PZC
De kroonluchter
past zich aan
Een paar reuzedingen doen wonderen
W3
Nostalgie
Bulthaup
Tapijt
Hypotheek
Magisch
zaterdag 24 juli 2004
Grote eetkamertafels vragen om een grote lamp. Mede
daarom blijft de aandacht voor kroonluchters groot.
Antieke exemplaren krijgen gezelschap van eigentijdse ont
werpen. Maar de moderne kroonluchters wijken volgens
specialist Ton Vrisekoop nauwelijks af van de oorspronke
lijke exemplaren.
Baroque, een kroonluchter van Maroeska Metz.
Octopus, een eigentijdse luchter met 'wilde armen'.
Baden in een zee van licht.
Met grappige effecten op
plafond en muren. Dat beeld roe
pen kroonluchters al eeuwen
lang op. De balzalen in het oude
Wenen, het paleis in Versailles:
door het helle licht van enorme
kroonluchters kwam alle pracht
prima uit de verf.
Een misverstand, benadrukt
Ton Vrisekoop van HPV Lumiè-
re Classique. „Je hebt heel veel
kaarsen nodig om een interieur
te verlichten. Neem van mij aan,
in die balzalen was het een sche
merige bedoening. En dat was
misschien maar goed ook. Dan
zagen de mensen er in ieder ge
val wat beter uit."
De eigenaar van het familiebe-
di'ijf in Wormerveer- Vrisekoop
is cle vierde generatie - zegt het
met een lach. Om tussen neus en
lippen door te verwijzen naar de
historie van de enorme lampen.
„Tegenwoordig voorzie ik oude
exemplaren van elektrische be
drading. Of ik daar moeite mee
heb? Nee. De kroonluchter blijft
een functioneel artikel."
Nu klassieke elementen nadruk
kelijker in het interieur terugke
ren, lijken ze zelfs weer aan po
pulariteit te winnen. Kroonluch
ters misstaan bovendien niet bo
ven de enorme eettafels die het
interieur in de jaren negentig
hebben veroverd.
Niet gek voor een armatuur dat
ruim vierhonderd jaar geleden
z'n oorsprong vond in het voor
malige Boheemse koninkrijk.
Toen ontdekten glasmakers een
manier om glas te maken dat
qua samenstelling leek op kris
tal. Vooral de manier waarop
dit zogenaamde Boheemse kris
tal het licht breekt, is kenmer
kend. In de achttiende eeuw ver-
Een kroonluchter uit de studio van Jozé ten Have.
overde de kroonluchter Europa.
De enorme lampen verlichtten
niet alleen de ruimte, maar
vormden een wezenlijk onder
deel van het interieur. Met als
voordeel dat de ontwerpen ge
makkelijk aan iedere interieur
stijl konden worden aangepast.
Dook de kroonluchter oorspron
kelijk voornamelijk op in palei
zen, in de twintigste eeuw dron
gen de lampen ook door in woon
huizen. En daaruit zijn ze niet
meer weg te denken.
„Het traditionele klassieke inte
rieur is altijd een goede basis
voor de kroonluchter geweest",
merkt Vrisekoop op. „Sinds een
jaar of tien bestaat een dergelijk
interieur nog nauwelijks." Toch
heeft die ontwikkeling voor de
kroonluchter volgens hem nau
welijks consequenties gehad.
„Waren architecten vroeger stijl
vast - een Empire interieur
kreeg een Empire kroonluchter
- nu is het allemaal wat vrijer.
Dat is een trend die uit Amerika
is komen overwaaien. Daar heb
ben de mensen veel geld, maar
weinig smaak. Antiek werd en
wordt er moeiteloos gecombi
neerd met de eigen hillbilly stijl.
In Nederland zie je nu ook dat
stijlen gemakkelijk gecombi
neerd worden."
Vrisekoop wijst op een kroon
luchter die zijn bedrijf leverde
voor het casino van Schiphol
die ondanks de toepassing van
moderne materialen een klassie
ke uitstraling heeft. HPV is ook
verantwoordelijk voor de restau
ratie van de kroonluchters in
het Haagse Hotel Des Indes.
Voor de kamers levert het be
drijf nieuwe kroonluchters
waarvan het ontwerp gebaseerd
is op de oorspronkelijke exem
plaren.
Pegels
Vrisekoop ziet zichzelf niet als
ontwerper. „Ik heb nooit de illu
sie gehad dat ik het beter kan
dan de oorspronkelijke ontwer
pers. Ik probeer me zoveel moge
lijk aan hun stijl te houden."
Hoewel ontwerpers soms anders
doen vermoeden, is er volgens
Vrisekoop weinig nieuws onder
de zon. Als voorbeeld noemt hij
de kroonluchters van Maroeska
Metz. „Ik vind haar werk prach
tig, maar in plaats van pegels
maakt ze gebruik van glas. Ze
borduurt voort op hetzelfde the
ma."
Maroeska Metz zelf heeft er wei
nig moeite mee die uitspraak te
bevestigen. Ze laat zich gere
geld inspireren door oude model
len, maar toch laat ze zich soms
ook leiden door vormen in de na
tuur. En dat levert volgens haar
wel degelijk iets nieuws op.
„Dan zie ik letterlijk het licht",
zegt ze. Metz startte alweer
ruim tien jaar geleden met het
ontwerpen van kroonluchters.
Als voornaamste reden daar
voor noemt ze de 'radicale om
mezwaai naar het modernisme'.
„Mensen werken in het interi
eur steeds vaker met spots.
Daardoor ontbreekt sfeer. Een
kroonluchter is een beeldbepa
lend object in de ruimte. Meer
nog dan een bankstel. Kroon
luchters zijn sieraden in de ruim
te, geen lampen waar je zomaar
voorbij kunt kijken."
Zelf vindt de ontwerpster zich
vernieuwend. „De kroonluchter
met wilde armen; dat is echt iets
van mij. Ja, ze worden dagelijks
gekopieerd. Ik zie dat als compli
ment. Mijn antwoord is dat ik
iedere keer weer met iets
nieuws kom."
Of het om klassieke of moderne
exemplaren gaat, de essentie
blijft hetzelfde, vindt Jorg van
der Plank van het bedrijf Jozé
ten Have. „Een kroonluchter be
staat nog steeds uit een stang
aan het plafond, een pendel en
armen waaraan de lampen be
vestigd zijn."
Wiel
Ook Vrisekoop heeft weinig
moeite met eigentijdse ontwer
pers die opnieuw het wiel den
ken uit te vinden. Daardoor
blijft de interesse voor de kroon
luchter besthan. Bovendien ko
men mensen via moderne kroon
luchters geregeld toch terecht
bij antieke exemplaren. „Maar
ja, dan heb ik een ander pro
bleem. Aan de vraag naar antie
ke kroonluchters kan ik abso
luut niet voldoen."
Dat is ook de ervaring van Jozé
ten Have. Zo'n dertien jaar gele
den startte ze met de restauratie
van Weense art deco lampen.
„Maar omdat bepaalde lampen
niet meer verkrijgbaar waren,
zijn we ze zelf gaan maken", al
dus Van der Plank, die inmid
dels zes jaar bij het Jozé's be
drijf werkt.
Dat je er een groot interieur
voor moet hebben is volgens Vri
sekoop een misverstand. „Want
je hebt van iedere kroonluchter
ook een kleine uitvoering." Vol
gens Van der Plank zit het 'm
ook niet zozeer in de grootte als
wel in de hoogte van het interi
eur. Dat komt door de hoogte
van de stang. „Maar wij ontwer
pen ook vlakke exemplaren die
ook in een lager interieur pas
sen."
PaulGeerts
Informatie:
www.maroeska.com,
www.jozetenhave.com of
www.kroonluchter.nl.
Kent u het eerste-rij-syn-
droom? Dat is de angst om
in een zaal op de voorste rij te
gaan zitten. Iedereen die wel
eens een lezing geeft, weet dat
de voorste rij zich het laatste
vult, een enkele hardhorende
daargelaten.
Zo bestaat er ook een gro-
te-planten-syndroom: de angst
om in een kleine tuin grote plan
ten te gebruiken. Je kunt ie
mand nog zo vaak vertellen dat
je met drie grote planten veel
meer effect bereikt dan met der
tig kleintjes - het zal niet hel
pen. De angst voor planten die
met kop en schouders boven het
maaiveld uitsteken is te groot.
Grote, spectaculaire planten be
wonder je bij een ander, maar je
plant ze liever niet in eigen tuin.
Tenzij het een zonnebloem is, of
een pompoen, want records bre
ken we graag en in wedstrijdver
band is opvallen juist gewenst.
Toch zou ik willen zeggen: trek
de stoute schoenen aan en voor
zie uw tuin niet alleen van lage
en middelhoge planten, maar
ook van een paar reuzen die in
het Engels zo aardig traffic-stop
pers worden genoemd. Zo'n reus
is bijvoorbeeld de rabarber -
niet de culinaire rabarber, laat
die maar in de moestuin staan.
Rabarber bloeit prachtig, maar
de toegewijde moestuinier laat
zijn rabarber niet bloeien want
dat verzwakt de plant. Nee, kies
liever voor de sierrabarber, een
kolos van een plant met blade
ren ter grootte van de krant
waarin u dit leest en bloemplui-
men van meer dan twee meter
hoog. Rheum palmatum is de we
tenschappelijke naam van de be
kendste sierrabarber, een soort
die nogal variabel is. De een is
mooier dan de ander. Neem
geen genoegen met een poedel
prijs, maar ga op zoek naar de
variëteit 'Atrosanguineum', met
groot, handvormig, diep ingesne
den blad, dat intens paarsrood
van kleur is in het voorjaar, en
later in het seizoen groen met
een rode zweem. Gewone moes-
tuinrabarber bloeit crèmewit,
maar deze sierrabarber produ
ceert in juni reusachtige kersro
de pluimen. Rheum palmatum
wordt niet alleen hoog, maar
ook breed en neemt in ontplooi
de staat wel drie vierkante me
ter in beslag. Dat is dan tegelijk
de grootte van de krater die je
overhoudt als de plant na de
langste dag begint af te sterven.
Nu hoeft dat geen probleem te
zijn, zolang je maar beseft dat je
die ruimte met andere planten
kunt opvullen. In het vroege
voorjaar, als het blad van de
sierrabarber net ontluikt, kun je
het gat vullen met rode vroege
tulpen die mooi kleuren bij het
paarsrode jonge blad van de ra
barber; later in het seizoen, als
de Rheum aftakelt, kun je dit
proces maskeren door de vrijko
mende ruimte te laten opvullen
door roze of witte herfstanemo-
nen. Voor kleine perkjes, of voor
benauwde geesten, bestaat de
mini-sierrabarber Rheum 'Ace
of Hearts' - Hartenaas. 'Ace of
Spades' - Schoppenaas- zou de
vorm van het blad beter weerge
ven, maar die naam heeft in de
Engelse taal een racistisch bij
smaakje. 'Ace of Hearts' maakt
een bloemstengel van iets meer
dan een meter lang.
Ook een dwerg is Rheum alexan-
drae, met een bloeiwijze die de
meter niet eens haalt. Het blad
van deze rabarber is klein en on
opvallend, maar de bloemen
zijn verborgen onder enorme
crèmewitte schutbladen die de
bloempluim een heel eigen uiter
lijk geven.
Himalaya
Wie de plant eenmaal heeft zien
bloeien rust niet voordat hij
hem ook in zijn eigen tuin heeft.
Maar hoe weerbarstig kan de
praktijk van het tuinieren zijn:
Rheum alexandrae komt uit de
hoge Himalaya en groeit daar
waar de berghellingen bijna ie
dere dag in kille mist gehuld
zijn en die omstandigheden zijn
in de tuin niet gemakkelijk na te
bootsen. Bovendien schijnt
Rheum alexandrae dol te zijn op
drollen van yaks. En ook daar
aan is hier maar moeilijk te ko
men.
Romke van de Kaa
De stoel waarin opa z'n krantje
las. Daaraan doet het ontwerp
Fellini van het Culemborgse be
drijf Dynamic Design nog het
meest denken. Het ontwerp sluit
aan bij de ontwikkeling dat klas
sieke elementen weer steeds va
ker opduiken in het interieur.
De kleur van de bekleding is
daarentegen eigentijds. Fellini
is verkrijgbaar in fel groen en
knalrood.
Informatie: www.dynamicde-
sign.nl of 0345-519188.
Systeem Bulthaup B3 is vanaf
dit najaar in Nederland verkrijg
baar. Wie er al wat meer van wil
zien kan terugvallen op het nieu
we Bulthaup Magazin, dat ver
krijgbaar is bij dealers van het
Duitse merk. B3 is een revolutio
nair systeem waarmee alle stan
daardopvattingen over de keu
ken overboord gaan. Doordat de
elementen simpelweg aan een
speciale achterwand gehangen
kunnen worden, lijken ze te zwe
ven. Het systeem is ontworpen
door Herbert Schultes, die jaren
lang hoofd design bij Siemens
Bloeiende rabarber.
foto GPD
Diva Twin en Diana Twin. Dat
zijn de namen van twee nieuwe
collecties vloerbedekking die op
de markt zijn gebracht door Des-
so Home. Het opvallende aan de
collecties is dat gebruik is ge
maakt van twee kleuren garen.
Beide zijn verkrijgbaar in breed
tes van vier en vijf meter. Diva
Twin is gemaakt van microve
zels. Daardoor krijgt het tapijt
volgens Desso Home een luxe
uitstraling.
Jongeren kiezen steeds vaker
voor een hypotheek met Natio
nale Hypotheek Garantie
(NHG). Dat blijkt uit cijfers van
de Stichting Waarborgfonds Ei
gen Woningen, de organisatie
die de NHG verstrekt. In 2002
verstrekte de stichting 52.000
garanties. Vorig jaar waren er
dat 74.000. Het gaat voorname
lijk om jongeren die hun eerste
woning kopen. De helft van de
aanvragers is onder de dertig.
Met de garantie staat het Waar
borgfonds bij financiële proble
men garant voor de terugbeta
ling van het hypotheekbedrag
aan de geldverstrekker.
Het Magisch Muziek Mobiel be
weegt, maakt geluid, schijnt een
dromerig licht en heeft een ge
luidssensor. Als het kind geluid
maakt, gaat de mobiel aan. Dan
hoort de baby het ingesproken
geluid, bijvoorbeeld de gerust
stellende stem van mama.
Het magische mobiel (49,99 eu
ro) maakt deel uit van Vtech's
nieuwe serie speelgoed voor kin
deren van nul tot twee jaar.
Daarin verder onder meer de
zachte Kiekeboe Bal, waarin
tien liedjes en meer verrassin
gen zitten en de PlucheFoon
met lieve liedjes en knipperende
lichtjes.