Scheepsboeg boort
zich in het atrium
Dat metselwerk met het
wapen was veel mooier
Bewoners
centraal
bij opening
stadhuis
zaterdag 20 november 2004 ^9
De architect en stedenbouw
kundige houdt kantoor in
de gerenoveerde Van Nellefa-
briek, bij het Rotterdamse bu
reau KuiperCompagnons. De fa
briek is jaren terug verbouwd
tot modern complex, 'waar het
goed werken is' en waar ontwer
pers van verschillende bedrij
ven elkaar ontmoeten en beïn
vloeden.
Tegen een zuil in Patijns kan
toor krult een stuk flinterdun
fineer omhoog. „Dit fineer zit
ook op de tafel in de raadszaal
in Vlissingen. We hebben het
hier uitgetest en ik heb er nog
geen afstand van willen doen,
want het is mooi en het ruikt
nog altijd lekker."
De omgeving waarin je werkt,
moet aangenaam zijn. Het perso
neel zal er profijt van hebben.
Niet dat de medewerkers ineens
harder gaan werken in een fris
se werkomgeving, want daar
voor is natuurlijk meer nodig.
„Het gebouw, of gedetailleer
der, de lichtinval of de materi
aalkeuze dragen wel bij aan de
sfeer. Het mooiste compliment
dat ik voor het stadhuis kan krij
gen, is dat het een stadhuis is
waar Vlissingers zich thuis voe
len en het personeel met plezier
werkt. Het is toch een stadhuis
voor de Vlissingers en niet mijn
gebouw of dat van mijn vakbroe
ders."
Hij pakt een stapeltje testtegels.
Het verhaal van de tegelkeuze
voor het stadhuis is prachtig,
zegt hij. Hij ging een bloemetje
kopen in een Rotterdamse bloe-
menzaak, waar een mooie tegel
lag. Die steen is het begin ge
weest van de zoektocht naar de
juiste tegel. „Dat was een moei
lijke opgave, of liever gezegd
een zorgenkindje." Want toen
een soortgelijke proeftegel als
die uit de bloemenzaak in het
atrium werd gelegd, was het ef
fect bedroevend. „De tegel ver
anderde de entree in een soort
pizzeria." Het team ging op
zoek naar een rustige tegel.
„Maar niet te netjes, of te glad
jes, juist wel weer stoer. Het
werd de roestachtige leisteen uit
China, waar we heel blij mee
zijn."
Vlissingen staat voor scheeps
bouw, water en stoerheid en die
elementen mochten terugkomen
in het stadhuis. De architect vat
te de opdracht haast letterlijk
op en ontwierp de romp van een
schip, die de nieuwe vloer vormt
van de raadszaal. „Daar ben ik
trots op", merkt Patijn op. „De
huid van het schip is bekleed
met een laag balzenhout, een
lichte houtsoort, die door een be
handeling probleemloos de wel
ving van het schip volgt. Dit
hout wordt ook in de scheeps
bouw gebruikt. Via, via ben ik
op dit spoor gekomen."
Er werd een extra etage ge
creëerd, die meer dan ruimte
winst alleen opleverde. In de ver
gaderzaal wordt 'minder uit de
hoogte' vergaderd, want het aan
tal kubieke meters is terugge
bracht tot een menselijke maat.
De voornaamheid van de oude
zaal heeft plaatsgemaakt voor
een intiemere ruimte, waar met
elkaar gepraat kan worden, in
plaats van tegen elkaar. „Dat
was de bedoeling van de in
greep. We hebben nissen in de
gangen bij de raadzaal gehand
haafd, omdat daar öok snel over
leg plaats kan vinden. En een
ruimte in die wandelgangen is
al ingenomen door raadsleden.
Er werd me verteld dat het de
hangplek van raadsleden is ge
worden."
Bezoekers zien als ze hun pas
poort ophalen in het atrium een
schip opdoemen en daarboven
een golvend dak. Het nieuwe
dak golft over de vroegere bin
nenplaats naar de kant van de
toren. „De toren maakt het ge
bouw al asymmetrisch en de
golf accentueert die vorm."
En dan die voorgevel, zegt Pa
tijn en hij glimlacht. „De zwaar
moedigheid moest verdrongen
worden door lichtheid. Dan
moet je durven ingrijpen en lef
tonen. Ik moet zeggen dat het
team in Vlissingen moed heeft.
Met de helaas te vroeg overle
den wethouder Kees de Keijzer
als stimulator. Doordat we die
pui eruit gehaald hebben, heb
ben we oud echt in nieuw veran
derd. Zonder het ontwerp van
Roosenburg kapot te maken of
geweld aan te doen." Want
Roosenburg, de ontwerper van
het gebouw, heeft in de jaren
zestig van de vorige eeuw, een
'echt Hollands gebouw neerge
zet'. „Hij heeft de ideale meng
vorm gevonden tussen de moder
nistische, kubistische architec
tuur aan de ene kant en de tradi
tionele architectuur aan de ande
re kant. Met dit soort ontwer
pen moet je met respect om
gaan."
En daar hoorden de lamellen bij
die op het laatste moment tegen
de glazen voorgevel zijn ge
plaatst. „Nee, niet louter om de
zon te weren, veel meer om
speelsheid te bereiken. Toen ze
geplaatst werden, hoorde ik om
me heen: moet dat nu? En nu
hoor ik daar niets meer over.
Het moest dus."
Blikvangers
Aan lichtheid heeft het gebouw
gewonnen. Zowel dag- als kunst
licht komt rijkelijk binnen. De
kroonluchter in de raadszaal en
de hanglampen in het atrium
zijn blikvangers. „Daar heeft de
Adviesgroep Lichtvormgevers
goed werk verricht. Licht is een
belangrijke bepaler van sfeer.
Kijk maar in dit gebouw. De res
tauratiearchitect van de Van
Nellefabriek heeft dat jaren gele
den niet goed gedaan. Daarover
praten we nu nog. Het stadhuis
moet nog ingewerkt worden,
maar het is voor mij nu al een
topper."
Edith Ramakers
Vijfenveertig inwonen;-*
de gemeente Vlissingena
len de belangrijkste rol bij
ficiële opening van hetgoea
veerde stadhuis. Zij worden;?
dag 26 november met alle
égards ontvangen, zittenop J
voorste rij en mogen de ope
ningshandeling verrichten,
De vijfenveertig Vlissingertus
sen de 12 en 80 jaar zijn wille,
keurig gekozen. Zij vertegen,
woordigen de 45.000 inwonen
van de hele gemeente. Onde:
hen is Yvonne Beenhouwer-
Smit. Als 7-jarig kindbooir
toenmalig koningin Julianai
1965 bij de opening van het sa
huis een bloemetje aan Zija
weer uitgenodigd. Julianaaj
destijds als eerste haar naani
het gastenboek. De
vijfenveertig inwoners raoga
nu als eerste hun handtekeni
zetten in het nieuwe gasten
boek.
Inmiddels hebben ookdèbinj
meesters van de gemeenten
waarmee Vlissingen een zuster-
stadrelatie onderhoudt, Amw
en het Zuid-Afrikaanse Govs
Mbeki, laten weten naar Vis
gen te komen. De burgemeea
openen in het stadhuiseenza
die naar hun gemeente is vs-
noemd.
Tijdens de officiële opening
wordt ook een glazen plaqud
in de voorhal onthuld terns
dachtenis aan de vorige mam
overleden wethouder C. de S
zer. Hij was de grote initials
van het gerenoveerde stadtó
Zaterdag 27 november houdt
gemeente Vlissingen OpenHii
in het stadhuis. Om lOuurga
de deuren open voor het pu
bliek. Bij binnenkomst is erg
tis koffie met petit-four met
daarop het logo van degeite
te. Er zijn rondleidingen doof
het gebouw, ambtenarenwi
len over hun werk en bezoes
kunnen op de koffie bi] dew
houders of de burgemeester!
de centrale hal van het stadh
is een twintig minuten durea
videopresentatie te zien ra
verbouwing van het state
Het Open Huis duurt tot 17 u
De gemeente verwacht lussen
de drie- a vierduizend bezoe
kers. Ook aan jongere inwon
is gedacht. Voor hen staan in
voorhal een luchtkussen ens
ballenbak, 's Middags loopti
ballonnenclown rond, De Mi
dy Makers en de Dikke Nekt
Band zorgen voor de muziei
Vijftien jaar van voorbereidingen
zijn verstreken als op maandag 25
september 1961 burgemeester B. Kolff
de eerste van de in totaal 284 palen de
grond inslaat van het stadhuis in Vlis
singen. Al tijdens de Tweede Wereld
oorlog had toenmalig burgemeester
C.A. van Woelderen zijn jachtvriend ir
D. Roosenburg opdracht gegeven een
nieuw stadhuis te ontwerpen. Op 28 ok
tober 1955 besloot de gemeenteraad ak
koord te gaan met nieuwbouw. Toch
duurde het slaan van de eerste paal
nog eens zes jaar. Oorzaken waren het
uitblijven van goedkeuring van de
rijksoverheid en problemen met de fi
nanciering.
Vlissingen had dringend een nieuw
stadhuis nodig. Door de sterke uitbrei
ding van de stad, waren de gemeentebe
stuurders van mening dan het Van Dis-
hoeckhuis aan de Houtkade te veraf
kwam te liggen van de nieuwe woon
wijken. Daarnaast lonkte scheepswerf
De Schelde naar het stadhuisterrein.
De statige patriciërswoning - tot ver
driet van velen gesloopt in 1986 - vol
deed zelfs bij benadering niet meer
aan de eisen. Ambtenaren zaten bijeen
gepropt. Elke afdeling kampte met ge
brek aan archiefruimte. Ventileren
was nauwelijks mogelijk. Een telefoon
gesprek voeren vereiste engelengeduld
door het lawaai van scheepsbouwers.
Een nieuw stadhuis moest aan de 'rem
op de arbeidsprestatie' een einde ma
ken. Roosenburg ontwierp een recht
hoekig kantoorgebouw, bestaande uit
een representatief en een administra
tief deel met daartussen een dertig me
ter hoge toren als scheidend element
Kritiek was er uiteraard ook. Toenma-
Yvonne Smit biedt M
Juliana een bloemetje aan bij
opening van het stadh®
1965. Smit is nu weer uitgj
digd. folo|
lig gemeenteraadslid J. Marijs vond de
voorgevel te smal en te veel lijken op
een woonwagen. Het binnenplein van
het stadhuis zou ook geschikt zijn voor
openluchtbijeenkomsten.
„Dat open binnenplein was een grote
vergissing", zegt Vlissinger
G. Geeraert (81„Ze hadden dat met
een moeten overkappen. Dat zeiden we
toen al tegen elkaar. Het was gewoon
een nutteloze ruimte."
Geeraert werkte van april 1962 tot
1965 als timmerman aan het stadhuis.
Hij kwam op het bouwterrein (door
Vlissingers Gobi genoemd naar de ge
lijknamige woestijn in China, omdat
de vlakte zo verschrikkelijk kaal was)
toen de atoomkelder al was gestort en
de eerste verdiepingsvloer gereed was.
Geeraert maakte onder meer de bekis
ting van de kolommen in het stadhuis
en de profielen van de dakgoten.
Geeraert kan zich nog goed herinneren
hoe nauwkeurig hoofdopzichter
P.J. Peereboom te werk ging, op het
kleinzielige af. De kolommen moesten
uiteraard kaarsrecht komen te staan,
omdat er later de stalen kozijnen tus
sen moesten komen. Om commentaar
achteraf te voorkomen, vroeg Geeraert
de hoofdopzichter om elke kolom te in
specteren. „Dan kon hij later geen kri
tiek hebben." De Vlissingse oud-tim
merman kan zich nog een voorval her
inneren. Een baksteen heeft een gemid
delde lengtemaat van 21 centimeter. In
opdracht van de hoofdopzichter moest
een mal gemaakt worden, waarin steen
voor steen werd nagemeten. „Hij heeft
echt duizenden en duizenden stenen te
rug laten sturen naar de fabriek, om
dat ze volgens hem niet voldeden. De
ene steen was te kort, de ander te lang.
Soms kwam het op millimeters aan.
Het was verschrikkelijk. Een gebak
ken produkt wijkt altijd af. Dat kan
niet anders. Ik denk dat van de toren
alle stenen zijn gemeten..."
De bouw van het stadhuis nam bijna
vier jaar in beslag. De strenge winter
van 1963 zorgde voor een wekenlange
vertraging. Geeraert had dertien we
ken lang vorstverlet. Zolang het vroor,
kon geen beton worden gestort. Toch
verschenen hij en tientallen andere
bouwvakkers elke dag stipt op tijd.
„Men eiste dat we kwamen. Om een
uur of tien, elf kreeg je te horen dat je
weer naar huis mocht."
De feitelijke oplevering van het stad
huis maakte de Vlissingse oud-timmer
man niet mee. Hij werkte nog wel ge
deeltelijk mee aan de aftimmering,
maar op een zeker moment was de klus
voor hem geklaard. „Het was een mooi
project om aan te werken. Als ik langs-
rij, zeg ik wel eens tegen mijn jongens;
kijk, da's mijn werk. Het was een mooi
gebouw om te zien. Ik was er best trots
op."
Geeraert kan nog geen definitief oor
deel vellen over de renovatie van het
stadhuis. Hij is slechts een enkele keer
gaan kijken. De nieuwe, glazen voorge
vel kan zijn goedkeuring in ieder geval
niet wegdragen. „Wat ze daarmee ge
daan hebben, vind ik helemaal niks.
Dat metselwerk met het wapen van
Vlissingen erin vond ik veel en veel
mooier." Als de gemeente Vlissingen op
zaterdag 27 november Open Huis
houdt, is Geeraert van de partij. „Ik ga
wel 's kijken wat ze van mijn werk heb
ben gerenoveerd."
Ab van der Sluis
Het stadhuis tijdens de verbouwing
Het is al vaker gezegd.
De deprimerende sfeer
die het oude Vlissingse stad
huis had, moest eruit ge
haald worden en daarvoor
in de plaats moest lichtheid
en toegankelijkheid komen.
Maar toch kan die opmer
king niet vaak genoeg ge
maakt worden. Zeker niet
wat Wytze Patijn, de verant
woordelijke architect voor
de verbouwing, betreft.
„Want daarin ligt de kern
van de verbouwing van oud
naar nieuw besloten."
De hal zoals die voor de verbouwing was
De nieuwe hal
foto's Ruben Oreel