Dit is een tijd van
machteloosheid
Schoolplaten die doen verlangen naar tempo doeloe
>ZC
EIGENLIJK zit er iets ongepast in om een
De jongensjaren van 't Hart
De gesloten
kring van
Jonathan Coe
woensdag 1 december 2004
verslag te lezen van een reis van iemand anders. De ongenode gast -
dat gevoel. In Het wekkertje van 23:34 van Mario Molegraaf komt
een reis voor die de vriend van de overleden Hans Warren met zijn
nieuwe liefde door het zuiden van Spanje maakt. Onder andere.
Die reisberichten zijn op zichzelf niet om over naar huis te schrij
ven. Maar als je als lezer het gevoel krijgt dat de schrijver zelfs in je
eigen hotelkamer zit te schrijven, wil je het boek wel even wegleg
gen. Niet voor lang uiteraard.
Met zijn vrouw vertrekt Mario Molegraaf op 4 mei 2004 van Schip
hol, zo goed als zeker naar Madrid, huurt daar een auto, die hij la
ter 'een vette Opel Vectra' noemt, 's Avonds is het prille stel in Va
lencia.
Hij is voor het eerst in Spanje, is vooral geïnteresseerd in touristica
en schilderkunst. Daarom is het eten, het landschap, de manier
waarop Spanjaarden zich gedragen, een terugkerend onderwerp.
En al reizend denkt Mario aan Hans en Hans en Hans, maar Iris
mag er ook zijn.
Via Murcia rijden ze naar Granada. Ontdekken de stad, maken een
tochtje naar de Sierra Nevada. Natuurlijk zien ze het Alhambra. Op
11 mei rijden ze van Granada naar Cordoba. Het hotel waarin ze
daar logeren is bekend. Daarna is de route met de kaart in de hand
even niet zo gemakkelijk te volgen. Ze gaan in ieder geval naar Se-
villa, vermoedelijk zijn ze daar aangekomen op 13 mei.
Opvallend is dat in dat stukje een
bezoek aan Ronda genoemd wordt.
Mario en Iris hebben daarom mis
schien niet de grote weg (met de
-w-| oleanders) van Cordoba naar Sevil
le "I 7 f* Tl la via Antequera genomen. De veel
zuidelijker route via de onvoorstel
baar indrukwekkende bergen?
Waarom wordt dan dat'gebied van
de witte dorpen' niet genoemd?
Zouden ze dan de doorgaande weg
hebben verlaten met een kort bezoek aan Ronda en dan via Arco de
la Frontera naar Sevilla? Zonde eigenlijk.
Twee dagen later vermeldt Molegraaf de aankomst in Guadelupe -
ze zijn dus op de terugweg. Via Toledo en na een dag of halve dag
Madrid zijn ze op 18 mei 's avonds op Schiphol. Veilig en wel.
In Guadelupe hebben ze niet alleen in het mooiste hotel gelogeerd,
maar kregen ze de kamer met het bekende bed. Je ziet de kathe
draal voor je. Even lag, al lezend, op de kamer ernaast tot 2 uur een
Spaans echtpaar naar een stierengevecht kijken om de nacht te ver
volgen met een doordringend ronken. Zalig.
's Morgens voor het vertrek naar Toledo bezoeken de reizigers de ka
thedraal van Guadelupe. Een verstandige benadering. Zoals ieder
een wordt het echtpaar met een groepje toeristen in grote vitesse
door de zalen met prenten, boeken en reiligieuze voorwerpen ge
loodst. Waarna op de trappen achter het hoogkoor een gediplo
meerd priester de rondleiding overneemt en de Maagd van Guadelu
pe zich vertoont. Allen in aanbidding. Mario is aangedaan. Wie niet
- heel Zuid-Amerika heeft deze Maagd leren aanbidden.
Er is in dit reisverslag van een vriend van een dichter nog iets raad
selachtigs. Een gemis: in Granada, of beter een eindje buiten Grana
da, hadden ze het huis van de dichter Garcia Lorca kunnen bezoe
ken. Vergeten of niet vermeld? En in Ronda bracht de dichter Rai-
ner Maria Rilke in Hotel Reine Victoria een winter door. Zijn hotel
kamer is nog intact. De lezer had het nog wel eens willen meema
ken.
Ach, het is eigenlijk onbetamelijk om een reis mee te willen maken
waarvoor je niet gevraagd bent.
Lo van Driel
Maandag wasdag, zaterdag rije van Rijns wou. Bij de diverse
in bad en op zondag met kabinetten hangen citaten uit
z'n allen naar de kerk. Gemeen- De steile helling, zoals het ge-
temuseum Maassluis heeft het dichtje dat de vader van Maar-
boek De steile helling (1988) ten 't Hart altijd reciteerde: 'O,
van Maarten 't Hart als uit- donderdag, o schoonste dag der
gangspunt gekozen voor een ten- dagen, des morgens nog een hal
toonstelling over het leven in de ve week, en 's avonds nog twee
jaren vijftig. dagen.' De schoolklas die hier-
'Een boek komt tot leven: de bij is ingericht, werd geleend
jeugd van Maarten 't Hart' laat van het Schoolmuseum in Rot-
tot en met 16 mei 2005 het star- terdam. „Iedereen moest op za-
re weekritme zien van vlak na terdag in de teil. Moeder zette al-
de oorlog. Maar ook de zestigste tijd eerst de deur klem met een
verjaardag van de in Maassluis stoel, voordat ze zelf een bad
geboren schrijver wordt ermee nam", verklaart Van Rijns wou
gevierd. de deur in het zaterdagdecor.
De tentoonstelling is niet alleen „Maarten mocht op zaterdag al-
interessant voor de (oud)inwo- tijd met zijn vader mee naar de
ners van Maassluis. Generatiege- brandweerkazerne, want daar
noten van de schrijver zullen on- kon je gratis douchen, vandaar
getwijfeld met hun eigen jeugd- de uniformen aan de muur. Na
herinneringen worden gecon- het middageten werd er gebe-
fronteerd bij het zien van een ty- den, maar nog voordat 'amen'
pische jaren vijftig keuken, huis- geheel was uitgesproken, wer-
kamer, schoolinterieur of het den de handen al uitgestoken
speciale 'kammenbakje' naast voor het zakgeld. Dan spurtte
de spiegel in de gang. Maarten altijd snel naar de
In het Gemeentemuseum wor- snoepwinkel." Een replica van
den de zeven dagen van de week deze winkel is voor de gelegen-
getoond, zoals 't Hart deze moet heid nagebouwd,
hebben beleefd. Zoals maandag, Eva Crouwell
wasdag. „Maarten 't Hart vindt
dit de minst leuke dag van de 'Een boek komt tot leven: de ieu9d
week. Want zijn moeder was zo mn Ma^ten "SsT."
seum Maassluis, Zuidaijk 16-18,
druk, dat ze met zong onder het Maassluis. Open: dinsdag t/m zon-
werk", vertelt conservator Ma- dag 14.00-17.00 uur.
an Jonathan Coe ver
scheen deze maand
een nieuwe roman,
De gesloten kring, over het
hedendaagse Engeland en de
gevolgen van de politiek van
Blair. Een gesprek met een
schrijver die toe moet geven
dat hij de afgelopen jaren
door de gebeurtenissen in
zijn land alleen maar cyni
scher is geworden: „Mensen
hebben geen vertrouwen
meer in politiek en hun lei
ders."
Hij vraagt: „Hoeveel belas
ting betaalt iemand maxi
maal in Nederland?" Jonathan
Coe (geboren in 1961 in Birming
ham) is oprecht geïnteresseerd.
Zestig procent? Zeventig? „Dat
dacht ik al", laat hij weten. „In
Engeland is veertig procent de
limiet. En daardoor ontstaan
volgens mij bij ons veel proble
men. De verschillen tussen arm
en rijk zijn nog steeds enorm.
Dat zorgt voor een tweedeling
in de Engelse samenleving. En
daar heeft Tony Blair de afgelo
pen jaren geen aandacht aan be
steed. Veel van zijn kiezers voe
len zich om die reden door hem
verraden. Hij heeft een grote
groep mensen volledig in de kou
laten staan. Vooral de zieken
zorg en het onderwijs laten in
Engeland nog steeds veel te wen
sen over."
Wie aan Jonathan Coe denkt,
denkt aan de politiek in Enge
land. In zijn roman Het moor
dende testament rekende hij af
met het tijdperk Thatcher van
de jaren zeventig en tachtig. En
in zijn nieuwe roman De geslo
ten kring is het de geest van
Blair die op de achtergrond aan
wezig is en de personages voor
een belangrijk deel kleurt.
Het verhaal begint tegen het ein
de van 1999, als het jonge, popu
laire New Labour-parlements-
lid Paul Trotter besluit zich vol
ledig toe te leggen op het naja
gen van de Blairiaanse droom
van de toekomst. Doug Ander
son, nu toonaangevend journa
list maar ooit Trotters grootste
vijand op de middelbare school,
dreigt hem publiekelijk aan de
schandpaal te nagelen. Tegen de
achtergrond van de millennium
feestelijkheden en de gladde re
toriek waarmee Engeland zich
aan de zijde van Amerika
schaart in de strijd tegen het ter
rorisme schetst Jonathan Coe op
geraffineerde wijze het dilemma
van deze Paul Trotter.
De gesloten kring is het vervolg
op De Rotters Club, met in de
hoofdrol een stel vrienden in de
jaren zeventig. In de nieuwe ro
man zijn die vrienden twintig
jaar ouder, niet veel wijzer en
enkele illusies armer. Was De
Rotters Club een roman over
adolescente onschuld, nu staat
de volwassen doortraptheid op
de voorgrond.
Wreed
Was het al vanaf het begin de be
doeling van Jonathan Coe om
een vervolg op De Rotters Club
te schrijven? „Zeker", geeft hij
aan. „Het zou zeer wreed van
mij zijn geweest als ik de vragen
aan het einde van De Rotters
Club onbeantwoord had gela
ten. Dat wilde ik mijn lezers
niet aandoen." Coe beschouwt
de beide romans als zijn groot
ste literaire project tot nu toe.
„Het idee had ik al toen ik nog
op de middelbare school zat;
een groep jongeren beschrijven,
om ze daarna te volgen tot aan
hun middelbare leeftijd. Er be
vindt zich nu maar liefst twintig
jaar tussen de verhalen in de bei
de romans. Ik wilde de lezers als
het ware oude bekenden laten
ontmoeten, mensen die je lange
tijd niet meer hebt gezien."
Coe vraagt overigens veel con
centratie van zijn lezers, die alle
verhaallijnen moeten proberen
te volgen. Al zijn romans wor
den bevolkt door een grote hoe
veelheid personages. „Ik denk
dat ik in mijn volgende roman
minder personages stop. Het is
inmiddels moeilijk geworden
om een geschikte naam voor een
nieuw personage te vinden, om
dat ik de afgelopen jaren al zo'n
zestig namen heb verbruikt. Ik
werk momenteel aan mijn vol
gende roman, en ik wil dat die
totaal anders wordt. Een boek
met een paar hoofdfiguren die
succesvol zijn en geen literaire
ambities hebben. Mijn nieuwe
roman heeft niet voor niets de
titel De gesloten cirkel."
Relaties
Was het niet moeilijk om over
het hedendaagse Engeland te
schrijven? Over onderwerpen
die nog lang niet achter ons lig
gen en dus niet met een histori
sche bril kunnen worden beke
ken? Coe: „Het is volgens mij
niet zo enorm belangrijk in wel
ke tijd de verhalen van mijn ro
mans zich afspelen. Ik ben geïn
teresseerd in de keuzes die men
sen kunnen maken en in de rela
ties die ze aanknopen. Die geef
ik weer tegen de achtergrond
van politieke omstandigheden
waarop ze geen invloed uit kun
nen oefenen. Dat is een thema
dat momenteel speelt in de sa
menleving en volgens mij om
een reactie vraagt."
Coe denkt dat het volstrekt on
mogelijk is te begrijpen wat er
in de wereld gebeurt. „Het is
een tijd van machteloosheid,
lijkt het wel. De aanval op 11
september kwam volledig uit de
lucht vallen, evenals de gebeur
tenissen van daarna. Toen ik
aan De gesloten kring werkte,
werd het mij duidelijk hoe de
mensen over de situatie in Irak
zijn misleid. Ik vond dat ik daar
iets mee moest doen, met de half
slachtige opstelling van de rege
ring en de ongemakkelijke rol
van de media."
Het begin van de roman schetst
het hedendaagse straatbeeld in
Engeland, met te hard rijdende
auto's en met in mobieltjes pra
tende wandelaars. Niet toeval
lig, zo lijkt het. Coe: „Er is de af
gelopen jaren op het eerste ge
zicht ontzettend veel veranderd
in de samenleving. Iemand ver
telde me dat in de hele wereld
tegenwoordig op één dag meer
wordt getelefoneerd dan twintig
jaar geleden in een heel jaar.
Het is maar de vraag of die ver
anderingen van wezenlijke bete
kenis zijn. Je kunt je afvragen of
de mensen door mobiele tele
foons en internet beter met el
kaar communiceren. Veel veran
deringen zijn volgens mij alleen
maar oppervlakkig en niet echt
belangrijk."
Een van de veranderingen doet
er volgens Coe wél toe: de ma
nier waarop politici de media
bespelen. In De gesloten kring
krijgt die manier gestalte in de
vorm van Paul Trotter, die als
jong parlementslid zijn tijd voor
een belangrijk deel vult met het
deelnemen aan televisiespelle
tjes en het schrijven van co
lumns met een populistisch toon
tje. Coe: „Een politicus moet het
tegenwoordig goed doen voor de
camera. Dat is veel belangrijker
geworden dan het hebben van
de juiste ideeën. Dat zie je ook
terug in de Amerikaanse verkie
zingen. Als Kerry wat vlotter
was geweest, had de uitslag er
anders uitgezien. Ook Paul Trot
ter in mijn roman probeert de
media te bespelen en houdt zich
eigenlijk alleen maar daar mee
bezig."
Frustraties
Natuurlijk heeft Coe in de por
trettering van deze Paul Trotter
ook de frustraties over zijn ei
gen regeringsleider kunnen ka
naliseren. „Linksdenkend Enge
land was zeer optimistisch ge
stemd toen Tony Blair in 1997
aan de macht kwam. Ook ik
voelde me aanvankelijk opge
lucht. Na twaalf jaar Thatcher
en zes jaar Major hadden we in
eens iemand van Labour op de
eerste plaats, bovendien een
goed uitziende en vlotte man.
Maar al snel werd het duidelijk
dat Labour aanzienlijk was ver
anderd. Momenteel zijn zeer
veel Engelsen ontevreden over
het beleid van Blair. Vooral
over zijn opstelling in de
Irak-kwestie. De opluchting
van weleer heeft plaats gemaakt
voor cynisme, vrees ik. Niet al
leen bij mij, maar bij heel veel
Engelsen. Mensen hebben geen
vertrouwen meer in politiek en
hun leiders. En mijn roman is
een afspiegeling van dat ge
voel. "De opstelling van Blair in
de kwestie Irak - Coe kan zich
er nog steeds kwaad over ma
ken. „Hij heeft de plannen van
de regering op een zeer geraffi
neerde manier aan de man ge
bracht. Als Blair een speech
houdt, laat hij een mengeling
zien van menselijkheid en daad
kracht. Terwijl hij natuurlijk al
leen maar op die manier zijn zin
probeert te krijgen. Zijn mense
lijkheid is nep. Ik ben zeer te
leurgesteld in zijn politieke idee
ën. En in de manier waarop hij
Engeland aan de wereld heeft
getoond. We hebben ons meer
en meer afgescheiden van de
rest van Europa. En we hebben
ons als eersten geschaard achter
een Amerikaanse politiek die
door de leugenachtigheid alleen
maar voor meer vijanden over
de hele wereld heeft gezorgd.
De enige hoop is nu dat Enge
land een nieuwe leider krijgt die
meer aandacht heeft voor de ei
gen bevolking en die beter luis
tert naar de meningen van de
mensen op straat. Ik kijk dan
ook meer dan ooit uit naar de
verkiezingen van volgend jaar."
Jacob Moerman
Jonathan Coe: 'De gesloten cirkel'.
Uitgeverij Meulenhoff. Prijs: 19,90.
Takantiereizen naar Indonesië hebben
hun aantrekkelijkheid de laatste jaren
1 beetje verloren. Maar een tocht naar
oude vooroorlogse Nederlands-Indië
jft de moeite meer dan waard. Comforta-
in een stoel met een 'slokkie' bij de
ad is het goed toeven met op schoot het
ïk Bij de les, schoolplaten van Neder-
\ds-Indië. Even zonnig als het klimaat
a de beelden en voor de begeleidende tek-
n put Hella S. Haasse uit haar rijke her-
teringen aan toen zij daar zelf nog op-
teide.
vaak kleurige schoolplaten zijn geen ar-
cieke hoogstandjes, maar zijn zeer in-
uctief, precies zoals dat was bedoeld. Ze
ren destijds het vertrekpunt voor aard-
cskundelessen op de scholen van Neder-
ids-Indië en prikkelen de schrijfster van-
ïg tot mooie beschouwingen over hoe het
s, wat er is veranderd,
een plaat van de woeste zuidkust vertelt
over haar eigen reizen en Loro Kidoel,
godin van de zee, die daar nog steeds
rdt vereerd. Bij de impressie van 'Het
inese kamp' geeft ze spelenderwijs een
rigerende indruk van wat die bevolkings-
>ep toen en ook nu nog meemaakt aan
3, maar zeker ook veel downs. Want ge-
■d is deze 'motor van de economie' nog
eds niet.
-1969 was Haasse voor het eerst na haar
vertrek voor de oorlog, weer terug in het
land van haar jeugd. Ze bezocht er Djokja
karta en de afbeelding van een 'Pasar in het
binnenland' doet ook haar meteen denken
aan de Malioboro, de drukste straat in de
hoofdstad van Midden-Java. Nu giert daar
bijna dag en nacht verkeer langs, maar de
vrouwtjes die daar langs de weg zitten, met
wat eten op het vuur, lijken nog steeds de
zelfde van toen te zijn.
Een matje voor de klanten op de grond en
een bord eten op schoot: het kan nog steeds
en de nasi goreng en a jam goreng smaken
nog altijd even goed. Wel dragen de vrou
wen er minder een kabaja, terwijl het aan
tal T-shirtdraagsters behoorlijk is geste
gen. Ook deze Javaanse moslimwereld
biedt in dat opzicht al jaren een hoogst
Amerikaanse aanblik. Net zo typisch Djok-
j a is de plaat van het oogstfeest waarop de
sultan met zijn gevolg de aloen-aloen over
steekt, het grote plein voor de kraton. De
stoet vormt nog steeds een oogverblindend
mooi evenement. Het grote verschil met
vandaag? Toen liep de vorst nog gearmd
met de plaatselijke Nederlandse resident,
zodat de bevolking nog kon zien dat de sul
tan en de regent met elkaar omgingen als
een jongere en een oudere broer. Na de oor
log is de oudere broer verdwenen, vaak
bloedig weggejaagd. Maar de wat mystieke
Javaanse cultuur met al zijn schitterende ui
Een illustratie uit het boek 'Bij de les; schoolplaten van Nederlands-Indië'
tingen wordt daar onder de hoede van de
sultan nog altijd gekoesterd.
Van Sumatra is de imposante natuur afge
beeld. Maar een andere plaat laat zien hoe
de tabakscultuur veel van die natuur heeft
verdrongen. Het is een zonnig beeld, een we
reld van vrede en welvaart. En nog altijd
zijn er Indonesiërs die trots vertellen hoe
goed de Nederlanders dat destijds allemaal
hebben opgebouwd. Maar Haasse laat niet
na te vertellen over het lot van de Javaanse
koelies en hoe dat pas verbeterde toen Ma
deion Székely-Lulofs haar boeken Rubber
en Koelie publiceerde.
Verder kijkt ze naar Borneo, de Banda-ei-
landen en de Minahasa, het noordelijk deel
van Celebes, dat toen zo Nederlands ge
oriënteerd was dat het wel de 'twaalfde pro
vincie' werd genoemd. De tekening toont
'het grote stille Indië' van Maria Dermout.
Hella Haasse memoreert dat Multatuli
daar, tussen deze 'werkzame en vlijtige'
mensen, de gelukkigste jaren van zijn leven
heeft gehad. Voorstelbaar. Het straatbeeld
van toen doet zelfs denken aan de Moluk-
ken uit de tijd dat christenen en moslims
nog zo vanzelfsprekend met elkaar in vrede
leefden.
De 'milieuplaten' tonen het vooroorlogse le
ven van alledag. Van het afgebeelde station
zijn er nog tientallen vergelijkbare exempla
ren te vinden. En nog altijd steken de passa
giers daar doodgemoedereerd de rails over,
op weg naar het volgende perron, waar ver
kopers met bladen vol handel boven het
hoofd langs de ramen van de wagens para
deren. Het zou het station van Pasoeroean
kunnen zijn, waar Louis Couperus aan het
begin van de roman De stille kracht de ge
raffineerd mooie Leonie van Oudyck laat
arriveren. Maar de Hollandse meneer in lan
ge korte broek, hoge sportkousen om de kui
ten, gehuld in een wit hooggesloten jas en
een tropenhelm op het hoofd, zal daar nooit
meer op het spoor stappen. Hooguit een
morsige Hollandse toerist.
Ook de 'Achtergalerij' doet mijmeren. Een
Nederlands gezin zit er aan tafel, een in
landse bediende reikt het eten aan en een
andere bediende zit voor de keuken op haar
hurken de afwas te doen, terwijl op het erf
de kippen een graantje meepikken. Een
schande? De Hollanders hadden die leefwij
ze gewoon overgenomen van de plaatselijke
bevolking.
'Tempo doeloe' wordt dat nostalgisch stem
mende voorbije Nederlands-Indische verle
den wel genoemd. De periode die Gerard
Reve met gepaste ironie omschrijft als de
tijd van 'toen nog niets voorgoed bedorven
was'. Maar voor wie dat wil is die tijd be
slist nog niet voorbij, kijk maar naar de
plaatjes. Gelukkig waakt Hella Haasse
voor het verloren raken in een te zoete
droom.
Hans Visser
Hella S. Haasse: 'Bij de les; schoolplaten van Ne
derlands-Indiè'. Uitgeverij Contact. Gebonden, 96
pag. Prijs: €19,90.