De trombone kan zó veel
In de studio blijft weemoed mijn thuishaven
Jörgen
van
Rijen
Nick Drake wordt
langzaam een legende
25
Armand, de eeuwige discipel van de joint
Raymond
van het
Groenewoud
woensdag 15 december 2004
Jörgen van Rijen (29) is al zeven jaar solotrombonist van het Concertgebouworkest.
foto Fritz Kok/GPD
et Amsterdamse
Concertgebouwor
kest stroomt leeg
na het wekelijkse lunchcon
cert. Bij de artiesteningang
staat Jörgen van Rijen. Hij is
pas 29, maar al zeven jaar so
lotrombonist van het Concert
gebouworkest en zes jaar do
cent aan het Rotterdams Con
servatorium.
Aanstaande donderdag ont
vangt hij uit handen van
staatssecretaris Medy van
der Laan van Cultuur de Ne
derlandse Muziekprijs. Het is
de kroon op twee jaar nijvere
studie. Want de Nederlandse
Muziekprijs krijg je niet, die
moet je verdienen.
Kandidaten voor de Nederland
se Muziekprijs moeten eerst au
ditie doen bij een commissie van
wijzen uit de muziekwereld. Als
ze worden toegelaten krijgen ze
een mentor toegewezen en ma
ken ze samen met de commissie
een studieplan. Aan het eind
van het traject is er een open
baar concert waarbij de commis
sie aanwezig is. Die beoordeelt
of de kandidaat goed genoeg is
om de prijs te krijgen.
Twee jaar lang is Van Rijen
naast zijn orkestbaan de wereld
afgereisd en heeft hij alle hoe
ken en gaten van het trombone
vak afgetast. „Ik wilde vooral
dingen doen die ik anders niet
zou doen." Zo reisde hij een
paar weken af naar Lyon om
zich daar in de baroktrombone
te verdiepen. En zo toog hij naar
Chicago om uit de eerste hand
de geheimen van de beroemde
plaatselijke koperblaasschool te
vernemen.
Vaste oefenstof
Twee jaar had hij les van cellist
Anner Bijlsma. Bij hem bestu
deerde Van Rijen onder andere
de cellosuites van Bach, vaste
oefenstof voor trombonisten.
Les kreeg Van Rijen ook yan fe
nomeen Christian Lindberg, de
enige trombonist die van het so
lo spelen kan leven. „Normaal
gesproken heeft Lindberg geen
leerlingen maar hij heeft mij
een paar dagen uitgenodigd in
zijn huis in Stockholm. We heb
ben van 's ochtends vroeg tot
's avonds laat gewerkt. Vooral
aan de talloze stukken die spe
ciaal voor Lindberg zijn gecom
poneerd. Daar is ook een aantal
theatrale stukken bij waarin je
behalve moet blazen ook moet
springen, zingen en dansen."
Om bij het uitvoeren van die
laatste werken niet als een
'beunhaas' ten tonele te verschij
nen, consulteerde hij een profes
sionele regisseur.
Acht jaar was Van Rijen toen hij
met trombone spelen begon.
Zijn armen waren nog te kort
om de schuif te bedienen en dus
kreeg hij een instrument met
ventielen. „Zelf kan ik het me
niet meer herinneren maar ik
schijn al vanaf mijn vierde ge
roepen te hebben dat ik trombo
ne wilde spelen. Mijn vader was
voorzitter van een harmoniege
zelschap en als klein knaapje
ging ik dan mee naar de repeti
ties. Ik denk dat ik werd gefasci
neerd door die grote schuif
maar ook door het geluid."
Op het Rotterdams Conservato
rium kwam Rijen in een warm
bad. Met zijn medestudenten
was hij vanaf het eerste moment
de beste vrienden. „We deden
alles samen, studeren maar ook
naar de kroeg gaan. Ondertus
sen waren we ook eikaars con
currenten. Maar haat en nijd
was er nooit. We waren tevre
den als één van ons bij een proef
spel won." Samen vormen ze
nog steeds het Nieuw Trombone
Collectief. Dat gevoel van saam
horigheid hoort wel een beetje
bij trombonisten, vindt Van
Rijen. „In het orkest hebben we
weinig solo's, we moeten het
echt samen doen."
Van Rijen studeerde met een 10
af aan het conservatorium. Op
zijn 22ste zat hij al in het Con
certgebouworkest. Heeft dat
niet iets beangstigends om zo
jong al aan de top te zitten? De
vraag wordt hem vaker gesteld
maar Van Rijen vindt van niet.
„Het heeft natuurlijk niets met
carrièreplanning te maken. Zo
een plaats in het Concertge
bouworkest komt misschien
maar één keer in mijn leven vrij.
Wanneer die kans zich voordoet
is dat alleen maar fantastisch.
Als muziek je vak is, kun je geen
betere plek wensen. We spelen
onder de beste dirigenten en
met de grootste solisten in één
van de beste zalen van de we
reld."
Ambities zijn er nog genoeg. „Ik
soleer nog niet elke week bij het
Concertgebouworkest of de Ber
liner Philharmoniker", zegt hij.
En er is nog veel werk te verrich
ten om zijn instrument meer be
kendheid te geven. „Op de trom
bone is zoveel mogelijk. Je kunt
er prachtig barok mee spelen
maar je kunt er ook heel mooi
op zingen. Veel mensen weten
dat niet. Als solo-instrument is
de trombone nog weinig be
kend."
Virtuoos
Wie de reikwijdte van het reper
toire wil ervaren kan terecht bij
Van Rij ens nieuwe cd op het la
bel Channel Classics. Daarop
speelt de trombonist werk van
17e-eeuwer Biber maar ook
gloednieuwe stukken.
Tijdens het concert waarop hij
de Muziekprijs krijgt uitgereikt,
speelt hij samen met zijn eigen
orkest Berio's 'SOLO'. Na Lind
berg, voor wie het geschreven is,
is hij de eerste die het uitvoert.
„In dat stuk zit bijna alles wat
op de trombone mogelijk is. Het
is heel virtuoos maar er zitten
ook prachtige lyrische momen
ten in." Van Rijen gaat op huis
aan. Er moet hard gestudeerd
worden.
Winand van de Kamp
Jörgen van Rijen krijgt de Nederland
se Muziekprijs morgen uitgereikt tij
dens een concert met het Concertge
bouworkest o.l.v. Ed Spanjaard in
het Concertgebouw in Amsterdam.
Aanvang: 20.15 uur.
Armand werd in de jaren zes
tig 'De Nederlandse Bob
Dylan' genoemd. De overeen
komsten: gitaar, mondharmoni
ca en protestliederen.
Met 'Ben ik te min' (aanvanke
lijk een b-kantje) werd hij in
1967 voor eeuwig beroemd.
Door dat lied kon hij enige tijd
leven als een vorst, het podium
delen met internationale pop
sterren en de rest van zijn leven
daarop teren.
Op de dvd Hoezo ik te min
treedt hij op in een café in Bre
da, in 2003. Het publiek kletst
dwars door zijn repertoire heen,
maar dat kan de oude hippie
niet deren.
Gegroefd gelaat, flower po
wer-shirt aan, lang rood haar en
uiteraard onder invloed.
Armand was, is en blijft waar
schijnlijk tot zijn laatste adem
de discipel van de joint, de mis
sionaris van de 'stuff'. Hij zingt
over 'Blommenkinders', 'Heilige
hasjiesj', 'Op de tandem naar
Marokko', rijmt zich met het pu
bliek door het alfabet, houdt
een pleidooi voor LSD in het
drinkwater en krijgt de meute
enthousiast met 'Ben ik te min'.
Hij zingt in '40 jaar' over zijn
'geestelijke ravage' en zijn 'ver
sleten bagage'. En zo is het
maar net. Hij giechelt om zijn ei
gen woordenstroom en neemt
tot slot een indrukwekkende
blow. Het is allemaal alsof een
tijdmachine de jaren zestig be
zoekt.
Het is mooi dat Armand onver
moeibaar blijft optreden, al
neemt het rariteitsgehalte met
het jaar toe.
Maar ja, is Bob Dylan nu nog
net zo relevant als hij vroeger
was?
Fred Hoogendoorn
Armand: Hoezo ik te min (Alpha
Centauri!Music Products) Extra: 2
clips, gedicht Simon Vinkenoog en
Arm,and op bezoek bij Vinkenoog
Tijdsduur: ruim een uur
De echte waardering voor
een artiest komt vaak pas
na diens dood. Dat geldt zeker
voor Nick Drake. In 1974 over
leed de Britse singer-songwriter
op 26-jarige leeftijd aan een
overdosis van het antidepressi
vum Tryptisol. Drie wonderscho
ne albums liet hij na, maar een
ster was hij niet. Dertig jaar na
zijn overlijden groeit de belang
stelling voor zijn breekbare, in
getogen muziek nog immer. Van
daar dat onlangs weer een com-
pilatie-cd uitkwam: A Treasury.
Nick Drake wordt vaak herin
nerd als een verlegen en terugge
trokken jongen. Dat is maar
deels terecht, zegt z'n zestigjari
ge zus Gabriëlle Drake. Zeker,
de laatste jaren van zijn leven
was Nick Drake depressief.
Maar vooral herinnert zij zich
haar broer als intelligent,
scherp, integer en met een pret
tig gevoel voor humor.
Als artiest kende Nick Drake
nauwelijks populariteit. Zijn
muziek is niet bepaald hitgevoe
lig, singles zijn er ook nooit van
hem verschenen. Tot dit voor
jaar een opgepoetste versie van
'Magie', een nummer dat zijn de
buutalbum Five Leaves Left
niet haalde, op single werd uit
gebracht en het tot de 32e posi
tie in de Britse singlelijst schop
te.
Naast haar werk als professio
neel actrice, bemoeit Nick Dra
kes enige zus zich tegenwoordig
intensief met de muziek van
haar overleden broer. Ze bezit
alle tapes van Nick en houdt
zicht op alle releases. Met de sa
menstelling van A Treasury
heeft Gabriëlle Drake zich overi
gens nauwelijks bemoeid. Op de
nieuwe cd staat een selectie van
veertien songs van zijn drie al
bums Five Leaves Left (1969),
Bryter Layter (1970) en Pink
Moon (1972), aangevuld met ge
noemde versie van 'Magie', zo
als die op het Made To Love Ma
gic-album staat.
Gabriëlle Drake: „Ik vind het
lastig om nummers te selecteren
voor zo'n verzamelalbum, dus
dat laat ik liever over aan ande
ren. Wel heb ik me intensief be
ziggehouden met Made To Love
Magic. Nick was nogal kritisch
op de dingen die hij uitbracht
en voor die plaat moesten be
langrijke artistieke beslissingen
genomen worden. Over 'Magie'
bijvoorbeeld. Dat heeft Nick
nooit uitgebracht omdat hij on
tevreden was over het arrange
ment. Maar onlangs bleek dat
zijn muzikale vriend Robert Kir-
by nog een ander arrangement
van 'Magic' had liggen. Met dé
moderne techniek bleek het mor
gelijk om Nicks zang toe te voe^
gen aan dat andere arrange
ment. Zodoende is 'Magie' nü
een song, waarvan ik denk da}
Nick er achter staat."
Volgens Gabriëlle had broer
Nick alles in zich om succesvol
te worden. „Hij was heel muzie
kaal, maar had ook een enorm
charisma. Hij was de waarne--
mer. Uit zijn songs blijkt ook
hoe geweldig hij vanuit die ob
servaties het leven kon beschrijf
ven."
De depressieve kant van Nick
kwam pas de laatste jaren wat
meer naar boven, zegt Gabriëlle
Drake. Toch wordt die kant
vaak benadrukt. „Dat is een
beetje de tragedie van Nick. Het
lijkt wel of mensen denken dat
zijn prachtige liedjes voortkwam
men uit zijn sombere stemmin
gen, maar dat is niet zo. Nick
was de laatste paar jaar van zijn
leven depressief, maar in die pe
riode was hij ook het minst pro
ductief. Hij was bang dat hij
zijn creativiteit was verloren. Ik
denk dat iedere artiest wel eens
een dip heeft, maar Nick was
bang dat het over was. En dat
maakte hem nog somberder, het
was een vicieuze cirkel."
Impulsief
Die laatste jaren trok Nick Dra
ke zich erg terug, herinnert
Gabriëlle zich. Op 25 november
1974 vonden zijn ouders hem
dood in hun woonkamer. Nie
mand weet zeker of hij bewust
zelfmoord heeft gepleegd. Ook
zus Gabriëlle niet. „Ik denk niet
dat Nick een echte doodswens
had. Wel was hij in die tijd on
verschillig en bovendien erg im
pulsief. Mijn ouders hielden con
sequent medicijnen bij hem van
daan. Toch heeft Nick op een
nacht een grote hoeveelheid
Triptysol genomen, een pijnstil
ler waarvan wij niet wisten dat
het fataal kon zijn. Ik geloof
niet dat Nick het echt gepland
heeft, misschien had hij op het
moment zoiets van 'wat kan het
me schelen, voor mijn part ga ik
dood'."
Nick Drake wordt langzaam een
legende. Zijn populariteit is ge
staag gegroeid. Niet alleen bij
het publiek, ook grote acts als
R.E.M., Paul Weller, Coldplay
en acteur Brad Pitt zijn grote
fans van Nick Drake.
Han Neijenhuis
)aymond van het Groenewoud, de bijna
.v55-jarige godfather van de Belgenpop,
«breekt na een interviewpauze de stilte en
fcsenteert de melancholieke verzamel-cd
's. Met zijn maatje, de Brabantse
asofonist Bertus Borgers, staat de grillige
Minnezanger weer in de theaters.
kt speeksel was op. Rond zijn vijftigste gaf
«ymond van het Groenewoud het ene diep-
Hnterview na het andere. „Best boeiend
|1elevensverhaal te vertellen, maar niet
weer", zegt de inmiddels 54-jarige
muzikant en liedjesschrijver. Na
tijdje kreeg hij het toch op z'n zenuwen,
«tal die anderen wel aan bod kwamen en
met. Interviews mogen nu weer, ook al
erraadt hij daarmee zijn ijdelheid en ambi-
'M-ihet Groenewoud, telg uit een Amster-
^ms-joods gezin, groeide op in het Brussel-
schaarbeek, maar woont sinds jaren in
e provinciestadje Brugge. Zijn monumen-
c grachtenappartement biedt fraai uit
slover de historische stad. Een zwarte
«.gitaren en een absurdistisch schilde-
eren de living. En veel kinderspeel-
De grootmeester van de Vlaamse pop,
^nelijke, magere man met ondeu-
Le twinkeloogjes, werd twee jaar gele
erde derde keer vader.
^er^e zoon, is ontsproten uit een
Lje rehtie. Omdat hij intensief deel-
aan 'de beslommeringen van het va-
aP schiet liedjes schrijven er even bij
Godfather van de Belgenpop
in. Een jongen uit Schaarbeek uit 2001 is
het laatste studioalbum. Als tussendoortjes
verschijnen nu de dvd Live in Antwerpen,
met het theaterprogramma Schweinhund,
en de cd Ballades, een indrukwekkende ver
zameling ballades, geselecteerd uit twintig
albums en zestig singles, waaronder kippen
velnummers als 'Twee meisjes' (1996) en
'Bij jou te zijn' (1998) en het onvermijdelij
ke 'Je veux de 1'amour'de klassieker uit
1980 waarmee de Vlaming ook in Neder
land zijn reputatie als vrouwengek vestigde.
De nieuwe single heet 'Zoals gewoonlijk',
een bewerking van Claude Francois' 'Com-
me d'habitude', een schrijnend relatiever-
haal. Op Ballades is Van het Groenewoud
de melancholieke songsmid, een grillig ro
manticus, soms in de traditie van Leonard
Cohen ('Lied van de zee'), dan weer Radio-
head ('Bij jou te zijn') of The Byrds ('Bleke
Lena'). Maar op de achtergrond schuilt
steeds het rockbeest. „Op het podium ga ik
graag als een onnozele tekeer, maar op mijn
platen staat ook veel breekbaar werk. Wee
moed is mijn thuishaven. In Nederland heb
ik bij het grote publiek een Popie Jopie-ima-
go, vanwege de hits waarschijnlijk."
De gospelsong 'Liefde voor muziek
(olé-ola)' bijvoorbeeld, de carnavalskraker
van 1991. Na deze nummer één hit belandde
de Belg in Nederland in het 'foute feestten
tencircuit'. „Dorpsfeesten bleken dégoutan
te heksenketels vol laveloze, vaak baldadige
mensen die met moeite nog net de hit her
kennen. De schilderijen van Jeroen Bosch
waren er niets bij. Het was beangstigend en
vernederend, we hadden daar niets te zoe
ken, ik ben geen stompzinnig entertainer,"
Maar de Vlaming heeft geen spijt van 'Lief
de voor muziek'. „Ik moet onderkennen dat
het mij het leven langs materiële weg een
stuk makkelijker heeft gemaakt." Een an
der 'imago-misverstand'. Van het Groene
woud mag dan timide zijn, bescheiden is hij
beslist niet. „Ik citeer graag Céline: 'je kunt
niet bang genoeg zijn voor de mens'. Ik ben
waarschijnlijk wat onderkoeld en terughou
dend naar vreemden, maar dat heeft niets
met bescheidenheid te maken. Ik durf ge
rust te zeggen dat ik mezelf in de Neder
landstalige popmuziek de enige écht interes
sante artiest vind. Als dat niet onbeschei
den is!"
Natuurlijk zijn er wel figuren die een inspi
rerende rol spelen in zijn 'universum', zoals
Chet Baker (de intensiteit), Bob Dylan (de
gedachtegang), Kamagurka (de gekte), Lou
Reed (de aanpak), Cesaria Evora (de stem).
En eerlijkheidshalve moet ook Peter Koele-
wijn genoemd worden, misschien wel de eni
ge echte vader van de nederrock. „'Kom van
dat dak af' heeft me erg op weg geholpen."
Na het 'Liefde voor muziek'-debacle ver
langt Van het Groenewoud naar een 'be
schaafd' publiek, dat op stoelen zit en de
moeite neemt om naar hem te luisteren. Hij
belandt in het theater met zijn begeleidings
band De Straffe Mannen, en als duo met
Bertus Borgers. De saxofonist en zanger,
toevallig oud-kompaan van Koelewijn en
eveneens Eindhovenaar, is al tien jaar Straf
fe Man en Van het Groenewouds 'muzikale
buddy'.
„We zijn aan elkaar gesmeed als duo. Hij
voelt feilloos aan wat hij wel en, vooral, wat
hij niet moet spelen." Veteraan Borgers
speelde eerder met onder meer Sweet d'Bus-
ter en Herman Brood en is directeur en me
deoprichter van de Tilburgse Rockacade
mie. Met Bertus Borgers wil Raymond in
2006 akoestisch langs de theaters trekken
onder de titel 'Weemoed', naar het Tilburg
se café, waar de Vlaming ooit een paar pret
tige uurtjes vertoefde.
„Ik zou het stilletjes aan anders willen aan
pakken. Met minder verplichtingen. Ik
treed jaarlijks honderd keer op, ben
non-stop troubadour en met een grote crew
op pad. Dat begint te wegen. Ik wil blijven
koken met muziek en tekst, maar met een
ander recept. Financieel kan ik me wel wat
veroorloven, ik hoef geen hits meer. Ik kijk
uit naar de periode dat ik thuis urenlang on
gestoord aan de piano kan werken. Mis
schien kom ik wel bij iets klassieks of ethe
risch uit. Allez, er komen nog constant
nieuwtje deuntjes opborrelen, vooral als ik
's nachts ga wateren. Daar word ik nog
steeds blij van, Het zijn meestal kinderlijk
eenvoudige melodietjes, die een beiaardier
zou kunnen spelen."
Dieter van den BergH
De cd Ballades en de dvd Live in Antwerpen ver
schijnen in januari in Nederland.
Raymond van het Groenewoud is ook nog te ho
ren: 17 dec. Eindhoven Muziekcentrum (theater); 6
t/m 8 jan Antwerpen, Rataplan; 10 jan. Antwerpn.
de Bitterpeen.