zc De kinderkamer was helemaal zwart Mon Plaisir straalt weer Restauratie herenboerderij woon jactie bijlagen: 0113-315680 w.pzc.nl ail:redactie® pzc.nl istbus 314460 AA Goes ertentie-exploitatie: ord-en Midden-Zeeland: 0113-315520; Uws-Vlaanderen: 0114-372770; ionaal: 020-4562500. erdag 27 november 2004 h de serie woonberoepen wekelijks een beroep &P het gebied van wonen centraal. De meest heenlopende personen komen aan bod: van Madoor en architect tot ambtenaar welstandscommissie of ?lazenwasser. Vandaag: de specialist schadeverzekeringen. foto Ruben Oreel Naam: Richard Ollefers Woonplaats: Oost-Souburg Beroep: specialist schadeverzekeringen Belangrijkste gereedschap: laptop Van meester-bottelier bij de marine tot specia list schadeverzekeringen bij een assurantie kantoor. Een opvallende loopbaan, maar Oost-Souburger Richard Ollefers doet er vrij nuchter over. „In beide gevallen is goed gastheer schap belangrijk." Dat is duidelijk te zien aan Ol lefers. Hij zit strak in het pak, compleet met gilet en felgroene stropdas. Een keurige heer dus. „Toen ik uit de marine ging, kreeg ik een stapel folders mee. Om me te oriënteren op een andere baan. Eén van die folders was van de verzeke ringsmaatschappij Victoria Vesta. En zo ben ik uiteindelijk hier bij Schinkels Assurantiën te recht gekomen. Ik zeg altijd, ik verkoop nu een 'droog' product. Vroeger waren het flessen wijn en schotels, nu verzekeringen. Hij komt heel wat tegen in de dagelijkse praktijk. „Veel mensen hebben hun opstal en inboedel te laag verzekerd. Ik ben eens ergens geweest en die man had een verzameling oude autootjes. Duizen den euro's. Daarbij had hij ook een verzameling treintjes. Tja, dan moet je toch je inboedel hoger verzekeren. Dat vergeten veel mensen. Die heb ben ooit een verzekering afgesloten en kijken daar niet meer naar om. Toch moet je om de paar jaar bekijken of alles nog toereikend is. Het NI- BUD heeft daar een handig hulpje voor. Een soort checklist, waarmee je per ruimte in huis kunt be kijken wat er staat en wat de waarde daarvan is." „Tegenwoordig hebben de meeste verzekerings maatschappijen een garantieregeling. Dan gaat de verzekering automatisch mee met de waarde van het verzekerde. Die sluit je één keer af en daar hoef je nooit meer naar om te kijken." Ook bij opstalverzekeringen is er nog al wat mis. Ollefers: „De opstalverzekering geldt voor alles wat niet verplaatsbaar is in en aan een woning, zeg ik altijd. Dus het casco, maar ook een houten vloer bijvoorbeeld. Ik durf te stellen dat tachtig procent van de woningbezitters onderverzekerd is. Als er dan iets gebeurt, heb je een probleem want dan dekt de verzekering niet alle schade." „Het leuke van mijn vak is dat het iedere dag an ders is, ik kom bij zoveel verschillende mensen in zoveel verschillende interieurs. Ik ben een echte 'woonliefhebber', ik vind het leuk om in huizen te kijken. En ik mag het gewoon legaal doen. Ik ben ook een echte doe-het-zelver, soms doe ik leuke ideetjes op." De verzekeraar heeft zo het een en ander meege maakt. Leuke en trieste dingen. „Een brand in Vlissingen is me altijd bijgebleven. In feite een klein brandje, het tv-toestel was in de fik gevlo gen. Maar de schade was enorm. Ik kwam een egaal zwart huis binnen. Overal roet- en rookscha de. De kinderkamer met alle speeltjes; helemaal zwart. Dat was zo'n triest beeld. Het duurt lang voor zo'n woning weer schoon is. De schade aan het tv-toestel was misschien 2000 euro, maar met schoonmaakwerk was zeker 25.000 euro gemoeid. Daar verkijken mensen zich wel eens op. Roet zit overal, dat kun je zelf echt niet schoonmaken. Rooklucht is ook zo erg. Daar hebben we een spe ciaal apparaat voor dat twee of drie dagen in de woning staat om de lucht te zuiveren." „Ach, soms zijn er ook wel leuke situaties. Ten minste, achteraf gezien. Ik heb eens een geval ge had van een man die door de buitendeur zijn wo ning binnenliep, daar knalde hij met z'n hoofd te gen een openstaand keukendeurtje aan. Dat deur tje viel eruit, op de klep van de openstaande vaat wasser waardoor de vaat schade opliep. Een echte kettingreactie. Zoiets verzin je niet." „En ja, de schade aan de vaat is vergoed." Annemarie Zevenbergen Het grootste werk is gedaan. Van binnen en van buiten is hofstede Mon Plaisir aan de Meeldijk bij Burgh- sluis opgeknapt. Alleen het houten toegangshek, dat een dezer dagen geplaatst wordt, moet nog worden opgeknapt. Ook de waterput en het hondenhok wachten nog, maar dit zijn details bij al het werk dat de afgelopen jaren verzet is. Ger en Ellen Schoots zijn te vreden. De herenboerderij is geworden zoals het hen voor ogen stond. „En het blijft ons verrassen. Twee jaar geleden hebben we nog een waterkelder ontdekt." Hofstede Mon Plaisir werd in 1908 gebouwd door timmerman A. Giljamse en metselaar S. Sla ger, beiden uit Haamstede. Wim de Vrieze beschrijft in zijn boek 29 Verhalen uit de historie uit Schouwens Westhoek hoe op drachtgever Willem Vis onder de indruk was van een huis van een suikerfabriekdirecteur uit West-Brabant. Giljamse en Sla ger moesten voor hem iets derge lijks bouwen aan de Meeldijk bij Burghsluis, op de plaats waar zijn boerenhuis stond. Het resultaat was er naar. De hofste de met het aangebouwde koets huis heeft een inhoud van 1300 kuub en ziet er op oude foto's imposant uit. Vanuit Burghsluis is vooral het woondeel zicht baar. Een hoog en breed pand met een ruime overstek dat, ge steund door dubbele kolommen, als overkapping van het balkon dient. Er zijn veel bewerkte hou ten verfraaiingen en details. De tuindeuren aan de lange kant van de woonkamer komen uit op een overdekt terras; die op de korte kant komen onder het balkon uit. Een torentje mid den op het dak fungeert als uit kijkpost over de Burgh- en West- landpolder. Haaks op het woonhuis zijn pa rallel aan elkaar het voor- en achterhuis gebouwd. Hier lig gen onder meer de keuken, mei denkamer, droog- en graanzol der. Daar weer dwars op ligt het koetshuis. Los van de hofstede staat de door A. Prince in 1910 gebouwde grote schuur; destijds een van de grootste van Schou wen. Willem Vis was nogal Frans georiënteerd en noemde zijn nieuwe hofstede Mon Plai sir. Toen Ger en Ellen Schoots in 1997 Mon Plaisir kochten, zag het huis er heel anders uit. De herenboerderij had veel geleden onder de watersnoodramp. Na de ramp werd de hofstede ont daan van alle frivoliteit. Het ka rakteristieke torentje boven op het hoge dak werd afgebroken net als het brede, bewerkte over stek van het dak. Het ronde zol derraam in de zijgevel werd vier kant teruggeplaatst. De twee balkons werden niet langer ge dragen door de sierlijke kolom men maar waren met ijzeren bin ten aan de gevel verankerd. In de daaropvolgende jaren werd alleen het hoogst noodzakelijke onderhoud gedaan. Voor de ver koop had het pand ruim een jaar leeg gestaan. Torentje Ger Schoots wist de hand te leg gen op de bouwtekeningen en maakte in overleg met Bouw Timmerbedrijf Van Leeuwen uit Zierikzee een restauratieplan. Zeker zeven maanden lang stond de hofstede in de steigers Mon Plaisir in Burghsluis en werd de basis aangepakt. Na dat de aannemer deze grote lij nen uitgevoerd had, zijn Ger en Ellen in de jaren daarna zelf aan de slag gegaan. En hoewel de herenboerderij niet alle ka rakteristieke eigenschappen te ruggekregen heeft, staat Mon Plaisir er weer schitterend bij. Zo is op het dak een torentje te ruggeplaatst, zij het niet meer in het midden en kleiner dan voorheen. De uitkijkfunctie is vervallen; het torentje verbergt nu de uitgang van de rookkana len. Van het overstek is ongeveer een meter teruggekomen. Wel wordt het balkon weer gedragen door de kolommen en zijn de muurtjes rond de terrasdeuren van de woonkamer teruggemet- seld. Ook het zolderraam is weer rond geworden. De hofstede had vier daken: die van het woonhuis, het voorhuis, het achterhuis en het koetshuis. Deze moesten alle vier vervan gen (en geïsoleerd) worden, maar de originele zwarte dak pannen zijn wel teruggeplaatst. Ger Schoots: „We hebben van het voor- en achterhuis een afge plat dak gemaakt waardoor we enerzijds van een bijna niet schoon te maken tussengoot af waren en anderzijds meer woon ruimte op de verdieping kregen. Daar zijn we nog steeds heel blij mee." De indeling in het huis is vrij wel ongewijzigd gebleven, veel van de oorspronkelijke details uit het begin van de twintigste eeuw ook. Wel zijn vrijwel alle kozijnen vervangen en ramen voorzien van dubbel glas; mu ren, vloeren en daken zijn geïso leerd en alle elektra, riolering en waterleidingen zijn ver nieuwd. In de plaats van petro leumkachels is er centrale ver warming gekomen. Enkele hout kachels zorgen voor extra sfeer. De woonkamer en suite loopt over de hele benedenverdieping van het woonhuis. Er naast ligt de gang met de originele marme ren vloer. De toegang tot het dubbele toilet, een voor mannen en een voor vrouwen, heeft nog dezelfde glazen, gegraveerde ruit. Wat tot verdriet van de huidige bewoners ontbreekt in deze gang is de twee meter hoge beel dengroep van de Franse beeld houwer F. Hamar uit 1908. Deze allegorische voorstelling van de overvloedigheid van het landle ven heeft alle jaren in de gang gestaan maar werd, toen het huis in de verkoop kwam, door de toenmalige eigenaar aan het streekmuseum Goemanszorg in Dreischor geschonken. Ger: „Wij hoeven die beeldengroep niet terug. Maar het zou wel leuk zijn als er in Goemanszorg vermeld wordt dat hij uit dit huis komt." Koetshuis Dwars op de gang loopt de mar meren gang van het voorhuis. Deze eindigt bij het koetshuis. „De keuken in het achterhuis was heel klein met daarnaast een kleine meidenkamer", ver telt Ellen Schoots. „Wij hebben beide vertrekken samengevoegd tot een woonkeuken. Oorspron kelijk zat er in de meidenkamer nog een bedstede maar die was omgebouwd tot kast en niet meer terug te brengen." De kamers van het voorhuis zijn verbouwd tot slaapkamer (hier kwam een marmeren schouw te voorschijn) en badkamer. Vrijwel alle Amerikaans grenen vloeren waren terug te brengen tot hun oorspronkelijke staat. In de keuken is een deel van de wand met ingebouwde kasten ook van deze houtsoort ge maakt. De in die tijd gebruikelij ke stijl om deuren en lambrise ring met verf te marmeren was op de bovenverdieping nog te rug te vinden. „Daar hebben we overheen geverfd", zegt Ger. „Die kleur leek te veel op diar ree om mooi te vinden." In het koetshuis is weinig veran derd. De oorspronkelijke gareel foto's Dirk-Jan Gjeltema kast staat er nog net zo als bijna honderd jaar geleden. Boven is een gastenverblijf gemaakt. De trap er naar toe bestaat uit ver zaagde, voormalige meerpalen en steigerplanken van de jacht haven van Burghsluis. Enkele muurankers van de kerk uit Haamstede dienen nu als contra gewicht voor het toegangsluik. De hofstede staat inmiddels ook strak in de verf. Ellen en Ger Schoots wachten nog op de plaatsing van het houten toe gangshek, nagemaakt van een oude foto. „En we willen de vol gestorte waterput nog uitschep pen en het oorspronkelijke hon denhok opknappen", zegt Ellen. Waterkelder Ger vertelt over de waterkelder die twee jaar geleden gevonden werd. „We waren de dakgoten aan het opknappen en wilden het regenwater gericht afvoe ren. Bij het graafwerk kwam toen de dichtgestorte waterkel der tevoorschijn. Die was op geen enkele tekening te vin den." De kelder, goed voor circa dertien kuub water, is gewelfd en bijna op stahoogte. Door het gebruik van tras (metselspecie van fijngemalen tufsteen) is de kelder helemaal waterdicht. In middels zit hij weer vol water, dat voor de besproeiing van de tuin gebruikt wordt. Ger en Ellen richten hun ener gie nu vooral op de tuin. De eer ste lijnen voor een formele tuin zijn met behulp van subsidie van Stichting Landschapsbe heer en de Boerderijstichting Zeeland (die ook meebetalen aan het nieuwe hek) uitgezet. De grote schuur heeft ook hun aandacht. „Het binnenwerk is nog helemaal origineel", vertelt Ger. „Tot voor kort werden hier aardappelen en uien opgeslagen maar nu staat hij leeg. We moe ten nog kijken welke activitei ten we er van de gemeente in mo gen ontplooien. Er zijn veel be perkingen." Inge Heuff

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2004 | | pagina 143