dat de pro
vincie begonnen is met het op
stellen van een plan dat de basis
vormt voor de overeenkomst
met het Rijk. Het moet er begin
2006 liggen. Uitgangspunt is vol
gens hem: „Samenhangende ver
werving, inrichting en beheer
van het water, de landbouw, de
natuur, de recreatie, de platte
landseconomie, het landschap,
het milieu en de bodem in het
landelijk gebied." Dat is dus
zo'n beetje alles wat er in het
buitengebied aan de orde is.
Het Rijk stelt niet op de bonne
fooi geld beschikbaar. Er zijn
wel wensen. Voor de natuur
moet een netwerk aan natuurge
bieden met robuuste verbindin
gen tot stand komen. Bij de re
creatie dient de aandacht uit te
gaan naar fiets- en wandelnet
werken en recreatie om de stad.
Geld voor landschap is vooral
bestemd voor de nationale land
schappen, waarvan Zeeland er
drie krijgt: Walcheren,
West-Zeeuws-Vlaanderen en de
Zak van Zuid-Beveland.
De positie van de landbouw be
hoeft versterking, waarbij de be
drijfsvoering 'duurzamer' moet,
met minder ingrijpende gevol
gen voor milieu, natuur en land
schap. Vergroting van de opper
vlakte biologische landbouw is
gewenst en niet-grondgebonden
landbouw (bijvoorbeeld glas
tuinbouw) dient zoveel mogelijk
gebundeld te worden.
Het aanwijzen en inrichten van
natuurgebieden is één, ervoor
zorgen dat ze in orde blijven is
twee. Het Rijk wil dat de mi
lieu-omstandigheden in en om
natuurgebieden verbeteren: te
rugdringen geluid, licht en
stank en sanering vervuilde bo
dems. Dan zal er ook ruimte
moeten komen voor water: bre
dere waterkeringen, bergingsmo
gelijkheden bij veel regen en
schoner water.
De provincie hoeft niet met een
blanco lei te beginnen. Een be
langrijk gegeven voor het ze
ven-jarenplan is het nieuwe Om
gevingsplan Zeeland. Hierin
staat welke koers komende ja
ren gevaren moet worden, ook
voor het landelijk gebied.
Gedeputeerde A. Poppelaars
(CDA, omgevingsbeleid) vertelt
dat er al tien jaar gewerkt
wordt aan de operatie Wilg. Het
is dan ook ingrijpend, stelt hij.
„Er is 700 miljoen euro in het ge
ding. Dat moet verdeeld worden
over de twaalf provincies. Het
gaat om grote bedragen en be
langen. Zeeland krijgt over
2005-2006 ongeveer 25 miljoen
euro." Poppelaars wil een 'vlie
gende start' maken om projec
ten uit te voeren. „Per regio of
streek moeten er plannen ko
men. Daarvoor gaan we regiona
le overleggroepen vormen, waar
in ook plaats is voor de maat
schappelijke organisaties."
Rinus Antonisse
Het Zeeuwse platteland is de afgelopen vijftig jaar danig op de
schop genomen. foto Peter Nicolai
op enkele plaatsen boomvrij te
maken (loofhout blijft staan) en
duindoorn en vlier te verwijde
ren. Er ontstaan 'kale' stukken
duin van enkele hectares, waai
de verstuiving een kans krijgt.
Om dezelfde reden wil Staats
bosbeheer een groot deel van de
Meeuwenduinen, grenzend aan
de boswachterij, laten begrazen.
Daarvoor worden Shetlandpo-
ny's ingezet, die al als levende
terreinmaaiers optreden bij
buurman Vereniging Natuurmo
numenten in de Zeepeduinen.
De kudde van 100 dieren wordt
met 20 stuks uitgebreid. De po
ny's moeten in de Meeuwendui
nen zorgen dat een aantal duin
valleien open blijft.
Struweel
In de Kop van Schouwen staan
verder op het programma het
weghalen van struweel op de
vroongronden (binnenduin) en
langs het Duinhoevepad het af-
plaggen van een dichtgegroeide
duinvallei (met 10-20 centime
ter). Ook wordt een begin ge
maakt met de inrichting van de
voormalige camping Berkenhof
tot natuurgebied. Onder meer
moeten alle leidingen worden
verwijderd. Er ontstaat 2,5 hec
tare grasland met natte duinval-
leitjes. Van der Meer, die 1,5
jaar als beheerder in de Kop van
Schouwen opereert, vindt dat er
nogal wat staat te gebeuren. Zo
wel de natuur als de recreatie
hebben er baat bij. Daarbij
heeft het verminderen van de
grondwaterwinning (er wordt
oppervlaktewater uit het Ha
ringvliet geïnfiltreerd) zeker bij
geholpen, stelt hij. „Dat is heel
goed merkbaar. De grondwater
stand is behoorlijk omhoog geko
men. Er zijn weer duinmeertjes
ontstaan, waarvan we niet wis
ten dat ze er ooit geweest wa
ren."
Rinus Antonisse
Op foto's van zo'n driekwart eeuw geleden oogt het bre
de duingebied in de Kop van Schouwen als een woes
tijn. Zand en nog eens zand. De wind had vrij spel en zorg
de voor stuifduinen van soms tientallen meters hoog, diepe
stuifkuilen en uitgeblazen valleien. De verstuiving rich
ting boerenland en bebouwing leidde tot vastleggen van
met name de buitenduinen door aanplant van helm en den
nen. Dat was omstreeks 1930 een groot werkverschaffings
project. De boswachterij Westenschouwen is nu het groot
ste bos van Zeeland.
Veel fietspaden door het bos zijn ondermijnd door mollen.
Uit natuuroogpunt stellen
de bossen in de Schouwse
duinen niet zoveel voor. Ze ho
ren er van nature ook niet thuis.
Echte bosplanten ontbreken,
omdat het bos van voornamelijk
Oostenrijkse en Corsicaanse den
nen nog jong is. De 350 hectare
grote boswachterij Westenschou
wen is veel meer een recreatie
voorziening. De vele wandel- en
fietspaden onderstrepen dat.
„Er is bijna geen stukje bos dat
niet bezocht kan worden", ver
telt opzichter Kees van der
Meer ('ik noem mezelf liever be
heerder') van Staatsbosbeheer
Zeeland. „Dat is juist het be
lang van dit bos, daar komen de
mensen voor." Hij maakt duide
lijk dat Staatsbosbeheer druk
doende is de recreatieve functie
te verbeteren. Komende tijd
staat een reeks activiteiten op
het programma, waaronder uit
breiding van de excursieschuur
bij Westenschouwen.
Ook worden de fietspaden ver
nieuwd en opgelapt. Van der
Meer: „We hebben veel tegelpa
den die ondermijnd zijn door
mollen. Sinds eind jaren negen
tig hebben we een aantal natte
winters gehad. Het hele mollen-
leger verhuisde van de polder
naar de duinen. Ze hebben het
hier uitermate naar hun zin,
maar de paden zijn finaal onder
graven. Het is niet echt comfor
tabel en ook gevaarlijk voor fiet
sers. We mogen de mollen niet
vangen, daarom gaan we drie ki
lometer tegelpad vervangen
door betonpad. Ook willen we
de slechte asfaltdelen opknap
pen, maar daar zoeken we nog
geld voor."
Het bos is een verhaal apart.
Een gevarieerd en gemengd bos
is zowel voor recreanten en na
tuur aantrekkelijker dan eenvor
mige dennenakkers. Ongeveer
30 jaar geleden begon Staatsbos
beheer daarom naaldhout om te
vormen naar loofhout. Er zijn
dennen geveld en onder meer ei
ken, abelen, berken, esdoorns
ingeplant. Het kost de loofbo
men op de arme grond veel moei
te te groeien, zeker in vergelij
king met de naaldbomen. Daar
om wordt de omvorming nu be
scheiden aangepakt.
Van der Meer: „De huidige loof
boomkernen proberen we uit te
breiden. Waar spontaan loof
hout ontstaat, halen we de den
nen weg, zodat je een natuurlij
ke verjonging krijgt. Er is nu
300 hectare overwegend naald
hout. Overal staan stukjes loof
bomen ertussen. Plekgewijs zet
ten we eiken zoveel mogelijk
vrij, want we willen een bos met
een lange omlooptijd. Het om
vormen is toch een langdurig
proces. Naaldbomen zullen er
altijd blijven."
Jaarlijks terugkerend karwei is
het dunnen van de dennen. Des
tijds zijn de bomen dicht op el
kaar geplant en nu ze groter
worden, geeft dat problemen.
Door te kappen, krijgen de bo
men die blijven staan meer ruim
te om te groeien. Elk jaar zijn
Van der Meer en zijn medewer
kers bezig de bomen die gekapt
moeten worden met een spuit
bus van een merkteken te voor
zien (ze noemen dat 'blessen').
„We letten in eerste instantie op
spontane loofhoutontwikkeling;
die proberen we te bevorderen
en daar gaan de dennen weg.
Verder kijken we gewoon naar
boven. Als dennen in elkaar
groeien, moet er één weg", zegt
Van der Meer. Per dunronde ver
dwijnt tussen 1500 en 2000 ku
bieke meter hout. Dit jaar gaat
het om 3700 naaldbomen. De
kap wordt uitgevoerd door een
aannemer, die daar een machine
op rupsbanden voor inzet, ook
geschikt voor hellingen. Alleen
op de echt steile plekken wordt
nog met de hand gekapt. Het
hout wordt verkocht.
In het kader van een project 'dy
namisch kustbeheer' kreeg
Staatsbosbeheer een flinke sub
sidie van de Europese Unie. Be
doeld om de natuurlijke verstui
ving, van voor vastlegging van
de duinen, weer op gang te bren
gen. Een deel ervan wordt ge
bruikt om de buiten-duinrand
De kinderboerderij
aan de Evertsenlaan in
Temetizen is een druk
bezochte plek. Even
brood brengen voor de
dieren, even eruit met
de kinderen, even een
ommetje maken. Ver
standelijk gehandicap
ten van de stichting
Tragel verzorgen de
dieren en onderhou
den de stallen. In deze
rubriek wordt weke
lijks bericht over het
wel en ivee op de Ter-
neuzense kinderboerde
rij.
Dagelijkse werkjes op de kinderboerderij. foto Peter Nicolai
Cliënt Jacques moet eigen
lijk niet zoveel van dieren
hebben. Geef hem maar een
schep en een hark, daarmee kan
hij veel beter zijn ei kwijt. Jac
ques houdt van groen en vooral
van de buitenlucht. „Ik vind het
heerlijk om buiten te werken.
Het liefst alleen, want dan kan
ik mijn eigen plan trekken", ver
telt hij.
En zo heeft elke medewerker
met een verstandelijke beper
king op de boerderij zijn voor
keur, zijn eigen specifieke dinge
tjes. Dat mag ook, zolang de
cliënten na een dag werken
maar met een voldaan gevoel
vertrekken.
Beheersters Andrea en Angeli-
que startten vijf jaar geleden
het project voor verstandelijk
gehandicapte mensen op de Ter-
neuzense kinderboerderij.
Andrea werkte al op de Tra
gel-boerderij in Clinge, Angeli-
que was fulltime actief op een
dagbestedingscentrum. „In het
begin was het heel erg zoeken
naar wat de medewerkers (zo
worden de Tragel-cliënten op
de boerderij genoemd) leuk vin
den en wat voor zin het heeft
om ze bepaalde dingen te laten
doen. Het gaat uiteindelijk alle
maal om voldoening. En of die
nu wordt bereikt door een hele
dag grassprietjes te plukken of
de paarden te borstelen, maakt
helemaal niet uit. Iemand die
maar heel kort zijn aandacht
kan vasthouden, laten we kleine
karweitjes doen. Even dit voe
ren, even dat opruimen, dat
soort dingen. Anderen houden
meer van structuur. Die willen
bijvoorbeeld elke woensdag in
de kantine staan. Ook geen pro
bleem", vertelt Angelique.
Zij bespeurt bij veel cliënten
een verandering in hun gedrag,
op het moment dat ze op de boer
derij in de weer zijn. „Veel cliën
ten komen dan helemaal los.
Het aaien van dieren ervaren ze
als prettig, het prikkelt hun zin
tuigen. En bovendien praten
sommigen ook vaak met de bees
ten. Zo hebben we een meisje
dat in verdrietige buien hele ver
halen aan de ezels of geiten ver
telt." Beheerder Jan is over
tuigd van de therapeutische wer
king van het contact met dieren.
„Het omgaan met dieren kan
voor mensen met een verstande
lijke beperking heel kalmerend
werken. Bovendien vellen die
ren geen oordeel. Zij zeggen niet
dat je er gek uitziet. Wij houden
ook bewust knuffelmomenten.
Als medewerkers te druk wor
den, vragen we ze bijvoorbeeld
even een jong konijntje te knuf
felen. Dat werkt tweeledig: de
medewerkers worden er rustig
van en de konijnen worden zo
tam gemaakt."
Niet alleen tussen de dieren en
verstandelijk gehandicapte me
dewerkers is een band ontstaan,
ook tussen de gehandicapte en
'gewone' vrijwilligers klikt het.
Jan: „Integratie is vanaf de eer
ste dag een speerpunt geweest.
De eerste maanden leverde dat
nog wel reacties op van mensen,
die door de aanwezigheid van
de cliënten dachten dat ze hier
niet meer mochten komen. En
kleine kinderen kijken logischer
wijs ook wel eens raar op als ze
onze medewerkers bezig zien.
Maar je kan kinderen ook heel
goed uitleggen hoe iets in elkaar
steekt. Bijvoorbeeld door te zeg
gen dat 'deze gehandicapte man
niet zo goed kan praten, maar
wel heel goed hokken kan
schoonmaken'. Da's nu ook het
mooie op de boerderij: de vrij
willigers (veelal scholieren) en
cliënten gaan samen aan de
slag. Het heeft daardoor ook een
soort maatschappelijke achter
grond gekregen. Want het meis
je dat hier is omdat ze zo graag
paarden verzorgt, houdt zich nu
ook met een cliënt bezig."
En zo trekken alle verschillende
mensen op de boerderij dage
lijks ten strijde om de boel
draaiende te houden. Ieder op
zijn manier, ieder op zijn eigen
tempo. De cliënten mogen zo
veel mogelijk volwaardig mee,
al zijn sommige dingen prak
tisch gezien gewoon niet haal
baar. Een bankje dat een verf-
beurt moet hebben, kan zo een
maand niet worden gebruikt.
Puur omdat de medewerkers nu
eenmaal niet zo snel werken. De
kinderboerderij is daarom op
zoek naar een klusjesman, die
op vrijwillige basis het bonte ge
zelschap nog kleurrijker wil ma
ken dan het nu al is.
Raymond de Frel