Angstzweet in het ziekenhuis
Een beetje van jou, een beetje van meneer Van Delden
PZC
Leasepaard
25
zaterdag 15 mei 2004
Een overgrote meerderheid van de verpleegkundigen staat onder werktijd meer dan eens angsten uit. foto Ton van Vliet/GPD
Boerenbrunches, bonbons en
bossen bloemen; verpleeg
kundig Nederland werd afgelo
pen woensdag massaal in het zon
netje gezet. Het gros van de werk
gevers in de zorgsector gaf zijn
personeel presentjes. Als bedank
je, blijk van waardering, maar
rhisschien stiekem ook wel als
een steuntje in de rug. Want een
overgrote meerderheid van de
verpleegkundigen staat onder
werktijd meer dan eens angsten
uit.
Het vakblad Verpleegkunde-
Nieuws publiceerde op de Dag
van de Verpleging de resultaten van
een lezersenquête met als thema
'Angst in de beroepsuitoefening'. De
CNV-vakbond Publieke Zaak, die
meewerkte aan het onderzoek, noem
de de uitslag ronduit schokkend. Lo
gisch, want de cijfers liegen er niet
om. Bijna negentig procent van de ver
pleegkundigen is tijdens het werk wel
eens bang. Om fatale fouten te maken
(37 procent), voor een hoge werkdruk
(25 procent) en een te grote verant-
wooi'delijkheid (21 procent). Alleen
zijn in de nachtdienst (12 procent),
sterfgevallen tijdens de dienst (17 pro
cent) en het werken met een collega
bij wie je geen prettig gevoel hebt (29
procent) leiden ook tot angstgevoe
lens.
Maar met superstip bovenaan het
angstlijstje: scheldkanonnades, bedrei
gingen en fysiek geweld door patiën
ten. En niet te vergeten: door familie
en vrienden van patiënten. Opvallend
is ook dat verplegers meer klagen over
bedreigende situaties dan hun vrouwe
lijke collega's. Eén op de vijf mannen
zegt wekelijks of zelfs dagelijks met
agressie te maken te hebben, tegen elf
procent van de verpleegsters. „Tja, als
je dat zo hoort lijkt het risico om in de
gezondheidszorg te werken wel heel
erg groot. Maar je moet niet vergeten
dat een gevoel van veiligheid iets heel
persoonlijks is. Daarom verbaast het
mij ook dat meer mannen dan vrou
wen aangeven dikwijls met dit soort
gevoelens te maken te hebben", rea
geert Arbo-coördinator Cees Tanis
van het Oosterscheldeziekenhuis in
Goes.
Alcohol of drugs
Hoewel hij de genoemde negentig pro
cent gevoelsmatig erg hoog vindt, her
kent Tanis wel wat in de voorbeelden.
„De signalen zijn in dit ziekenhuis der
mate sterk dat we volgende week met
een werkgroep om de tafel gaan zit
ten. In het Westfries Gasthuis in
Hoorn hebben ze een paar jaar gele
den op eigen initiatief een project Vei
lige Zorg opgestart. Daar is een lande
lijk pilotproject van gemaakt. Wij be
kijken of we daarbij moeten inhaken.
Uit een onderzoek van de onderne
mingsraad naar de veiligheid in en
rond het gebouw bleek vorig jaar al
dat werknemers zich wel eens be
dreigd voelen door patiënten of bezoe
kers. Die gevoelens concentreren zich
vooral op de afdeling spoedeisende
hulp. En dan met name in de weekein
den, als je te maken hebt met mensen
die op stap zijn geweest en onder in
vloed van alcohol of drugs het zieken
huis binnenkomen."
Ondernemingsraad-voorzitter Ton
van Ombergen van het Ziekenhuis
Walcheren in Vlissingen laat soortge
lijke geluiden horen. „Het kan gebeu
ren dat iemand na een vechtpartij in
dronkenschap binnenkomt voor be
handeling, terwijl de ruzie nog tot aan
de poort van het ziekenhuis wordt
voortgezet. Die woede kan vervolgens
overslaan op verpleegkundigen of re
ceptionistes", vertelt hij.
Ook in het ziekenhuis in Vlissingen
komt agressie vooral op de afdeling
spoedeisende hulp voor. Van Omber
gen: ,,Daar hebben ze regelmatig met
dreigende situaties te maken. Op de
andere afdelingen is dat veel minder
het geval. Het agressieprobleem speelt
hier al jaren. Eigenlijk is het begon
nen toen het aantal politieagenten op
Walcheren afnam. Vroeger stond de
politie bij calamiteiten binnen tien mi
nuten op de stoep, waarna het pro
bleem snel was opgelost. Nu is dat an
ders. Het kan bijvoorbeeld zijn dat ze
helemaal vanuit Veere naar Vlissin
gen moeten rijden. Daarom hebben
wij een paar jaar geleden interne
maatregelen genomen. We verzorgen
bijvoorbeeld cursussen hoe om te
gaan met agressieve uitingen. En colle
ga's kunnen elkaar in bedreigende om
standigheden oproepen met behulp
van een pieper."
Bordjes
Een Zeeuwse ambulancemedewerker,
die om beleidsredenen niet met naam
wil worden genoemd, denkt dat agres
sie vooral aan de orde is in de zieken
huizen in de Randstad. „Ik kijk soms
naar televisieprogramma's als 112
Weekend. Wat je daar dikwijls ziet, is
hier volgens mij nauwelijks aan de or
de. Althans, ik heb het nooit meege
maakt en hoor mijn collega's er ook
nooit over. Natuurlijk ben je als ambu
lanceman het eerste aanspreekpunt,
dus krijg je wel eens wat over je heen.
Maar echt dreigende situaties? Nee."
Wel is het zo dat het ambulanceperso
neel in bepaalde situaties voox-zorgs-
maatregelen neemt. „Zo was het tot
een paar jaar geleden een landelijke
trend dat ambulancemensen naamp
laatjes droegen. Als we naar een onrus
tige situatie in de binnenstad moes
ten, draaiden we die plaatjes uit voor-
zox-g om. In bepaalde omstandigheden
is het beter dat patiënten of omstan
ders je naam niet weten. Denk bijvoor
beeld eens aan psychiatrische patiën
ten. Nu zijn die box'djes niet meer ver
plicht. Die handelwijze was overigens
niet gestoeld op ervaringen, maar je
leest of ziet natuurlijk wel eêns wat.
Je kan nou eenmaal in situaties te-
x-echtkomen, waar sprake is van een
dreigende sfeer. En daar heb je later
in privé-omstandigheden liever niets
meer mee te maken."
Waar de ambulancemedewerker de
enquêtecijfers voor Zeeland nuan-
ceexd, denkt Van Ombergen daar an
ders over. „Wat betx-eft de gang van
zaken op de verpleegafdelingen kan
ik mij voorstellen dat de agressie min
der is maar op de spoedeisende hulp
afdeling doen wij zeker niet onder
voor de Randstad. Vergeet niet dat
Vlissingen een havenstad is, wat meer
dan eens gepaard gaat met drugs",
reageert hij. Arbo-coördinator Piet
Geelhoed van het Ziekenhuis
Zeeuws-Vlaanderen, gelegen in haven
stad Temeuzen, is het wat dat betreft
roerend met Van Ombergen eens.
Net als in Vlissingen wordt in
Zeeuws-Vlaanderen momenteel een
Risico Inventarisatie en Evaluatie uit
gevoerd. „Bij ons is sprake van inci
dentele ervaringen, maar dat is vol
doende aanleiding voor een onder
zoek. Er is wel eens sprake van bedrei
ging, dat is een zekerheid. Maar het
pi-obleem is dat dit soort gevallen on
voldoende is gerappoi'teerd. Dus het
blijft gissen hoe vaak het gebeuxd.
Wat mij bekend is, kan slechts het top
je van de ijsberg zijn. Agressie op de
werkvloer is landelijk gezien ook lan
ge tijd ontkend, zowel door personeel
als leidinggevenden. In de gedachte
van 'nou, ik was bang, maar laat maar
zitten' werden dit soort gebeurtenis
sen niet gemeld. Het probleem is dat
er nog geen echte protocollen zijn
voor angstaanjagende situaties. Als
het uit de hand loopt of dreigt te lo
pen, haal je de politie erbij. Maar het
kan ook dat de komst van iemand in
uniform juist averechts werkt." Ook
Geelhoed meent dat agressiviteit in
het ziekexxhuis heel erg afdelinggebon
den is. „Op de trauma-afdelingen is
het vaak prijs. We hebben eens een pa
tiënt gehad die uit een isolatiecel
brak. Dan heb je het dus over agres
sief gedrag. Een patiënt die een dok
ter omver schopte, mensen die na een
ruzie bij de gewonde in het ziekenhuis
verhaal komen halen. Dit soort din
gen gebeuren, maar het is zeker niet
zo dat het frequent voorkomt."
Uiten
De respondenten van Verpleegkunde
Nieuws geven massaal aan interesse
te hebben in een bijeenkomst om met
collega's van gedachten te wisselen
over het veiligheidsgevoel op het
werk. Ook blijkt dat verpleegkundi
gen elkaar scherp in de gaten houden.
Achtentachtig procent van de onder
vraagden praat met collega's van wie
zij het vermoeden hebben dat zij zich
onveilig voelen op de werkvloer. Het
wordt een heel ander vex-haal als het
gaat om het uiten van de eigen gevoe
lens. Slechts een kleine meerderheid
praat daarover met collega's. „Ik kan
mij voorstellen dat het als volwassen
verpleegkundige, en dan maakt het
niet uit of je man of vrouw bent, lastig
is om aan te geVen dat je bang bent
voor een patiënt. Want voor een ander
is diezelfde persoon niet meer dan ie
mand die gewoon in bed ligt", pro
beert Van Ombergen zich te verplaat
sen in de beweegredenen van verple
gend personeel om te zwijgen.
Cees Tanis van het Oosterscheldezie-
kenhixis herkent veel in deze constate-
x*ingen.
„Er wordt onderling veel over verve
lende voorwallen gesproken, maar offi
cieel melding maken is weer heel iets
anders. Ik vind dat de werkgevers wel
verplicht zijn om wat aan de angstge
voelens te doen. Vaardigheidstrainin
gen, afspraken maken over een goede
samenwerking met de politie, dat
soort dingen. Overigens richtte deze
enquête zich op de gevoelens van ver
plegend personeel, maar een veel be
langrijker vraag is in hoeverx'e er al
daadwerkelijk sprake is van onveilig
heid onder werktijd."
Raymond de Frel
ger wist iedereen wat het bete
kende om een paard te hebben.
Het is overal zo verstedelijkt.
Waar zie je nog een boer met
een paardenstal? Ouders heb
ben geen idee. Die vinden het
een prettiger idee om voor hun
dochter een paard te huren dan
er eentje te kopen. Het voelt vei
liger."
Ankiejasje
Die ouders gaan dan bij voor
beeld bij De Steilsprong langs
om voor huxi kleine meid een
Ankiejasje te kopen. Henny
Kooyman: „Laatst had ik nog
een meisje dat van d'r vader eei
jasje van 200 euro kx'eeg. Hoe
ver ben je, vroeg ik nog. Zat ze
in de B. - B van beginner."
Alle meisjes willen Ankie van
Grunsven, wereldtopper bij de
dressuur, zijn. Logisch, vindt
Henny Kooyman. „Ankie is eer
idool. Zeker voor stadse meis
jes."
Op de Zuid-Hollandse eilan
den, waar Kooyman zelf woonl
wordt heel anders met paarder
omgegaan. „Daar is ruimte,
daar hebben de mensen zelf
paarden op het land, achter hu
huis, daar kopen ze de goed
koopste zwarte rijbroek en ma
len ze niet om steekzakken zo
als die van Ankie, daar gaat he
geld op aan zadels en hoofdstel
len. Hier niet."
Toen Henny Kooyman nog een
manege had, verhuurde ze ook
paarden. „Met een leskaart rij
den is toch anders. Als je af
stapt, staat de volgende alweei
te wachten. Een huurpaax-d
voor een paar dagen in de weel
is een heel redelijk alternatief.
Nog mooier is als je met zijn
tweeën huurt. Dat scheelt be
hoorlijk in de kosten."
Waar je op moet letten? „Op ee
gezondheidsverklaring", zegt
Henny Kooyman met grote ste
ligheid. „Een paard is leuk, zo
lang als hij loopt. Je moet weti
of alles erbij zit of dat je zelf
een hoofdstel en zadel moet kc
pen. Je moet wel weten waar j<
aan begint."
Christl Vissi
Geen zin in steeds een ander
manegepaard? Niet ge
noeg tijd en geld voor een eigen
paard? Lease er een! Huren is
een stuk makkelijker dan in ei
gendom hebben. Geen zorgen,
geen verantwoordelijkheid, en
toch je eigen Lucky Lady.
Meisjes willen paarden. Liefst
eigenpaarden', zoals ze ze op
internet noemen. Als dat niet
kan, is een leasepaard ook in or
de. Bij wijze van opstapje, den
ken ze zelf. Want een 'eigen-
paard' blijft het ideaal. Waar
laat je je eigen paard in de stad?
Inde manege natuurlijk. Wat is
dan het verschil tussen een ei
gen paard in de manege en een
leasepaard van diezelfde mane
ge? Niet zo heel veel. Behalve de
kosten en de zorgen.
Geen wonder dat het lease
paard oprukt. Niet alleen voor
meisjes. Ook voor vrouwen. Hij
een motor, zij een paard. Henny
Kooyman van paardenwinkel
De Steilsprong in Den Haag:
«Veel vrouwen van halverwege
de dertig die als meisje niet op
paardrijden mochten, halen dat
later in." Mannen doen in dit
den gaan, doen het goed. Mis
schien omdat ze veel moeten
ovei'winnen als ze de enige zijn
in een klasje. Mede-eigenaar Ed
van Delden van manege De Zil
verster in Zoetermeer: „Op top
niveau is de vex-houding man
nen-vrouwen fifty-fifty. Dat
zegt wel iets, als je rekent dat je
aan de basis 90 procent meisjes
en tien procent jongens hebt."
Wat ze doen, is echter verschil
lend. Meisjes houden van dres
suur, jongens van spxingen en
westemrijden. Dat vinden ze
stoerder.
Bij Van Delden heten de lease-
paarden halfpensionpaarden.
„Het is maar welk naamkaartje
je er aan hangt." Hij telt in ma-
negepaarden, halfpensionpaar
den en pensionpaarden ofwel
privé-paax'den - de 'eigenpaar--
den' - die bij hem in de stalling
staan.
Vakantie
De liefde voor het paard begint
jong, vertelt Van Delden. „Dan
krijgt een meisje in de zomerva
kantie een pony voor een
maand. Het jaar erna wil ze
weer. Zo gaat het verder."
verhaal in mindere mate mee.
Paardje aaien, paardje verzor-
§en. paardje mooi maken: het
zijn toch meisjesdingen.
Mevrouw Kooyman: „Ze kun
nen er de hele dag mee bezig
zijn. 't Is romantisch hè? Zo tus
sen de tien en de zestien hangen
ze heel erg naar iets van hun-
zelf. Als ze verkering krijgen,
«oudt het op met de paarden.
Na hun trouwen begint het op-
meuw. Je raakt het nooit kwijt,
m ken een onderwijzeres je van
zeker 58 die het helemaal niet
zo breed heeft. Ze heeft wel
In die vrouwenwereld hebben
Jongens het soms moeilijk.
Maar de knullen die op paardrij -
Later wordt het écht lijden. Rui-
ters-in-spe willen eerst naar
buiten, de natuur in. Als ze een
maal buiten rijden, willen ze
het beter kunnen. Als ze het be
ter kunnen, willen ze een eigen
paard om mee te trainen. Ze
merken dat ze, als ze telkens op
een ander paard rijden, steeds
weer moeten wennen, omdat ie
der paard anders reageert.
Van Delden: „Dan komt het mo
ment dat ze tegen me zeggen:
'Ik wil wel rijden, maar niet
meer op Pipo.' Dat is niet doen
lijk op een manege. Als je één
bepaald paard wil, moet je het
huren. Of leasen, als je het zo
wilt noemen."
Verkopen doet Van Delden niet
nou niet kopen', heb ik wel eens
gezegd. Wilde ze niet. Ze vindt
dit prettiger.
Goedkoop is het niet, wel te
doen. Afhankelijk van de precie
ze afspraken kost een
halfpension/leasepony bij Zil
verstad per maand 187 euro en
een paard 210 eux-o per maand.
Wie in Zoetermeer langs de stal
len loopt, ziet ze in hun glanzen
de schoonheid staan. Lucky La
dy, Symphony, Nelson, Glenn -
een beetje van jou en een beetje
van meneer Van Delden.
Voelt een halfpensionpaard als
een eigen paard? Misschien niet
helemaal. Van Delden: „Je kunt
hoog opgeven over de eenheid
tussen mens en dier. Als mijn
hond niet meer eet als ik met va
kantie ben, is dat goed? Hoe
hecht moet de band zijn? Je
moet er niet te idealistisch over
doen. Als je een eigen paard
hebt, kun je zeggen: afblijven,
dat paard is van mij. Maar wie
rijdt hem dan als je ziek bent?
Of een weekje weg? Daar wrikt
het. Een paard is een bewegings-
dier. Dat wox-dt wel eens over
het hoofd gezien."
Eigen roepnaam
Bij het Hippisch Centrum West-
land is een paard leasen duur
der dan bij Zilverster. Dat komt
omdat de paax-den geen lessen
rijden. Daardoor is het huur
paard bijna een eigen paard.
Als meisjes gi'aag willen - ook
in het Westland zijn het meest
meisjes - mogen ze hun paard of
pony zelfs een eigen x'oepnaam
geven.
Voor een pony rekent het Hip
pisch Centi-um 350 euro in de
maand, voor een paard gemid
deld 430 euro, inclusief alles.
Ton Smits: „Het betekent na-
tuurlijk wel dat de huurder elke
dag moet rijden. Dat houden we
in de gaten. Anders is sprake
van nalatigheid. Dan delen we
een waarschuwing uit."
Geen verantwoording hoeven
dragen voor voedsel, stalling,
gezondheid, zadel, tuig en alles
wat erbij komt, is de voornaam
ste reden om te leasen. „Vroe
Geen verantwoording hoeven dragen voor voedsel, stalling, gezondheid, zadel, tuig en alles wat erbij komt, is de voornaamste reden om
een paax-d te leaèen. foto Frank Jansen/GPD
ene ruiter. De vraag is niet zo
groot. Huren is veel makkelij
ker. Dan kun je voor éen vaste
tijd tegen vaste condities over
dt paard beschikken." Geen zor
gen, geen verantwoordelij k7
heid, wel je eigen paax'd. Dat
wil zeggen: op de afgesproken
tijdstippen'. Bij Van Delden wor
den cle lialfpensionpaax'den ook
ingezet voor de lessen. „Bijna
niemand heeft gelegenheid om
elke dag te x-ijden. Dat paai'd
moet wél elke dag beweging
hebben. Dan is onze constructie
zo gek nog niet. Ik heb een me
vrouw die al negentien.jaar een
paard bij me huux-t. 'Zou je die
gi'aag. „Een enkele keer. Als
een paard heel erg bij iemand
hoort. Je hebt wel eens van die
manegepaarden die zichzelf zo
goed beschermen dat ze bij nie
mand passen, behalve bij die