n Heerlijk, weer een baby De zon in mijn leven Vreselijk Hn verwend onpe Ukie "^e hehben het er vroeger nooit zo J over gehad, maar mijn komst was dactie bijlagen: 0113-315680 fw.pzc.m Kail:redactie@ pzc.nl stbus 31,4460 AA Goes 0tentie-exploitatie: crd-en Midden-Zeeland: 0113-315520; tuws-Vlaanderen: 0114-372770; Bonaal: 020-4562500. iterdag 26 juni 2004 'ofpot na van Herr Soedant Brood op drift Illustratie Ingeborg Panjer Tineke Snippert, 53 jaar, Los- s< ser, getrouwd en moeder van drie kinderen: een zoon van 33, een dochter 31 en een dochter van 14. „Ik weet niet precies waardoor het kwam, maar opeens begon het te kriebelen. Het leek me weer zo leuk, een baby'tje in huis. Mijn zoon was op dat moment 20 jaar en mijn dochter 18. Ik was erg jong toen ik die twee kreeg. Boven dien waren we in die tijd heel erg druk met het opzetten van een eigen zaak. Nu ik meer tijd had, verlangde ik opnieuw naar een kleintje, al ging dat meer van mij uit dan van mijn man. Ik was 38 en dacht: 't is nu of nooit. Wé hebben eerst met de kinderen over legd. Als zij er niet achter zouden staan, waren we er niet aan begonnen. Mijn dochter was meteen dolenthousiast. Het leek haar het einde. Mijn zoon zei dat we het zelf moesten weten. Hij woonde op dat moment al op kamers en leidde zijn eigen leven. Niet lang daarna was ik in verwachting. Ik was zó verschrikke lijk blij, dat ik vrij snel aan mensen heb verteld dat ik weer zwanger was. De reacties waren minder leuk. Slechts een enke ling feliciteerde me. Mensen waren vooral verbaasd. Begin je er nu nog aan? Ben je niet veel te oud? Toch heb ik me daardoor niet uit het veld laten slaan. Ik heb ontzettend van de zwanger schap en babytijd genoten. Iedere ochtend als ik wakker werd en het gepruttel uit dat kamertje hoorde, dacht ik: heerlijk, er is weer een baby in huis! Henk Pruntel, 72 jaar, Nijver- dal, weduwnaar, vader van drie zoons (50, 48,43) en drie doch ters (52,45, 30). „De komst van de jongste dochter was voor ons een enorme verras sing. We dachten dat ons gezin met vijf kinderen compleet was. Toen de jongste 13 was, bleek mijn vrouw opnieuw in verwachting. Op dat moment hadden we al een kleindochter van twee jaar! Toen we van de eerste schrik bekomen waren vonden we het al lemaal heel erg leuk. Gelukkig hadden we veel ervaring met op voeden. Je weet dat je bij ieder kind fouten maakt, maar dat het uiteindelijk allemaal wel goed komt. Ik heb ontzettend veel met de jongste dochter opgetrokken. Het was een gemakkelijk en vrolijk meisje. Het voordeel was ook dat ik veel tijd voor haar had; toen ze in de puberteit zat was ik al met prepensioen. We gingen vaak samen fietsen en als ze kle ren nodig had vroeg ze of ik meeging. Mijn vrouw vond dat ik haar schandalig verwende. Eigenlijk was dat ook wel zo. Ik had nu eenmaal een enorm sterke band met haar. Ik kan met alle kinderen goed opschieten, maar met haar heb ik verreweg het meeste contact." rtotrrtir [enriëtte Schoppink, zelf een nakomertje, 37 jaar, Almelo, getrouwd, moeder van twee doch ters. „Eigenlijk heb ik drie moeders ge had. Mijn twee zussen, die 15 en 13 jaar waren toen ik geboren werd, liepen altijd met me te tutten en namen me overal mee naar toe. Ik vond het heerlijk, al die aandacht. Later, toen mijn zussen ge trouwd waren, ging ik vaak bij ze logeren. Ik ben opgegroeid met hun kinderen. Mijn oudste zus raakte heel jong in verwach ting zodat ik al op tweejarige leeftijd tante was. Mijn ouders waren heel erg beschermend en overbezorgd. Als ik uitging bleven ze net zolang op totdat ik weer thuis was. Als ik met een vriendje thuiskwam werd hij eerst door mijn vader aan een kruisverhoor onderworpen. Ik was hun kleine meisje, hè. Verder waren ze heel erg gemakkelijk. Alles werd voor me ge daan. Er waren ook weinig regels. Wat dat betreft ben ik voor mijn eigen dochters strenger. Ik was het lievelingetje van mijn vader. In zijn doen en laten deed hij niet onder voor een jonge vader. Hij had allerlei koos naampjes voor me en deed alles voor me. Ik was nogal kieskeu rig met eten en als ik iets niet lustte ging hij patat voor me ha len. Als we daarentegen iets aten dat ik wél lekker vond, zoals vlees, dan gaf hij me rustig zijn eigen portie. Ik ben dus door iedereen vreselijk verwend. Ook was ik het ge wend om altijd mijn zin te krijgen. Dat heb ik nu nog steeds wel een beetje. Tot ergernis van mijn man, die dat wel eens lastig vindt." Tl t-ïtoc zi/cir-* TT^okko ter Horst, 56 jaar, nako- J-JV W dS GCll mertje, Hengelo, vader van een 1 1 zoon en een dochter niet echt gepland. Mijn moeder was al veertig toen ze opnieuw in verwachting bleek te zijn. Ik was een ongelukje, zoals dat heet. Als kind vond ik het wel eens jammer dat mijn vader en moeder al op leeftijd waren. Jonge ouders ondernemen meer met je, denk ik. Toen ik zes was waren mijn broer en zus het huis uit. Toch heb ik altijd een hechte band met ze gehad. Vooral met mijn zus, met wie ik meer dan twintig jaar scheel. Ze moederde altijd een beetje over me. Nog steeds eigenlijk. Ik ging vaak met haar en haar gezin op vakantie. Met haar oudste dochter scheel ik vier jaar. Op een gegeven moment is het leeftijdsverschil wel een rol gaan spelen. Mijn zus is nu bejaard. Ze is niet zo mobiel meer en heeft minder sociale contacten, terwijl ik nog midden in het le ven sta. Er zit natuurlijk ook bijna een generatie tussen mijn zus en mij. Bovendien waren mijn broer en zus van ver vóór de oorlog, terwijl ik na de oorlog geboren ben. Misschien dat ze daarom wat zwaarder op de hand waren. Kritischer ook. Ze wis ten het altijd beter. Ik sta veel gemakkelijker in het leven en ben in een andere tijd opgevoed. Toen ik volwassen begon te worden waren de jaren zestig in volle gang. Er was meer vrij heid en je had meer mogelijkheden. Bovendien waren mijn ouders veel minder streng voor mij Ik kreeg veel bij ze gedaan; het was een soort voorkeursbehandeling. Ze stopten me regel matig iets extra's toe." Ze worden verwend, zijn het lieve lingetje van hun moeder en het oogappeltje van hun vader. Tot zover de vooroordelen over nakomertjes. Hoe is het werkelijk om de allerjong ste in een gezin te zijn? „Een nakomer tje wordt gezien als een zondagskind, maar je moet al die hooggespannen verwachtingen ook maar kunnen waarmaken." Uit de roman 'De nakomer' van Maarten 't Hart: ..die nakomertjesheus, die fleuren het leven van hun ouders vaak zo enorm op, die ontpoppen zich altijd als oogappeltjes. Zo'n nakomertje zorgt vaak voor een nazomer- tje in een huwelijk... Wanneer ben je eigenlijk een nakomertje? Geen deskundige die het weet, maar zeker is wel dat er een behoorlijk leeftijdsverschil moet zijn tussen het jongste kind en de oudere broers en/of zussen. Een kenmerk kan ook zijn dat er op zijn of haar komst niet meer gere kend werd. „Mensen beschouwen hun gezin als compleet, en dan komt er na zoveel jaar onverwacht tóch nog een baby", zegt Else-Marie van den Eeren- beemt, docent in het hoger onderwijs, publi cist en onderzoeker op het gebied van de ouder-kindrelatie. „Heel klassiek is het ver haal van de vrouw die denkt dat ze in de over gang is, terwijl er sprake blijkt te zijn van een zwangerschap Een ongelukje, heet dat dan in de volksmond, maar Van den Eerenbeemt ('ik ben zelf een na komertje; er zit 5,5 jaar tussen') spreekt liever van 'een gelukkig toeval'. „Als ze eenmaal van de schrik bekomen zijn zien de meeste ouders een nakomertje als een toegift. Het maakt ze over het algemeen heel erg gelukkig. Een nako mertje kan dan ook voor een nieuwe impuls zorgen in een relatie. Ook de broers en zussen zijn er vaak heel erg blij mee. Het hele gezin leeft er van op!Gepland of onverwacht, een nakomertje is in ieder geval bijzonder, zegt Van den Eerenbeemt. „Dat maakt ze tot het stralende middelpunt in een gezin." De volgorde van geboorte en de plaats in het gezin heeft grote gevolgen voor onder meer de persoonlijkheid van mensen. Wat in het alge meen voor het jongste kind geldt - ze wekken vertedering, krijgen veel aandacht en blijven altijd het kleine broertje of zusje - geldt voor nakomertjes in het kwadraat. Over de allerjongsten in het gezin doen veel vooroordelen de ronde. Ze worden verwend, krijgen veel - zo niet alles - van pa en ma ge daan en blijven lang aan moeders rokken han gen. Ze zijn het lievelingetje van hun moeder en het oogappeltje van hun vader. Van den Ee renbeemt legt uit hoe dat komt: „Nakomertjes worden omringd met liefde. Niet alleen door de ouders, maar ook door de oudere broers en zussen, die een soort halfouders zijn. Het zijn echte liefdesbaby's." Voor de ouders betekent de komst van een na komertje een soort herkansing, is de ervaring van de onderzoeker. „Ze zitten in een andere levensfase en zijn meer betrokken bij het kind; hebben er ook meer tijd voor dan toen er nog carrière gemaakt moest worden. Er is boven dien vaak meer financiële armslag. Ook va ders brengen daardoor meer tijd met het nako mertje door dan ze destijds met de andere kin deren deden. Ouders willen er alles uithalen. Ze weten: dit is écht ons laatste kind, laten we er daarom volop van genieten. Ze zijn vaak erg trots op het kleintje en juichen alles wat het doet toe." Ze vervolgt: „Het voordeel is natuurlijk dat die ouders de nodige ervaring hebben met op voeden. Ze weten het allemaal al. Dat maakt ze losser. Ze zijn meer van laissez faire, laat maar gaan. Daar profiteren de nakomertjes van. Over het algemeen worden nakomertjes niet opgevoed. Ze krijgen veel ruimte en vrij heid en hoeven weinig te doen in het huishou den." „Toch hebben nakomertjes niet veel con flicten met hun ouders. Ze staan juist heel erg dicht bij hun vader en moeder. Je ziet dan ook wel eens dat het juist de nakomertjes zijn die later het grootste deel van de zorg voor de ouders op zich nemen of zelfs altijd bij hen blijven wonen." Uit onderzoeken komt naar voren dat volwas sen nakomertjes heel sociaal zijn en met ieder een kunnen opschieten. „Je bent is een warm bad opgegroeid en dat is natuurlijk een goede start in het leven", zegt Van den Eerenbeemt. „Nakomertjes gaan ervan uit dat als ze ergens komen, het een succes wordt. Ze hébben ook vaak succes. Dat roepen ze op." Natuurlijk heeft het ook nadelen om de allerjongste in een gezin te zijn. Nakomertjes verliezen hun ouders eerder, om maar eens wat te noemen. Ook kunnen ze als kind het intensieve contact missen met broers en zussen. „Ik was negen toen al mijn broers en zussen het huis uit waren", vertelt een nakomertje. „Als ik dan de gezellige drukte zag bij vrien dinnetjes thuis, miste ik dat wel eens. Boven dien weten mijn broers en zussen alles van el kaar, omdat ze met elkaar opgegroeid zijn. Ik heb ze pas op latere leeftijd echt goed leren kennen." Volgens Else-Marie van den Eerenbeemt komt het ook wel eens voor dat oudere broers en zus sen jaloers op het nakomertje zijn, omdat hij of zij de exclusieve aandacht van de ouders krijgt op het moment dat de overige kinderen het huis uit zijn. Bovendien wekt het afgunst dat de jongste zich aan weinig regels hoeft te houden en bijvoorbeeld zelf mag weten hoe laat hij of zij thuiskomt. „Ik heb wel eens mee gemaakt dat bij een erfenisverdeling het nako mertje alsnog allerlei verwijten naar het hoofd geslingerd kreeg van de broers en zussen, om dat het vroeger door de ouders voorgetrokken zou zijn." Lastig „Nakomertjes zijn bovendien niet zo autori- teitsgevoelig. Dat maakt ze soms lastig in de omgang. Ze hebben als kind immers weinig grenzen meegekregen. Ook gaan ze ervan uit dat iedereen van ze houdt,, maar dat kan in de Grote Boze Buitenwereld nog wel eens tegen vallen." „Ik heb eigenlijk nooit geleerd om ruzie te ma ken", zegt een nakomertje. „Ik heb ook nooit strijd hoeven leveren met mijn oudere broers en zussen om de aandacht van mijn ouders. Er ws altijd aandacht voor me. Pas later, in mijn werk, heb ik geleerd om voor mezelf op te ko men en conflicten aan te gaan." Het is, zegt Van den Eerenbeemt, de keerzijde van de medaille. „Je mag dan gezien worden als een soort zondagskind of wonderkind dat alles kan, maar je moet al die verwachtingen ook maar kunnen waarmaken. Dat legt een druk op je. Als je altijd bent gezien als het zon netje in huis, voel je je ook verantwoordelijk voor het geluk van je ouders. Daarom stappen nakomertjes liever met een probleem naar een broer of zus, in plaats van dat ze hun ouders er mee belasten." Corine van Zuthem

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2004 | | pagina 23