Dingen bedenken tegen de wind in in het voetspoor van Herman Brood 25 zaterdag 26 juni 2004 Veel oogcontact is er niet. Logisch, want steeds als Herman Bakker (59) een mono loog begint, sluit hij z'n ogen. Om vervolgens steevast, na de wederwaardigheden waarvan hij kond doet, in een bombati- sche schaterlach uit te barsten. Herman Bakker, entertainer In de auto naar zijn dagelijks werk heeft hij - het is donderdagochtend en het stormt in het Slijkstraatje in Groede en trouwens elders ook - plot seling doorgrond wat 'geluk' is en hoe verkeerd mensen daar eigenlijk mee omspringen. „Ze jagen allemaal geluk na. Als je jong bent en een puber is dat nog wel te begrijpen, maar al die oudere vol wassenen - dat die allemaal denken dat meer bezit, meer geld inhoudt dat je gelukkiger wordt... Mensen toch. Misschien ben je wel het gelukkigst als je niets bezit. Ach, het is geen we reldvondst die ik nu te berde breng, maar het schoot me zomaar te bin nen." Speelt hij toneel of toont hij inder daad z'n ware innerlijk? Mensen, die hij rondleidt door het mooie dorpje Groede en die hij bijpraat over dè his torie, gissen er vaak naar. En terecht. „Ze hebben me ooit, toen ik nog rond leidingen verzorgde in het Landbouw museum in Heille, een entertainer ge noemd. Ja, dat ben ik natuurlijk ook. Ik vertel een verhaal. Natüüriijk ver werk ik daarin de historie, maar ik leg ook nadrukkelijk een verband met het heden. En ik probeer mensen te verba zen, even die extra prikkel te geven. Want mensen willen worden ver baasd; dan vinden ze het pas echt inte ressant. Ik verras ze, leid ze ook om de tuin, soms. Heel bewust." Een spraakwaterval, losgebarsten in het kantoortje achter het VW-infor- matiepunt, annex winkeltje van het Vlaemsche Erfgoed in het historische Slijkstraatje in Groede. Het is stil op straat. Als hij de oude krantenknip sels ziet, klinkt weer die onbedaarlij ke lach. Foto's van Herman Bakker als melkdrinkende hofnar (van oud-burgemeester en groot notabel Willy Lockefeer), gebocheld als Quasi modo, de eenzame klokkenluider of gewoon als beheerder van het Land bouwmuseum in Heille, een zaaiviool in de handen. Dikke nekken De anekdote wordt verpakt in een kor te lachsalvo; hij beschreef het al eens eerder: „Het was een gezelschap stu denten van de Landbouwhogeschool in Wageningen. Je kent dat wel: kale Hollanders met dikke nekken. Het top punt van vervelende mensen. Ze beke ken me echt met zo'n air van 'wat weet jij er nou van boertje'. Op een ge geven moment vraag ik aan één van de grootste kakkers of hij kan uitleg gen waarom er vet in de koeienmelk zit. Die gozer begint dus een heel ver haal over lactosevorming in de uier en zo. Na een prachtige wetenschappelij ke verhandeling zeg ik keihard: dat was een mooi verhaal, maar daar klopt geen reet van. Die gestudeerde meneer en zijn vriendjes kijken mij hooglijk verbaasd aan. En ik leg uit: er zit vet in omdat de uier anders te veel piept bij het melken." Jaren geleden moest hij de honderden jaren oude boerenschuur in Heille ge dag zeggen. Even vooropgesteld: 'waar het museum ook naar toe gaat; ik ga mee', had hij vooraf verzekerd. Hij ging dus niet mee. Herman Bakker werd uitbezuinigd, zoals dat tegen woordig heet. Hij deed het een kleine twintig jaar, zag de collectie vertien voudigen tot vele honderden voorwer pen. Bakker, enthousiast over wat hij de mensen bood, bijna juichend: „Heemkundigen uit Oeteldonk kon den rekenen op een verantwoorde, maar saaie informatie-overdracht. Kwam er een groep verpleegsters die een dagje uit was, dan vertelde ik een heel ander verhaal. Dan werden er grappen gemaakt. En als ik aan die meiden de werking van de zaaiviool vertelde, mondde dat al snel uit in go re praat, begrijp je?! Zo'n groep wilde Naam: Herman Bakker Geboren: maart 1945, Rotterdam Opleiding: HBS-b in Oostburg; Universiteit Gent (natuurkunde, fysica) Werk: Dow Chemical in Temeuzen; Administratief Dienstencentrum Zeeland in Terneuzen; negentien jaar conservator Landbouwmuseum Heille; sinds vier jaar beheerder Het Vlaemsche Erfgoed in Groede. gewoon een gezellige dag. Maar ik be zigde echt nooit een onvertogen woord. Of ja... als ik nu weet dat er niet al te veel conservatieven in zo'n groep zitten, dan wil ik Bush en Bal kenende nog wel eens over de hekel halen." Kleine man, T-shirt onder een colbert je, shabby gekleed en vooral zwaar ge brild: „Ik kan daar nog altijd zo kwaad over worden! Ik ben geboren in het laatste oorlogsjaar. Na de lage re school in Rotterdam kwamen we te recht in Ukkel, bij Brussel. Later ver huisden we naar Aardenburg en ik ging naar Sint Eloy in Oostburg. HBS-b. Daarna twee jaar Universiteit Gent, natuurkunde, fysica. Maar om dat ik in het buitenland zat, kreeg ik geen uitstel van dienstplicht. Die uni versiteit? Ik had er nooit aan moeten beginnen. Een kennisstudie. Niks crea tiefs. Ja, als je de antwoorden op al die vragen wist, dan beheerste je de materie. Kom nou! Ben je goed als je alles weet?" Na de militaire dienst kon hij terecht bij Dow Chemical in Terneuzen. Hij hield het precies één jaar vol. „Ik werd daar helemaal gek. Het was in de tijd dat Dow nog helemaal werd be heerst door van die typische Amerika nen. Mensen als Bush ja. Die één slech te eigenschap hadden: hun manier was de enig juiste... en hield je er een andere manier op na, dan deugde dat niet. Ja, precies zoals het nu weer gaat. Ik moest in die tijd computers programmeren - en dat was nieuw hè, computers waren er toen nog nauwe lijks. Stel je voor, een jong gastje, net uit dienst. We moesten het magazijn in kaart brengen, in die computer. Maar nou was er één probleem: we hadden ook lucifers in huis. En de Amerikanen kenden die niet; die had den ze al lang vervangen door aanste kers of zoiets. Komt er zo'n Ameri kaan naar me toe die zegt: 'Dat spul moet je dan maar bij de houtwaren ru briceren, als hele kleine balkjes.' Moet je je voorstellen: hadden we balken van zes meter in ons computerbestand opgeslagen en balkjes van pakweg een millimeter of zoiets. Niemand bij Dow heeft die lucifers ooit terug kunnen vinden." Parkeerwachter Een jaar bij Dow, meer niet. Een maagzweer krijg hij ervan, achteraf noemt hij het een psychosomatisch verschijnsel. Hij zat thuis, in Aarden burg, toen wethouder George Bonte belde. In een oude schuur in Heille werd een landbouwmuseum geopend. Of hij wilde assisteren bij de opening. „Meneer Schlingemann, de gedepu teerde, zou de daad verrichten. Affijn, vijfhonderd genodigden in even zo veel auto's. Er was een weiland afge huurd en of ik wilde optreden als par keerwachter. Dat museum is geopend zonder dat ik er ook maar iets van heb gezien, 's Avonds kwamen de heren naar me toe. Of ik iets van landbouw wist. Nee, m'n vader was geen boer. Ik wist het verschil niet tussen een eg en een ploeg. Ze zeiden: 'Maar praten kun je wel.' Daar hadden ze gelijk in. Vanaf dat moment was ik conserva tor. En volgens menigeen ook entertai ner." Hij deed het meer dan achttien jaar; veertien jaar geleden was het over. De attributen verhuisden naar Sint Anna ter Muiden, maar Herman Bakker werd wegbezuinigd. Na tien jaar Ad ministratieve Dienstverlening Zee land (ADZ) in Terneuzen had hij het als hoofd van de kopieerafdeling ook wel weer gezien. „In het begin was het leuk. Maar ik huldig het principe: als de violist er op een dag achter komt hoe je die viool ook achter je rug kunt bespelen, dan moet je iets anders gaan doen." Koude winterdag Dus is hij nu al weer een jaar of vier 'gastheer' van het Slijkstraatje in Groede. Rondleidingen op geheel ei gen wijze, met een verhaal dat mensen verbaast. „Ze vroegen me of ik niet al leen het verhaal van dit historische straatje, met z'n smidse, z'n bakkerij en al die andere dingen wilde vertel len, maar de geschiedenis van heel Groede. Ik ben op een koude winter- Herman Bakker dag in de Sint Bavokerk gaan zitten, heb rondgekeken en heb een begin ge maakt met m'n verhaal. Ook rond die twee andere kerken. Het moest lo gisch in elkaar steken. Daar heb ik lang over nagedacht, maar het is ge lukt. Ik heb m'n verhaal gedaan aan al die veertig vrijwilligers van het Vlaemsche Erfgoed en aan de mensen van de kerken. Zelf vond ik het niks, maar zij vonden het prachtig. Ach, als ik zoiets doe, denk ik achteraf: hier wil ik echt niemand meer mee lastig foto Mechteld Jansen vallen. Maar als ze het dan toch mooi vinden, wil ik later toch wel weer." Tot en met het seizoen 2005 is de man, die ooit sjeesde voor het landelijk cer tificaat van regisseur, maar wel alle pluimen op acteergebied verdiende (z'n laaste hoofdrol was die van 'Oi- dipoes in Kolonos', een noodlotstrate gie van Sophokles in een bewerking van Hugo Claus) nog 'gastheer' in de Slijkstraat. Daarna stapt hij het po diumpje in de kille hervormde kerk- weer op om er vertellingen te doen. Hij deed er al een gewaardeerde kerst- act en wil meer. „Ik weet nog niet wat het wordt, maar dat komt wel. Als het buiten koud, guur en stormachtig is, stap ik in een te dun jasje naar buiten. Dan denk ik: verdomme, wat doe ik hier! Op zulke momenten doe ik m'n inspiratie op. Ik word door ellende geïnspireerd. Ja, ik moet afzien om creatief te zijn. Ik bedenk dingen te gen de wind in. Zo noem ik dat." Wout Bareman Ne plaats waar het beeld van Herman Brood zou lekn komen is in Zwolle lang gepraat. Uiteindelijk rd het neergezet voor Hedon, het Zwolse podium foto Frans Paalman/GPD Ooit schreef Herman Brood over zijn geboorte stad: 'Ik kom uut Zwolle, vette pech'. Net als Thorbecke, die andere beroemde Zwollenaar, ont vluchtte hij het provinciale klimaat onmiddellijk toen hij de jaren des onderscheids bereikte. Herman Brood werd rock-'n-roll, a legend in his own time, maar wel eentje die bleef koketteren met de stad die hem had voortgebracht. Kwam een rocker als Buddy Holly ook niet uit een zielsverlaten oord - Lubbock in Texas? Nou dan - een nederige af komst en uit de provincie komend - ook dat is rock-'n-roll. Deze maand startte z'n geboortestad de Herman Brood step-wandelroute. Niet alleen een tocht langs plekken die Brood goed kende, maar ook enige reha bilitatie voor de Zwollenaar wiens standbeeld twee jaar geleden nog buiten het stadscentrum was wegge moffeld 'en wiens talent toch enigszins miskend is ge raakt', zoals VW-directeur Henk van Voornveld het verwoordt. „Zwolle heeft nog weinig met hem ge daan. Zijn omstreden levenswandel kan de eigen lijke waardering van zijn werk in de weg hebben ge staan." Jammer dat Broods voetstappen hier en daar niet op het wegdek zijn geschilderd, zoals ze vroeger bij re clame-acties deden. Dat zou een grillig patroon zijn geweest, want met twee gram speed en twee liter ster ke drank per dag bezocht Brood zijn stad in latere ja ren vooral in kennelijke staat. Zijn wandelen was vaak wankelen. De route voert langs de scholen waar Brood zo hoogstpersoonlijk mislukte en ziekenhuis De Weezen- landen waar hij blanco recepten gapte om aan palfium te komen, 'een middel dat moeiteloos kan wedijveren met heroïne'. Ook de ongenaakbare kan toorflat van de Belastingdienst ligt op de route. Weliswaar was Brood een voorstander van het beta len van belastingen, maar hij miste de discipline om geld opzij te leggen. Daarom kwam er een unieke con structie: elk jaar maakte hij een paar dagen schilde rijen, die de Belastingdienst verkocht ter vereffening van zijn schuld. Een stukje verderop voor poptempel Hedon staat sinds 2002 het borstbeeld van Brood. Op sterf- en geboortedagen wordt er nog wel eens Grand Mamier over het beeld leeggegoten, z'n lieve lingsdrank. Hedon-bezoekers behandelen het beeld met passend disrespect, soms zit Brood geheel onder de verf, soms wordt tegen het beeld geplast. Doorgaans ligt in Hermans armen een lege wijnfles, deze morgen eentje uit de onderste rekken van de su permarkt, een Chateau Migraine. „Herman heeft vaak aanspraak", zegt Michel Hettin- ga van Hedon. „Vooral zwervers en daklozen die ver derop een opvang hebben, houden dronken lange mo nologen tegen Herman - hij schept kennelijk een band." In de winter is de koperen Brood altijd voor zien van sjaal of muts. Herman lééft dus. al kennen jongeren hem vooral als Verschijnsel, en niet als de rockzanger die hij na het debacle van zijn Ameri kaanse toer in 1979 in een steeds mindere mate was geworden. Verlegenheid Ivo de Lange, persoonlijke vriend, bood Zwolle het beeld gratis aan, en schiep grote verlegenheid. Want Zwolle wilde de man die hoerde en snoerde, snoof en zoop niet teveel in het volle maatschappelijke zicht hebben. En zo belandde het op de Drijbersingel. Vreemd genoeg buigt de route na het beeld weer af naar het centrum. Maar Broods geboortehuis dan? In de Zwolse Pierik, een volkswijk uit de jaren dertig? Toegegeven, veel is niet te zien aan de Fuchsiastraat 34: een rijtjeshuis in vooroorlogse steen, met de voor deur aan de stoep. In het foldertje is zelfs het huis nummer weggelaten, met voorbedachten rade, aldus Van Voornveld: „Voor de route was het net te ver. Je weet nooit hoeveel mensen er op af komen. Het was de vraag of je van het huis een Jim Morrison-attrac- tie zou moeten maken. Ik zie het als mijn verantwoor delijkheid om het wel waardig te houden". De vergelijking dient zich aan met het Beatles-toeris- me in Liverpool. Het begon met wat losse Beatlefans, maar het werden er bussen vol. De bewoner van Jo hn Lennons huis aan de Menlove Avenue 251 zag zelfs hoe een fan 's nachts als souvenier een steen uit de muur wilde wrikken. Natuurlijk zijn het onverge lijkbare grootheden, want Brood is slechts nationaal beroemd. Liverpool besefte pas op een pot met goud te zitten toen 100.000 Japanners jaarlijks kwamen zoeken naar de roots van John, Paul, Geogre Ringo. Het vliegveld heet nu John Lennon International Air- port. Grappenmakers hingen overal in Liverpool bordjes op: „In deze steeg urineerde John Lennon ze ker 27 keer. Bedankt John". „Ik denk", zegt de WV-man, „dat Brood over hon derd jaar voor onze stad wel eens een belangrijke rol zou kunnen spelen, dat hij geëerd zal worden als be langrijk kunstenaar van zijn tijd." Gaandeweg zullen vast en zeker meer mensen inha ken. Meer dan nu in elk geval. Kunstuitleen IQ bracht een paar Broodkaarten op de markt met 'Groeten uut Zwolle', maar dat was het ook wel. IQ, ook onderdeel van de route, beschikt over een groot assortiment Brood-werk. Echt, Gerandeerd Origineel. Brood kwam er namelijk dikwijls schilde ren (tot en met auto's toe) en toen hij aanbood voor 100 gulden per stuk het portret van Zwollenaren te tekenen, stonden er tweehonderd op de stoep. Tegenwoordig wordt de markt overspoeld met Brood-vervalsingen. Dat er ruimte is voor vervalsin gen is opmerkelijk, want Brood maakte zoveel teke ningen, om er zijn rekeningen mee te voldoen, dat het een wonder is dat de papierindustrie in Eerbeek zijn productie kon bijbenen. Een topper op de route is de 'Broodsuite' die Hotel Wientjes deze maand heeft ingericht. Brood verbleef tijdens tochten in Zwolle vaak in het hotel, tot hij persona non grata werd. Ook hier is hij nu evenwel tot Groot Zwollenaar uitgeroepen. Vriend en kunste naar Aegid Tonnaer moest bij de inrichting van de suite de balans zoeken tussen een hotelkamer die wel gewoon chique moest blijven en een persoonlijk tem peltje voor Brood. Het moest lijken of Brood de ka mer zojuist had verlaten. Niet met verscheurde la kens, kapotte meubelen, braaksel en andere uitings vormen van een ware dégénéré - maar door het sub tiele: een vingerafdruk van verf bij de deurknop en de lichtschakelaar. Brood's stropdas over de lampen kap en zijn met verfspikkels besmeurde schoenen on der het kastje. Met op de spiegel een gedicht van z'n hand over dat alleen kinderen hem wat kunnen leren. Nauwkeurig zó aangebracht dat het net lijkt of Brood het zojuist met lippenstift had geschreven. In een vitrine liggen z'n sleutels, gedichtjes, tekeningen van een FC-Zwol- le voetballer en natuurlijk Nexicum-maagpillen en leeggedronken heupflesjes. Boven het bed een inge lijste pagina uit het gastenboek met een tekening als dank voor het gebruik van de bruidssuite. Was gete kend: 'Herman Brood en maïtresse'. Wie naast dorst ook honger krijgt van de Broodroute kan desgewenst bij Yoy aan de Zwolse Badhuiswal een speciale Brood-maaltijd bereiden. Of om in dit verband preciezer te zijn: een warme maaltijd in Broodstijl. Herman was gek op sushi en die staan dus ook op het menu. De saus dient met een injectie spuit te worden toegevoegd. Populair wordt vast ook de slobbersoep a la Brood: tropische fruitsoep, waar Herman vervolgens vier tot zes glaasjes Grand Mar nier inmikte. Helaas, de gasten van Yoy krijgen de soep met. slechts één glaasje, zegt Chantal: „Anders gaan ze hier straal de deur uit." Jelle Boonstra

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2004 | | pagina 25