•zc
lechts een
nkele lijn
Omgord mijo Heer, met de gordel van zuiverheid
Gijs Scholten
van Aschat
24! Petrarca op de Mont Ventoux
27 Terugblik op Audrey Hepburn
loetje bijlagen: 0113-315680
n. pzc.nl
Jfedactiefepzc.nl
jus31/4460 AA Goes
«rtentie-exploitatie.
Jan Midden-Zeeland: 0113-315520;
ïS-Vlaanderen: 0114-372770;
iaal: 020-4562500.
oensdag 14 juli 2004
Egidius Kwartet in Grote Kerk Veere
>o i
ij kreeg onlangs de prestigieuze Van Dalsum-toneel-
ring, uit handen van collega-acteur en goede vriend
Pierre Bokma. Behalve acteur is Gijs Scholten van
Aschat (44) regisseur en schrijver. En als hij er tijd voor kon
vrijmaken, deed hij misschien nog wel veel meer. Waarmee
we meteen zijn aangeland bij de kern. „Want dat is dus het
probleem: ik wil te veel dingen tegelijkertijd doen."
In juni heeft u avond aan
avond op de planken gestaan,
terwijl u overdag workshops gaf
en ook al schreef aan uw nieuw
ste stuk voor Orkater. Beetje
veel allemaal.
„Dat is ook mijn probleem: dat
ik van mezelf zo veel moet. Als
ik dat nou eens zou kunnen ver
anderen! Ik heb in mijn hoofd
altijd een heleboel plannen en
ideeën, ik wil mijn grenzen blij
ven verleggen. Als ik rust neem,
moet ik dat voor mijn gevoel al
lemaal stopzetten. Ik ben bang
dat ik niet met alles klaar kom
en dan voel ik me schuldig."
Is dat niet vermoeiend
„Ja, ik moet mezelf eigenlijk
dwingen alles los te laten. Maar
het probleem is dat ik alles wat
ik doe, zo leuk vind. Ik kan moei
lijk nee zeggen als mensen mij
iets vragen. Daarbij moet ik ook
nog geld verdienen. Want het is
bij het toneel allemaal wel leuk,
maar zoals Johan Cruijf altijd
zegt: ik krijg er bij de bakker
geen brood voor. Dus spreek ik
ook commercials in om te overle-
U heeft al zo veel prijzen en on
derscheidingen ontvangen. Wat
wilt u nog bereiken als acteur?
„Ik heb vele dromen, maar die
hou ik voor mezelf, anders spat
ten ze uit elkaar. Vroeger was ik
heel erg bezig mezelf te bewij
zen. Nu is dat minder nodig. Ik
wil gewoon plezier hebben en
leuke dingen doen: veel verschil
lende interessante projecten,
waarvan ik denk dat ze goed
worden."
Maar u heeft ook gezegd dat u
James Bond wilt spelen.
„Dat wil ik nog steeds! Ik ben er
alleen nog nooit voor gevraagd.
Maar ik zou het meteen doen,
het lijkt me geweldig."
Zijn er rollen waarmee u moeite
heeft?
„Voor een echt realistische rol
op toneel ben ik de laatste jaren
huiverig geworden. Het mooie
aan toneel vind ik juist dat je
met niks alles kunt suggereren
en dat je een verhaal op heel
veel manieren kunt vertellen.
Dus het hoeft helemaal niet rea
listisch te zijn."
Maar verder kunt u alles spe
len? Zou u iemand zoals George
W. Bush neer kunnen zetten, ie
mand van wie u helemaal geen
fan bent?
„Ja hoor. Sterker nog: ik speel
liever onsympathieke dan sym
pathieke personages. Maar sym
pathie hebben voor een persona
ge is iets anders dan die figuur
in werkelijkheid sympathiek
vinden."
Wat is het verschil?
„Bush vindt zichzelf geen lui.
Hitier vond zichzelf denk ik ook
geen lui, al was hij de ergste
man op aarde. Als acteur ben ik
verantwoordelijk voor mijn per
sonage. Daar moet ik voor
staan, wie het verder ook is."
Ander voorbeeld dan: zou het u
gemakkelijk afgaan een vracht
wagenchauffeur te spelen?
„Nou nee, niet gemakkelijk. Dat
heb ik niet aan me hangen.
Kunt u dat niet of wilt u het
niet?
„Ik denk niet dat ik het echt
kan. Het lijkt me wél interes
sant een man te spelen die gestu
deerd heeft, gefaald heeft, aan
lager wal is geraakt en vracht
wagenchauffeur is geworden.
Een man die zich heeft aange
past aan die wereld. Die erin
thuis is geraakt. Dat kan ik spe
len, dat weet ik zeker."
U heeft een bankiersachter
grond, is het niet?
„Ja, dat klopt. En je blijft zien
dat ik het ben die het speelt.
Dat is voor film of televisie niet
handig, want dan moet het rea
listisch zijn. Maar voor theater
is het helemaal niet erg te zien
dat iemand iets speelt; daar
gaat het om het verhaal dat je
vertelt. Dat is het leuke aan
theater: eerst komt de heks bin
nen, dus dan speel ik de heks.
Maar dan verander ik ineens in
een vrachtwagenchauffeur en
dan zeg ik, met zo'n verdraaide
stem: 'Geef mij eens een biertje?
Hee, kom op nou!En dan denkt
het publiek: ja, dat is een vracht-
wagenchaufeur. Dat komt door
dat ze mij dan dat verhaal zien
vertellen."
Wat houdt u als acteur van een
goede prestatie af?
„Chaos voordat ik op moet. Ik
moet bij grote rollen altijd de
rust hebben om me voor te berei
den. Ik moet de overgang maken
van de wereld van alledag naar
de avond dat ik moet spelen.
Daar moet niemandsland tussen
zitten: even leeg zijn, om me
weer op te kunnen laden."
„En niet al te uitgebreid eten
van tevoren. Want dan gebeurt
er te veel. Ik moet het moment
aankunnen dat ik het toneel op
moet."
We moesten laatst in Gronin
gen spelen. Toen had ik eerst
een interview, daarna een voor
bespreking en vervolgens moest
ik op. Ik raakte in paniek."
„Als acteur ben ik verantwoordelijk voor mijn personage. Daar moet ik voor staan."
En dan moet u toch dat podium
op.
„Ja, daar moet ik dan doorheen.
Na een kwartiertje zakt de pa
niek, dan zit ik weer in het stuk.
Het publiek merkt er niks van,
maar mijn collega's wel."
U heeft er nooit een geheim van
gemaakt dat u vroeger ernstig
aan faalangst leed.
„Klopt. En in Groningen kwam
die faalangst weer even boven.
Ik heb het voor een groot gedeel
te onder controle. Maar af en
toe moet ik dat gevecht weer
zien te winnen en me er over
heen zetten. Als ik dan eenmaal
•weer lekker heb gespeeld, ben
ik alles weer vergeten."
Nog andere valkuilen?
„Soms moet ik uitkijken dat ik
het stuk niet dichtsmeer. Dan
valt er weinig te raden en laat ik
te weinig over aan de verbeel
ding van het publiek. Zoals een
schilder soms te veel kleur ge
bruikt, speel ik dan als acteur te
duidelijk, vul ik te veel zelf in."
„Ik wil spelen zoals Matisse
schildert. Een schets is het
mooist. Een paar lijnen, klaar.
Hoe groter je talent, hoe minder
je nodig hebt. Maar soms wil ik
te veel doen, dan vertrouw ik
foto Mark Kohn/GPD
niet genoeg op wat er al is, op
wat ik al kan."
En dat zegt u na al die prijzen,
al die erkenning.
„Maar dit is iets wezenlijks!
Heel veel mensen hebben er last
van." Het vertrouwen komt
naarmate je ouder wordt, het
komt bij mij ook wel. Het lukt
me steeds beter. Maar niet al
tijd."
Volgens Peter Blok zijn de men
sen met wie u speelt belangrij
ker voor u dan wie u speelt.
„Ja, dat is ook iets van de laat
ste jaren. Dat is zo fijn aan Orka
ter. Zoals Ajax mijn voetbal-
thuis is, is Orkater mijn theater-
thuis. Ik vind het een heel mooie
club. We hebben daar een ge
deelde verantwoordelijkheid.
Heel hecht. Ik krijg daar alle
ruimte, terwijl ik ook sterk het
gevoel heb dat ik beschermd
word."
Beschermd door wie?
„Door de mensen om me heen.
Kijk, ik heb net een veertien
daagse workshop gegeven aan
acteurs, actrices, componisten,
muzikanten, schrijvers en regis
seurs. Aan het einde gaven we
een presentatie en dan komt ie
dereen van Orkater kijken. Ook
de mensen van de administratie
en de publiciteit. En als ik dan
Theo, de timmerman, ertussen
zie zitten, denk ik: ja, dit is het
gezelschap waar ik bij wil ho
ren. Want ook Theo is one of the
guys. Bij Orkater word ik ge
traind niet vanuit mijn ego te
denken, maar vanuit het grote
geheel."
Gaat dat u gemakkelijk af?
Aarzelend: „Ja... nou ja... gemak
kelijker dan ik dacht. Ik heb na
tuurlijk wel een groot ego en ik
wil van alles. Maar ik merk dat
ik de meeste bevrediging vind in
de momenten waarin ik een ge
voel van saamhorigheid heb."
Welke plek neemt u in zo 'n sa
menwerking het liefst in?
„In het begin ben ik een ideeën-
brenger en organisator: audities
organiseren, mensen bij elkaar
zoeken. Als alles op de rails
staat, beginnen de repetities en
dan doe ik mee als acteur. Dan
ga ik lekker klooien."
Ik bedoelde meer: hoe gedraagt
u zich in een groep? Dominant,
of...
(Stilte) „Dat weet ik eigenlijk
niet. Nou ja, ik ben niet iemand
die zichzelf wegcijfert. Ik laat
wel mijn mening horen en ik pro
beer grapjes te maken en gein te
trappen."
Peter Blok zegt dat hij u gere
geld moet terugfluiten.
„Dat is als we samen op de vloer
staan. Als ik weer te veel doe, of
te veel wil. Als ik geen maat
houd. Als ik overambitieus ben.
Bij The Prefab Four - dat ik zelf
had geschreven - voelde ik, ter
wijl ik zelf aan het spelen was,
te veel verantwoordelijkheid
voor het geheel. Ik wilde bijvoor
beeld meer tempo in het spel en
daar zette ik te veel druk op.
Maar dat werkt dus averechts.
Want je kunt niet én spelen én
regisseur zijn. Dus heb ik tegen
de regisseur gezegd: tot vier uur
ben ik gewoon de acteur en na
vier uur kun je me als schrijver
aanspreken."
U bent nu een stuk voor Orkater
aan het schrijven: De kortste
eeuw. Wordt dat een tragikome
die, net zoals The prefab four?
„Weet ik nog niet. Het is wel
mijn bedoeling dat genre los te
laten en iets meer mijn fantasie
de vrije loop te laten. Het moet
ook wat minder realistisch wor
den, allemaal."
Ik denk dat ik mezelf als
schrijver meer moet gunnen, dat
ik er meer de tijd voor moet ne
men."
Hilde Breunissen
A Is jochie loog componist Henny Vrien-
*lten tijdens de biecht altijd dat zijn eni-
ie was geweest dat hij weer aan de
^kerpot had gezeten. Als boetedoening vol
rond het bidden van vier 'Onze Vaders' en
«ie 'weesgegroetjes', waarna hij, verlost
Me zonden, een stuk lichter de kerk ver-
Jt. Vrienten vertelt deze anekdote tijdens
.audiotour waarmee bezoekers van de ex-
Pus'tie Van Doop tot Dood' met mijmerin-
Pover het rijke roomse leven worden ver
maakt.
Ikeraa van deze tentoonstelling in museum
|®stelkring, Ons' Lieve Heer op Solder in
•^sterdam zijn de zeven sacramenten. Dat
rfde 'zichtbare' handelingen doop, vorm-
!.a®nvaarding van het priesterschap, hu-
eucharistie, biecht en oliesel waar-
16 gewone' rooms-katholieke gelovigen
^btsdragers sinds de twaalfde eeuw in
juuiact met de onzichtbare werkelijkheid
£™en. Volgens de rooms-katholieke leer is
'vige door dit hechte bouwwerk van
te tot graf verzekerd van de genade
bovennatuurlijke hulp van God.
°t museum opende in 1888 zijn deuren in
1 Zeventiende-eeuwse woonhuis waar
Het huwelijk, achter glas schildering circa 1800
koopman Jan Hartman op zolder een schuil
kerk inrichtte. Dat was noodzakelijk omdat
de protestantse machthebbers van de Repu
bliek der Zeven Nederlanden de rooms-ka
tholieke eredienst alleen tolereerden zolang
die vanaf de straat onzichtbaar bleef. Huis
en kerk zijn zó fraai bewaard gebleven dat
een bezoek aan dit museum op de Amster
damse Wallen ook voor onkerkelijken en
protestanten altijd de moeite waard is.
De informatie die tijdens de audiotour bij
deze speciale expositie wordt verstrekt is
echter zó gedetailleerd dat niet-katholieken
er wijs aan doen zichzelf te beperken. Want
wie zich zonder roomse wortels voorneemt
naast de toelichting van Henny Vrienten
ook die van onder anderen hoogleraar Henk
van Os, priester Bart Verreijt, Rijksprenten-
kabinet-hoofd Ger Luijten, fotograaf Peter
Mookhoek en lerares Germa Harmsen te be
luisteren, krijgt onvermijdelijk last van ver
moeidheid. Dat effect wordt nog eens ver
sterkt door de vele feiten in de brochure
waarmee de bezoeker met zijn koptelefoon
op pad wordt gestuurd.
Wat is bijvoorbeeld een cingel? Dat is 'een
lang dubbel geslagen koord om de albe op
te schorten'. Een albe blijkt een lang wit lin
nen priesterkleed tot op de voeten dat voor
deugdzaamheid en reinheid staat. De cingel
staat voor 'priesterlijke zuiverheid' en de
priester dient bij het omslaan te bidden:
„Omgord mij, o Heer, met de gordel van zui
verheid en doof uit in mijn lenden de gevoe
lens van wellust, opdat in mij blijve de
deugd van vastbeheerste kuisheid."
Pepermuntjes
Maar toets tijdens de audiotour vooral wél
alle nummers in waarin 'gewone' gelovigen
aan het woord komen. Ze blikken met hu
mor, zelfspot en af en toe ontroerende wee
moed terug op cle tijd dat de zekerheden
van het rooms-katholicisme (en andere ge
loofsrichtingen) in Nederland nog niet aan
erosie onderhevig waren.
De vader van Henny Vrienten loog desge
vraagd tegen zijn kinderen altijd dat hij al
's ochtends om vier uur bij de paters was ge
weest, maar eenmaal ziek geworden ging hij
tot verbazing van zijn zoon toch naar de zie
kenhuiskapel. „Voor je weet maar nooit",
verklaarde hij en zijn zoon hoopt dat God
zijn ziel nu toch een beetje rust geeft.
Vrienten ging naar het seminarie omdat hij
missionaris wilde worden: „Dat is niet hele
maal gelukt, want een paar jaar later gin
gen mijn hormonen wei'ken. En daar dank
ik God voor op mijn knieën." Het sacrament
van het huwelijk liet hij aan zich voorbij
gaan („Ik koos ervoor in zonde te leven") en
hij vermoedt dat hij aan het slot van zijn le
ven dan ook zeker niet in aanmerking zal ko
men voor het Heilig Oliesel.
Peter Mookhoek vertelt vermakelijk over de
overgave waarmee hij met zijn vriendje
priestertje speelde op zolder. De zusters van
het vriendje waren de gelovigen maar wer
den al gauw onrustig omdat ze zin hadden
in de pepermuntjes die dienst deden als hos
ties. Germa Harmsen vertelt over haar be
zoeken aan het 'Lof' (geen sacrament, maar
een soort feestelijk tussendoortje): „Als ik
ging, wilde ik iets krijgen uit de hemel."
Met verbluffende snelheid citeert ze een aan
tal gebeden: „Die heb ik al 45 jaar niet meer
gepraktiseerd, maar ik weet ze nog steeds."
Vruchtbaar
Ook aanwezig zijn de twee enorme kande
laars uit de Amsterdamse St. Nicolaaskerk
die tijdens de huwelijken van Wil-
lem-Alexander en Maxima en Friso en Ma-
bel in de kerk stonden. Aangestoken zijn
het net vlammende stammen in bloei en dat
is een leuke symboliek, concludeert Henk
van Os. Als enige 'grensoverschrijdende' ker
kelijke attributen symboliseren ze op deze
expositie de aardverschuiving in kerkelijk
Nederland die het mogelijk maakte dat
zelfs een kroonprins uit het protestantse
Oranjehuis probleemloos met een rooms-ka
tholieke vrouw trouwde.
Museum Amstelkring, Ons' Lieve Heer op
Solder heeft met externe deskundigen een
methode ontwikkeld voor het verzamelen
en doorgeven van verhalen van bezoekers
om zo de betrokkenheid bij exposities te ver
groten. De bezoekers kunnen aan het slot ei
gen herinneringen intikken op een beeld
scherm en ter plekke ook een foto van bij
voorbeeld een bidplaatje laten maken. Met
verhalen over klevende hosties en misboek
jes voor kinderen met een systematische op
somming van fouten, blijkt deze aanpak vol
gens woordvoerder Thijs Boers zo vrucht
baar dat ook andere musea daar in de toe
komst baat bij kunnen hebben.
Frangoise Ledeboer
Expositie: Van Doop tot Dood - Museum Amstel
kring, Ons' Lieve Heer op Solder Amsterdam
(Oudezijds Voorburgwal 40), t/m 3 oktober. Geo
pend maandag t/m zaterdag 10.00 tot 17.00 uur,
zon- en feestdagen 13.00 tot 17.00 uur.