PZC
Over het lek wordt niet gelekt
H
het alfabet van Zeeland
vrijdag 14 januari 2005
Lezersredacteur A. J. Snel is
bereikbaar per post op het
adres van de
Centrale Redactie van de PZC,
Stationspark 28,
Postbus 31,
4460 AA Goes.
Telefonisch: 0113 - 315660.
E-mail:Lezersredacteur®pzc.nl
liet forum waarop lezers zich
kunnen uiten over actuele
zaken is bereikbaar via
internetwww.pzc.nl.
Krantenkoppen maken, dat is
een bezigheid, die tot merkwaar
dige resultaten kan leiden. De
samenstellers van het blad Onze
Taal weten daar alles van. Ze
hebben een bundel gemaakt van
merkwaardige koppen als 'Cri
minelen opereren in zieken
huis', 'Door rood en spook gere
den' en 'Bril Jamai onder de ha
mer'.
Melig
De laatste kop is hoogstwaar
schijnlijk gemaakt door een re
dacteur die een vrolijke bui had.
Zoals koppenmakers in melige
stemming kwamen met 'Hero
Cassis op de fles' en 'Opel Ka-
dett over de kop'.
In deze krant stond onlangs bo
ven een artikel: 'Aanrijding
door defect verkeerslicht'. Een
lezer maakte ons daarop op
merkzaam en gaf als commen
taar: „Er rijden niet zoveel ver
keerslichten op 's heren wegen
rond, dus als er een keer een ver
keerslicht een aanrijding veroor
zaakt, dan is dat de moeite van
het vermelden waard. Uit de
tekst blijkt dat een automobilis
te gewond is geraakt als gevolg
van een aanrijding met een ande
re auto."
De lezer heeft gelijk.
Soms is de druk op een redactie
groot en zo ontstond ooit, in het
zicht van de deadline, het op
schrift:
'Kapitein gezonken
schip verdronken'
door A.J. Snel
Het is een fenomeen waarover de
ene partij des duivels kan worden
en de andere zich verblijdt: lekken. Be
stuurders en leidinggevenden in alle mo
gelijke organisaties spreken er schande
van als er weer eens is gelekt. Zij roe
pen dat de verantwoordelijke voor het
lek zal worden opgespoord en ervan zal
lusten. Journalisten, die prettig gebruik
gemaakt hebben van de uitgelekte infor
matie, glimlachen bij die gelegenheden.
'Jullie sporen maar een eind op; dat
voert je toch naar nergens', denken ze.
Sinds kort dénken ze dat niet allen
meer, ze wéten het ook. Uit wetenschap
pelijk onderzoek is namelijk gebleken
dat informanten die de pers een handje
helpen met het boven water krijgen van
feiten vrijwel altijd anoniem blijven. Be
stuurskundigen van de Radboud Univer
siteit in Nijmegen hebben journalisten
van stads- en regioredacties van vijftig
Nederlandse dagbladen ondervraagd
over hun ervaringen met lekken.
Verbazing
De uitkomst dat de anonieme informan
ten vrijwel altijd buiten schot blijven,
verbaasde de wetenschappers. Dat is op
merkelijk. Het is immers logisch dat ver
tegenwoordigers van de media zwijg
zaam zijn over de identiteit van mensen
die onder geheimhouding materiaal heb
ben aangereikt. Lekken over het lek is
een journalistieke doodzonde. De jour
nalist die de naam van zijn stille infor
mant wereldkundig maakt, verbrandt
zijn schepen achter zich. Hij zwijgt dus
en verheugt zich in stilte. Morele proble
men heeft hij niet met zijn handelwijze,
zo^werd uit het onderzoek duidelijk.
Omgaan met en gebruikmaking van lek
ken hoort bij het vak. En het lek zelf
zou wel gek zijn als hij lekt dat hij ge
lekt heeft.
In 63 procent van de gevallen leidt het
doorspelen van vertrouwelijke informa
tie tot een publicatie. De informanten
zijn vaak mannelijke ambtenaren uit
het middenkader, maar ook raads- en
statenleden kunnen er wat van. Heel
vaak spelen ze journalisten vertrouwe
lijke informatie toe zonder dat daarom
is gevraagd. Het lekken gebeurt monde
ling, maar ook worden wel schriftelijke
stukken, die zijn voorzien van met het
stempeltje 'geheim', overgedragen
Voor journalisten is het heel plezierig
als gelekt materiaal op schrift staat en
dus ongewild geformaliseerd is. Ze hoe
ven zich dan niet al te zeer het hoofd te
breken over de vraag wat de drijfveren
van de informant zijn en op welke ma
nier de inlichtingen worden ingekleurd.
Wordt aan een vertegenwoordiger van
de media een rapport toegespeeld en
weet hij de echtheid daarvan vast te
stellen, dan beschikt hij over objectieve
gegevens. Waarom die zijn gelekt, doet
dan minder te zake.
Motieven
Ambtenaren, politici en andere anonie
me verstrekkers van geheime feiten,
hebben vaak nobele motieven, zo wordt
duidelijk uit het universitaire onder
zoek. In bijna zeventig procent van de
gevallen is het de bedoeling een mis
stand aan de kaak te stellen. Beschadi
ging van personen is veel minder vaak
het oogmerk. Dat is mooi, maar wie in
de praktijk van het journalistieke am
bacht wel eens met lekken te maken
heeft gehad, weet dat er ook nogal wat
andere, iets minder verheven beweegre
denen zijn. Er wordt gelekt door men
sen die er behoefte aan hebben tenmin
ste in beperkte kring duidelijk te ma
ken dat ze goed op de hoogte zijn van
allerlei kwesties; er wordt gelekt door
mensen die hopen op die manier enig
krediet op te bouwen bij de journalist
die ook over hen schrijft; er wordt ge
lekt omdat er een zekere mate van sym
pathie bestaat tussen de informant en
de journalist; er wordt gelekt om politie
ke doeleinden te behalen of politieke te
genstanders de voet dwars te zetten.
Gemiddeld krijgt een journalist op de
stads- of regioredactie van een krant
een tot twee keer per maand vertrouwe
lijke gegevens te zien of te horen, zo
heeft de Radboud Universiteit vastge
steld.
Uit het onderzoek wordt niet duidelijk
foto Dirk-Jan Gjeltema
wat journalisten doen om hun bron te
beschermen. Dat is niet zo vreemd.
Vaak worden methoden gebruikt die
verder gaan dan alleen maar zwijgen,
maar over die handigheden zelf laten
journalisten zich als regel niet uit: een
enkel geheim wordt als het even kan
binnen de smederij gehouden.
Advies
Een advies tegen lekken valt heel mak
kelijk te bedenken. Overheden en instel
lingen, managers en ambtenaren, doen
er verstandig aan mee te Werken aan
openheid in de samenleving. Besluitvor
ming, zeker die van de overheid, moet
te doorgronden zijn en steunen op helde
re argumentatie. Wie binnen een organi
satie zelf openheid bewerkstelligt, op
ordentelijke wijze opereert, binnen de
grenzen van het betamelijke blijft en
kwalitatief hoogwaardig werk levert,
heeft geen lekken te vrezen.
De huisartsen in Zeeland voerden deze week actie. Meer dan ge.
woonlijk verwezen ze hun patiënten door naar specialisten. Opj,
manier wilden ze aantonen dat minister Hoogervorst van Volksg
zondheid, Welzijn en Sport een verkeerd beleid voert. Op Fon®
digitale zeepkist van deze krant (www.pzc.nl) PZC werd rereag^
op de acties. En er werden opvattingen gegeven over de beslissi
van het Middelburgse raadslid Steketee om uit de Socialistische
Partij te stappen en onder de vlag Middelburg Attent! door tegj
Ophef
Maja had bij de acties van de huisartsen haar bedenkingen: Ik|
loof dat een huisarts, die een goede band heeft met zijn patiënt
het vertrouwen niet op het spel zal zetten. Een arts, die wela;
ze actie meedoet en de patiënt(e) te makkelijk doorverwijst, z[
vroeg of laat toch weer met deze patiënt geconfronteerd worden
Ook kan er bij deze arts geen waarde meer gehecht worden aand
'afgelegde eed'. Een patiënt van zo'n huisarts kan dan alleen mg
blij zijn met zijn/haar verwijsbrief je voor een specialist. Het wee
'ophef' is hier dus niet op zijn plaats. Het woord 'bezorgdheid'
klinkt dan wat genuanceerder."
Jan Hundscheid schaarde zich achter de artsen. „Het gaat om i
gematigd protest tegen het beleid van de regering, dat er öpis
richt om de kwaliteit van de huisartsenzorg in Nederland te vè)
gen, in plaats van deze minstens op het huidige peil te houden,
is dus in het belang van de patiënten om 'hun' vertrouwde huia
te steunen in hun protest. Ik doe dat in ieder geval wel."
Raadslid
Een Forumbezoeker, die onder de naam Zeeland optreedt, v
delijk afwijzend over de beslissing van het raadslid Steketeel
neer iemand zijn lidmaatschap van een partij opzegt, dient hijoi
op te stappen en niet uit eigen belang te blijven zitten op een zelf
die eigenlijk van een partij is en niet van een individu. Maarwtl
maakt het eigenlijk uit op wie of wat je stemt? Belazerd wordeai
toch wel!"
Dat laatste viel verkeerd bij J. de Kraker. Die citeerde metgrany
schap de laatste zin van Zeeland, 'belazerd worden we toch wel'
gaf als commentaar: „Welja het peil daalt weer naar het typisch
forum/ingezonden brieven-schrijvers-niveau. Het valt me meed!
de politici niet weer zakkenvullers worden genoemd. Dat laatste
de geachte schrijver wel vergetén zijn. Feit is dat we niet wetenJ
de kiezers op de persoon in Middelburg stemden of op de SPalsp
tij. Als de mensen op de persoon stemden, mag de man best inde
raad blijven. Wel is het triest dat de man zijn zetel aan de altijd
zeer actieve vrijwilligers van de SP te danken heeft. Veel belang
ker dan gedane beloften vind ik het principe dat een persoon te
allen tijde als persoon in een raad mag zitten."
De Politieke Partij Middelburg (PPM) mengde zich in de discuss
en ging in op een verwijt dat mevrouw Van den Boogaart via eet
analyse in de PZC trof. Van den Boogaart stapte eerder uitdeSl
schaarde zich in de rijen van de PPM. Die partij verdedigde haai
met de stelling dat zij de overstap maakte met steun van eengro
deel van haar achterban. „Daarbij stond centraal dat zij haarvc
de verkiezingen reeds uitgedragen visie niet meer kwijt konbiji
SP, maar wél bij de PPM."
Citaat:
Het inzicht van één ogenblik is soms evenveel waard als
de ervaring van een heel leven.
O. Holmes
Inburgering?
Van wie?
PZC