Straks komen we hier met auto's en meisjes Niets mooier dan een strak schap De 9de van Jovink? Ambitieus debuut Geweldige nummers Licht verteerbaar Laat zien watje in je hebt zaterdag 5 juni 2004 W13 De boulevard in Vlissingen, vlakbij Michiel de Ruyter: misschien wel de mooiste hangplek van Zeeland. foto Dirk-Jan Gjeltema Deze plek gaat van gene ratie op generatie, ant woordt Remo (17) op de vraag hoe lang er hier al ge hangen wordt. „Ik kom hier elke dag en meestal staan er dan al mensen." Het is mis schien wel de mooiste hang plek van Zeeland; bovenaan de boulevard van Vlissin gen, vlakbij Michiel de Ruy ter. Nu is het rustig, maar in de zomer staat er wel twintig of dertig man, zegt Ferdi (17). Ook hij komt hier elke dag, ter wijl hij in Oost-Souburg woont. Een hanggroep ontstaat eigen lijk een beetje vanzelf. „We ken nen elkaar van school", vertelt Sean (16). „We staan hier 's mid dags en 's avonds. Iedereen die hier komt, neemt vrienden mee en zo wordt de groep groter." Het uitzicht is geweldig, maar het waait er wel hard. De jonge ren hebben hier kennelijk geen last van en hangen relaxed in een T-shirtje. Ferdi: „Als het echt koud of saai is, gaan we naar een andere plek. Bij het po litiebureau of op het school plein. En anders gaan we schui len bij Tamara van de friettent hier, halen we een frikadel of wat te drinken." De jongeren kij ken naar Tamara, die net gaat openen. „We maken réclame voor jé, nu krijgen' we zéker wel een gratis ijsje" probeert Remo. Tamara doet net of ze niets hoort. Ondertussen komt Boy (18) aangescheurd op zijn scoo ter. Eigenlijk bestaat de hang plek uit twee delen; bij de friet tent staan de jongens met fiet sen en scooters, iets verderop staan de auto's. „Nu zijn we met de scooter, straks met de auto", zegt Remo'. Hangauto's, dat is toch wel een nieuw fenomeen. Het heeft na tuurlijk als voordeel dat het lek ker warm is, en kennelijk krijg je er een meisje bij. Elke jongen die nonchalant in zijn auto hangt, heeft er een meisje bij hangen. Zo ver is het nog niet voor onze hanggroep van deze week. Er staan wel eens meisjes bij, maar niet zo vaak. De jongens praten over scooters, uitgaan en vakan tie. „En nu over de examens", vult Remo aan. „Ik ben gelukkig al klaar, maar de anderen moe ten nog." Het schiet Ferdi in eens te binnen dat hij morgen examen economie heeft. Even later vertrekken ze allemaal. Morgen is er weer een hangdag. Petra de Bil Met de zomervakantie in zicht zijn de bijbaantjes weer populair. Veel jongeren werken in supermarkten om de schappen bij te vullen. Ook bij vakkenvuller Simon begint het te kriebelen. Hoewel hij het he le jaar door in de winkel staat, wil hij de jongens en meiden in de buurtsuper een hart onder de riem steken. Daarom schreef hij het nummer 'V*kkevuiler', een parodie op de hit 'F**k it' van Eamon. Maar is dit eerlijk en serieus bedoeld of is het een slim bedachte marketïngtruc? „Vakken vullen is mijn lust en mijn leven", zegt Simon. „Er is niets mooier dan een strak ge spiegeld schap in de winkel. Ik werk al tien jaar lang zestig uur per week in de buurtsuper in een klein dorpje in Noord-Hol land en vul daar in mijn eentje alle vakken." In een ruimte op het hoofdkan toor van platenmaatschappij So ny zit Simon de Wit met zijn werkschort nog voor, wegge rukt van zijn dagelijks werk in de supermarkt. Met veel moeite heeft hij vrij kunnen krijgen om een dag lang de pers te woord te staan. Want dat is één van de consequenties als je een hitnum mer maakt. „Vakkenvullers worden enorm ondergewaardeerd. Maar die mensen doen nuttig werk, het is een prachtige baan. Met dit nummer wil ik het aanzien van het vak wat verhogen. Het be gon allemaal op een vakkenvul- lersfeest, een bedrijfsfeest spe ciaal voor vakkenvullers. Ik had al vaker het nummer 'F**k it' van Eamon op de radio ge hoord en dat liedje bleef maar in mijn hoofd zitten.-Toen we op het feest karaoke gingen doen, verzon ik ter plekke de tekst op het nummer van Eamon. Toevallig was een vriend van een collega ook op het feest en die is producer. Hij vond mijn versie van het num mer zo mooi dat hij meteen aan bood om het op te nemen." En dan blijkt het nummer aan te slaan en populair te worden. 'V*kkevuller' haalt downloadre cords op internet en wordt opge pikt door verschillende radiosta tions. In de Top 40 staat het Simon heeft een hit met het nummer 'V*kkevuller'. Maar werkt hij nu echt in een supermarkt of is zijn verhaal één grote marketingtruc? nummer deze week op de elfde plek. „Dat is heel spannend en ook een beetje eng omdat ik het allemaal nog nooit heb meege maakt, maar het is wel waanzin nig! De reacties van klanten in de winkel zijn erg leuk. Mensen vragen om handtekeningen en laatst wilde Henkjan Smits zelfs met me op de foto", lacht Simon. Hoewel Simons nummer een pa rodie op dat van Eamon is, ver schillen de twee versies wel de gelijk van elkaar. In tegenstel ling tot 'F**k it', is 'V*kkevul- ler' erg braaf. „Ik heb expres geen scheldwoorden gebruikt, zoals Eamon dat heeft gedaan. Ik heb gewoon een liedje ge maakt over mijn liefde voor het vakkenvullersvak. Vakken vullen, daar houdt hij van. Maar dat hoeft volgens hem niet per se in de plaatselij ke buurtsuper te gebeuren. „Het Europees Kampioenschap voetbal komt er aan en daar moeten natuurlijk ook vakken gevuld worden", zegt hij met een gretige en vooruitziende blik. Het lijkt een geweldig verhaal: een vakkenvuller in hart en nie ren die 'per ongeluk' een hit scoort met een zelf geschreven nummer. Maar toch rammelt er wat aan het verhaal van de flink lachende Simon. Zo ziet het schort dat hij voor de gele genheid heeft aangetrokken, er uit alsof hij het uit de verkleed kist op zolder heeft gehaald. Ook het naamkaartje op zijn borst heeft hij net van het kopi eerapparaat geplukt. Verder wil hij niet vertellen in welk dorp of in welke supermarkt hij werkt, noch over zijn andere hobby: toneelspelen. Marketingtruc Het lijkt duidelijk dat het een leuk bedachte marketingtruc is. Vooral omdat het nummer goed getimed is: de zomervakantie komt er aan en veel jongeren ne men een vakantiebaantje als vakkenvuller. Bovendien slaat Simon dooi- in zijn verhaal. Zo vertelt hij onder andere dat hij thuis, in de weinige vrije tijd die hij heeft, ook aan het vak ken vullen is. Hij heeft namelijk een wandje speciaal ingelicht om te kunnen 'recht trekken' en 'spiegelen'. Het verhaal wordt nog onwaarschijnlijker wan neer hij vertelt dat de originele vertolker van het nummer, Eamon, hem in een e-mail heeft gevraagd om hem te bescher men tegen zijn lastige ex-vrien din Frankee, die ook een eigen versie van de hit 'F**k it' heeft gemaakt. Maar Simon houdt vast aan zijn verhaal. „Het is echt waar, ik ben bloedserieus", zegt hij met een grote grijns. „Eamon heeft een tijd lang op nummer één ge staan, maar dat gaat mij ook lukken, let maar op! Straks zijn we Boris al vergeten", lacht hij. „Keep de vakken vol!" En wanneer het niet mocht luk ken met de zangcarrière van Si mon, dan heeft hij nog altijd een mooi vak achter de hand. „Vakken vullen is erg ver trouwd voor mij. Alleen wan neer de single het echt goed doet, ga ik er over nadenken om een hele cd te maken. Anders blijf ik gewoon elke dag lekker in de supei*markt werken." Ja, ja- Marloes Orij De 23-jarige dj, producer en labeleigenaar Don Diablo uit Dalen debuteert ambitieus met 2Faced. Al jarenlang viert hij wereldwijd successen van achter de draaitafel. Hij heeft zestig platen op zijn naam staan, van chemical tot hardco re. Op zijn eerste artiestenplaat 2Faced klinkt de als Don Schip per geboren Drent even geva rieerd en onnavolgbaar als tij dens zijn draaibeurten. Eclec tisch, want behalve trance maakt hij uitstapjes richting techno en electro. Maar er is meer. Zo horen we synthesizer•- pop en zelfs dancehall (met Ge neral Levy). Don Diablo laat zich kortom niet eenvoudig in een hokje di-ukken. Zo zoekt hij - ook live - wel eens de samen werking met de rockband 16Down. Hij bedrijft zelfspot en schroomt niet met humor te age ren tegen drugsgebruik. De man heeft nu eenmaal uitgesproken ideeën en vindt dansmuziek vaak te kil. De warme emotione le laag die hij daarom in zijn ei gen muziek heeft willen aan brengen, geeft 2Faced een merk waardige, maar aantrekkelijke twist. Peter van der Heide Don Diablo: 2Faced (ID&T/Universal), speelduur: Het heet Gem, komt uit Utrecht, bestaat slechts een jaar en is sinds een paar maanden één van de meest be sproken Nederlandse bands. Gem had met het debuut Teil Me What's New dus nogal wat waar te maken. Slim dat de band het grootste kritiekpunt met de titel al heeft opgevan gen. Nee, Gem is niet nieuw. Ja, het lijkt erg op The Strokes en The Libertines. Te veel eigen lijk, maar Gem maakt binnen een jaar wel een plaat die niet onderdoet voor de voorbeelden. De populaire sound van The Strokes zo goed imiteren is een kunst op zich, maar het zijn de geweldige nummers die van Gem echt een bijzondere band maken. Goeie liedjes schrijven kun je niet nadoèn. 'Tonight', 'All We Have Is Now' en vooral de onvermijdelijke hit 'Rise And Fall' zijn van een klasse die in Nederland niet vaak te horen is. Als de band onder alle belang stelling dit onbedaarlijke rock-'n-rollgevoel vasthoudt en een echt eigen geluid weet te vin den, wordt Gem heel groot. Maaike Borst Gem: Tell Me What's New (Ex- celsior/V2), speelduur: 38.05 Misschien is het omdat je er niets van verwacht. De 9de van JovinkDat zal wel een bak herrie zijn met de diepgang van een stoeptegel. Wel: dat valt dus alleszins mee. Sterker nog: dit is gewoon een prima rock-cd met teksten die weinig aan dui delijkheid te wensen overlaten. Superstrak gespeeld, opvallend goed gezongen (met name in de koortjes) en uitstekend geprodu ceerd door Gordon Groothedde. De vergelijking met Normaal ligt voor de hand vanwege de in breng van Gijs Jolink (de zoon van Bennie) en de keuze voor het Achterhoekse dialect. Maar waar Normaal regelmatig in de hoempamodus schiet, blijft Jo vink altijd de vierkwartsmaat trouw. Opvallende nummers zijn vooral Moar Now Geet 't Anders, dat door zijn prachtige slidegitaar aan Lynyrd Skynyrd doet denken, en de ballade Nix Te Klagen, waarop we zelfs een strijkkwartetje ontwaren. Pas in de bonustrack Holy Riky is het lachen geblazen. De Frans Bauer-imitatie in dit nummer is van een Koot Bie-achtige klas se: ongenadig goed. Martin Groenewold Jovink And The Voederbietels: De 9de van Jovink (Riky Records/MBN), speelduur: 40.43 Het klinkt zo gemakkelijk. De popliedjes van het Brit se Keane zijn zoet en licht ver teerbaar. Ze nestelen zich com fortabel in je hoofd, direct naast Coldplays Parachutes. Alles op Hopes And Fears is na een draai beurt vertrouwd - of eigenlijk al voor die eerste draaibeurt. De perfecte popstem van Tom Chaplin, de melancholische tek sten over verloren liefde, de mee- zingmelodieën. Alles is bekend en toch is het onterecht Keane af te doen als plagiaatbandje. Want het is niet gemakkelijk wat Keane doet. Het is commer ciële muziek met een grote hang naar drama, maar wel erg goed gedaan. Tim Rice-Oxley schrijft klassieke popsongs die hij met zijn pianopai'tijen zo warm en veelzijdig opvult dat het gemis van een gitaar bijna niet opvalt. Als geheel heeft Hopes And Fears dezelfde universele emo tionele lading die Coldplay we reldberoemd maakte. En ook Coldplay had zo zijn duidelijke voorbeelden. Maaike Borst Keane: Hopes And Fears (Island/Universal), speelduur: 45.09 min. Studenten kregen vorig jaar voor het eerst de kans om hun kunsten te vertonen op het festival Depai't. Of je nu muziek maakte, theater, kunst, film of cabaret: alles kon. Op 3 septem ber vindt de tweede editie plaats. Het is een idee van de Culture Club. Deze organisatie probeert met het aparte festival Depart afstuderend talent een kans te geven. Niet alleen bij een breed publiek, maar ook bij toekomsti ge opdrachtgevers. Vooral in de ze tijd, waaiin het al moeilijk ge noeg is om werk te vinden. Voor het programma van dit jaar, zijn nog een paar plekken voor studenten beschikbaar. Zit je op de Haagse Hogeschool, InHol- land, de Koninklijke Academie of het Koninklijke Conseiwato- rium? Wil je laten zien wat je in je hebt op muzikaal, theater-, film- of ander creatief gebied? Surf dan naar www.culture- club.nl voor vei'dere infoi*matie.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2004 | | pagina 41