allerkleinste
eert
Wie het
Geloven tegen beter
weten in leidt tot niet
Munusculum
Pasen ii
poëzie
Antoni van
Leeuwenhoek
woensdag 23 maart 2005
Judas, die Zijn woorden haatte,
omdat zij vol met graten zaten,
probeerde ze niet door te slikken
en zag het liefst de Visser stikken.
Toen Jesus zich vooroverboog -
een zachte stem vroeg wie er loog -
rilde Judas en sprak teer,
snakte: 'Heer, ik? Ben ik het. Heer?'
Wiel Kusters (geb.1947)
Schuilt er poëzie in Pasen?
Zit er een gedicht in Goede
Vrijdag? Wanneer je de dicht
kunst van vandaag overziet, zijn
deze feestdagen vooral het do
mein van grappenmakers en ei-
errapers. Wiel Kusters en Pa
trick Lateur doorbreken de stil
te. Op verzoek weliswaar, maar
dat maakt hun dichterlijke on
dernemingen niet minder opmer
kelijk en gewaagd.
Patrick Lateur bevindt zich in
elk geval op bekend terrein. We
weten dat hij al eens een bloem
lezing met evangeliegedichten
maakte. We merken het ook aan
de toon van zijn Kruisweg in de
stad. Hij weet precies hoe mo
derne meditatie moet klinken.
Namelijk zo: 'Hier wordt hij
één/ met wie verdrukt is, toen
en nu,/ hier wordt hij mens/ met
mensen die in angsten leven,/
wordt hij gelijk/ aan wie moet
wachten op wat onontkoombaar
is,/ wordt hij een mens als wij.'
Van doorleefd geloof verwacht
je rauwe extase, in zulke regels
zie je slechts gepolijste routine.
Het zegt veel over wat gods
dienst doorgaans is, een ingesle
ten gewoonte. Dat verhaal van
lijden en opstanding is al z'n vre
selijke randen en bloedige rafels
kwijt. Er staat niets meer op het
spel, geen verscheurende woor
den maar vertrouwde oorden.
Een dichter zou moeten zeggen
wat niemand verwacht te horen,
in de dichtwerken van Patrick
Lateur en Wiel Kusters deinen
we mee op de zee van het cliché.
Lateur maakte zijn teksten voor
Armand Demeulemeester die
een 'Kruisweg' voor een kapel
schilderde. Levend bewijs van
Kusters is geschreven voor de
passiespelen van Tegelen. Ook
bij hem is er enige voorgeschie
denis. Een jaar of wat geleden
publiceerde hij bijvoorbeeld het
gedicht 'Munusculum'. De titel
(waar zou je zijn zonder kennis
van het Latijn?) betekent zoiets
als 'buitenkansje'. Natuurlijk
ontmoeten we Judas opnieuw in
dit passiespel, en e:
spreekt hij in poëzie. Net;
ria, Lazarus en de honik
doen. De laatste bedia
zelfs van de sonnetvorm!
voor het volk van hiers
den ben,/ Romein, onré
ben ik me bewust./ Ik;
daar niet om, maar ik li
dat ik er nu niet langer;
rust.'
In beide boeken legt Je
het allemaal nog eens uil
teur zegt hij in keurige k»
'Geen koning zou ik sn
maar in het weiland <a
Vader/ alleen een here-
Kusters geeft een doos
tje: 'In mij leeft God va
-■Oi
naar beneden'. Tijdenstki
weg laat hij iemand opa
'Vooruit met de kluit'.
Belachelijk gemeenzaam
lachelijk plechtig, het|
de schrijvers maar es
aan hun stof dat deze
wringen. Geloven teg-ri
weten in, daar kan nia
van komen. Lang geleca
men zo eerlijk versleten I
te vervangen, achterhaald
feten af te lossen. Het u
tijd voor afscheid. Om de
tranen en pseudo-poèril
ook echte schoten enreèi
men te voorkomen.
Mario Mj
Patrick Lateur: Kruisweg ci
Met picturaal werk van Lu
raet - Uitgeverij P, Leuven.1-
16,50
Wiel Kusters: Levend
van Jezus' passie - Uitgewf
do, 110pag./€ 19,95.
Vorige week, midden in de
Boekenweek, verscheen
van de hand van Rien Bonte An
toni van Leeuwenhoek. De we
reld in een korrel zands. Het
boek belicht de mens achter de
ze historische figuur, die de ge
schiedenis is ingegaan als de uit
vinder van de microscoop en
een van de grondleggers van de
cel- en microbiologie.
De in Delft geboren Van Leeu
wenhoek was een buitenbeentje
onder de geleerden aangezien
hij geen wetenschappelijke op
leiding had genoten. Voor de
buitenwacht was hij een keurig
getrouwd man die een winkel in
linnen, garen en band dreef. In
een somber vertrekje achter de
winkelruimte sleep hij micro
scooplenzen en deed hij baanbre
kende ontdekkingen, zoals die
van de bacterie en de zaadcel.
Omdat hij er niet mee te koop
liep, duurde het betrekkelijk
lang voordat hij erkend werd.
Rien Bonte (52) - dichter, schrij
ver, beeldend kunstenaar en le
raar Nederlands in zijn woon
plaats Hoorn - heeft bewust niet
gekozen voor een afgerond ver
haal of historische biografie. De
wereld in een korrel zands be
staat uit een reeks schetsen die
niettemin een mooi beeld geven
van het fascinerende, lange le
ven van de beroemde geleerde
zonder dat Bonte de feiten ge
weld aandoet.
Vaardige pen
Door de keuze voor zo'n gero
mantiseerde biografie is het Bon
te met zijn vaardige pen en ver
beeldingskracht gelukt om
dicht bij Van Leeuwenhoek te
komen. Bleven in zijn eerste ro
man Watramama's groen paleis
(1997) de karakters tamelijk
schimmig, met de afstandelijke
ij bereikte eind vo
rig jaar de toptien
in de spraakmaken
de verkiezing van om de
'grootste Nederlander aller
tijden'. Toch is hij voor veel
mensen nog altijd niet meer
dan een naam: Antoni (ook
wel Anthonie) van Leeuwen
hoek (1632-1723), die met De-
siderius Erasmus en Christi-
aan Huygens tot de beroemd
ste geleerden behoort die Ne
derland heeft voortgebracht.
Antoni van Leeuwenhoek
geleerde weet hij aanzienlijk be
ter raad.
De wereld in een korrel zands is
bescheiden van omvang. Eerder
een novelle dan een roman. In
de beperking herkent men de
meester, want in kort bestek ko
men we aardig wat te weten
over Van Leeuwenhoeks leven:
zijn jeugd (hij was bevriend met
de schilder Jan of Johannes Ver
meer), zijn twijfels, worstelin
gen en beproevingen, zijn huwe
lijk en houding ten opzichte van
vrouwen, zijn omgang met ande
re beroemdheden en de weer
stand die zijn ontdekkingen en
zijn heilige geloof in 'de waar
heid' bij collega-wetenschap
pers opriep. Doordat het leven
van Van Leeuwenhoek vervloch
ten was met vrijwel alle geledin
gen van de samenleving in de
Gouden Eeuw, krijgen we ter
loops ook nog wat mee van de
grote bloei die wetenschap, eco
nomie en kunsten in de zeven
tiende eeuw doormaakten.
Leven van alledag
Trefzeker roept Bonte het leven
van alledag op in steden als
Hoorn: „De karos bolderde over
een brede gracht. Aan weerszij
den lagen twee, drie rijen turf
schepen aangemeerd. Sjouwers
laadden de bruine blokken uit
en stapelden ze op karren. Een
stuk of wat platboomde schui
ten voerden koeien aan. Boerin
nen zeulden met manden vol
pluimvee."
Een van de sterkste scènes uit
het boek grijpt plaats in het
Hoornse weeshuis, we schrijven
1673, waar de geleerde met enke
le notabelen zogenaamd door de
duivel bezeten meisjes krijgt te
zien om er zijn oordeel over te
geven: „Plotsklaps begon haar
bovenlijf hevig te schudden. Na
drie of vier spasmen viel ze
rechtstandig achterover. Zo
bleef ze liggen snokken en
schokken." Een van die wees
meisjes ziet Van Leeuwenhoek
jaren later terug op een kermis.
De toegankelijkheid van het ver
haal wordt wel enigszins gehin
derd door het archaïsche taalge
bruik, alsof je een negentien-
de-eeuwse roman leest. En toch
past die soms belegen, plechtsta
tige taal hier wel, zoals die even
min misstaat in het beste werk
van Thomas Rosenboom. Met
illustratie ANP
speels genoegen blaast Bonte tal
rijke in onbruik geraakte woor
den nieuw leven in (booi, kui-
tert, weeuw), al laat hij zich in
zijn voorliefde voor archaïsmen
soms al te zeer meeslepen.
Het was geen overbodige luxe
geweest om een reeks voetnoten
in het boek op te nemen. Ook
een verantwoording over de ge
raadpleegde bronnen wordt no
de gemist. Het boek zou er volle
diger op zijn geworden. Dat ver
zuim vormt een kleine smet op
deze fijnzinnige novelle waar
mee Rien Bonte recht doet aan
een werkelijk Grote Nederlan
der.
Nico de Boer
Rien Bonte: Antoni van Leeuwen
hoek. De wereld in een korrel zands -
Uitgeverij Conserve, 128 hlz., €16,-.
Rudy Kousbroek Robur de Veroveraar
en foto die recht doet aan de wereld van Jules
Verne, hoe die te vinden?
Morgen, 24 Maart, is de honderdste sterfdag
van de schrijver Jules Veme, een van de weini
ge 19de-eeuwers die in Nederland nog steeds wordt gele
zen. De wereld is een tranendal, ik ben de eerste om het
toe te geven, maar zonder deze schrijver zou zij een nog
groter tranendal zijn. De invloed van Jules Verne heeft de
wereld verrijkt - in elk geval de westelijke wereld.
Het merkwaardige is dat er zo weinig overeenstemming be
staat over Verne's betekenis. Hij wordt wel een 'visionnai-
re' schrijver genoemd, de voorloper of eerste beoefenaar
van de Science-Fiction, een ziener die de toekomst voor
spelde, daartoe in staat gesteld door zijn kennis van weten
schap en techniek. Maar dat klopt niet, zoals nog onlangs
weer werd betoogd door Karol van Bastelaar, die ter gele
genheid van Verne's eeuwfeest een opmerkelijk boek over
hem heeft geschreven, De Jules Veme-Gids; de ondertitel
geeft al een idee van waar het naartoe gaat: 'Onbekende.en
verrassende aspecten van zijn werk. Meer dan 150 voor
spellingen besproken. Was Verne a-technisch?'
Dat klinkt al weinigbelovend en inderdaad, Verne was in
feite nogal a-technisch. Zijn werk, dat ook nog allerlei an
dere genres omvat (utopieën, reisverhalen, avonturenro
mans en zelfs een liefdesgeschiedenis), bevatte vrijwel
geen voorspellingen, het waren geen toekomstprojecties
maar projecties in het nu. Een onderdeel van het begrip
science-fiction is ook fictieve wetenschap - en dat is iets
dat totaal ontbreekt in deze romans. Jules Veme was geen
schrijver van science-fiction.
Wat was hij dan wel? Daar geeft ook Van Bastelaar eigen
lijk geen antwoord op. Tot overmaat van ramp heeft de uit
gever (Elmar, Rijswijk) het bestaan om deze 'Gids' - in ze
kere zin een naslagwerk - uit te geven zonder index of re
gister, een schandelijke krenterigheid die het boek een
groot deel van zijn waarde ontneemt.
Wat was dan de werkelijke rol van de wetenschap en de
techniek in Jules Verne's romans? Daar heb ik een theorie
over die ik voor waar houd, hoewel hij tot mijn spijt berust
op het wat schimmige begrip alienatie of vervreemding. Er
is veel geschreven over de vervreemding door de weten
schap en vooral de technologie, die de mens van zijn be
stemming, zijn diepere roerselen of zijn ziel heeft ver
vreemd. Dat is misschien een soort beeldspraak, maar die
vervreemding was geen hersenschim. In de 19de en een
groot deel van de 20ste eeuw was haar aanwezigheid niet
minder dan verpletterend. Een van de wonderlijkste mani
festaties daarvan is dat de schilderkunst generaties lang
gewoon doorging de wereld af te beelden zonder techniek.
Ongelofelijk: de industriële revolutie, de grootste omwente
ling die er ooit geweest is - en de kunstenaars deden of er
geen industrie bestond, het hele thema komt in hun werk
eenvoudig niet voor.
Jules Verne was de antithese daarvan; bij hem geen ver
vreemding, hij hield zich juist bezig met wat in de beelden
de kunst werd weggelaten. Ik denk dat zijn werk de men
sen geholpen heeft zich te verlossen uit deze vervreem
ding, dat het zijn lezers het gevoel gaf deel te hebben aan
de werkelijke wereld en inzicht te krijgen in de nieuwe
technologie. Ik verbeeld me dat ik daar zelf als kind ook
nog van geprofieerd heb: zijn boeken maakten machines
echt, geen onbegrijpelijke raadsels maar doorgrondelijk
en beheersbaar, niet berustend op het wonderbaarlijke
maar gewoon op helder nadenken.
Dat is waaraan ik uitdrukking heb proberen te geven met
deze foto (de Ornithoptère van Bartlett, Luchtvaartten
toonstelling in Londen 1911). Ik heb er dozijnen zitten be
kijken, maar een machine als op deze afbeelding geeft mij
het gevoel: zoiets zou ik zelf kunnen maken. Bezitsgevoel.
Ik ga er in zitten, zet het mechanisme in werking en zweef
er mee het raam uit. Een vliegmachine, bedoeld om verti
Bartlett's Flapping Machine fotograaf onbekend, 1911.
caal van de grond op te kunnen stijgen: dat is een denk
beeld dat een opvallend voorname rol speelt in de werken
van Jules Verne en wat mij als kind in die werken het
meest fascineerde. Niet d'Artagnan maar Robur de Verove
raar, dat was mijn held, en zijn hefschroef-schip de Alba
tros heeft mij jarenlang geobsedeerd. Op het dek van dat
schip, een soort jacht, stond een woud van masten met ho
rizontale propellors die het vaartuig omhoog tilden en tot
een vliegtuig maakten. Daaraan ontleende ik de fantasie
om een boot uit te rusten met de ventilators die je in Neder-
lands-Indië overal aan de plafonds zag draaien, maar dan
ondersteboven op het dek gemonteerd. Dat was technisch
heel goed uitvoerbaar, en soms, als ik de slaap niet kan vat
ten, beheerst de gedachte me nog.
(Taak: lees Houellebecq over Lovecraft)