De ruiters kleuren het slik De kinderen schaatsten op de slotgracht PZC Oe zit da joengen, wille hie ook je riebewies kwiet? 4 Nieuwe raadkaart ONDERWEG c^K\ dinsdag 13 september 2005 De dag maakt plaats voor nacht. Vanaf het slik in de Oosterschelde ko men de geluiden van de be woners. Het is de vogelbe volking, die zich het meest laat horen bij het invallen van de duisternis. De bewoners van het slik maken zich klaar voor een nieuwe zomernacht Vooral bij laag water hoor je het kabaal van de steltlo pers. Het ritme van dag en nacht zegt de gemiddelde steltlo per niet zoveel, maar het getij daarentegen wel. Als het laag water is, moet je er zijn! Op het slik wriemelen dan kreeftjes, krabbetjes, garnaaltjes, slakjes en wormpjes. Zij zoeken een vei lig heenkomen nu het water weg glijdt in de diepere geulen. De wadvogels moeten er nu snel bij zijn. Op het slik ontstaat een ware kakafonie van geluiden. Een langgerekt aanhoudend tju... tju... tju... Meestal drie keer en soms voorafgegaan door een ver ontwaardigd trilgeluid. Vaak bij verstoring van hun maaltijd. Dat tju, tju tju is van de Groen- pootruiter. Het geluid lijkt zo veel op dat van de tureluur, dat de groenpootruiter dikwijls ver ward wordt met de tureluur. Het driemaal tju, langerekt is echter kenmerkend voor de groenpootruiter. Als nerveuze oude dames dribbelen ze heen en weer en maken looppasjes als een krabbetje of visje hen te snel af wil zijn. Groene poten Zoals de naam al zegt, heeft de groenpootruiter groene poten. Overdag kun je dat goed zien. Naast de tureluur met zijn rode poten is dat een opvallend ver schil. Ook de zwarte ruiter heeft rode poten. Zwart is de zwarte ruiter alleen in de broedtijd. Al vrij snel daarna verandert dat en lijkt de vogel veel op de ture luur en groenpootruiter. Het ge luid dat de zwarte ruiter maakt is weer heel anders: 'Tsjewiet'! De groenpootruiter scharrelt zo wel binnen- als buitendijks zijn kostje bijelkaar. Dat geldt trou wens ook voor de andere ruiter- soorten, waartoe natuurlijk ook de tureluur behoort. De vogels behoren tot de familie van de De zwarte ruiter. tringa. De naam tringa is geba seerd op het feit dat de vogels op stelten lopen. Daarom heten ze bij ons steltlopers. Nog een tringa is het minder bekende witgatje. Deze vogel wordt vrij wel nooit op de slikken waarge nomen. Het is een solitaire vo gel, die in deze tijd van het jaar droogvallende putjes en kreek restanten binnendijks opzoekt. Diep verscholen in weidegebie den, kun je opeens opgeschrikt worden door hun heldere roep: 'tluu wiet wiet wiet'. Door het- toenemend aantal putten en klei ne moerasjes lijkt het erop dat de soort in Zeeland toeneemt. In de trektijd zijn de vogels in Zeeuwse natuurgebieden waar te nemen. Een wandeling in de Yerseke Moer levert vast en zeker een ontmoeting op. Dan zijn de ove rige steltlopers eveneens te zien. Op de tureluur na, die broedt veel in Zeeland, zijn het alle maal trekvogels. In deze tijd van het jaar verzeke ren zij zichzelf in de Zeeuwse De PZC sponsort Het Zeeuwse Landschap. In 'Natuurlijk Zee land' doen medewerkers van de ze stichting verslag van wat er speelt in de Zeeuwse natuurgebie den: onverwachte vondsten en bijzondere gedragingen passeren wekelijks de revue. En natuur lijk ook de successen en misluk kingen in het beheer. Delta van een behoorlijke maal tijd in de aanloop naar de win ter. De hier broedende tureluur, behoort trouwens niet tot de tu reluurs, die we vanaf dit mo ment kunnen aantreffen. Dat zijn voor een groot deel vogels uit IJsland. Zij komen hier over winteren. De andere ruiters ko men voornamelijk van de Siberi sche- of Scandinavische toen- dras. Met name de zwarte ruiter komt van ver. Een klein deel van de zwarte ruiterpopulatie overwintert in het Verdronken Land van Saeftinghe. De rest gaat voornamelijk door naar tro pisch Afrika. In Saeftinghe hou den zij zich voornamelijk op in de ondiepe delen langs de Zee dijk. De ruiterfamilie is nog gro ter dan de hier beschreven vier soorten. Zo zijn er nog de geel- pootruiter en de poelruiter, zoge naamde dwaalgasten, die hier niet of nauwelijks voorkomen en de bosruiter die zich hier als doortrekker af en toe laat zien. Bij het woord ruiter denken we op het eerste gezicht niet aan een ruiter te paard. Toch, bij een nadere beschouwing, doet Stichting het Zeeuwse Land schap houdt vandaag een wande ling door het duingebied Oranje zon bij Vrouwenpolder. De wan deling leidt door duinen, gras landen, struweel en naaldbos. De wandeling duurt ongeveer anderhalf uur tot twee uur en begint om 14.00 uur. Verzamelpunt is het voormalig pompstation bij de ingang van het natuurgebied. In het kader van de Groene Maand en het project Laat het donker donker houdt het Zeeuws Biologisch Museum in Oostkapelle zaterdagavond de rondleiding 'Nachtbrakers en zwarte schimmen'. Onder leiding van de boswach ter gaan de deelnemers op het landgoed Westhove en de naast gelegen landgoederen op zoek naar de nachtbrakers (onder an- dere uilen) en zwarte schimmen (vleermuizen). Met de zogenaam de batdetector zijn de vleermui zen in ieder geval te horen. De wandeling begint om 22.30 uur. Reserveren is noodzakelijk en dat kan bij het museum, tel. 0118-582620. Wandelen rondom de vloedlijn is het thema van de Hans Ver- kooijen Wandelingen, die geor ganiseerd zijn door de Vereni ging Natuurmonumenten, Stich ting Het Zeeuwse Landschap en de Nederlandse Onderwater sport Bond. De wandelingen gaan door de duinen van het voormalige werkeiland Neeltje Jans in het Nationaal Park Oos terschelde. De laatste wande ling in deze serie is zondagmid dag vanaf 14.00 uur. Het verza melpunt is het parkeerterrein bij Waterland Neeltje Jans (aan de Oosterscheldekant). Opgeven kan bij tel. nr. 0113-569110 of 0118-642532. foto Het Zeeuwse Landschap de beweging van de vogel wel degelijk denken aan een ruiter te paard, die steeds lichtjes uit het zadel komt in een harmo nieus vloeiende beweging. De steltlopers zien we hetzelfde doen. De tureluur wat heftiger, de groenpoot wat zenuwachti ger. Het witgatje maakt de diep ste en de meest elegante bewe ging. In andere talen zien we dat woord niet overal terugko men. Behalve in het Frans. Daar is een tringa een chevalier. Zelfs als de ruiter nauwelijks een be weging maakt, zoals de poelrui ter, Chevalier stagnatile ge naamd. In deze tijd van het jaar dom pelt de Oosterschelde zich in wonderlijke violette tinten. Te gen deze achtergrond komen be weging, geluid en uiterlijk van de ruiterfamilie mooi uit. Het maakt deze bewoners van het binnendijkse- en buitendijkse stroomgebied tot fascinerende leden van de leefgemeenschap. Ron Brouwer Hie bin kommende woens dag toch ook wè nao de ver- gaoderieng? vraagt hij aan me. Hij zegt het op een manier, die hem niet vreemd is. Meer op een wijze van: 'Dat vraag ik nu wel, maar eigenlijk is dat niet nodig'. Ik kijk hem aan en knik. We wa ren bezig de buitenverlichting op de katholieke kerk te zetten. Een week geleden. Verlichting voor Monumentendag. Ronald Lippens is nog maar een jaartje voorzitter van de Dorpsraad. Hij is een bezig mannetje, van daar dat hij ook bij deze verlich tingsactie betrokken is. Ao, die lampen zette kik wel op een grondplaote. Dao kan je van op an, had hij gezegd. En die laatste zin is eigenlijk overbo- dig. Er broeit eigenlijk al een hele poos iets in de Boterzandest- raat. Het begon met een ver haal, dat de straat gerenoveerd zou worden. Al meer dan veer tig jaar rijden er auto's af en aan. De ene keer meer dan de an dere. 't Val wè mee 'öör, zegt de buurman, zövee riejen d'r nie. En met overtuiging kijkt hij mij aan. Dan gaat ie door met: Mao dao binnen d'r daorom bie, die vlie gen deu de straote. En inder daad, de meeste auto's rijden vrij fatsoenlijk, maar als er dan eentje op bijna twee of drie wie len de bocht neemt, dan vraag je je toch af: Oe zit da joengen? Wille hie ook je riebewies kwiet? Tellen Of er veel auto's door de straat rijden? Ik weet het niet. Ik ben er nooit aan begonnen om ze te tellen. En wat dan nog? „Asd 't r 'onderd binnen, om maor 's wat zeggen", gaat de buurman ver der, „dan zeggen ze: 't Binnen der vee". Ik kijk hem aan en haal onver schillig mijn schouders op. Vee?" zeg ik met een vraagte ken op mijn voorhoofd. „Noeme hie da vee? Ikke nie." Hij kijkt me lachend aan en zegt: „Da be doel ik net. Z'èn ommerst altied een steek waorop." Vorige week viel het Dorpsblad op de mat. Ook in de Boterzand- estraat. In bijna alle gezinnen werd het artikel van de Dorps raad goed en aandachtig gele zen. Er gaat wat gebeuren met de Boterzandestraat stond erin. Het eind zou wel eens afgeslo ten kunnen worden en dan moet het verkeer door de Hugevliet- straat. En met een blik van herkenning lazen de bewoners van die straat dat ze voortaan in rangor de zouden stijgen. Van een stil straatje naar een doorgangs straat. „Mao da gao nii deu"zei Paul Constandse, die ik hierover polste, „daor is deze straote nii voo gemaokt." En met overtui ging haalt hij alle argumenten rap voor den dag. „Dao binnen nog nooit nii ongelukken ge beurt op 't ende van de Boterzan- destraote." En hij somt een heleboel ken merken van het kruispunt op. En Paul kan het weten, want da gelijks rijdt hij tientallen kilo- meters in de regio. En als er ie mand verkeersinzicht heeft, dan is het Paul wel. Al vlug ging er een protestbrief door de straat. Natuurlijk teken de iedereen. De vlam was ontsto ken, het vuurtje wakkerde. De krant kreeg er lucht van. Met een vette kop stond het er zwart op wit: De mensen van de Boter zandestraat zijn het er niet mee eens. Ronald Lippens is er rustig on der. Hij rolt zijn haspel af en legt het snoer uit. Nauwkeurig stelt hij de schijnwerpers in. Zijn zoontjes huppelen rond de auto en het kerkgebouw. 'Pap pa, meugen me nog wat langer bluuven? Toet het doenker is?' Hij lacht eens kijkt 'öövèèrdig naar zijn twee jongens. De oudste, een jongen van een jaar of tien heeft het wel door. Dat gaat niet lukken. Schijnweipers Het jongste ventje probeert nog wat. Maar papa zegt niks. Moe der vangt de jongens op en praat nog wat me ze. (Ook in dia lect allicht). Even later lopen ze rustig naar de auto. Ronald en zijn vrouw Monique maken er niet veel woorden aan vuil. „Me gaon naor uus"zegt moeder, „nog even onder de does en dan in bed. Anders zitten judder morgente slaopen in de klasse." Gedwee stappen ze in auto. De motor start en moeder rijdt weg met de twee jongens. Ronald gaat nog even verder. Als het schemerig wordt, steekt hij de stekker in het stopcontact. „Schööne ee?" zegt hij als de kerk in het licht van de schijn werpers staat. „Mao volgende weeke, denk ik, zetten wudder 's de Boterzan- destraote in de schijnwerpers Op de vergaoderieng van de Durpsraad." Rinus Willemsen Deze kaart brengt jeugd herinneringen terug, meldt T. Landman uit 's Heer Arends- kerke over de raadkaart van vo rige week. „De foto is genomen vanaf het terrein van slot Haam stede, aan de voorzijde van het slot. Te zien zijn de brug en ge deeltelijk het poortgebouw. Het slot zelf is verder naar rechts (staat niet op de foto). Achter de brug is de achterzijde van de Ring te zien, die loopt rond de Nederlands hervormde kerk, een markant gebouw dat het dorp beheerst. Langs de achter zijde van de Ring loopt een pad langs de slotgracht." Landman ging in het dorp naar school. „Om vanaf de scholen aan de Burgseweg een stukje af te snijden op weg naar huis, na men we een paadje dat langs de huidige Bewaerschole naar de slotgracht loopt. Zo kwam je achterlangs de schoenmaker, de kapper, de bakker, de timmer man en de drogist naar het ein de bij de Noordstraat. Het ter rein van het slot was het hele jaar gesloten voor ons kinderen, behalve als er ijs op de slot gracht lag. Dan ging aan de zij de van de Burgseweg een hek open, waar je via een trapje het ijs in de gracht kon bereiken. Daar vond je zowat alle kinde ren van het dorp." D. Vos uit Burgh-Haamstede noemt de kenmerkende spitse klokkentoren van de kerk. „Het gebouw is onlangs gerestau reerd, zowel aan de binnenzijde als de buitenkant." Dorpsge noot M. H. Cohen-Stuart wijst op de zichtbare achterzijde van de monumentale kerk, met het ene dakruiter-torentje. „Aan het verloop van de weg naar de brug is te zien dat er nog een dui delijk pad - of mogelijk nog een bestrate weg - liep van het kas teel in de richting van de oude hoofdingang aan de Moolweg bij de Zeepeduinen." F. Boot werkte 47 jaar in Haam stede. „De grote ingangspoort staat aan de Ring van het dorp. Als je bij hotel Bom zit, heb je een fantastisch uitzicht en zeg je: hier kom ik nog eens terug." Ook deze inzender herinnert zich het schaatsen op de slot gracht. „Ik leerde daarbij mijn vrouw kennen. Twee keer in mijn leven zag ik de kerk restau reren, de laatste keer vorig jaar. De haan die de toren bekroonde is toen gestolen. En iedereen kent toch Witte van Haamste de." Volgens W. P. Woittiez-Zeg- waard uit Breskens is de Witte van Haamstede de bekendste be woner van het kasteel geweest. „Een bastaard-nazaat van Flo- ris V. Hij was vechter tegen de Vlamingen en werd in 1304 de held van Zierikzee door een overwinning op de Hollanders." C. F. Stevense uit Middelburg weet dat al in 1299 sprake was van een burcht. Jan van Haam stede, een kleinzoon van de stichter van het dorp (zekere Costijn van Zierikzee), bouwde een stenen woontoren, een zoge naamde donjon. Die is nog steeds aanwezig. Lodewijk van Brugge was in 1474 bouwheer van het slot, dat in 1525 tijdens een feest afbrand de en later werd herbouwd. Ste vense geeft als eigenaren in 1853 jonkheer J. F. Schuurbe- que Boeye en drie anderen (ze betaalden 96.000 gulden voor het bezit). Een latere eigenaar was C. van der Lek de Clercq. Na diens overlijden in 1955 werd het slot met gronden inge bracht in de NV Landgoed Slot Haamstede. In 1981 werd de Ver eniging tot behoud van Natuur monumenten eigenaar van slot en Zeepeduinen. Verschillende inzenders, onder wie C. P. Fase uit Sint-Anna- land, gaan in op het kerkge bouw uit 1506, gebouwd op de fundamenten van een kerk die in 1500 door blikseminslag af brandde. „De kerk, gewijd aan Johannes de Doper, had een aan gebouwd koor, dat wegens bouwvalligheid in 1605 werd af gebroken. De kerk werd uitein delijk een drieschepige kruis kerk zonder toren", aldus Fase. „Het interieur heeft een heren- bank uit 1743." Rinus Antonisse De waardebonnen gaan naar: J. de Munnik, Burgh-Haamste de, J. Brekelmans, Renesse en I. Kristelijn, Ellemeet. Het is feest in het wat afgelegen dorp, dat is afge beeld op de nieuwe raadkaart uit de collectie van Hans Lindenbergh. Waarom is niet duidelijk; mis schien omdat de Eerste Wereldoorlog een jaar eer der ten einde kwam. Vraag is natuurlijk: om welk dorp gaat het? Meer informatie over de situatie toen en nu is van harte welkom. Oplossingen kunnen tot en met uiterlijk zaterdag 17 september gestuurd worden naar: Redactie PZC Buitengebied, postbus 31, 4460 AA Goes; fax 0113-315669- e-mail redactie@pzc.nl. Onder in zenders van een goede oplossing worden drie waardebonnen verdeeld.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2005 | | pagina 22