PZC
achterom
Weetje, ik voel me helemaal geen artiest
RUDEN RIEMENS
Backstage bij
Frans Bauer
zaterdag Tl november 2004
FOTOGRAFIE
Hij is bezig aan zijn zesde thea
tertournee, staat met kerst drie
keer in het Arnhemse Gelredome.
Maar artiest? „Frans is Frans. Hij is
zoals hij is. Wars van poeha." Back
stage bij Frans Bauer: „Doe nog
maar een bakske koffie."
Zijn stem is er het eerst, in de Rijnhal in
Arnhem. 'Be mine tonight', galmt het live in
de coulissen. En dan is daar ook Frans zelf,
witte anorak nog aan, microfoon al in de
hand. Hij vraagt om geluid. „Kunnen alle
disciplines zich verzamelen, dan gaan we re
peteren", echoot het over de meer dan 4000
lege stoelen. De jas gaat uit, de balletmei
den maken schielijk plaats voor de mannen
van de First Showband en de zangeressen
van het achtergrondkoor.
Bassist Willem Nuruwe verraadt zijn plek,
een beetje verscholen achter de verhoogde
dansvloer, met een diepe riff. Drummer
Erik Albers antwoordt met een paar heftige
roffels. Dit belooft rock-'n-roll, maar Frans
verkondigt onverstoorbaar zijn eigen bood
schap. 'Had ik maar nooit naar jou gekeken,
dan had ik niet van jou geweten.' Geen
speld tussen te krijgen.
Volgt een vlotte hink-stap-sprong door het
programma. Een Elvis-medley, de titelsong
van zijn laatste cd Daar heb je vrienden
voor, de ballade 'Ga niet weg'. Tegen zessen
zit de sound-check er op en wacht de pasta
met zalm bij de catering. Bauer nodigt roy
aal uit, maar vertrekt zelf naar de fysiothe
rapeut. „Ik heb thuis al stamppot gegeten.
Daar ben ik gek op."
Twijfel
Met een blik van 'zie je nou wel' kijkt John
Philippo, de leider van de First Showband,
even later over de rand van zijn bord. Hij
had ze allang bespeurd, die sporen van twij
fel aan Bauers bijna mythische status van
gewone jongen. Philippo koestert zijn jaren
lange relatie met de zanger, en niet alleen
uit zakelijk oogpunt. „Dit hier", zegt hij
met een breed armgebaar, „heeft in alles
normale proporties. Bij Borsato had jij hier
echt niet zo gezeten, hoor."
De menselijke schaal is één van de belang
rijkste redenen voor Bauers succes, denkt
Philippo. „Het gaat ook goed samen met on
ze Twentse nuchterheid. Er zit heel veel
rust in deze productie." De bandleider
spreekt uit ervaring, hij heeft ongeveer alle
Nederlandse zangers begeleid. Borsato, Jo
ling, Froger, wijlen Andre Hazes. Frans Bau
er is inmiddels een verhaal apart, „Dat is
geen gewone zakelijke relatie meer. Toen
hij tien jaar geleden begon heb ik zijn eerste
arrangementen geschreven".
'De First' is ook Bauers vaste begeleidings
band. Moet Philippo zich nog wel eens ver
dedigen voor zijn trouw aan Bauer? „Ik ver
dedig me nooit. Ik denk dat heel veel muzi
kanten graag zouden willen ruilen. Boven
dien, wat we hier neerzetten is van hoog ni
veau, dat durf ik rustig te zeggen." Maar
ook muzikaal moet een programma als dat
van Bauer met worden onderschat, reageert
Philippo op de scepsis die hij in de vragen
proeft. „Theatermuziek is heel expliciet.
Het moet precies zo klinken als op de cd.
Als er één groove anders klinkt, een paar ge
luidjes worden gemist, dan is het niet OK.
Dat vereist veel discipline en concentratie,
en dat kan alleen als je er een goed gevoel
bij hebt."
Het is ook niet het repertoire alleen dat het
interessant maakt, voegt Philippo eraan toe.
„Dit is gevoelsmuziek en Frans weet dat als
geen ander over te brengen. Dat maakt het
heel positief."
Voor of achter de schermen: „Frans is
Frans. Hij is zoals hij is. Wars van poeha,
komt afspraken na, sociaal bewogen. En
daarin is hij niet veranderd. Hij is wel beter
geworden. Vocaal maar ook verbaal, in de
omgang met de media." Gebruiksaanwij
zingen? Niet bij Bauer. „Er zijn zangers die
liever met willen dat je fluit als je bij hen in
de buurt bent. Wat gebeurt er dan? Iedereen
gaat stiekem toch lopen fluiten. Hier is ie
dereen zichzelf."
Natuurlijk, erkent Philippo, de zakelijke
band blijft. „Zo nu en dan gaat het ook wel
eens hard tegen hard. Maar dan toch meest
al met het management en niet met hem
zelf."
In de kleedkamer van Bauer is het warm en
gezellig. Fysiotherapeut Stijn neemt het ont
blote bovenlijf van een geluidsman onder
handen, twee oudere dames zwermen rond
de zanger, een fles Diversity van Mexx in de
aanslag. Als de wolk eau de toilette is opge
trokken stelt de kleinste van de twee zich
voor. „Mevrouw Bauer." Samen met vrien
din Mieke inspecteert ze het crèmekleurige
kostuum van haar zoon. „We hebben daar
straks al 1500 zwaailampjes uitgepakt",
meldt moeder Bauer monter.
Bauer vindt het erg prettig om zijn familie
ook hier om zich heen te hebben. „Dan voel
ik me overal thuis." Het geldt eigenlijk voor
zijn hele team, verklaart hij. „We zijn hier
allemaal gelijk. Ik hoop altijd dat iedereen
er lol in heeft."
Of deze tournee veel van hem vergt? Bauer
trekt zijn wenkbrauwen op. „Vroeger deed
ik drie schnabbels op een avond, negen op
tredens in een weekend. Dat was veel ver
moeiender. Dit is toch een fantastische ma
nier om je werk te doen?"
Dat zijn liedjes veel mensen troost bieden
realiseert hij zich maar al te goed. Of ze die
functie ook hebben voor wie zich zorgen
maakt over wat er in de samenleving ge
beurt?
De vraag overvalt hem. „Nou, ik geloof niet
dat je bij dit soort dingen troost kunt bie
den. Je praat niet over verdriet hè, maar
over angst." Hij zwijgt even. Zegt dan be
slist: „Maar als je aan Frans Bauer denkt,
dan denk je in elk geval aan vrede."
Een mooi uitgangspunt voor de mega-kerst-
show waarmee hij op 23, 24 en 26 december
in het Arnhemse Gelredome staat, met
plaats voor 25.000 mensen. Hij heeft er deze
middag al even op de middenstip gestaan.
„Het wordt echt grensverleggend", voor
spelt hij, zonder al te veel te willen prijsge
ven over het programma. „Maar er komt bij
voorbeeld een videowall te staan van 600
vierkante meter, de grootste die tot nu toe is
gebouwd. Breedbeeld in het stadion. Het
Frans Bauer: „Als je aan Frans Bauer denkt, dan denk je in elk geval aan vrede"
foto Rainer Jensen/GPD
wordt een prachtige show verpakt in pure
wintersfeer."
Wat hem drijft is de uitdaging. „Ik heb zo
iets nog niet eerder gedaan. Sowieso is het
op deze schaal nog niet eerder vertoond."
De grens is nog lang niet bereikt, gelooft
hij. „Hoe bedoel je, de mensen zijn ver
wend? Ik heb in Las Vegas shows gezien, zo
mooi. En dan sta je nog maar in een of an
der achteraf-hotel."
Met zijn medewerking aan 1000 sterren stra
len, waarbij de TROS een nieuwe ster van
het levenslied zoekt, effent Bauer in feite
het pad voor de concurrentie. Maar zelf ziet
hij dat heel anders. „Ik hou van deze mu
ziek, en er moeten meer mensen bij komen
in dit genre." En ach, wat is concurrentie?
„Er zijn misschien wel betere artiesten,
maar er is niemand die zoveel van deze mu
ziek houdt als ik. Voor mij is mijn liedje
mijn leven."
Het loopt tegen achten, de onrust neemt
merkbaar toe. „Kom, we gaan." De hal
stroomt gestaag vol. Op het nog verlaten po
dium zwaait Bauer vanuit de coulissen naar
een paar dames die hun idool hebben opge
merkt. Niet plichtmatig, maar alsof het zijn
buurvrouwen zijn. „Weet je", zegt hij in
eens, „ik voel me helemaal geen artiest"
Een vragende blik: „Heb jij nou het gevoel
dat je hier met een artiest staat te praten?"
Hij wacht het antwoord niet af. „Gek hè?"
Iemand komt vragen of hij nog wat wil drin
ken. „Doe nog maar een bakske koffie."
Dan is het showtime. Nog altijd heerst er
rust en kalmte. Totdat het slagwerk twee
keer voluit de zaal in knalt, en de fans in die
zelfde seconden 'Heb je even voor mij' her
kennen. De eerste polonaise van de avond
zet zich in beweging, het feest is begonnen.
„Zo gaat het altijd", zal John Philippo later
zeggen." „Nee, dat is niet alleen een kwestie
van slim programmeren. Froger begint ook
met een stamper, maar daar heeft het toch
net iets meer tijd nodig." De fans hangen
aan Bauers lippen, maar het lijkt ook alsof
hij ze aan een touwtje heeft. Als hij vraagt
om stilte kun je een speld horen vallen, wü
hij dat ze opstaan dan komen ze als een man
in de benen, om vervolgens op zijn tekenge
dwee weer te gaan zitten.
In de pauze zoekt Bauer in de kleedkamer
als eerste de ogen van Emile Hartkamp, zip
artistieke geweten. Een goedkeurende knA
„Controle, rust. Prima." Mieke hangt de
crème pantalon strak in de plooi op de han
ger en helpt met de zwartleren outfit diede
Elvis-medley straks een spannend cachet r
moet geven .Moeder Bauer spreidt een
shawl uit op de tafel en houdt Frans een vilt
stift voor. „Hier, zet even je handtekening-
Het is voor een jongen van zes." De floorma
nager komt binnen met de eerste oogst aan I
bloemen, knuffels en andere cadeautjes,
waaronder drie aan elkaar geplakte pakka
roodmerk voor koffieleut Bauer.
Ook na de rust zorgen de mannen van de be
veiliging bij de trap voor een gedoseerde toe
voer van fans, die in een lange rij geduldig
staan te wachten tot ze het podium op mo
gen. Schattige meisjes - aangestuurd door
nerveuze moeders - dames in alle maten a
leeftijden en zelfs een enkele man komen
Frans begroeten. Iedereen krijgt even aan
dacht, maar de zanger mist geen noot. Als
de band bij wijze van laatste toegift 'Geef
me maar een ons geluk' inzet informeert een
van de beveiligingsmensen of het verhaakt
volgende dag al in de krant komt. „Want
dat wil hij dan altijd graag lezen, hè. Niet
dat ze ooit iets slechts over hem hebben ge
schreven, hoor. Er zit ook geen kwaad m,
echt niet. Zelfs geen sterallures." Maar ook
Frans Bauer zal toch wel eens uit zijn slof
schieten? „Ja, als hij drie keer iets heeft ge
vraagd wat simpel is op te lossen, en het is
dan nog niet gebeurd. Maar ja, dan zou ik
ook kwaad worden." 1
Boven in het restaurant drinken de bandle-1
den en de technici nog een glas, voordat ze 1
naar huis gaan. Beneden heeft Frans Baue' 1
alweer zijn jeans en trui aan, de fans wadr1
ten. Maar hij neemt rustig afscheid. Een 1
hand, een schouderklop. „En bedankt hè, 1
voor alle moeite."
Ingrid Bosnia"]