Musiceren voor
een hongerloontje
Een beetje actie mannetje, niet zo sloom
Grote namen zijn
noodzaak geworden
Jazz uit de polder
25
E
Al Jarreau
woensdag 7 juli 2004
n N ederland komen j aar
lij ks vele tientallen be
kwame j azzmusici van
de conservatoria. Dat zouden
er best wat minder mogen
zijn, economisch gezien. Ze
moeten vaak met een honger-
loontje genoegen nemen.
Slechts weinigen stijgen bo
ven de massa uit. Een peiling
van het Nederlandse jazzkli-
maat, aan de vooravond van
het North Sea Jazz Festival
in Den Haag op vrijdag 9, za
terdag 10 en zondag 11 juli.
De Ameiïkaanse gitarist Pat
Metheny trad vorig jaar op
het North Sea Jazz Festival op
met vrijwel uitsluitend Neder
landse musici. Als artist in resi
dence mocht hij kiezen met wie
hij speelde en hij koos Nederlan
ders. Dat mag illustratief ge
noemd worden. De Nederlandse
jazz wordt ook internationaal
voor vol aangezien. Zelfs in
Amerika, waar toch de baker
mat van de jazz ligt.
Veelzeggend is ook dat de laat
ste jaren drie Nederlanders wer
den onderscheiden met de Ame
rikaanse Thelonious Monk
Award, de belangrijkste jazz-
prijs ter wereld: in 1995 ging die
naar gitarist Jesse van Ruller, in
1996 naar pianist Michiel Borst
lap en vorig jaar was trombo
nist Ilja Reijngoud de gelukkige.
En op het internationaal hoog
aangeschreven North Seais jazz
van Nederlandse bodem een sta
biele factor geworden.
„De kwalitdit van de Nederland
se jazz is zéér, zéér hoog. We
kunnen absoluut concurreren
met het buitenland, inclusief
Amerika", zegt Cees Schrama,
al dertig jaar presentator van
het wekelijkse Tros-radiopro-
gramma Sesjun.
Bruiloften
Puur vanuit economisch per
spectief gezien zijn er te veel
jazzmusici in Nederland, meent
Schrama. „De besten redden
zich wel. Die zijn zelfs erg
druk", aldus Schrama, die in dit
verband Joris Roel of s, Martij n
van Iterson, Jesse van Ruller en
Piet Noordijk noemt, „maar de
meerderheid heeft het héél
De Nederlandse saxofoniste Tineke Postma staat met haar cd First Avenue in de Jazzchart van het Amerikaanse tijdschrift Jazzweek.
foto Gerlinda de Geus/GPD
zwaar." Als je als Nederlandse
jazzmuzikant het hoofd boven
water wilt houden, moet je je
nergens te groot voor voelen.
Voorbeeldje: de Arnhemse pia
nist Hans Kwakkernaat speelde
vorig jaar juli in een bomvolle
zaal tijdens het North Sea Jazz
Festival de sterren van de hemel
en een paar dagen later kon je
hem achter zijn elektrische pia
no aantreffen in een Nijmeegs
park, waar hij tijdens de Zomer
feesten voor een halve man en
een paardekop optrad. Heel wat
Nederlanders hebben op bruilof-
en goede inleiding tot de hedendaagse Nederjazz vormen de
volgende tien albums:
Michiel Borstlap - Gramercy Park Fay Claassen - Specially arran
ged for Fay
Gerard Kleijn Group - New world
Netherlands Metropole Orchestra featuring Paul van Kemenade -
Freeze! hes
New Cool Collective - Bring it on
Tineke Postma - First Avenue Jesse van Ruller - Circles Sprinkhui-
zen, Fennis Didderen - Hip hip
Jeroen van Vliet Trio - Red sun Eric Vloeimans - Hidden history
ten en partijen - zonder het te
weten - geluisterd naar feest
bands waarin jazzmusici met er
varing op North Sea zaten. De
spoeling is nu eenmaal dun, in
een klein land.
Jazzproducer Bob Hagen: „Dat
levert soms schrijnende tafere
len op. Ik heb pas nog meege
maakt dat een paar uitstekende
jazzmuzikanten in een club
speelden. Ze begonnen 's mid
dags en aan het eind van de
avond kregen ze een envelop. Ik
vroeg die jongens wat er in zat.
Vijftig euro!
De overheid investeert flink in
jazz, constateert Hagen. „Er
gaat veel geld naar de opleidin
gen. En daarna naar de musici,
in de vorm van ww- en bij
standsuitkeringen. Maar ik ben
er juist een voorstander van om
podia te subsidiëren om zo meer
concerten mogelijk te maken.
Het aantal jazzpodia in Neder
land is de laatste pakweg tien
jaar hard achteruit gegaan.
Reclamespots
Schrama zit op diezelfde lijn: sti
muleer jazzconcerten. Hij ge
looft bovendien dat het publiek
er klaar voor is. „We hebben te
maken met een steeds grotere be
langstelling voor jazz. De laat
ste jaren.is North Sea al weken
van tevoren uitverkocht. Dat
was vroeger niet zo. En je ziet
steeds meer jazzfestivals. Iedere
stad heeft tegenwoordig een ei
gen festival. En er komen steeds
meer mensen op jazz af. Ook
hoor je steeds meer jazzmuziek
in reclamespots. Dat is eveneens
veelzeggend, want dat bestond
vroeger niet."
Ondertussen constateert ook pla
tenmaatschappij EMI Music,
moedermaatschappij van het be
faamde Amerikaanse jazzlabel
Blue Note, een toenemende pu^
blieke belangstelling voor jazz.
EMI programmeerde de afgelo
pen periode in Amsterdam met
veel succes een wekelijkse Blue
Note Trip avond. Een dj presen
teert de avond en draait dansba
re jazz. Wisselende gastmuzikan
ten staan hem bij. Samen met
Mojo Concerts brengt EMI dit
evenement - dat steevast uitver
kocht was - nu ook naar andere
steden. Inmiddels hebben clubs
in Den Haag, Deventer, Gronin
gen en Rotterdam het jazz-pro-
gramma omarmd.
Naast dit soort positieve ontwik
kelingen staat de Grote Grief
van Cees Schrama: het beperkte
aanbod van jazz op radio en tele
visie.
Schrama's eigen radioprogram
ma Sesjun lijkt een langzame
dood te sterven. Het bestaat nog
wel, maar tegenwoordig worden
alleen nog oude opnames uitge
zonden: er is geen geld meer
voor live-jazz op de radio. „De
publieke omroep heeft de jazz
de afgelopen vijftien jaar als
een baksteen laten vallen." Als
voorzitter van de stichting Jazz
op 6 blijft Schrama echter ijve
ren voor meer aandacht voor
jazz op de radio.
Producer Bob Hagen zit even
min bij de pakken neer. Want
hij is een liefhebber. „Ik heb een
goedlopend eigen bedrijf gehad
en kan het me nu permitteren
mijn nek uit te steken." Dat
doet hij. met een project dat na
deze zomer begint. Het behelst
zo'n 120 jazzconcerten per jaar
in veertig Nederlandse schouw
burgen, theaters en concertza
len. „En als ik in een artiest of
band geloof, wil ik er in een aan
tal gevallen graag een cd mee
maken."
Over de verkoopcijfers is hij
niet ontevreden. Hij opereert
naar eigen zeggen in een stabie
le markt. „Relatief gezien gaat
het met de verkoop van jazzpla
ten beter dan met die van pop
en klassiek."
Hagen meent overigens dat veel
Nederlandse jazzmusici te wei
nig ondernemend zijn. „Ze tim
meren te weinig aan de weg. Ze
vergeten dat ze ook ondernemer
zijn. Ze moeten zich op allerlei
manieren profileren. De musici
die dat doen, hebben vaak het
meeste succes. En dat hoeven
niet eens de allerbesten te zijn."
Trompettist Gerard Kleijn, dit
jaar voor het eerst op North Sea
met zijn Gerard Kleijn Group,
is zo'n aan-de-weg-timmeraar.
Hij benadert zelf de media om
aandacht te vragen voor zijn
cd's en concerten. En als res
pons uitblijft, belt hij gewoon
nog een keer. Ook jazzpodia - in
binnen en buitenland - probeert
hij voor zijn muziek te interesse
ren. „Dat is de enige manier. Ik
zou het ook liever niet doen,
maar ik wil graag wat bereiken.
En dat gaat niet vanzelf, met
zo'n groot aanbod van muzikan
ten."
Opleidingen
Producer Harry Velleman van
het Nederlandse label Munich
Records is druk doende Neder
landse jazzartiesten onder de
aandacht in het buitenland te
brengen. Op dit ogenblik scoort
Munich in Amerika met saxofo
niste Tineke Postma, die op 20
staat in de Jazzchart van maga
zine Jazzweek. Inmiddels heeft
Munich ook voet aan de grond
gekregen in Engeland, Duits
land, Canada, Taiwan en Duits
land. „Nederlandse jazz heeft
een heel goede naam in het bui
tenland. Pas was ik in Duits
land, waar ik met iemand sprak
die onze opleidingen roemde.
Duitsland heeft eigenlijk geen
opleidingen voor jazzmusici.
Veel Duitse musici studeren dan
ook hier."
Velleman constateert in Neder
land een hernieuwde belangstel
ling voor jazz. „Jazz is niet meer
zo raar", zegt hij. Al waakt hij
ervoor het mooier te maken dan
het is. „Tegenover de toenemen
de belangstelling bij jongeren
staat natuurlijk het langzaam
maar zeker verdwijnen van de
oudere generaties die met jazz
zijn opgegroeid."
Henk Aalbers
Het programma van North
Sea Jazz is in vergelijking
tot vorig jaar en de editie van
2002 ingedikt en compacter ge
worden. Over het hele festival
genomen zijn er dertien tot vijf
tien acts minder geboekt. Om
dat de entreeprijs iets is op opge
lopen (60 euro voor een dag
kaart), ligt de conclusie voor de
hand: er gaat meer budget naar
grote namen.
Grote sterren als Alicia Keys, Ja
mes Brown en Elvis Costello
ogen niet alleen goed op het affi
che van het driedaagse festival,
dat voor komend weekeinde
voor de 29ste keer op de agenda
staat, zijn een noodzakelijkheid
geworden om te overleven. De
consument heeft minder te beste
den, wordt daardoor kieskeuri
ger en trekt de portemonnee en
kel voor een spraakmakend pro
gramma-aanbod.
„Die conclusie klopt", zegt Mi
chelle Kuypers, die samen met
Sander Grande de afgelopen ja
ren verantwoordelijk is voor het
evenement. „Waar vorig jaar in
de Paulus Potter- of de
PW A-zaal vijf namen stonden,
hebben we nu vier acts gepland
staan. De festivalbezoeker hoeft
dan ook minder rond te rennen
dan in andere jaren."
Dat is de positieve vertaling van
efficiënter boeken. Kuypers:
„Dat is waar, maar het klopt
ook als ik zeg dat we nu per fes
tival nog altijd 10 tot 15 acts per
dag meer boeken dan op de festi
vals van begin jaren negentig.
Toen zaten we op zo'n kleine
vijftig per dag, nu op ruim zes
tig. Veel acts traden in het verle
den ook twee keer op een avond
op - dat is er nu niet meer bij.
En daarnaast propten we de af
gelopen twee jaar het festival
ook vol met leuke kleine attrac
ties."
De formule lijkt te werken,
want waar Pinkpop moeite had
om voldoende publiek naar de
kassa te trekken, loopt het Haag
se festival nog beter dan vorig
jaar: North Sea is al bijna uitver
kocht.
Afweging
Maar volgens Sander Grande en
Michelle Kuypers speelt bij de
muziekconsumenten nog een an
dere muzikale trend een door
slaggevende rol bij de afweging
al dan niet naar het festival te
gaan. Kuypers: „Nu kiezen we
voor wat meer adem in het roos
ter en hebben daardoor meer fi
nanciële armslag om grote na
men te halen. Tot die namen re
ken ik bijvoorbeeld attracties
als Louis Sclavis, de Franse
klarinettist/sopraansaxofonist
en bandleider. Of Miroslav Vi-
tous, de Tsjechisch-Amerikaan-
se bassist die een belangrijke rol
heeft gespeeld in de jazzrock
van de jaren zeventig. Want, dat
is het gekke: wat de ene muziek
liefhebber niets zegt, is groot
nieuws voor de ander."
Wat gerichter boeken hoeft in
de ogen van beide program
meurs dan ook niet tot verschra
ling te leiden. Michelle Kuypers
wijst wat dat betreft op de spe
ciale programmaonderdelen van
North Sea 2004. „Dat dit jaar de
keus valt op Michael Brecker
komt doordat zo'n muzikant
van naam vertrouwen heeft in
de mogelijkheden die we als Ne
derlands festival kunnen bie
den. Als hij hier samen met Sti-
an Carstensen van de Noorse
band Farmers Market wil wer
ken, dan zijn wij in staat hem de
benodigde repetitietijd te ver
schaffen. Dat geldt ook voor het
concert dat hij met zijn Quindec-
tet hier wil doen. Van beide pro
jecten bestaan wel al platen,
maar optreden vereist nu een
maal eigen voorbereiding. Dan
is het toch wel leuk dat je nu al
hoort dat Michael en Stian be
sloten hebben tot een nieuw ge
zamenlijk album. Zo draag je
ook bij aan de mythe van dit fes
tival. Zo kunnen we ook specia
le projecten met filmmuziek van
Nino Rota (de huiscomponist
van Fellini), met Mark Isham
als drijvende kracht, of een spe
ciaal eerbetoon aan South Afri
ca 10 Years Into Democracy
(met Hugh Masekela en Jonas
Gwangwa) opzetten."
Duizendpoot
Kuypers en Grande zullen de
steun van Gerrit Jan Blom, de te
ruggetreden muzikaal adviseur
van het Metropole Orchestra, na
dit jaar node missen. Het is aan
deze muzikale duizendpoot te
danken dat het Nederlandse or
kest dit jaar kan schitteren als
begeleidend ensemble van Elvis
Costello, net zoals het vorig jaar'
Pat Metheny terzijde stond.
Dankzij Blom komt ook het Ray
mond Scott Orchestrette met ori
ginele partituren van de gelijk
namige filmcomponist en het
muzikaal wonderkind achter de
animaties van Bugs Bunny en
Daffy Duck hier op de planken.
Is het niet eens tijd om Blom te
eren met een speciaal tribuut?
Kuypers: „Nemen we mee."
Er is maar één categorie arties
ten die niet in Den Haag wil op
treden, hoe graag de program
meurs van North Sea Jazz ze
ook op het affiche zouden wil
len zetten. Michelle Kuypers:
„Dan hebben we het over een
handjevol namen dat niet met
een groot publiekstrekkend eve-
nement uit de voeten kan. Son
ny Rollins bijvoorbeeld, of Kei
th Jarrett, of de Noorse saxofo
nist en componist Jan Garba-
rek. Dat zijn mensen die een
zaal voor zichzelf willen, liefst
met een eigen ambiance, en niks
artiesten ervoor of daarna. Kijk,
wij boeken Rollins ook voor het
Amsterdams Concertgebouw,
dus als er een mogelijkheid zou
bestaan, dan.."
En de rest is afhankelijk van het
circus der rondtrekkende arties
ten. Zo zou het fraai zijn ge
weest om de Canadese pianis
te-zangers Diana Krall juist dit
jaar in Den Haag aan het werk
te zien, juist omdat haar man
daar tweemaal acte de presence
moet geven. Maar de agenda
van de nieuwe mevrouw Costel
lo werkt niet mee: Diana toert
in Noord-Amerika. Michelle,
zuchtend: „Echt, geld is niet al
les."
John Oomkes
jp North Sea Jazz met een bigband, dat
C/lijkt Al Jarreau een goed idee. Toch
voorstellen. Trouwens zes jaar geleden
'1 hij met de NDR-bigband een fantas-
concert met repertoire uit Porgy
ss Gek, nooit op cd gezet. Maar ach, wat
leurt hij nou. Hij moet het natuurlijk over
Pnnieuwe cd Accentuate the Positive heb-
)en Die is er wel.
Ogenblikje", zegt Al Jarreau, terwijl hij
ooi' zorgvuldig van een gehoorapparaat
foorziet. „De oude man moet eerst even de
jupstukken aanbrengen."
et een baseball-petje quasi achteloos op
!jn hoofd gedrapeerd, oogt hij hooguit als
veertiger. Maar de zanger is 64 jaar
U jnirt na zijn ouderdom her-
laldelijk te onderstrepen. Noemt zich 'old-
™ernoemt zich grijsaard.
le ^boorapparaten? De enige die er niet
ee zit ben ik zelf. Iedereen heeft met me te
en' iedereen vindt het erg, een muzikant
e §ehoorproblemen. Ik hoorde geen hoog
eer j n nu wel. Ik heb die dingen nu zes
manden en ze bevallen prima."
dingende zaag
pn een buisgezin vol jazzpla-
Alle Jazz at the Philharmonic-elpees
hi, veelvuldig gedraaid. En de duet-
iC f- n van Sarah Vaughan en Billy
Lmale'u ^atum'bjk, dat soort muziek
e bem als kind. Hij is om Dusty
ngtield maar eens te citeren the son of
a preacher man. En behalve predikant was
zijn vader ook nog eens voortreffelijk zan
ger en begenadigd bespeler van de zingen
de zaag.
„Ze deden allemaal aan muziek thuis. Mijn
moeder speelde orgel tijdens de kerkdien
sten die mijn vader leidde. En mijn twee
oudere, broers waren altijd in de weer met
vocale kwartetten. Vierstemmige zang, en
ze oefenden bij ons in de huiskamer.
Straighten up and fly right, Route 66. Dat
soort liedjes hoorde ik eerder van mijn
broers dan van Nat King Cole." Of ze trots
waren dat hun jonge broertje de muziek in
ging? „Ja natuurlijk." Hij schatert het uit.
„Ze wisten van wie ik het had."
Op zijn nieuwste cd heeft hij weer enige
stukken van eigen teksten voorzien. Hij
schreef een tekst op Lotus van Don Grol-
nick en hij verzon Scootcha-Booty op de
muziek van Russell Ferrante. „Als ik een
muzikale frase hoor, die me aanspreekt bor
relen bij mij soms teksten op. Meestal slaat
het nergens op. Scootcha-booty is natuur
lijk net zoiets als Get your boogie doivn.
Die song schrijf ik elke keer opnieuw. Dat
is wat ik tegen die man zeg die ik elke och
tend in de spiegel zie: laat je kont bewegen
Jarreau. Beetje actie mannetje, niet zo
sloom. Als ik dat soort zinnetjes steeds op
nieuw zing, vormen de woorden zich van
zelf tot een muzikale frase-. En dan moet er
betekenis aan worden gegeven."
Teksten schrijven op bekende instrumenta
Al Jarreau: „Ik kan niet naar mezelf luisteren."
le jazzstandards, is zo niet zijn handels
merk, dan toch zeker een regelmatig terug
kerend item in zijn carrière. Hij maakte
van bijvoorbeeld Take Five (Paul Des
mond), Blue Rondo a la Turque (Dave Bru-
beck), Spain (Chick Corea) vocale stukken.
foto Cees Kuiper/GPD
„Dat zijn dan composities die me aanspre
ken. Die wil ik zingen. Maar dan moet het
wel eerst een liedje zijn. Je kunt zo'n thema
moeilijk laten horen als
pah-pah-die-doe-wah. Blazers kunnen dat,
maar zangers niet. Het is een kwestie van je
zelf in zo'n stuk invreten. De muziek geeft
een bepaald gevoel en dat laat je vervol
gens de tekst bepalen. En ik wil mezelf er
helemaal niet voor op de borst kloppen,
maar ik maak mezelf wel wijs dat ik op die
manier wel een groep mensen heb laten ken
nismaken met de muziek van Chick en van
Dave Brubeck."
Zijn eigen platen heeft, hij niet, zegt hij.
Waarom zou hij? Ze zelf afspelen is al hele
maal niets voor hem. „Ik kan niet naar me
zelf luisteren. Daar ben ik veel te kritisch
voor. Hoor ik allemaal dingen die ik beter
anders had kunnen doen." Iets wat niet
geldt voor zijn laatste paar cd's zegt hij
smakelijk lachend. „Mijn gehoor is zover
achteruitgegaan dat ik mijn stomme fouten
toch niet meer hoor."
Vijf Grammy's werden hem in de loop van
zijn carrière toegekend. En hij is er trots op
dat ze niet alle vijf in de sector jazz vielen.
Ook werd hij onderscheiden in de categorie
ën pop en rhythm 'n blues. „Voor mij is dat
van groot belang. Ik moet jazz maken,
maar r b en popmuziek zijn heel belang
rijk voor me. Met name hoe die stromingen
bij elkaar komen, hoe ik het verband ertus
sen leg. Op mijn laatste cd staat My foolish
heart. Ik ken dat stuk eigenlijk vooral de
uitvoering van pianist Bill Evans. Zijn ver
sie doet me veel. Ik moet altijd huilen als ik
het hoor. Maar zoals ik het heb opgenomen
hoor je in het eerste chorus Aretha Frank
lin en Al Green voorbijkomen. En het
werkt, it fucking works."
Hij kijkt schalks richting hemel. „Als Bill
en ik elkaar straks tegenkomen, hoop ik
niet dat hij het me verwijt. Maar ik weet ze
ker ik er een eigen versie van heb kunnen
maken." Zo is het ook gegaan met Fire
Rain van James Taylor en met Your Song
van Elton John, vertelt hij. Hij nam het ori
gineel en voorzag het van een typisch Al
Jarreau r b-sausje. En het effect mag er
wezen, illustreert hij samenzweerderig met
een anekdote. „Ik mag het eigenlijk niet
zeggen, maar er kwam een keer iemand
naar me toe die zei dat hij Elton John een
liedje van me had horen zingen: Your Song,
maar het was lang zo goed niet als het origi
neel. Die man vond dat Elton John zich
nooit meer aan mijn liedjes moest vergrij
pen."
Ton Ouwehand
Al Jarreau, North Sea Jazz, zaterdag 10 juli 23.00
uur