Clinge trekt veel bekijks
Indijker Del Campo woonde in Willemsburg
Die gasten bellen
ook altied at
ongelegen komt
Nieuwe raadkaart
cf^EK\
De Witte Bergen is een meertje in het natuurgebied aan de oostkant van Clinge.
foto Het Zeeuwse Landschap
Rondom Clinge vindt je nog tal van stukjes bos, soms
van slechts enkele vierkante meters, soms enkele hec
taren groot. De Clingse bossen ten westen van Clinge zijn
vrij bekend, maar dat er aan de oostkant ook een natuurge
biedje ligt wat zeker de moeite waard is, weten minder
mensen.
Dit gebied staat bekend als
de Clingepolder. Als je
oostwaarts wandelt vertrek
kend van het oude Clitex-ter-
rein, kom je al gauw bij het eer
ste stukje bos. Het ligt net ach
ter de tennisvelden van Clinge
naast het terrein van stichting
Tragel.
Deze bosjes zijn rijk aan allerlei
vogels. Tijdens een wandeling in
het vorig broedseizoen was er
een oorverdovend gepiep te ho
ren. In een grote eik zat een
prachtig rond gat ter grootte
van een jampotdekseltje. Het
leek wel of er met een passer
een cirkel was getekend die ver
volgens met de decoupeerzaag
netjes was uitgezaagd. Het was
een nest spechten. Even later
kwam een grote bonte specht
die de luid piepende jongen van
eten voorzag.
Spechten zijn in de buurt van
Clinge geen bijzonderheid. In de
tuinen zitten regelmatig groene
en bonte spechten en in de Cling
se bossen kunnen zelfs zwarte
spechten voorkomen. Die zijn in
tegenstelling tot de andere
spechten moeilijk te zien.
Verder lopend over het terrein
van stichting Tragel kom je oos
telijk op een pad naar camping
fort Bedmar. Hier staat na een
paar meter een grenspaal uit
1843 met het nummer 274. Zo,
over Belgisch grondgebied, wan
del je langs de camping. De cam
ping en het terrein waar week
endhuisjes staan, zijn zeer bo-
menrijk.
Voorbij fort Bedmar linksaf
slaand kom je bij een natuurge
biedje genaamd De Weelkens.
Aan het begin van dit gebied
kun je kiezen: lopen over de met
bomen begroeide dijk of onder-
langs het gebiedje in. Hier staat
opnieuw een grenspaal. Deze
heeft nummer 273. Blijkbaar
wordt er genummerd van oost
naar west. Bij de ingang van De
Weelkens staat een bord van
Staatsbosbeheer met uitleg over
het gebied. Het vertelt dat Clin
ge op een dekzandrug ligt die
achtergebleven is na de laatste
Ijstijd. Het is een duinrestant.
Op de meeste plaatsen is deze
dekzandrug bedekt met zeeklei,
maar hier niet. Dit heeft tot ge
volg dat hier nog zeldzame die
ren en planten voorkomen zoals
de moerashertshooi, het onder
gedoken moerasscherm en de
dwergbies. De vennetjes die in
het gebied liggen, zijn zoet en
zijn deels restanten van de
gracht van het voormalige fort
Bedmar. Hier komt de kleine
modderkruiper voor, een be
schermde vissoort. Je vindt hier
meer dan tien verschillende soor
ten - deels felgekleurde - libel
len, terwijl het overgrote deel
van Zeeland het met veel min
der soorten moet stellen.
De planten en dieren hier zijn
gevoelig voor veranderingen in
het milieu en verontreiniging
van bodem en water. Daarom
mogen de oevers niet worden be
treden. De Weelkens liggen er
op het moment wat rommelig
bij, maar daar is alle reden voor.
Afgelopen winter zijn de bomen
langs de vennetjes gekapt om
De PZC sponsort Het
Zeeuwse Landschap. In
'Natuurlijk Zeeland' doen
medewerkers van deze
stichting verslag van wat
er speelt in de Zeeuwse na
tuurgebieden: onverwachte
vondsten en bijzondere ge
dragingen passeren weke
lijks de revue. En natuur
lijk ook de successen en
mislukkingen in het be
heer.
bladval in het water tegen te
gaan. Het is de bedoeling dat de
vennetjes uitgebaggerd worden
zodat de vissen weer voldoende
zuurstofrijk water krijgen. Het
bladafval vormde een dikke,
stinkend zwarte laag. De machi
nes die gebruikt zijn om de ge
rooide bomen af te voeren, heb
ben het pad langs De Weelkens
bijna onbegaanbaar gemaakt.
Je komt er zonder laarzen niet
doorheen. Vanuit De Weelkens
teruglopend richting Clinge,
kom je bij De Witte Bergen, een
door mensen gegraven meertje
dat over is gebleven na zandwin
ning. Hier vist de plaatselijke
visclub en 's zomers wordt er ge
zwommen. Vaak hoor je hier in
eens de langgerekte klagende
kreet van de buizerd (pie-joew).
Meestal hoor je dan na enige
tijd een tweede vogel roepen en
dan zie je ze langzaam'maar sta
tig met een draaiende beweging
boven de bossen uitstijgen. Deze
draaiende beweging die ze bij
het opstijgen maken, heeft ze de
bijnaam zonnedraaier gegeven.
Soms zie je een buizerd die
bijna voor de helft of meer
crèmekleurig is. Gelukkig zie je
ze steeds vaker.
Natuurlijk zijn er nog veel meer
vogels en bijzondere planten
waar te nemen in dit toch wel
unieke stukje Zeeland. Het is
een ideaal wandelgebied waar
zowel de doorgewinterde lief
hebber als de argeloze wande
laar volop van zijn of haar ga
ding vindt.
Kitty Galle
Kitty Galle is medewerkster ex
terne betrekkingen bij het
Zeeuwse Landschap.
dinsdag 29 maart 2005
Ik denk: da gooien me in de
groepterwijl ik de hoorn op
het telefoontoestel leg. 'n Kêê
kieken wa da de rest dao van
zegt.
In gedachten ga ik nog even het
praatje na van die mooie heer
door de telefoon. „Als je je tele
foonrekening via onze maat
schappij laat lopen, dan bel je
veel en veel goedkoper. De oude
rekening voor het gebruik van
de lijn blijf je natuurlijk hou
den, maar het gaat om de kosten
van de gesprekken."
Ik loop naar de tafel terug en ga
verder met eten. Die gasten bel
len ook altied at ongelegen
komt, denk ik. 'Oe kunnen ze 't
zien? Ik schep nog eens m'n soep
op. Gelukkig, die is nog warm.
Goekööper
Die binnen bie Tele-twêê vee
goekööper, roept een blonde col
lega door de kantine. De vaste
kosten ee. En dao bel je dan nog
drie'onderd menuuten voo niks
ook ee. En met een overtuigende
stem roept ze, dat ze al een half
jaar bij. die club zit. Je krijgt een
prachtige rekening. Met een ge
weldig overzicht. Je ziet zo één,
twee, drie met wie je allemaal
hebt gebeld de afgelopen twee
maanden en hoe lang het ge
sprek heeft geduurd.
Mao dan stao je toch ook nii
mêêr in 't tillefoonboek?vraagt
Adrie, die zich nu ook met het
gesprek bemoeit. Meestal zegt
hij niks, eet hij zijn broodje tar
taar of neemt hij een bakje soep.
Erwetensoep, staat er op het
bord bij de balie. Vandaag erwe-
tensoepen. Eigenlijk: Erweten
soep van de dag. Nog nooit was
er zo'n run op die soep geweest.
Zeker 'n nieuw soepje, da gaon
's probeeren.
In een mum van tijd was de soep
op en moet de nieuwe voorraad
uit de vriezer gehaald worden.
Dien erwetensoepe is toch wel 's
lekker ee?, hoorde je links en
rechts fluisteren. En vlug wordt
er weer verder gelepeld. Erwe
tensoep?, hoor ik iemand zeggen
met verwonderde stem, wao zou
tie van gemaokt ziin?
Strooptocht
Ja, en wat wil je dan? Natuur
lijk moet ik die ook eens probe
ren. Als iedereen zo over die er
wetensoep praat. Ik besluit ook
maar eens op strooptocht te
gaan. Dus ga ik ook met een le
pel uit de voorradenbak langs
de balie en blijf ik even bij die
erwetensoep staan. Inmiddels is
de rij achter me al flink aange
groeid. Nog nooit was er zo'n
run op de soep. Even kijk ik op
zij en zie dat de rij al flink is
aangegroeid. Judder gaon ach
ter 't net vissen, denk ik. Mao
dan ao je ook mao êêder moeten
kommen. Van de man die naast
me staat en met zijn dienblad te
gen het mijne staat te ramme
len, trek ik me niks aan. Bij de
broodjes is het moeilijk een keu
ze te maken. Tartaor of ge-
zoond, denk ik. Lange tijd om
na te denken neem ik niet. Als
ik wel nadenk, dan is het natuur
lijk gezoond. Na al die reclames
over te dikke mensen en het slan
ken, is dat geen probleem. Maai
de natuur is sterker dan de leer.
En als je niet je verstand ge
bruikt, dan val je terug op je in
stinct. M'n ogen prikken al in
het broodje tartaar. Nêê joegen,
nii doen,
laot noe 'iere ook 's zien, dat je
op twii bêênen staot, zegt een
stemmetje in me. En automa
tisch pak ik het broodje gezond
van de toonbank. Zie je we, da
je 't kan, gaat het stemmetje
triomfantelijk verder. 7c Wist 't
wè. 't Is maor even piine: net as
je in twiistrijd staot.
Bij de kassa reken ik af. Joe ken-
ne kik toch wè?, vraag ik aan de
vrouw die me het geld terug
geeft. Ze knikt en zegt dat ze me
kent van vroeger, van de boot.
Ze heeft nu ander werk gevon
den en ze moet gelukkig niet
meer naar de overkant. Stikke
leutig joengen, zegt ze. En of d'r
toko nogal loopt. Da zie je wè
zeker ee, vooral de soepe. Ik
schuifel naar een leeg plekje in
de kantine van de grootste ge
meente van Zeeland.
Gelepel
Ik geniet van m'n broodje ge
zond. En van m'n soepje. Ik
hoor niks meer dan het ritmisch
gelepel in de soepkoppen. Ik
denk: Erwetensoep, erweten
soep. En ik kijk naar het bord
bij het buffet. Een betere recla
me is er niet nodig voor een
nieuw product. Daar hoef je
niet voor op te bellen onder
etenstijd.
Rinus Willemsen
Agenda:
Het Zeeuws Jongenskoor en Ma-
thieu van Bellen geven zondag
(3 april) een concert in het Kerk
je van Ellesdiek (Ellewouts-
dijk). Aanvang: 14.30 uur. Toe
gang €7,-.
Door dat huwelijk in 1833
kwam hij in het bezit van een
deel van de slikken Rumoirt en
Nicke, weet C. Jasperse in Ter-
neuzen. „Hij heeft het resteren
de deel erbij gekocht en onder
eigen beheer in 1847 ingedijkt.
De polder kreeg de naam van
zijn vrouw: Anna Jacobapolder.
In de eerste jaren werden er
vier boerderijen gebouwd en in
1853 werd met de bouw van het
landhuis begonnen, dat in 1854
klaar was. Rondom werd een
bos van twee hectare aange
legd. Hiervoor werden veel
oudere bomen aangevoerd."
Jasperse geeft aan dat het land
goed Willemsburg (niet te ver
warren met een van de boerde
rijen die ook zo heette en even
eens is gesloopt) meer dienst
deed als tweede woning. De eer
ste woonplaats van de familie
was Den Haag. Willem Frederik
overleed in 1879 in huize Wil
lemsburg. Hij was nog enkele
jaren burgemeester van
Sint-Philipsland.
„Na zijn dood kwam het land
huis in bezit van zijn oudste
zoon Jan Willem (1834-1918),
gehuwd met de Engelse Lydia
Smith.. Al voor diens overlijden
werd het landhuis verkocht aan
Johannis Jacobus Roth. Die liet
het in 1917 helaas slopen en op
de plaats ervan werd een boom
gaard aangeplant", aldus Jas
perse.
Inzender Stevense geeft aan dat
de Anna Jacobapolder aanvan
kelijk behoorde tot het grondge
bied van Bruinsise, later tot dat
van Sint-Philipsland. Hij noemt
Del Campo een belangrijk fi
guur op het eiland. Koning Wil
lem III benoemde hem tot rid
der in de orde van de Nederland
se Leeuw en hij was ook lid van
de Stanislausorde van Rusland
en de Leopoldsorde van België.
De eerste behuizing op het pas
bedijkte land stelde niet veel
voor.
Del Campo laat de schuren en
woningen voornamelijk uit
sloopmateriaal optrekken. De
leidinggevenden woonden waar
nu buurtschap De Sluis ligt.
De arbeidershuisjes werden
vooral aan de Noordweg ge
bouwd.
Huwelijkstrouw
Kerkdiensten werden aanvanke
lijk in meestoof Wilhelmina Re-
gina gehouden. Een school was
er ook al. De verhalen doen de
ronde dat Del Campo die liet
bouwen om zo zijn buitenechte
lijke nageslacht een goede oplei
ding te kunnen geven. De man
nam het met de huwelijkstrouw
niet erg nauw, zo was algemeen
bekend.
Er werden er nogal wat onjuiste
namen genoemd. Onder meer
die van de buitenplaatsen Duin
vliet, Eikenoord, Schoonoord
en Overduin tussen Oostkapelle
en Domburg, Mon Plaisier en
Heesterlust in Schuddebeurs,
buurtschap Eversdijk en het
huis van dokter Kok in Bruinis-
se.
Rinus Antonisse
De waardebonnen gaan naar: E.
Geense-Verwijs, Sint-Philips
land, P. Kempeneers, Aagteker-
ke en J. C. Joziasse, Middel
burg.
De raadkaart van vorige
week is in september 1904
gestuurd naar 'mejuffrouw Jan
netje Koets, p/a den heer Joos-
se, bakker, Arnemuiden'. Door
wie is niet duidelijk. Wel geeft
het poststempel Anna-Jacoba-
polder aan en dat klopt met de
vermelding onderop de kaart.
Huize Willemsburg is afge
beeld.
Het fraaie huis op de nieuwe raadkaart uit de col
lectie van Hans Lindenbergh staat in een regio
niet zo ver van Sint-Philipsland. De vraag is na
tuurlijk: in welke plaats staat dit gebouw?
Nadere bijzonderheden over naam, ligging, bewo
ners - kortom, over de geschiedenis van het huis,
zijn van harte welkom.
Oplossingen kunnen tot en met uiterlijk zaterdag
2 april worden gezonden naar: Redactie PZC Bui
tengebied, postbus 31, 4460 AA Goes; fax
0113-315669; e-mail redactie@pzc.nl.
Voor drie inzenders van een goede oplossing is
een waardebon beschikbaar.
Er waren evenveel goede als fou
te inzendingen. De buitenplaats
achtige huizen zijn kennelijk
moeilijk uit elkaar te houden.
Extra moeilijkheid is dat huize
Willemsburg al tegen het eind
van de Eerste Wereldoorlog is
gesloopt, zoals E. Geense-Ver
wijs uit Sint-Philipsland meldt.
„Men sprak er van het Witte
Huis."
C. F. Stevense uit Middelburg -
en ook anderen - herinneren er
aan dat het huis zijn naam
dankt aan de stichter ervan, Wil
lem Frederik del Campo ge
naamd Camp. Die liet het om
streeks 1854 bouwen.
Del Campo genaamd Camp was
een belangrijk bedijker op
Sint-Philpsland. Stevense ver
telt dat de man 3 november
1801 geboren is te Loga in
Oost-Friesland. Hij was aanvan
kelijk militair, majoor der ge
nie, en ook civiel ingenieur. Hij
trouwde met Eva des Tom
bes-de Jonge en later met Anna
Jacoba van Sonsbeek, dochter
van de burgemeester van Mid
delburg.