>zc
7
P5I- i - i -
Het gaat ook heel vaak goed
22 Een modekoning jubileert
23 Discussieer nooit met een peuter
26 Steeds minder handje-contantje
-•
A - 3
-'7 -i:
'I
I
pterdag 16 april 2005
foto's Lex de Meester
)e Inspectie voor de Gezondheidszorg
(IGZ) meldde onlangs dat in tachtig
ocent van de verpleeghuizen zorgwekken-
toestanden heersen. Bewoners worden
stgebonden, ze worden niet op tijd naar
wc gebracht, ze hebben doorligwonden,
orden te weinig gewassen of krijgen onvol-
tënde eten of vocht. Verpleeghuis Ter Ree-
wil laten zien dat het niet overal kom-
t en kwel is in de zorg en nodigde de
IC uit voor enkele bezoeken. „Maar nie-
andin Den Haag moet het in zijn hoofd
ilenom nog eens te bezuinigen", zegt Jan
Graaf, directeur van zorgcentrum Ter
ede in Vlissingen. „Want dan krijgen we
!l problemen."
o(89) heeft in de rats gezeten over Eugenie (92 Eu-
II §fflie Bonfrère was ziek, hoestte vreselijk en lag
"fin bed. „Ik dacht dat ze dood zou gaan. Elke
told, vier weken achter elkaar, stond ik op met
$ï- Maar kijk, ze lacht gelukkig weer. Ze is zo
t Jo Hamelink - zeg maar Jo'tje - en Eugenie Bon-
Kzijn huisgenoten. „We zijn een soort familie",
genzeen ze wonen in huisje 15.
Es)e nummer 15 maakt deel uit van het zorgcom-
5 voor senioren van Ter Reede in Vlissingen. De
ta 100 dementerende bewoners van de psycho-geri-
rische afdeling hebben een eigen opgang en zij de-
®met zessen of zevenen een appartement. De rode
aadvoor de hulpverlening in dit verpleeghuis is
einschaligheid. „Als ze bezoek krijgen, wordt er
gebeld en bepalen de bewoners of zij zin hebben
«bezoek. Wij zijn gast in hun huisje", zegt Peter Boe-
poofd verzorging van het verpleeghuis. Als gevolg
11311 recente publicaties over slechte zorg voor bewo-
jsvan verpleeghuizen moesten ziekenverzorgers
^regelmatig verdedigen. „Dat is vervelend; je
™ter chagrijnig van. Bovendien is het onterecht",
Evelien, medewerkster leefmilieu van huisje
^ner 15. „Volgens mij gaat het ook vaak heel
•HLzoals hier in Ter Reede, maar daar hoor je veel
wenugmensen over", zegt ze.
twee jaar geleden werd De Poort bij Der Boede
udekerke gesloten en verhuisde het verpleeg-
asnaareen nieuw gebouw aan de Koudekerkse-
iPvondellaan in Vlissingen. De grote slaapzalen en
^schappelijke ruimten van De Poort werden
puüd voor kleinschalig wonen bij Ter Reede. De
Huisje nummer 15; van links naar rechts: mevrouw Bonfrère, mevrouw Hamelink en mevrouw Flips
Huisje nummer 15, Ter Reede, Vlissingen
ftik *s ver(fwenen en de huisjes hebben een ei-
pieuken, televisie en zithoek. De bewoners kun-
1ach in hun eigen slaapkamer terugtrekken.
0neel werd omgeschoold voor de kleinschalige
SP*buiskamerniveau. „De spannendste
- en We in bet begin van de verhuizing meege-
zegt Jan de Graaf, directeur van Ter Reede.
„Het was een grote omschakeling. Je kunt wel willen
om op een andere manier zorg te bieden, maar dan
moet dat ook lukken. We wisten toen nog niet of deze
manier van hulpverlening ook de juiste was. Er wa
ren nog geen resultaten bekend over kleinschalige ver
zorging."
Ook vroeg De Graaf zich toen nog af of kleinschalig
heid financieel goed te regelen was. „Ik hoop niet dat
iemand het in Den Haag in zijn hoofd haalt, om nog
meer te bezuinigen in de zorg. Want dan is het heel
moeilijk om een goed niveau van (para) medische be
geleiding te garanderen", zegt hij„We hebben geld
kunnen besparen door geen receptionist aan te trek
ken en we hebben ook geen gaarkeuken geïnstalleerd.
Het geld dat we overhielden hebben we voor perso
neel gebruikt. Door een andere manier van organise
ren hebben we meer handen aan het bed gekregen."
Met gezinnetje spelen alleen ben je er niet, zegt De
Graaf. „Ik wil ook geen romantisch beeld schet
sen."In het klassieke verpleeghuis konden zieke mede
werkers gemakkelijk vervangen worden. Maar nu
zijn medewerkers verantwoordelijk voor een huis.
„De bewoners verwachten dat je er morgen weer
bent."
Peter Boeije onderstreept die opvatting. „Kleinscha
ligheid is kwetsbaar. Als het ziekteverzuim onder per
soneel hoog zou zijn, dan hebben we een probleem.
Het geld zou snel op zijn als we veel medewerkers
moeten vervangen. Gelukkig is het ziekteverzuim
laag."
Een van de ziekenverzorgsters, Airien, vertelt dat ze
heeft moeten wennen aan de kleinschalige manier
van verzorgen. „We wisten twee jaar geleden niet zo
goed wat we konden verwachten", zegt ze. „Ik denk
nu dat de kwaliteit van leven voor de ouderen hier be
ter geregeld is."
Aan haar eerste jaren als ziekenverzorgster van -
toen nog - De Poort bewaart ze goede herinneringen.
„Het kon toen niet op. We werkten met veel perso
neelsleden en er kon gemakkelijk geschoven worden.
Maar toen begonnen de bezuinigingen in de zorg en
werd er beknibbeld op de financiën. Er kon steeds
minder. De sfeer werd er niet beter op."
Ze is nu gewend aan het werk in huisje nummer 15.
„We hoeven niet zo nodig allerlei activiteiten voor de
bewoners te organiseren. De dagelijkse dingen zijn de
activiteiten. De een schilt aardappelen, dopt boon
tjes, een ander helpt met het vouwen van de was."
De ziekenverzorgster voelt zich betrokken bij de
groep. „Als je weet dat iemand op je wacht, ga je snel
ler naar je werk. Ik meld me niet ziek als ik een lichte
verkoudheid heb", zegt Airien.
Mevrouw Hamelink lacht. Ze zou niet weg willen uit
Ter Reede. „Ik ben dol op de verzorgers. Met Evelien
(medewerkster leefmilieu) ga ik bijna elke ochtend
naai- het winkeltje om boodschappen te doen. Van
avond hebben we als toetje vla met een kleurtje én
chocoladevla." Het eten en het bereiden van de maal
tijden is de bindende factor in de verzorging. In huis
je 15 wordt 's middags brood gegeten. „Zoals vroeger
thuis. Ik moet aan mijn lijn denken", zegt mevrouw
Hamelink. „Ik ook een beetje", merkt kamergenote
mevrouw Flips op. „Maar het is zo gezellig om samen
te eten. Alles smaakt me hier goed."
„Dementie is en blijft een nare ziekte", zegt verpleeg
huisarts Philip Nieuwenhuize. „Maar ik heb wel de
indruk dat de meesten gelukkiger zijn dan in de oude
situatie.Dat is moeilijk hard te maken en te onderbou
wen", beseft hij. „Maar ik moet minder vaak behande
len voor griepachtige verschijnselen. Dat is ook de in
druk van mijn collega in Simnia (zorgcentrum in
Domburg) waar ook op een kleinschalige manier
wordt gewerkt."
Een keer in de twee weken controleren de arts en een
wondverpleegkundige alle bewoners van Ter Reede
op eventuele doorligwonden. In december werden bij
twaalf patiënten dergelijke wonden geconstateerd.
Bij vier van hen was sprake van roodheid. „Dat is fa
se één. Fase twee is ernstiger en dan spreken we van
blaarvorming. Die gradatie kwam voor bij zeven per
sonen. In fase drie troffen we één bewoner aan en in
fase vier - dan spreken we van weefselversterving -
viel geen bewoner. We werken aan een score van nul
procent, maar dat valt niet mee."
De verpleeghuizen werken aan een regionale registra
tie van doorligwonden. „Het is een belangrijke indica
tie of de zorg goed geregeld is." Ter Reede komt met
nog meer cijfers. De gemiddelde leeftijd van een ver
pleeghuisbewoner in Ter Reede is 83,9, landelijk 81,5
jaar.
De arts ziet voordelen van kleinschaligheid. Perso
neel is in deze situatie goed te instrueren. „Ze zitten
dicht op de groep en kunnen sneller reageren op de
bijzonderheden van een patiënt. Onrust, zwaarmoe
digheid, agressie worden sneller onderkend."
Verontwaardigd
Uit het onderzoek van de Inspectie van de Gezond
heidszorg kwam ook nog naar voren dat er veel incon-
tinentiemateriaal wordt gedragen door bewoners,
van verpleeginstellingen. Medewerkers zouden dat
materiaal verstrekken omdat er te weinig tijd is om
de bewoners naar het toilet te begeleiden. Het leverde
verontwaardigde reacties op bij leden van de Tweede
Kamer. Directeur De Graaf meldt dat het verbruik
van incontinentiemateriaal sinds de ingebruikname
van het verpleeghuis met 32 procent is gedaald.
In huisje 15 wordt de was gestreken. Ziekenverzorg
ster Airien krijgt hulp van mevrouw Bonfrère, Flips
en Hamelink. De muziek klinkt en er wordt geneu
ried. „Hij zingt zo mooi, die zanger André Hazes, die
net is overleden", zegt Jo Hamelink. „We hebben nog
naar zijn begrafenis gekeken. Hij was mijn favoriet.
Mevrouw Bonfrère houdt er niet zo van. Zij wil vaak
zingen over Limburg; wie schön ons Limburg is. Ach,
we lachen ook heel wat af", zegt ze.
Edith Ramakers