Shalimar de clown verontrust
Grachtenfestival stemt Amsterdam gelukkig
Salman
Rushdie
woensdag 17 augustus 2005
arenlang leed de
Brits-Indiase schrijver
Salman Rushdie (Bom
bay, 1947) onder het moslim
terrorisme. Hij neemt nu
'wraak' met Shalimar de
clown. In zijn boek kruipt hij
in de huid van islamitische ji-
hadisten. Tegelijkertijd re
vancheert hij zich op zijn te
leurstellende vorige roman
'Woede' (2001), waarin Rush
die de consumptiedrift en di
gitale gekte van de moderne
westerse samenleving op de
hak neemt.
Jacob Obrecht
De verschijning van een
nieuwe roman van Salman
Rushdie is nog altijd wereld
nieuws, zij het dat zijn reputatie
de laatste tijd tanende was. De
Britten namen het hem boven
dien kwalijk dat hij enkele ja
ren geleden Engeland, dat hem
jarenlang had beschermd tegen
moslims die het op zijn leven
hadden gemunt, verruilde voor
de Verenigde Staten om zich
met een ex-fotomodel in New
York te vestigen.
Nederland kreeg de wereldpri
meur van het boek omdat Rush
die goede herinneringen be
waart aan het Boekenbal in
2001, toen hij als schrijver van
het boekenweekgeschenk Woe
de hier als een vorst werd ont
haald. Shalimar de clown ver
schijnt volgende maand pas in
de rest van de wereld, al is het
reeds genomineerd voor de Man
Bookerprize 2005.
Hoe het zij, met zijn Shalimar
de clown is Rushdie terug op het
hoge niveau van 'Midzo-
mernachtkinderen' (1981) en
'De duivelsverzen' (1988). Zijn
boek is her en der reeds beju
beld als een literaire sensatie.
Niet alleen omdat het zo verbluf
fend goed is, maar omdat Rush
die zich na 'De duivelsverzen'
opnieuw in het hol van de leeuw
waagt. Hij zat sinds 1988 im
mers jarenlang ondergedoken
vanwege het doodvonnis (fatwa)
dat wijlen ayatollah Khomeiny,
de geestelijk leider van Iran,
over hem had uitgevaardigd. In
die roman haalde Rushdie de le
gende aan dat de duivel de pro
feet Mohammed enkele regels
van de koran zou hebben inge
fluisterd.
Spot
In Shalimar de clown begeeft
hij zich opnieuw op glad ijs
door zich te verplaatsen in (mos-
lim)terroristen. Wie de spot
drijft met koran, profeet of Al
lah kan het zwaar te verduren
krijgen. Maar daarvan lijkt in
dit boek geen sprake, al is het
moeilijk om te bepalen hoe ex
plosief de inhoud voor moslims
is.
Rushdie kan in elk geval moed
niet worden ontzegd.
Shalimar de clown begint aan
het eind van de vorige eeuw in
Los Angeles, met Max Ophuls,
voormalig ambassadeur in In
dia, en zijn buitenechtelijke
dochter India. Ophuls is een kos
mopoliet van joodse afkomst,
TT^ T TT^ "TVTT T TT<^" toont het schilderij al de ware
Tj 1 V TTj I JLilJ X\jacob. Wie zo geportretteerd
wordt, rechtvaardigt reeds zijn bestaan: Jacob Obrecht afgebeeld in
het atelier van Hans Memlinc. Een rijpe man, gezet postuur - zo
lijkt het; de handen gevouwen, deemoedig en devoot - zoals het
hoort. Schitterend geglaceerde mantel. Donkerbruin haar heeft hij,
niet te kort, gedekt model, een brede kin, forse neus, donkere ogen,
een mond die smaakt naar meer. Indrukwekkend is de kleur: het
zachte groenblauw van de achtergrond met de gouden letters en het
doorschijnende en geschakeerde grijs-bruin van de figuur.
Obrecht was een natuurtalent zeggen de naslagwerken. Een Gente
naar van geboorte, ook al staat er in sommige boeken dat Bergen op
Zoom zijn bakermat zou zijn. In 1457 kwam hij ter wereld als zoon
van een Gentse stadsmuzikant. Obrecht zal zijn opleiding wel aan
de kerkelijke koorschool hebben gekregen. Een talentvolle koor
knaap met een zilveren stem was goud waard.
Voor de uitzonderlijke kwaliteit van de muzikale cultuur van de
15e eeuw in Vlaanderen waren de kapittelkerken van het grootste
belang, kerken waaraan een gemeenschap van kanunniken verbon
den was. Zorgen voor eigen en andersmans ziel, soms een gemeen
schappelijk leven, altijd een immens plechtige koordienst, de vaste
missen en hoe dan ook de dagelijkse en nachtelijke zeven getijden -
je bent toegewijd of niet. God dienen met het mooiste wat er is, ge
schapen of ontworpen: de laat-middeleeuwse koormuziek. Als regel
in het nederige, schijnbaar eenvoudige Gregoriaans van de liturgi
sche teksten, in de rijke overdadige meerstemmigheid op hoogtijda
gen en bij bijzondere gelegenheden: klein de mens, oneindig de
ruimte waarin de muziek opstijgt om hem te onttrekken aan het
aardse bestaan. Het komt wel aan, daarboven, anders werkt het
hier beneden toch.
Een van de kanunniken, de cantor, had de muzikale leiding, geassis
teerd door zijn vervanger, de zangmeester. De grootste polyfonisten
begonnen als zangmeester, als opmaat naar een internationale car
rière aan een hof of bij de pauselij
ke kapel. Jacob Obrecht bijvoor-
Jacob Obrecht beeld begon als zangmeester in Ber
gen op Zoom, verhuisde daarna
naar Kamerijk. Vervolgens werkte
hij bij de St. Donaaskerk in Brugge, waar ook Jacob van Maerlant
een paar eeuwen daarvoor zijn opleiding genoot. Uiteindelijk ver
dwijnt Obrecht, zoals een beetje voetballer vandaag de dag, naar
Italië: naar het hof van Ercole I d'Este te Ferrara. Voor korte tijd
weliswaar, maar via Antwerpen en Brugge ging hij weer naar Ferra
ra. Een goede musicus werd aangetrokken of behouden met een aar
dige uitkering op basis van kerkelijk bezit. Het beste wat de Lage
Landen te bieden had, ging zo de grens over: Dufay, Lassus, Ocke-
gem, Isaac, Josquin Desprez en Jacob Obrecht.
Zoals de zangmeester zelf was begonnen, zo onderrichtte hij de
koorknapen, de boninfanten. Hij en de schoolmeester gaven hun
een gedegen opleiding. Ze leerden lezen en schrijven, in het Latijn.
Hij oefende de polyfone hymnen en missen, werken die hij van ande
ren gekopieerd had of zelf had gecomponeerd. De muzikaalste koor
knapen keken mee hoe hij op basis van een vaste melodie, die door
gaans de tenor zingt, de andere stemmen daar omheen liet slingeren
en wentelen, omhoog gaan en weer dalen. Wevend het web van een
duizelingwekkende meerstemmigheid.
Het portret van Jacob Obrecht siert het programma van het Ant
werpse festival voor polyfone muziek. Dat muziekfeest is van 20 tot
28 augustus 2005 in hoofdzaak aan de muziek van Jacob Obrecht ge
wijd. Vijfhonderd jaar geleden, in 1505, stierf Obrecht, in Ferrara,
aan de pest. Daarmee ging hij zijn muziek achterna. In somtijds rijk
versierde koorboeken bleef voor de luisteraars in de Antwerpse
Sint-Augustinuskerk nog veel achter. Van de man op het geheimzin
nige portret uit het atelier van Memlinc.
Lo van Driel
Laus Polyphoniae 2005. Augnstinuskerk. tel. 003232024669. www.festivalvan-
vlaanderen-antwerpen.be.
De strijd tussen Hindoes (Pan
dits) en moslims ontaardt in
monsterlijk geweld. Niet alleen
oost en west drijven steeds ver
der uit elkaar, ook verschillende
(geloofs)gemeenschappen die
hier betrekkelijk lang vreed
zaam naast elkaar hebben ge
leefd. Shalimar komt terecht in
de gesloten wereld van islamiti
sche jihadisten die een geweld
dadige ideologie voorstaan.
Hierin is geen plaats voor an
dersdenkenden of -gelovigen.
Vrouwen dienen zich in alles
verhullende kleding (burka's) te
steken, tradities worden ijskoud
de nek omgedraaid.
Hersenspoeling
Bij de 'heropvoeding' van de
nieuwelingen - een ander woord
voor hersenspoeling - ramt de
mullah het er bij de jonge strij
ders met ijzeren vuist in: „Ideo
logie kwam op de eerste plaats.
De ongelovige snapte dit niet
vanwege zijn obsessie met bezit
en rijkdom, en geloofde dat men
sen in de eerste plaats werden
gedreven door sociaal en materi
eel zelfbelang. Dat was de fout
van alle ongelovigen, en ook
hun zwakte die het mogelijk
maakte hen te verslaan."
Voor twijfel is geen plaats. Wie
zich niet steil in de leer betoont,
is verloren. De jonge rekruten
„voelden hun oude levens ver
schrompelen in de vlam van de
zekerheid." Gaandeweg wordt
elke vorm van 'frivoliteit' ge
wist: muziek, theater, amuse
ment, intellectualisme. Het zijn
instrumenten van de duivel die
vernietigd dienen te worden. Zo
als Talib de Afghaan tegen Sha
limar zegt: „God spuugt op ac
teurs. God spuugt op dansen en
zingen."
Rushdies roman is niet de eerste
over moslimterrorisme. Over de
gevolgen ervan verschenen re
centelijk 'Extreem luid onge
looflijk dichtbij' van Jonathan
Safran Foer en 'Zaterdag' van
Ian McEwan. En daarvoor liet
de Franse schrijver en aartspro
vocateur Michel Houellebecq
zich niet onbetuigd, evenals de
Turkse schrijver Orhan Pamuk.
Maar niet eerder drong een ro
manschrijver zo diep door in het
hoofd van (zelfmoordterroris
ten.
Shalimar de clown is een veront
rustend boek. Het religieus geïn
spireerd terrorisme is overal en
ongrijpbaar en dat maakt het
extra bedreigend. Rushdie laat
bovendien zien dat het moslim
terrorisme niet op zichzelf staat
maar zijn wortels heeft in de we
reldgeschiedenis. Zo trekt hij
een verrassende parallel tussen
de nazi's die zich beriepen op
Salman Rushdie
een erudiet en een rokkenjager.
Zijn dochter brengt oost en west
bijeen, al voelt ze zich meer
thuis in de westerse dan de oos
terse wereld.
Voor de in het westen getogen
India, die later Kashmira blijkt
te heten (de symboliek ligt er in
het boek soms wel erg dik boven
op) is godsdienst „waanzin
maar toch werd ze geraakt door
de verhalen en dat was verwar
rend."
Als Shalimar de clown in LA op
duikt om een terroristische
daad (én persoonlijke wraakne
ming) te plegen, is dit het begin
van een werveling van verhalen
die beurtelings spelen in Los An
geles, Kasjmir en de Elzas in de
Tweede Wereldoorlog. In Kasj
mir is Shalimar een acteur en
clown die in een toneelgroep In
diase mythen opvoert. Zijn lief
de (het boek is óók een liefdesro
man) voor de danseres Boonyi
wordt hem fataal.
Tot op de helft van het boek valt
er te genieten van magisch-rea-
listische beschrijvingen. De om
mekeer volgt als in Kasjmir, de
door India geannexeerde regio
die ook door Pakistan wordt ge
claimd, de vlam in de pan slaat.
Zie hier de parallel met de El
zas, waar Frankrijk en Duits
land jarenlang om hebben ge
vochten.
foto Reuters
Salman Rushdie: Shalimar de clown
- Uit het Engels vertaald door Kari-
na van Santen en Martine Vosmaer.
Uitgeverij Contact. 432 blz., 24,90.
Germaanse mythen en de supe
rioriteit van het 'arische ras', en
de moslimextremisten die de ko
ran letterlijk interpreteren.
Rushdie verstaat de kunst om
'gewone' levens te vermengen
met (grote) historische gebeurte
nissen.
Hij is net zo goed thuis is in de
geschiedenis van Kasjmir (waar
Rushdies grootouders vandaan
komen) als in die van de Elzas,
waar Max Ophuls geboren
werd.
Hij is een erudiet die met even
veel kennis van zaken en met
schijnbaar achteloos gemak
schrijft over de Oriënt en Bol
lywood (het Indiase filmmekka
Bombay) als over de westerse
wereld en Hollywood.
In Shalimar de clown grijpt al
les in elkaar. Niemand is wie hij
lijkt te zijn. Het boek bevat tal
rijke nachtmerrieachtige scènes,
al is de aanduiding literaire
thriller misplaatst. Ondanks de
zwaarte van het onderwerp is
het zowel een van Salman Rush
dies indringendste als meest toe
gankelijke boeken geworden.
Nico de Boer
begint het achtste Grachtenfes-
bal. in vijf dagen ruim negentig con-
p op 25 locaties in Amsterdam. „De
goedaardig, vredig, en die wordt op-
rP® door het genieten van mooie din-
I aldus directeur Alma Netten. „Daar
«geenrolzenuwen bij."
BNetten, directeur van het Grachtenfes-
p kwft zojuist vergaderd over volgend
f De achtste aflevering van het festival
nog beginnen, maar zij heeft al gespro
de negende.
Grachtenfestival blijft waar
Pbegonnen: op en bij de grachten, maar
pet IJ is een njeuwe cultuurboulevard
«maak.
„We gaan niet verkassen, maar uit-
Op en aan het IJ kan het wat groot-
Gelukkig zijn onze financiële
FR trouw en bereid om mee te denken
wt hoger budget."
E!Ktival maakt nu al een uitstapje naar
fflet een concert op het dak van een ge-
aan de De Ruyterkade, met uitzicht
i tall ships van Sail. Een ander concert
10. in de bouwput van de nieuwe bi
Alma Netten, directeur van het Grachtenfestival in Amsterdam foto GPD
bliotheek en het nieuwe conservatorium,
werd afgelast. De veiligheid moest worden
gegarandeerd met een groot hekwerk dat
duizenden euro's zou kosten. En dat was
een te groot obstakel.
Maar volgend jaar wordt het IJ het podium
voor het Grachtenfestival met, hoopt Net
ten, een groot ponton voor het Muziekge-
bouw en een podium op de kop van het Ja-
va-eiland. „Dat zal meer publiek trekken,
er wonen veel mensen op die eilanden, We
zijn ook al bezig locaties te zoeken voor huis
concerten op het Java-eiland."
Kleinschalige concerten van hoge kwaliteit
op bijzondere locaties zijn het handelsmerk
van het festival. Als Alma Netten op een
feest is, kan ze het niet laten iemand van de
Herengracht beschaafd te bevragen over
zijn woning. Of er een piano in huis is.
Een vleugel nog wel, een Bösendorfer! En
hoe veel mensen zouden in die kamer pas
sen? Veertig? Mag zij langskomen om te kij
ken? Netten: „Dat mocht. Mensen werken
graag mee. In het begin fietste ik rond om
naar een geschikte locatie te zoeken en als
ik dan ergens aanbelde, mocht ik altijd bin
nenkomen. Nu bieden mensen zich zelf aan
Ze vinden het leuk hun huis aan anderen te
laten zien."
Het Grachtenfestival zorgt dat de gelegen
heidgevers niet hoeven te tobben. „We heb
ben alles bij ons, tot wc-papier toe. En wij
houden ons bezig met de gasten en de musi
ci. Het is maar één keer gebeurd dat een be
woner iets miste: een plastic tuinstoel."
Alma Netten gebruikt in haar voorwoord
bij het programmaboekje grote woorden:
'wezenlijke bijdrage aan een veilig en geluk
kig gevoel in de stad'. Dat doet ze welbe
wust. „Het is echt zo. De sfeer is goedaar
dig, vredig, en die wordt opgeroepen door
het genieten van mooie dingen. Daar passen
geen rolzenuwen bij. Mijn oude tantes schrij
ven mij na het zien van het Prinsengracht
concert op de televisie altijd een kaart dat
ze zo ontroerd zijn door al die mensen bij el
kaar die naar iets moois luisteren. Dat is het
voor mij ook."
Dekschuit
Het concert op de Prinsengracht maakt deel
uit van het festival, maar is veel ouder. De
allereerste keer, in 1982, werd een piano op
een oude dekschuit gehesen, waarbij de pia
no uit de takels gleed en op een geparkeerde
Volvo stortte. Bij dit ongelukje is het geble
ven.
Het Grachtenfestival is inmiddels net zo'n
vertrouwenwekkend merk als het Prinsen-
grachtconcert. Netten: „Toen we voor het
eerst het Kindergrachtenfestival deden,
vroegen we ons af wie daarheen wilde. We
moesten zelfs kaarten weggeven in het Von
delpark. Als je iets nieuws doet, is het eerst
aftasten, maar na een jaar begint het te lo
pen. Het derde jaar zit het bomvol. Steeds
gaat het publiek mee."
Traditioneel geeft het festival ook veel ruim
te aan jong talent: concourswinnaars, de bes
te leerlingen van de conservatoria. De jonge
ster van het komende Prinsengrachtconcert,
violiste Janine Jansen, stond vijf jaar gele
den ook al op het Grachtenfestival. Netten:
„Ik vind het heel belangrijk te laten zien
hoe intensief die jonge mensen werken.
Voor hen zelf is het ook bijzonder: zo dicht
op het publiek. Storm, borende buurman
nen, zwaaiende mensen op rondvaartboten.
En leren hoe je dat kunt inpassen."
Jos Bloemkolk
Grachtenfestival 2005, t/m 21 augustus. Het thema
du jaar is 'Stil.. met ondermeer een veelvoudige
uitvoering van 4'33" van John Cage: stilte in meer
bezettingen Ook wordt de vocale groep de Come
dian Harmonists, die tot zwijgen was gebracht
door de nazi's, weer een stem gegeven Program
ma: www.grachtenfestival.nl