Zelfs de
ileinkinderen
;ijn jaloers
F
Je kunt voelen dat er in zo'n pand is geleefd
Zorgappartementen in Hulst
DE PAGTER
INTERIEURS
WOON
Woontorens
Het terrein van De Blaauwe
Hoeve wordt ingericht met groe
pen woontorens met in totaal
151 zorgappartementen. In kor
te tijd worden de laatste appar
tementen opgeleverd. Hoewel
veel bewoners van de Blaauwe
Hoeve, die veelal jaren het klas
sieke verzorgingshuis gewend
waren, in eerste instantie opke
ken tegen een verhuizing en het
weer zelfstandig wonen, is er nu
een enorme wachtlijst. Janse:
„Eerst wilden ze niet en nu wil
len ze allemaal. Ze moesten
eerst even de kat uit de boom kij
ken." De toen 94-jarige me-
Mvw.pzc.nl
:.mail:redactie@pzc.nl
»ostbus 31, 4460 AA Goes
vdvertentie-exploitatie:
toord-en Midden-Zeeland: 0113-315520;
'eeuws-Vlaanderen: 0114-372770;
iationaal: 020-4562500.
raterdag 5 februari 2005
Als thuis wonen vanwege de leeftijd en de daarbij beho
rende gebreken niet langer meer gaat, dan volgt een
verhuizing naar het zorgcentrum. Vroeger betekende dat
het einde van de privacy, niet meer kunnen slapen in het ei-
- gen bed en meedraaien in het gebruikelijke dagprogram
ma. Senioren in Hulst echter, wonen nu in zorgapparte
menten waar zelfs hun kleinkinderen jaloers op zijn. Ze
wonen zelfstandig, in een modern appartement, voorzien
van de laatste technische snufjes.
Ruim 140 jaar geleden, in
1860, vestigden de Eerwaar
de Zusters van de Haagdijk uit
Breda het zogenaamde 'Liefde
huis' in de binnenstad van
Hulst. Aanvankelijk diende dit
gebouw voor de opname van
armlastige bejaarden en wezen,
maar toen bleek dat de behoefte
aan ruimte voor de ziekenverple
ging het grootst was, werd het
gebouw in tweeën gedeeld. Zo
ontstond Sint Elisabeth voor de
senioren en Sint Liduina, aan
het eind van de jaren vijftig, als
ziekenhuis.
In 1968 werd aan de Hulster
Truffinoweg het verzorgings-
annex verpleeghuis De Blaauwe
Hoeve geopend door prinses
Margriet. De Blaauwe Hoeve is
vernoemd naar een oud boerde
rijtje, met blauw gesausde mu
ren, dat ooit op de plaats stond
waar het zorgcentrum is ge
bouwd. De Blauwe Hoeve werd
een gecombineerd huis voor de
verzorging en verpleging van
hulpbehoevende senioren.
Na een lange tijd van voorberei
ding werd in 1983 begonnen
met de uitbreiding en renovatie
van het verpleeghuis die twee
jaar in beslag nam. Aansluitend
werd in twee jaar tijd het verzor
gingshuis aangepast aan de
nieuwste normen voor huisves
ting van de Hulster ouderen.
Hopeloos
Nog geen tien jaar later bleken
die 'nieuwste normen' hopeloos
verouderd. In het verzorgings
huis piepkleine kamertjes van
18 vierkante meter, waar in de
woonkamer slechts plaats is
voor een kast en een tafeltje met
twee stoelen. Ook het bed staat
in de woonkamer met de postoel
ernaast. In het verpleeghuis was
de situatie nog bedroevender; de
patiënten sliepen met vier perso
nen op een kamer. Zij hadden
enkel een bed en een nachtkast
je en hun privacy bestond uit
het bed met een gordijn erom
heen.
„Het waren regels opgesteld
door het Rijk en wij hadden ons
daar maar aan te houden", zegt
Woonkamer in het nieuwe appartementencomplex
Lex Janse, directeur van De
Blaauwe Hoeve. „De inzet van
ons zorgpersoneel maakte veel
goed voor de bewoners, zij de
den en doen alles wat in hun
macht ligt om het de bewoners
zo comfortabel mogelijk te ma
ken, maar het schortte enorm
aan de huisvesting. Zelfs wij zei
den tegen elkaar 'dit kan je niet
maken!Het welzijn van deze
kwetsbare groep mensen be
staat uit méér dan alleen een
goede verzorging. Een nette
huisvesting is daar net zo goed
een onderdeel van. Voor mensen
die hun vader of moeder naar
het verzorgings- of verpleeghuis
'oude stijl' moesten brengen,
was het geen prettig vooruit
zicht, laat staan voor de betrok
kenen zelf. Gelukkig is de over
heid op tijd wakker geworden
en konden we eindelijk iets
doen aan de ontstane situatie."
Stichting Curamus, waar de
Blaauwe Hoeve onder valt, pak
te de zaken meteen grondig aan.
In 2000 werd een plan gepresen
teerd van bijna twintig miljoen
euro. Samen met Woonstichting
Hulst en de Bouw Advies Groep
wilde De Blaauwe Hoeve de
huisvesting van de verzorg- en
verpleegpatiënten naar een veel
hoger peil brengen. Het terrein
en de kamers van de bewoners
zouden een ware metamorfose
ondergaan. Alle oude woonge
bouwen van De Blaauwe Hoeve
moesten plaatsmaken voor nieu
we gebouwen met appartemen
ten vol met de nieuwste techni
sche snufjes om het de senioren
zo gerieflijk mogelijk te maken.
Janse: „We wilden per se een
aparte slaapkamer, een volwaar
dige keuken en ruimte, vooral
veel ruimte. De oude kamers wa
ren niet eens berekend op een
rolstoel of een looprek."
Ook de woonomgeving van de
verpleeghuispatiënten, vaak
ook zwaar dementerend, moest
geheel worden omgevormd.
„Niet meer met zijn dertigen in
een groep, maar maximaal acht,
en iedereen een eigen slaapka
mer en een toilet. Vier patiënten
op een kamer, dat willen we
nooit meer meemaken." De geko
zen vorm voor nieuwbouw vat
Janse als volgt samen: „Eigen
lijk gaan we nu normaal doen.
Mensen laten wonen zoals ze
ook thuis woonden, waar ze be
zoek konden ontvangen in hun
eigen woonkamer, ruimte had
den voor logés, zelf hun potje
konden koken en de was doen.
De meest simpele dingen."
Zitmeubelen en
interieurstoffen van
internationale allure
Herenstraat 9 Segeersstraat 8
Middelburg S (0118)634133
www.antiekhandeldepagter.nl
van de knop wordt ook meteen
het inbraakalarm geactiveerd.
Wanneer iemand vervolgens
weer thuiskomt, wordt een ande
re knop gebruikt en de elektrici
teit doet het weer. Ook naast het
bed zijn dergelijke bedienings
panelen te vinden zodat alle lam
pen uitgaan en de verwarming
lager wordt gezet. Daarnaast is
het huis uitgerust met bewe
gingsmelders. Geeft het systeem
aan dat iemand thuis moet zijn,
maar is er al even geen bewe
ging geconstateerd, dan gaat
vanzelf het alarm af. Nog een
knap staaltje domotica is de au
tomatische verlichting in de bad
kamer. Zodra de deur opengaat,
floept het licht aan. Zoeken
naar een schakelaar in het don
ker is niet meer nodig.
De bewoners worden niet aan
hun lot overgelaten. Elke zorg
of dienst die ze wensen, kunnen
ze inkopen. Van tafeltje-dek-je
tot de wasservice. Maar zelf ko
ken en de was doen kan natuur
lijk ook. In de appartementen
mogen de bewoners nu ook huis
dieren houden, een hond of kat
op de kamer was in de oude si
tuatie ondenkbaar.
„Mijn zoon is best jaloers", zegt
de 87-jarige mevrouw Leen-
knecht. „Hij zei: als ik oud ben,
wil ik ook zo wonen. Het was in
het begin best even wennen,
maar ik woon hier nu ruim een
jaar en ik zou nooit meer terug
willen naar de oude situatie."
Sheila van Doorsselaer
De nieuwe appartementen (links) en de oude op het terrein van de Blaauwe Hoeve in Hulst.
foto's Peter Nicolai
vrouw M. Pica vet- Van Vliem-
berghe nam op 1 oktober 2003
de eerste sleutel van een zorg-
appartement in ontvangst. On
danks haar leeftijd woont ze
zelfstandig en binnenkort ver
huist zelfs een mevrouw van
ruim honderd jaar naar een van
de nieuwe appartementen.
Allerlei technische handigheid
jes zorgen ervoor dat de senio
ren gerieflijk en vooral veilig
zelfstandig kunnen wonen. Die
veiligheid begint al bij de alge
mene voordeur van het apparte
mentencomplex beneden. Met
hun telefoon kunnen de ouderen
horen wie er beneden aanbelt.
Willen ze ook zien wie er voor
de deur staat, dan hoeven ze en
kel de tv aan te zetten. Op het
stand by-scherm verschijnt een
video-opname. Met diezelfde te
lefoon kan via een andere knop
rechtstreeks het zorgpersoneel
worden gewaarschuwd mocht
er iets aan de hand zijn. Natuur
lijk zijn er geen drempels in de
appartementen en zijn de
(schuif)deuren extra breed zo
dat rolstoelen en looprekken
geen problemen opleveren.
Als de bewoners naar buiten
gaan, hoeven ze slechts een
knop in te drukken en de ver
warming stelt zichzelf wat lager
in en alle lampen en de elektri
sche kookplaat schakelen zich
zelf uit. Mocht iemand vergeten
zijn pannetje melk van de kook
plaat te halen, dan kan er niks
gebeuren. Met het indrukken
Slaapkamer met badkamer in het nieuwe appartementencomplex.
h de serie woonberoepen
staat wekelijks een beroep
°?het gebied van wonen
centraal. De meest
uiteenlopende personen
komen aan bod: van
stukadoor en architect tot
ambtenaar
welstandscommissie of
fóenwasser. Vandaag: de
wonumentenmakelaar.
foto Lex de Meester
Naam: Dolf van Dijk
Woonplaats: Middelburg
Beroep: Monumentenmakelaar
Belangrijkste gereedschap: Mijn kennis,
ervaring
Bouwkunst is altijd zijn hobby geweest. Voeg
daarbij een fascinatie voor geschiedenis en
het is duidelijk waarom Dolf van Dijk (38) monu
mentenmakelaar is geworden. Hij werkt in de he
le provincie met af en toe een uitstapje in de rest
van het land, maar dat zijn de uitzonderingen.
Het Zeeuwse biedt hem voldoende uitdaging.
De makelaar rolde tijdens zijn rechtenstudie in
Rotterdam in het vak. „Ik werkte wat bij voor een
makelaar en dat beviel me zo goed dat ik er in ben
doorgegaan." Hij was geruime tijd verbonden aan
grotere kantoren in de Randstad, maar kon zich
zelf daar op een gegeven moment niet meer in vin
den. „Ik wilde meer tijd in een object kunnen ste
ken als ik dat nodig vond en meer tijd in mijn
klanten. Omdat ik die fascinatie voor geschiede
nis heb, ben ik me gaan oriënteren op dat terrein
van de makelaardij. Ik had gedacht dat velen zich
daarmee zouden bezighouden, maar dat bleek
niet zo. Ik ben in Zeeland de eerste."
„Ik vind overigens dat Zeeuwen zich erg verdie
pen in de geschiedenis en de cultuur van hun pro
vincie. In de Randstad leeft men in het heden.
Wat er was, daar staat niemand echt bij stil. Ze
staan anders in het leven."
Gaandeweg verdiepte hij zich in de wereld van
het monument. „Ik heb door zelfstudie, en erva
ring natuurlijk, mijn kennis opgedaan. Bewoners
van een monumentenpand weten vaak heel veel
over hun woning. Soms testen ze je uit. Dan krijg
je vragen als wat is dit en wat is dat. Dan moet je
wel weten waar je het over hebt."
Van Dijk ontvangt zijn clientèle in zijn eigen huis.
Inderdaad, een monumentenpand aan de Nieuwe
Haven in Middelburg. Niet toevallig, want hij is
nu eenmaal verslingerd aan oude panden. „Ik ben
steeds 'ouder' gaan wonen. Dit huis is in 1580 ge
bouwd. De sfeer die erin zit, daar ben ik gevoelig
voor. Ik vraag me wel eens af hoeveel generaties
hier hebben gewoond. Je kunt ook de verschillen
de verbouwingen aflezen aan de diverse bouwstij
len in het pand. Dat geldt natuurlijk voor alle mo
numentale panden. Het zijn huizen met een ver
haal, een ziel. Je kunt zien. voelen dat er is ge
leefd." „In het begin vond ik het wel een eng idee
om klanten te ontvangen in mijn eigen woonka
mer, maar de reacties zijn positief. In de toekomst
wil ik wel iets zoeken waarin ik wonen en werken
op een andere manier kan combineren. Een pand
met een deur in het midden; rechts kantoor en
links wonen."
Een deur in het midden?
„Ik vind huizen met een voordeur in het midden
zo leuk. Links en rechts een kamer. Vraag me niet
waarom, maar ik vind dat erg leuk. Dat heb ik al
tijd gehad."
Het taxeren van een monumentenpand wijkt niet
zo af van een 'gemiddelde' taxatie vertelt Van
Dijk. „In de basis is het taxeren hetzelfde. Welke
woning je ook bekijkt. Ik zeg altijd dat je moet uit
gaan van drie punten: je eigen gevoel, het rekenen
(inhoud en oppervlak) en het vergelijken. Dat laat
ste is bij monumentale woningen wel eens lastig.
Als je kijkt naar huizen die pakweg na 1950 zijn
gebouwd, zie je meestal een woning of zes in een
rij. Dan kun je gaan vergelijken. Bij een monu
mentenpand is dat moeilijker. Er komt ook een
stukje gevoel bij."
„Het is altijd een verrassing wat je tegenkomt.
Niet zo zeer wat betreft prijs of grootte, maar
meer hoe is het ingedeeld. Wat hebben de bewo
ners er van gemaakt. Dat is het boeiende aan oude
huizen. Ze zijn niet rechtoe-rechtaan. Het interes
santst vind ik de ruimtes waar je niets mee kunt.
Ik bedoel dan een nisje, een kastje, een opkamer;
die maken zo'n huis spannend."
Van Dijk heeft ook nieuwbouw in zijn portefeuil
le. Moderne architectuur, industriële monumen
ten of niet voor de hand liggende objecten als bij
voorbeeld een kerkgebouw hebben ook zijn be
langstelling. „Ik denk dat ik ook gewoon van
schoonheid houd", concludeert hij.
Uitdagingen zijn er nog te over. „Oude landgoede
ren bijvoorbeeld, daar zou ik wel eens iets mee
willen. Maar ja daarin zit niet zoveel mutatie."
Glimlachend: „Paleis Soestdijk moet ook nog wor
den verkocht... Maar dat is wel buiten Zeeland."
Annemarie Zevenbergen