Ik ben het symbool van de democratie
Dat maandagmorgengevoel hebben we bijna allemaal
Julius Vischjager
zaterdag 30 oktober 2004 27
Julius Vischjager (67) is enig redac
teur en uitgever van The Daily Invi
sible, de met de hand geschreven,
kleinste krant van Nederland. Hij is
een vaste verschijning op het Binnen
hof en mag bij de wekelijkse perscon
ferentie van de minister-president al
tijd de laatste vraag stellen. De een
vindt hem de dorpsgek, de ander sluit
hem in het hart, maar 'dit achter
buurtjoodje' maakt zich ook kwaad
over iedereen die de Tweede Wereld
oorlog gebruikt voor eigen succes.
„De KRO maakt van Anne Frank een
Tokkie."
Julius Vischjager: „Ik heb absoluut iets bui
tenaards. Dat zijn toch juist de leukste men
sen? Mijn vriendin vindt in elk geval van wel.
Zij heeft ook iets buitenaards en daar zit de
liefde tussen ons, die al twintig jaar duurt. Wij
zijn kunstenaars. Zij schildert, ik speel piano,
maak het kleinste krantje van Nederland en
dat is pure Kunst. Alle grote kunstenaars wei
geren zich te engageren met de smaak van het
grote publiek en ik ook.
Ik geef vertederingsconcerten, heb het gebrek
van de zachtmoedigheid en daar kunnen men
sen niet tegen. Ik ben niet bruikbaar, sta bui
ten de burgerlijkheid. Mensen denken dan met
een dat je een halve idioot bent, een dorpsgek.
Zo zit de wereld nu eenmaal in elkaar, we heb
ben liever Barabas dan Jezus.
Men wil geen mooie dingen, dat is maar inge
wikkeld. Als ik op de piano de schitterendste
stukken speel van Schumann, die er emotio
neel stevig inhakken, dan wil niemand luiste
ren. Mensen willen decibelterrorisme, ze wil
len Wibi Soerabaja, of hoe die ook heet. Het is
technisch uitstekend, maar er zit geen gevoel
in, geen geest. Al die schitterende Russische
pianisten die dat wel hebben, daar wordt niet
naar geluisterd.
Of kijk naar Willem Oltmans. Die man heeft
nooit één leugen verteld, maar niemand wilde
het onderzoeken, want hij bedierf de stem
ming. De Duitsers hebben Rotterdam zestig
keer gebeld dat ze wilden bombarderen, maar
niemand luisterde. Niemand wil de werkelijk
heid weten, die is veel te benauwend. De we
reld wil bedrogen worden.
Daarom heeft Harry Mulisch succes. Datis- - - -
dus een schijnsucces. Hij is de populist van de
Tweede Wereldoorlog. Ik noem hem wel Harry
Mulo, met zijn Ontdekking Van De Hema. Ver
der gaat het niet. Het zijn opstellen voor 16-ja-
rige scholieren. Ik heb niets tegen Harry, hele
maal niets, ik kan ook iemand anders nemen.
Arnon Grunberg, die denkt dat ie de Messias
zelf is.
Het gaat mij er om dat het allemaal zo makke
lijk is. Mulisch durfde niet a la het joods ver
zet de politiek aan te pakken, hij is een eenvou
dige sprookjesschrijver. Laat hij nou eens zeg
gen: 'Ik weiger in Duitsland één letter uit te
brengen als boete voor mijn vader.' Of ga naar
Putten en doe tegenover die mensen boete
voor je vader. Het gaat niet om het boete doen,
niet om het excuus maken, het gaat om de
moed hebben.
Ik lees momenteel het boek Kriegsberichten en
daardoor ben ik er achter gekomen dat er acht
tien miljoen documenten zijn waarin de nazi's
alles hebben beschreven. Zelfs de kleur schoe
nen die de soldaten aan hadden toen ze Putten
uitmoordden. De Puttenaren mogen ze niet in
zien. Die worden niet uitgenodigd in Duits
land, Mulisch wel. Omdat zijn vader een nazi
was, denk ik, die als directeur van de tegen
woordige ABN-Amro-bank in de Sarphatis-
traat alle joodse gelden heeft gejat. Laat Har
ry nu eens met een boek durven komen waarin
hij zijn eigen gevoelens over zijn vader be
schrijft. Dan breekt ie eens een keer zijn nek,
dan is er spanning, dat is niet gemakzuchtig.
Mulisch is de Frans Liszt van de literatuur: pa
thetisch, effectbejag. In Nederland is helaas
weinig talent nodig om boven te komen drij
ven. Kijk naar Pim Fortuyn. Mulisch is de For-
tuyn onder de schrijvers, want zijn boeken
worden aanbeden. Of nee, laat ik eerlijk zijn,
de Johan Cruijff onder de schrijvers. Zoals
Jan Wolkers, de eenvoudige ziel, de lieverd, de
André Hazes onder de schrijvers is.
Dat is geen kinnesinne, ik vind het juist lief
van mij tegenover Harry, omdat ik de waar
heid zeg. Net zoals het heel vriendelijk van mij
is, dat ik oneerlijk gedrag aan de kaak stel.
Het interesseert me niet wat iemand er van
vindt. Als iemand The Daily Invisible niet kan
lezen, omdat ik 'm met de hand schrijf, dan
belt-ie me maar op."
„Ik schrijf zoals ik dat voel. Het gaat mij niet
om wat het lekkerste weg leest, ik wil geen ge
zellige Albert Heijn-roman, ik wil de waar
heid. Daar gaat het in de wereld niet om, het
gaat om macht. Daar word ik kwaad om.
kunnen studeren. Zij heeft mij niet echt opge
voed, want ik werd bij pleeggezinnen onderge
bracht, alles bij elkaar heb ik op 25 adressen
gewoond. Die mensen hielden niet echt van
mij, ze gebruikten mij als oorlogspleegkind
waar ze geld voor kregen.
Geen mens is welkom in deze wereld, alleen
twee mensen bij elkaar in de liefde. Ik heb
nooit een rustpunt gehad, mijn ouders waren
vergast, mijn hele familie werd uitgemoord
door de nazi's en in die pleeggezinnen ging het
allemaal mis.
Ik was dyslectisch, psychisch aangeslagen,
ben zeven keer gezakt voor de Mulo, heb in
een tehuis voor moeilijk opvoedbare kinderen
gezeten, heb het avond-gymnasium niet afge
maakt en heb 29 jaar rechten gestudeerd,
maar ik wilde geen slabbetje. Ik heb die jaren
nodig gehad om mijn psychisch evenwicht te
vinden, om met mijn nachtmerries te kunnen
leven. Nachtmerries komen, zoals het behoort,
door de Tweede Wereldoorlog. Als je die hebt
meegemaakt, natuurlijk ben je dan uit je even
wicht.
Ik sublimeer mijn nachtmerries in het piano
spel, in het maken van The Daily Invisible en
andere creatieve zaken. Het gaat mij niet om
dat krantje, niet om de piano, het gaat mij er
om dat ik daarin mijn gevoelens en gedachten
kan uiten. Ik ben eigenlijk totaal onbelang
rijk. En zeker ongevaarlijk, ik noem mezelf
niet voor niets wel eens een achterbuurtjoodje.
Door die oorlog heb ik wel geleerd elke teleur
stelling om te zetten in positief denken, ik
noem dat de universiteit van Auschwitz. Mijn
dochter wilde mij niet meer zien na de schei
ding van mijn eerste vrouw. Het was een zegen
dat wij uit elkaar gingen, het was een kreng,
maar daardoor ben ik wel mijn dochter kwijt
geraakt. Van haar mag ik nu ook mijn klein
kinderen niet zien.
Mijn dochter is enorm rechts en leeft het liefst
zo onopvallend mogelijk. Dat kun je van mij
niet zeggen en daar wil ze liever niet mee wor
den geconfronteerd. Ik leef ook heel beschei
den, in twee kamertjes, van een uitkering voor
oorlogsslachtoffers en daar heeft ze moeite
mee. Ik ben niet teleurgesteld, elke teleurstel
ling is een ijdelheid van mij. Ik ben gelukkig
en mijn dochter vermoedelijk ook.
Ik ben vooral teleurgesteld in de oppervlakkig
heid van anderen. Teleurgesteld dat de KRO
Anne Frank gebruikt alsof het een kind van de
Tokkies is. Zoals Mulisch de oorlog misbruikt,
misbruikt de KRO Anne Frank: om er een
tv-programma mee te verkopen.
Anne Frank is handel geworden. We hebben
haar laten gaan, want we zijn het grootste ver
radersvolk dat ooit heeft bestaan, en nu heb
ben we haar nodig.
Ik daag KRO-baas Ton Verlind uit naar mijn
eigen radiouitzending Hoe bedoel uop radio
Salto te komen. Elke vrijdag heb ik uitzen
ding, ik betaal er vier euro tachtig voor, ik ben
mijn eigen Berlusconi. Ik ben kwaad, net zoals
ik kwaad ben dat een bezoek aan het Anne
Frank-Huis is verworden tot een toeristisch
bezoek, niets anders dan een reisje Parijs, een
goedkoop soort naar de hoeren gaan."
„Ik geef dit interview, omdat ik een bood
schap heb. We hebben het huis zelfs speciaal
voor je opgeruimd, normaal is het hier één gro
te puinbak. Ik ben bang dat mensen te apa
thisch zijn geworden om de geschiedenis te be
grijpen. Ik wil duidelijk maken dat we wél in
staat zijn de werkelijkheid voor anderen te ver
anderen.
Waarom maken mensen soms een eind aan
hun leven? Omdat ze niet sterk genoeg zijn om
verder te leven. Ik heb wel mensen van zelf
moord weerhouden, omdat ik in staat was ze
een ander beeld van de werkelijkheid te geven
dan dat ze zelf dachten.
Een politieke partij zou in haar programma
moeten zetten dat iedere Nederlander elke
maand één uur iets voor zijn buren moet doen.
Politici denken dat mensen zoveel willen, dat
ze belangrijke dingen voor ze kunnen verwe
zenlijken. Geloof me, mensen willen eten, drin
ken en een beetje vriendelijkheid.
De eenvoudigste dingen worden vergeten. Is
bij mij ook gebeurd. Ik ben twee jaar geleden
geopereerd aan mijn prostaat en daar ging al
les fout. Wonden wilden niet genezen, infec
ties, ik ben vijf keer geopereerd. Ik bleek sui
kerziekte te hebben, waardoor niets kon gene
zen, maar dat waren ze gewoon vergeten te
controleren.
Ik had meer dan 42 graden koorts en dat is een
stadium waarin je je zo beroerd voelt, dat je
de ontspanning van de dood wilt hebben. Ik
wilde niet dood, omdat ik nog wat te doen
had. Ik heb een grote liefde, ze is dertig jaar
jonger en het lang niet altijd met me eens,
maar dat is gezond. Ik mag piano spelen, ik
heb een eigen krant en een eigen radio-uitzen
ding. Al voor mijn dood kan ik zeggen dat ik
zó'n fantastisch leven heb gehad, dat ik het
niet eens hoef over te doen."
Dick Hofland
Ik zeg tegen Balkenende dat het een schande
is als hij Stauffenberg een grootse Duitse ver
zetsheld noemt, omdat hij een aanslag op Hit-
Ier heeft gepleegd. Onzin! Stauffenberg wilde
alleen maar het nazirijk voortzetten. Dat heeft
ie zelf gezegd. Het lijkt allemaal onwaarschijn
lijk wat ik zeg en schrijf, maar als je het uit
zoekt, blijkt het allemaal waar.
Misschien heeft mijn krantje daarom slechts
43 abonnees. Ik heb meer vrienden dan lezers,
maar ben ik daarmee een slechte krant? De
Pravda had miljoenen exemplaren, maar dat
was pure propaganda. En wat is invloedrijk?
Als je op tv bent? Dat is de grootste misvatting
die er bestaat. Ik heb invloed, omdat ik leef. Ik
ben het symbool van de democratie.
Nergens ter wereld mag iemand van het klein
ste krantje dat er bestaat de laatste vraag stel
len op de persconferentie van de premier. Ik
wel. Dat wil niet zeggen dat ik me aanpas. Dat
heb ik nog nooit gedaan. Ik heb eigenlijk nooit
ergens echt bij gehoord.
Ik ben ooit een PvdA-Kabouter geweest en dat
woord zegt het al. Ik hoorde niet bij de PvdA,
want ik was een Kabouter, maar ik hoorde
ook niet bij de Kabouters, want ik was een Pv-
dA'er. Reve heeft toen nog een gedicht voor
me gemaakt, nadat hij me bijna had doodgesla
gen: Lieve Kabouter, met je scooter en je grote
toeter.
Ik zeg waar het op staat. Komt misschien, om
dat ik illegaal was, nergens bij hoorde. Een
joods jochie uit de oorlog. Het joods zijn is om
te overleven, dat is de kracht van het joodse
denken. Daarom is het begrip eeuwige jood uit
gevonden. Een duizendjarig rijk is eindig,
joods zijn niet. Joods is een identiteit.
Het gaat niet om het woord. Joods hoeft geen
religieuze betekenis te hebben, het hoeft ook
niet Israëlisch te zijn, ik zou er zelfs niet eens
willen wonen omdat het geen vredesland is. Ik
voel mij zó joods, dat ik het niet hoef te bewij
zen. Ik ben joods, omdat ik het graag wil zijn
en omdat ik joods ben. Daardoor voel ik mij
mens."
„Mijn moeder was joods, Caroline Vischjager.
Mijn vader heette Julius Vleeschkruier, hij
had vijf bioscopen en mijn moeder was
caissière. Hij heeft mij nooit erkend en zij
heeft mij direct na mijn geboorte afgestaan
aan zuster Middelman, mijn pleegmoeder. Ze
was verpleegster en een verzetstrijdster, die
mij uit de handen van de Duitsers heeft weten
te houden.
Ik was ineens een rijkeluiszoontje, want zij
had miljoenen, die later allemaal zijn gejat
door het kinderziekenhuis waar ze eigenaresse
van was. Door haar heb ik onder meer piano
foto Harmen de Jong/GPD
Julius Vischjager; de kleinste krant van Nederland.
Gaat het alweer een beetje? Maandag
had u waarschijnlijk een rotbegin van
de week. Geeft niet. Dat maandagmorgenge
voel hebben we volgens Joep Schrijvers
bijna allemaal. Het komt omdat je elk week-
begin weer moet afleren mens te zijn. Aan
dat rothumeur is iets te doen, maar ver
wacht niet dat het werk u echt gelukkig
kan maken.
Daar gaat die rotwekker alweer. Koppijn,
helse scheuten in de rug, misselijkheid. Op
staan? Met dit weer? Het is nog zo donker.
Ik geloof dat ik vandaag maar eens thuis
blijf.
Dit gevoel bekruipt vele werkenden menig
maandagmorgen. Werkend Nederland staat
elk weekbegin kreunend en kermend op.
Als ze er al uit komen, want bij ontelbare
afdelingen personeelszaken staat de tele
foon die ochtend roodgloeiend van de ziek-
melders. De rest van het werkvolk ploft
zich grommend in de auto en schuifelt'vol
tegenzin naar kantoor. Onderweg is er al
het eerste telefoontje van die kwieke AD-
HD-collega die je even belt over een paar
afspraken deze week. Pfffhh, rot toch op,
man.
Aldus beschrijft Joep Schrijvers het maan
dagmorgengevoel in zijn nieuwe gelijknami
ge boek. Schrijvers, publicist bij het mana
gementtrainingscentrum De Baak van
werkgeversclub VNO-NCW, is geboeid
door irrationele en kwaadaardige proces
sen in organisaties en mensen. Vorig jaar
baarde hij opzien met zijn in negen talen
vertaalde bestseller Hoe word ik een ratIn
zijn nieuwste werk staat het maandagmor
gengevoel symbool voor de algemene onvre
de die mensen met hun werk hebben.
Is het echt zo erg, meneer Schrijvers?
„Nou, het is een essay en geen wetenschap
pelijk werk. Er is dus altijd ruimte voor nu
anceringen, maar ik beschrijf wel de in
druk die ik krijg uit de verhalen van men
sen. Er tekent zich een patroon af en dat is
dat het onbehagen over werk wijd ver
spreid is en groeit. Er is een fundamentele
mismatch tussen de drift en de beheersing
daarvan op het werk en die kloof wordt gro
ter. Op het werk moet tegenwoordig alles
efficiënter, resultaatgerichter en zinvoller."
„Het gevoel is de rest van de week ook vaak
wel aanwezig. Eigenlijk is elke ochtend een
beetje maandagochtend. Behalve in één
land dan. Waar? In Israël. Daar gaat mijn
boek waarschijnlijk het zondagochtendge-
voel heten."
Komt het niet gewoon doordat we zaterdag
avond te laat naar bed gaan, op zondag uit
slapen en daardoor zondagavond de slaap
niet kunnen vatten? Een tijdelijk verstoord
bioritme?
„Precies. We drinken op zondagavond te
lang door en het lichaam wil dan helemaal
niet om zeven uur opstaan. Het wil blijven
liggen tot één uur en dan doordrinken. Als
je mijn gedachte volgt zouden maandagoch
tendauto's de hele week door gemaakt moe
ten worden, maar dat is vakkundig wegge
moffeld door alle controlesystemen. De mo
derne industrie is goed in het beheersen
van menselijke driften."
U schrijft ergens: werk is maar werk. Bete
kent dit dat je alleen maar werkt om in je
levensonderhoud te voorzien en dat het
werk geen hogere behoeftes moet bevredi
gen, zoals sociaal contact, idealen en zelf
verwerkelijking?
„Je moet inderdaad geen hoge verwachtin
gen koesteren over je werk. Er zijn de laat
ste jaren veel werkgevers geweest die de
mens koesterden, die je wilden laten ont
wikkelen, naar een hoger plan tillen. Zodra
het slechter ging, werden diezelfde mensen
prompt ontslagen."
„Die menselijkheid in het bediljfsleven is
net zo groot als de portemonnee. Ik vind
daarom dat je erg behoedzaam moet zijn
om je geluk, je idealen helemaal op te han
gen aan het werk. Zoek het in je vrije tijd,
de kerk, of wat dan ook. Vergeet niet dat al
die humane management-concepten alleen
maar bedoeld zijn om de motivatie en daar
mee de prestatie te verhogen. Het gaat niet
om de mens, maar om omzet."
Moeten we de maandagmorgen maar af
schaffen?
„Dat lost niets op. Het onbehagen blijft.
Het grootste verwijt dat je mijn boek kunt
geven is dat ik geen oplossing heb: het onbe
hagen zal er altijd blijven. Ik kan alleen
maar tips geven die troost bieden."
Eerst leert u mensen hoe ze een rat moeten
worden, nu klaagt u dat er zoveel nare men
sen op het werk rondlopen. Wat gaat u in
uw volgende boek schrijven?
„Het eerste boek ging over macht en gekon
kel, het tweede over driften en hartstoch
ten. Het derde gaat Wild Vlees heten, met
als ondertitel een filosofie van de ongehoor
zaamheid. De techniek is erop uit om men
sen steeds meer te temmen en daar ben ik
op tegen. Af en toe moet je gewoon onge
hoorzaam zijn. En ik ga uitleggen hoe je
dat kunt."
Jan Ruesinl
Joep Schrijvers, Het maandagmorgenge
voel, met tekeningen van Peter van
Straaten, Scriptum publishers, 16,95.