Opera is als het leven zelf De Eend Variaties Samuel Coleridge bleef een talent Lang leve Toots! znf 2004 Samuel Taylor Coleridge (1772-1834) was niet al leen in woord maar ook in daad een Romantisch dichter. Als jongetje al een eenzame dromer. Intelligent en ge leerd, maar niet in staat de universiteit te doorlopen. Zijn oudere broers moesten regelmatig bijspringen om zijn schulden af te lossen en in 1793 moesten ze hem zelfs uit een Londense legerkazer ne ophalen. Uit liefdesver driet had Coleridge zich aan gemeld als soldaat, onder de naam Silas Tomkyn Com- berbache. Hij verviel van kwaad tot erger. Hij raakte verslaafd aan de opium, werd beschuldigd van plagiaat, maakte de meeste van zijn ge dichten niet af en kreeg ruzie met William Wordsworth. Met hem had hij in 1798 de Lyrical Ballads uitgebracht, algemeen beschouwd als een hoogtepunt van de Engelse Romantische poëzie. Tot de Lyrical Ballads hoorde ook 'The rime of the ancient mariner', Coleridge's bekend ste werk. Het is het angstaan jagende verhaal van een oude zeeman wiens schip vastloopt in de ijsschotsen van de Zuid pool. Als een albatros ver schijnt, komt het schip op een wonderbaarlijke manier los uit het ijs. Wanneer de zee man de vogel, die het schip is blijven volgen, in een vlaag van woede neerschiet, is de bemanning gedoemd. Bij de evenaar komt het schip stil te liggen. Na het passeren van een spookschip, sterven de be manningsleden een voor een. Alleen de oude zeeman toont berouw. Daardoor blijft hij gespaard, maar hij is gedwon gen de rest van zijn leven het verhaal te blijven vertellen, als een les aan de mensen om respect te tonen voor de schep selen van God. In zekere zin lijkt het leven van Coleridge een spiegel van zijn vroeggeschreven gedicht. De laatste jaren van zijn le ven kwam hij tot rust, hij ver zoende zich met Wordsworth en genoot van zijn status als wereldberoemd dichter. Maar de verwachtingen die zijn enorme talent wekten, wist hij nooit ten volle waar te ma ken. Te veel gedichten bleven onvoltooid, waardoor zijn naam voor altijd is verbonden aan dat ene verhaal van de oude zeeman. Ernst Jan Rozendaal n de Amsterdamse Nieuwmarktbuurt kennen ze haar als Ope- g ra-Mariecke. Van de week nog werd ze aangesproken door Westkapelle haar buurman, bepaald niet het type dat vaak in het Mu ziektheater is te vinden. „Zo meissie, hoe is het nou met je opera?" Waarbij hij zijn wenkbrauwen een paar keer veelbetekenend om hoog trok. 30 augustus 13,4,7,8,10 en 11 september Het kost haar weinig moeite het platte Amsterdamse ac cent te imiteren. Even is haar lich te Brabantse tongval naar de ach tergrond gedrongen. Want daar komt ze vandaan. Uit Overlangel. „O verlangen", menen sommige mensen te verstaan als ze vertelt waar ze vandaan komt. „Dat is wel toepasselijk. Want daarover gaan eigenlijk al mijn opera's. Over verlangen." Mariecke van der Linden is een van de weinige operacomponisten van Nederland. Met haar tweeën dertig jaar is ze zeker een van de jongste. Haar eerste opera schreef ze toen ze vierentwintig was. Ze zat nog op het conservatorium. „Ik studeerde compositie, maar was ook ontzettend veel bezig met zang en muziektheater. Gewoon uit belangstelling. Lekker buiten spelen. Ik had nooit de ambitie die kant op te gaan. Maar het zingen ging zo lekker dat ik bedacht dat ik wel de hoofdrol in een opera wil de hebben. Ik vertelde het aan een vriendin die precies hetzelfde wil de. We waren niet goed genoeg om auditie te doen bij de Nederlandse Opera, dus ik zei: 'Ik schrijf er zelf wel één.' Marie Antoinette heette die. Ik was Marie, zij Antoinette. Nog voor het stuk klaar was, had ik het voor bijna niks verkocht aan het Oerol Festival. Sindsdien krijg ik voortdurend uitnodigingen. Mijn eerste operaatje koste vijfent wintighonderd gulden, de volgen de meteen een ton. Buffo Operama kers vroeg me een aantal stukken te schrijven. Dat was zo fantas tisch. In één klap liet ik alle leerlin gen op het conservatorium ver ach ter me. Een opera maak je niet zo maar. Zie alleen maar eens dat je de financiering rond krijgt. Ik heb twee van mijn opera's zelf geprodu ceerd, Paradise lost en De porno- componist. Ik kan er inmiddels een boek over schrijven. Een handlei ding Hoe schrijf en produceer ik een opera? Haar nieuwe opera Sweetheart co- me wordt geproduceerd door het Zeeland Nazomer Festival. Zelf zingt ze dit keer niet mee. Van der Linden wil zich bij dit stuk, dat wordt opgevoerd op de Westkap- pelse Zeedijk, concentreren op de regie. „Ik werk een jaar aan een opera, dan heb ik liever niet dat iemand die totaal geen verstand heeft van muziek even in zes weken komt vertellen hoe het moet. Ik heb wel meegemaakt dat de ziel uit mijn opera's werd getrokken. Ik ben een selfmade-regisseur. Bij De porno- componist was ik co-regisseur. Dat bleek me goed af te gaan. Al les wat ik besliste, had met bewe ging en vorm te maken. Dat ging volkomen automatisch, omdat ik denk vanuit de muziek." Sioeetheart come is gebaseerd op het lange gedicht The rime of the ancient mariner van Samuel Cole ridge. „Ik kwam het boek tegen in een opera winkel in Brussel", ver telt Van der Linden. „Ik dacht: 'Tjezus, wat is dit mooi.' Prachtig, zo'n gevecht van een man met de zee. Iemand die als een soort Don Quichote de natuur bevecht en uit eindelijk dus zichzelf. Ik wilde graag een stuk maken over een schip op zee. Zo'n eiland met zijn eigen codes. Van de zeeman heb ik een kapitein gemaakt, de beman ning leeft volgens zijn regels. Het is een volkomen andere wereld, een mannenwereld. Leuk hoor, met al die kerels is het heel anders werken dan in een stuk vol vrou wen." De tekst van Sweetheart come is geschreven door Marjolein Bie- rens, schrijfster van de monoloog Ik, Zeeuws meisje, die vorig jaar tijdens het Zeeland Nazomer Festi val werd gespeeld. Veel van de scè nes heeft Van der Linden vooraf getekend. Nog zo'n talent waar over ze beschikt. „Door het maken van tekeningen kom ik op nieuwe ideeën. Ik kon het stuk in een vrij concrete vorm aan Marjolein ge ven. Ik ben streng, maar zij kan daar goed mee omgaan. Ik zal niet snel iets weggooien wat zij De Westkappelse Zeedijk, waar de opera Sweetheart come wordt opgevoerd. foto Lex de Meester Han Kerckhoffs: „Ik wil als regisseur vooral een coach zijn die zijn spelers stimuleert." gens de regisseur geen andere volg orde dan Mamet heeft aangegeven. Dat heeft alles te maken met tem powisselingen en muzikaliteit van de voorstelling. De scènes worden aaneen gevlochten met muziek die speciaal gecomponeerd is door Kerckhoffs toneelvrienden van de theatergroep Carver. De Eend Variaties zijn metaforen voor het leven. Voor Emile en George vormen de eenden in het meer een springplank voor hun ge dachten over leven, de dood, de ge varen van het leiderschap, het lot, sex, generaties en luchtvervuiling. Langzaam maar zeker krijgen Emi le en George in hun gesprekken een eigen identiteit. Soms lijkt George de overheersende persoon lijkheid, dan weer is er sprake van gelijkwaardigheid. Af en toe spie gelt de auteur de personages ten opzichte van elkaar Voor Kerck hoffs is al heel snel helder dat al leen Bram Kwekkeboom deze Emi le kan spelen, wat milder en hu morvoller dan George. Terwijl in zijn optiek Bert André een wat cy nische George neerzet, op een ma nier die geen ander hem zal kun nen evenaren. Rollen dus die van uit de eigen verantwoordelijkheid van de acteurs tot stand komen. Nog niet zo lang geleden, in 2002, speelde Han Kerckhoffs in 'Schijn bedriegt' van Thomas Bemhard on der regie van Lucas Vandervorst. Ook hierin draait het om een krib big samenzijn van twee wat oude re heren. Hij is het eens met de ver gelijking die er te trekken valt met De Eend Variaties. Bovendien geldt volgens hem bij Bernhard in hogere mate nog de kracht van het sublieme taalgebruik waardoor veel meer wordt gezegd dan wat er letterlijk staat Veel langer gele den al speelde hij zelf ook in een stuk van David Mamet. Dat is al weer tien of vijftien jaar terug, in 'Glengarry Glcn Ross' onder regie van Johan Doesburg. In beide stuk ken draait het om mannen, om hun onderlinge concurrentie en om hun vriendschap. Kerckhoffs heeft daar ook als regisseur affiniteit mee. „In feite regisseer ik nog te kort om daarin constante elemen ten aan te geven, maar hechte man- nenvriendschap is wel iets wat me raakt. De films van Ettore Scola spreken me daarom ook aan. En een persoonlijk voorbeeld: Deze zo mer was ik met Els (zijn echtgeno te, de actrice Els Dottermans) en onze twee zoons in Griekenland op vakantie. Toen logeerde er een goe de vriend van me enkele dagen bij ons. Op een avond bleef ik met hem samen buiten zitten, de ande ren waren al naar bed. We zaten zomaar zwijgend naast elkaar en genoten van de intense stilte. Dat is het mooie van zo'n vriendschap. Dat je met elkaar kunt praten, maar ook kunt zwijgen. Toen die vriend kort daarop weer met de boot vertrok, was ik zelfs even ont roerd." Artistiek directeur van het ZNF Alex Mallems, tevens collega bij foto Lex de Meester het Herman Teirlinck Instituut, no digde Kerckhoffs uit de regie van De Eend Variaties te voeren. Mal lems ook tekent voor de vertaling. Kerckhoffs heeft geen ervaring met locatieprojecten in de open lucht. Zijn vrouw wel. Els Dotter mans speelde vorig jaar een hoofd rol in 'L'histoire du soldat' van Stravinsky in het fort Ellewouts- dijk. Een prachtige plek, maar af en toe was de regen spelbreker. Han Kerckhoffs hoopt van harte dat het bij De Eend Variates in de praathuisjes in Arnemuiden, Brui- nisse en Paal droog blijft. Een ver stilde avond zal de beleving van de voorstelling intensiveren, maar buien zijn volgens de regisseur fu nest voor de subtiliteit van dit theaterduet. All Pankow De technicus zou de oude muzikant thuis ophalen. Woont hij niet in de buurt van Leuven? Zo gezegd, zo ge daan. Het duurt even voor de oude man zit, maar uiteinde lijk kan het richting studio in Brussel. De technicus, van zichzelf geen grote prater, voelt zich wat ongemakkelijk met de legende naast zich in de auto. Hij doet zijn best wat conversatie te maken, maar het gaat stroef. De legende mompelt en knikt wat, en dat is het dan. Tegen de tijd dat de auto de stad binnenrijdt is de technicus al aardig door zijn gespreksstof heen. Een tikje wanhopig kijkt hij opzij. Tot zijn ontzetting ziet hij de legende met de kin op de borst zitten, de mond half open en een straaltje kwijl uit de mondhoek. Wanhoop? Paniek! Dat zal hem toch niet gebeuren, de legende dood in zijn auto, op weg naar een ses sie? In een opwelling gooit hij het stuur om, piepende rem men en gierende banden om hem heen. Claxons, boos ge schreeuw, een middelvinger. Het kan hem niets schelen. Hij stapt uit en rent om zijn auto heen. „Meneer Thiele- mans! Meneer Thielemans!" Hij rukt het portier open en schudt aan de legende. Niets. 'Mijn God, hij is dood!', schiet het door de technicus heen. „MeneerThielemans!" Hij schudt nog eens. De legende doet z'n ogen open en kijkt verbaasd om zich heen. „Dat was een fijn dutje", glimlacht hij, „zijn we er al?" Goddank, hij leeft! Later die morgen speelt Jean 'Toots' Thielemans, geboren te Brussel op 29 april 1922, de sterren van de hemel. Het is geen opname voor de plaat van een grootheid. Niet Dizzy Gillespie, niet Quincy Jones, niet Paul Simon. Het is de cd van een bigband van se- mi-professionele muzikanten. Toots had beloofd op twee liedjes mondharmonica te spe len. Dus dat doet hij. Waar om? „Awel, 't is mooie muziek en ik had toch niks te doen." Na de sessie gaat de technicus met de vriendelijke Toots op de foto. Het zijn net twee grijnzende kinderen, en elk heeft zo zijn redenen. Ja hoor, hij leeft. Toots Thielemans en hel Brussels Jazz Orchestra, zaterdag 11 scpt. om 21.30 uur, Abdijplein Middel burg.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2004 | | pagina 28