Plannen maken is hier lastig
Veerenaren zijn altijd al meer Oranje-gezind
PZC
zaterdag 4 juni 2005 W5
Veere: zodra ontwikkeling dreigt, ontstaat er weerstand. foto Ruben Oreel
In deze periode waarin
het 450-jarig bestaan van
het markizaat Veere wordt
gevierd, wordt veelvuldig
stilgestaan bij vroeger.
Maar hoe staat het met de
toekomst? Hoe ziet het stad
je Veere er bijvoorbeeld
over twintig jaar uit?
Kemwethouder Marjam
te Roller en wethouder ruim
telijke ontwikkeling Jan
Bostelaar kijken brainstor
mend vooruit.
Over vijftien tot twintig jaar
zei je toch?, zegt Te Roller.
„Ik zat me net af te vragen of er
dan eigenlijk al wel iets ontwik
keld is. Het plan voor Marina
Veere is per slot van rekening
ook al in de jaren tachtig gepre
senteerd."
„Als je in Veere iets wilt ontwik
kelen", zegt Bostelaar, „moet je
persoonlijke belangen scheiden.
Ook de inwoners vinden dat ont
wikkeling mogelijk moet zijn.
Alleen, zodra ontwikkeling
dreigt, ontstaat er weerstand."
Is het nodig plannen te maken
voor Veere
Niets doen is geen optie, vinden
de wethouders. Bostelaar: „In
Limburg ligt de plaats Thorn.
Dit museumstadje is met Veere
te vergelijken. In Thorn zijn alle
gebouwen wit en auto's mogen
het stadje niet in. We horen van
de Veerse bewoners dat ze zo
iets niet willen. Maar wat dan
wel? Kort geleden was ik op zon
dag in Veere. Op het Oranje
plein stonden zo'n tweehonderd
auto's. Een bedroevend zicht.
Maar het levert wel geld op. Die
bezoekers wandelen door het
stadje, kopen souvenirtjes en
drinken iets op een terras."
Het zijn dit soort tegenstellin
gen die het lastig maken om
plannen te maken voor Veere.
Enerzijds moet Veere historisch
blijven, anderzijds moet het leef
baar en levendig zijn.
„Als het gaat om bijvoorbeeld
de hoogte van een dakgoot of
spijltjes voor de ramen, wordt
over elk detail gediscussieerd
met de welstandscommissie of
de Rijksdienst voor Monumen
tenzorg", zegt Bostelaar. „Dat is
goed en moet ook zo blijven. Het
stadje moet zijn unieke uitstra
ling behouden. Maar ik denk
dan: trek die lijn helemaal door
en accepteer dan ook het meest
afzichtelijke, de jachthaven,
niet. Laten we eerlijk wezen: die
moderne scheepjes passen niet
in het historische centrum. Ver
plaats ze daarom naar het Ka
naal door Walcheren, zou ik den
ken. Laat het kanaal, daar waar
het afbuigt naar Veere, recht
door lopen naar het Veerse
Meer. Het gedeelte dat afbuigt,
kan dan worden ingericht als
mega-grote jachthaven."
„Wat wil je dan met de jachtha
ven aan de Kaai", vraagt Te Rol
ler. „Een soort museumhaven
van maken?" „Ja", zegt Bostel
aar, „waarom niet? En dan laten
we zo'n replica van de Batavia
komen."
Op dit moment liggen er in het
gemeentehuis weinig concrete
initiatieven voor het stadje
klaar. Het plan voor Marina
Veere (een appartementencom
plex met watersportwinkel aan
het Kanaal door Walcheren) is
door de initiatiefnemers terugge
nomen omdat er nauwelijks
draagvlak was. Nu wordt onder
zocht hoe het plan kan worden
aangepast. De gemeente hoopt
verder op subsidie van het Rijk
waarmee ze het expertteam Bel-
ve'dere een onderzoek kan laten
doen naar de planologische en
economische mogelijkheden in
het stadje. Belvedere houdt
sterk rekening met de cultuur
historische waarden uit de omge
ving. Als dit onderzoek er komt,
zal er onder meer gekeken wor
den naar de invulling van het
Oranjeplein. Het idee om daar
een woonzorgcentrum te bou
wen, leeft nog steeds. Enkele ja
ren geleden presenteerde de ge
meente daar een plan voor. Dat
is afgekeurd na protesten van
buurtbewoners. Zij vonden het
gebouw veel te groot voor die
plek.
Wat mist het stadje volgens u?
„Kunst en cultuur", zegt Te Rol
ler resoluut. „En dan bedoel ik
vooral hoogwaardige kunst in
kleinschalige vorm. Ik denk aan
ateliers waarin bijvoorbeeld ju
welen gemaakt worden en waar
je als bezoeker de kunstenaar
aan het werk ziet. In dat opzicht
was het idee voor een kunst
plein hartstikke leuk. Alleen
jammer dat de kunstenaars nu
net op een plek willen zitten
waar wij willen bouwen."
Bostelaar vindt dat Veere leven
diger moet worden, bruisenden
Daarvoor moeten meer mensen
van verschillende leeftijden in
het stadje komen wonen, meent
hij. „In Veere wonen veel oude
ren voor wie langzamerhand
hun huis te groot wordt. Deze
mensen willen best in een mooi
appartement op een mooie plek
in Veere wonen. Ik denk dat die
grote huizen dan opgedeeld en
verbouwd kunnen worden tot
luxe-appartementen. Voor yup
pen of zo. In plaats van twee
mensen per huis heb je er dan
misschien wel zes. Dan ontstaat
er meer levendigheid."
Liggen er onbenutte kansen?
„Wat mij opvalt is dat het stadje
bijna geen verblijfsrecreatie
heeft", zegt Bostelaar. „Nu ko
men mensen voor een paar uur
tjes naar Veere. Waarom niet
voor een paar dagen?"
Te Roller nuanceert die gedach
te. „Jan, we hebben zelf vastge
steld dat de verhouding tussen
wonen en overige bestemmin
gen in de Oudestraat en op de
Markt fifty-fifty moet zijn. Aan
die verhoudingen zitten we nu
bijna. Er liggen bovendien zes
aanvragen voor horeca-vergun-
ningen. Wat horeca betreft, zit
Veere redelijk op slot. We heb
ben wel een onderzoek laten in
stellen om helder te krijgen wat
voor mogelijkheden er nog alle
maal zijn op het gebied van hore
ca en detailhandel."
Heeft Veere toekomst?
Bostelaar: „Veere bestaat al zo
lang, dat gaat nooit weg. Per
soonlijk vind ik dat ons gemeen
tehuis er had moeten staan."
Te Roller: „Weet je dat daar se
rieus naar gekeken is? Er was
geen plaats genoeg."
„Wat ik voor de toekomst van
Veere nog hoop, is dat de Grote
Kerk landelijk een klinkende
naam gaat worden", zegt Te Rol
ler. „De stichting Nieuwe Mu
ziek Zeeland zit er nu een paar
jaar in, maar heeft een trage
start gehad. Ik hoop echt dat
Nieuwe Muziek nu goed op
gang komt."
Miriam van den Broek
Koninginnedag in Veere, 1998. foto Ruben Oreel
De markizaten van Veere en Vlissingen
kunnen in één adem worden genoemd,
als een soort zustermarkizaat. Maar de Wal-
cherse familieband wordt door de beide
plaatsen anders beleefd. In de zeventiende
eeuw was dat al duidelijk, toen speciaal
voor het stadje Veere de bijzondere band
met het huis van Oranje werd bezongen in
een volksrijmpje. Vlissingers, dat waren
strooplui, Middelburgers kooplui en de Vee
renaren Nassau-lui.
Vlissingen zou net als Veere het jubileum
van het markizaat groots kunnen vieren.
Maar niemand in Vlissingen die daarin ener
gie heeft willen steken. In tegenstelling tot
de herdenking van de vierhonderdste ge
boortedag van dé zeeheld voor veel Vlissin
gers, Michiel de Ruyter. Daarvoor is al een
stichting opgericht, die een programma vol
festiviteiten samenstelt tussen 2007 en
2008.
De gemeente Vlissingen is een markizaat
zonder Oranjevereniging. Jaren terug is wel
in Vlissingen het Comité Organisatie Feeste
lijkheden (COF) opgericht. Het comité coör
dineert de activiteiten in de Vlissingse wij
ken tijdens de jaarlijkse koninginnedagvie
ring. ..Waarom we geen Oranjevereniging
Vlissingen hebben?", zegt secretaris Peter
de Kam van het COF. „Dat is zo gegroeid.
Ik ben gewoon een aantal jaren geleden be
stuurslid geworden en toen bestond het
COF ah Ik denk dat het no«-i4 bij iemand
opgekomen om een Vlissingse Oranjevereni
ging op te richten."
Vlissingen voelt iets voor de visserij, voor
zijn maritieme geschiedenis en minder voor
het koningshuis. „Die conclusie kun je wel
trekken", zegt De Kam. Hij voegt daaraan
toe: Vlissingen is een socialistische stad,
een arbeidersstad van origine. „De sfeer is
eerder rood dan oranje. Het zou wel leuk
zijn geweest als we net als Veere iets aan
het jubileum zouden doen. Maar ja, het mar
kizaat leeft niet zo in Vlissingen en hoeveel
mensen zijn trouwens van het markizaat
Vlissingen op de hoogte?"
Ritthem heeft wel een Oranjevereniging en
Ritthem is een onderdeel van de gemeente
Vlissingen. Maar ook daar doet het jubi
leum de harten niet sneller kloppen. Henk
Cevaal is dertig jaar secretaris geweest van
de Oranjevereniging en volgens hem is er
geen behoefte geweest om te vieren dat Vlis
singen een markizaat is. „Kijk, als het nu
om Ritthem zou gaan, dan zou ik me daar
heel wat bij voor kunnen stellen. Maar we
zijn samengevoegd met Vlissingen. We zijn
geen Vlissingers, wel Ritthemmers."
Binnenkort bestaat de muziekvereniging
van Ritthem honderd jaar en Ritthem pakt
daarmee stevig uit. „Dat is een gebeurtenis
die iets losmaakt in het dorp. Daarover pra
ten we op straat. Door samen een feest te or
ganiseren en te vieren, ontstaat een saamho
righeidsgevoel."
Adri Franke van de Oranjevereniging van
het stadje Veere en bestuurslid van de stich
ting 450 jaar markizaat Veere zegt dat
Veere groot is geworden door de band met
het koninklijk huis. „Veere had wat en is
wat door zijn geschiedenis. Door het marki
zaat hadden we een kasteel, een mooie kerk
en welvaart. Dat besef is redelijk aanwezig
in Veere."
Historici
Veere heeft ook veel 'amateur-historici',
waardoor de Oranje-geschiedenis levendig
wordt gehouden. „Zij vinden het belangrijk
dat de geschiedenis van Nederland en van
Veere in het bijzonder niet vergeten wordt.
Veere is bovendien een redelijk compact
stadje, dus informatie over het verleden
wordt, denk ik, gemakkelijker doorgegeven
dan in een stad als Vlissingen."
Voor Franke kan er niet genoeg gedaan wor
den aan de geschiedenis van Nederland.
„We grijpen het 450-jarige bestaan van het
markizaat Veere aan om allerlei aspecten
van de geschiedenis behandelen."
Veere is al eeuwenlang met de liefde voor
Oranje aan de haal gegaan. Vlissingen niet,
die stad had vanaf het begin meer doelen
om zich op te richten. Ze sloeg zich liever
op de borst een zeeheld in huis te hebben.
De maritieme geschiedenis spreekt meer tol
de verbeelding dan de titel van markizaat.
Edith Ramaker