PZC Voor een kasteel moetje hard werken 1 Je kijkt natuurlijk nooit in nachtkastjes WOON garderobebox Redactie bijlagen: 0113-315680 www.pzc.nl E-mail:redactie@ pzc.nl Postbus 31,4460 AA Goes Advertentie-exploitatie: Noord-en Midden-Zeeland: 0113-315520; Zeeuws-Vlaanderen: 0114-372770; Nationaal: 020-4562500. zaterdag 1 mei 2004 Meubels op herhaling Een slotgracht, muren van 85 centimeter dik, eeuwenou de balken, een monumentale schouw, gotisch gebeeld houwde ramen en natuurlijk een toren. Het klinkt als een kasteel ergens in het hartje van de Franse Loire-streek. Niets is minder waar. De Sint Theresia Burgh staat mid den in de polders bij IJzendijke. foto's Peter Nicolai een torenkamer. In de Theresia- burgh ontbreekt die dan ook ui teraard niet. In de torenkamer, die hoog boven het polderland schap uitsteekt, bevindt zich een slaapkamertje met magni fiek uitzicht. Bij een windvlaag kun je het 'haantje' op de nok van windrichting horen verande ren. Als perfectionist in hart en nie ren moet van Verbuyt ook de om geving van het kasteel perfect in het plaatje passen. De oude schuur die altijd al op het per ceel stond, heeft hij daarom in ruim vijf jaar volledig opge knapt zodat hij precies dezelfde uitstraling heeft als het kasteel. Het grootste compliment voor zijn werk aan de schuur ontving Verbuyt van twee wandelaars die vol bewondering naar al het moois binnen de slotgracht had den staan kijken. Verbuyt: „Ze vroegen of de schuur misschien ooit een kerkje was geweest. Dat deed me toch wel wat." In de slotgracht, die niet helemaal rondom het kasteel loopt omdat hij anders droog zou komen te staan, zwemmen enkele van de zeldzame moderne elementen die men in of rondom de Burgh zal aantreffen; koikarpers. Dient de slotgracht van oudsher ter verdediging van de kasteel heer, in dit geval is dat omge keerd. Verbuyt verdedigt zijn gracht, en de karpers in het bij zonder, fanatiek tegen indrin gers als reigers. Levenswerk Dagelijks zien Verbuyt en Brooks toeristen door de onver harde Van Dunnéstraat trekken om foto's te maken van het bij zondere bouwwerk in de polder. Volgens Verbuyt is er nog nie mand zo 'brutaal' geweest om te De muren van de Sint Theresia Burgh zijn 85 centimeter dik. vragen of het kasteel te koop was. „Je denkt toch niet dat ik dit allemaal ga verkopen? Het is mijn levenswerk en voor mij on betaalbaar." Wel kwam een rij ke directeur aan de poort die de bouwtekeningen, ook van de hand van Verbuyt, wilde kopen. „Natuurlijk kun je een aanne mer inschakelen die dit kasteel voor je neerzet. Maar zonder die historische materialen zal het nooit zo worden als bij mij. Dat kan niet. Om hem een idee te ge ven van wat er allemaal bij komt kijken als je ook met au thentieke materialen wilt gaan werken, heb ik hem een video band van de bouw van het kas teel meegegeven. Die tape heeft hij twee weken later zomaar bij me in de bus gestopt. Ik heb hem nooit meer gesproken. Ik denk dat hij genezen was..." Momenteel werkt Verbuyt aan een terras in de vorm van een ruïne, achter in de tuin. Bouwte keningen heeft hij niet. „De din gen vormen zich als ik bezig ben. Hoe het er uit komt te zien, ligt aan de materialen die ik voorhanden heb." De kasteel heer zal ongetwijfeld nooit klaar zijn. Maar hij wil toch nog wel een keer op vakantie. Ooit. De bestemming weet hij nog niet, maar wel wat hij gaat doen: kastelen bekijken. Sheila van Doorsselaer De Sint Theresia Burgh in de polders bij IJzendijke. Carlos Verbuyt bouwde zijn kasteel zelf. Hij maakt daarbij gebruik van oude, authentieke materialen. Kasteelheer' Carlos Verbuyt is eigenlijk eeuwen te laat geboren. Van kindsbeen aan fan taseerde hij over ridders, konin gen, kastelen en bevallige prin sessen. Die prinses heeft hij ge schaakt, de exotische Loretta Brooks is zijn kasteelvrouwe. En natuurlijk woont een koning niet in een rijtjeswoning, maar in een kasteel. Rond 1980 („het steekt toch niet op een jaar?") begon Verbuyt, werktuigbouwkundige, aan de bouw van de Sint Theresia Burgh. Het is een levenswerk ge worden. Nu, 24 jaar later, werkt Verbuyt nog elke dag aan zijn paleis. Legt hij geen terras aan in de vorm van een oude ruïne (inclusief haard) in de kasteel tuin, dan bouwt hij wel een kip penhok met kantelen. Jawel, ook de kippen wonen in een kas teel. Verbuyt wilde zijn kasteel de sfeer van de riddertijd laten uit ademen. „Dit bereik je nooit met bouwmaterialen uit de doe-het-zelf zaak", zegt Ver buyt stellig. De IJzendijkenaar houdt niet van half werk. Hij reisde jarenlang zo vaak hij kon naar Frankrijk en België om daar oude, authentieke bouwma terialen te halen, veelal afkom stig uit kerken, te slopen kloos ters, kastelen en zelfs schepen. In de loop der jaren kreeg hij zo zijn vaste adresjes waar hij alles van zijn gading kan vinden. Bij zo'n bezoek waant hij zich in Luilekkerland en moet oppas sen dat hij niet met hele vracht wagens aan materiaal tegelijk naar huis komt. Op elk detail heeft Verbuyt ge let. De vloer van de hele bene denverdieping is een verhaal op zich. Eerst moesten de bijna tien centimeter dikke natuurste nen vloerdelen op maat worden gezaagd, voordat de muren kon den worden geplaatst. Blikvan ger in de woonkamer is de enor me schouw, afkomstig uit een Frans kasteel. Het gevaarte was zo zwaar dat hij in twee stukken naar IJzendijke moest worden vervoerd. Verbuyt moest de schouw zelf weer in elkaar puz zelen. Opvallend is de kleurschakering van de schouw. Op de meeste plaatsen is hij grijs-wit, maar af en toe schemert er zwarte verf onderdoor. De schouw een nieuw verfje geven is uit den bo ze, want dan gaat volgens Ver buyt het hele verhaal achter de schoorsteenmantel verloren. Dergelijke schouwen uit die tijd zijn van oorsprong wit, maar na de dood van de koning werden ze zwart geschilderd. De bewo ners van het kasteel waar de schoorsteenmantel vandaan kwam, vonden een zwarte schouw waarschijnlijk lelijk en schilderden hem over. Verbuyt wil echter dat de zwar te verf zichtbaar blijft. Het nisje waarin het familiewapen ooit heeft gezeten, is leeg. Een fami liewapen mag niet worden mee genomen als de schouw wordt weggehaald. De hele schoor steenmantel is een stuk onge schreven geschiedenis. Om elke hoek van het de There sia Burgh schuilt wel een verras- De schouw is afkomstig uit een Frans kasteel. sing. De trap is gemaakt van na tuurstenen treden die tonnen we gen. De eerste trede is zeer bij zonder; het is een overblijfsel van de stadswallen van Sas van Gent. Elke zware massieve deur heeft een eigen verhaal. Zal een klusser de deur aanpassen als die niet in de sponning past, Ver buyt verlaagt liever het plafond, zodat hij de bijzondere deur toch in de originele staat kan ge bruiken. Zelfs het kleinste kamertje, het toilet, is een historisch architec tonisch hoogstandje. De 'troon' bevindt zich in een klein aange bouwd torentje. Verbuyt had een hele zomer nodig om het to rentje te bouwen. Het op maat maken van de leitjes op het dak bleek een monnikenwerk. Na tuurlijk heeft een echt kasteel r I In de serie woonberoepen staat wekelijks een beroep op het gebied van wonen centraal. De meest uiteenlopende personen komen aan bod: van stucadoor en architect tot ambtenaar welstandscom missie of glazenwasser. Vandaag: de verhuizer foto Camile Schelstraete Naam: Peter Leendertse (42) Woonplaats: Hulst Beroep: verhuizer Belangrijkste gereedschap: dekens en an der inpakmateriaal Als je er eens goed over nadenkt, is verhui zen onnozel werk. Een belediging? Zo zou je het kunnen opvatten, maar dit zijn de woor den van een man met ervaring, verhuizer Peter Leendertse van het familiebedrijf Diele- man-Leendertse uit Hulst. „Is toch zo? Eerst sta je alles in een vrachtwagen te laden, om het er na een autorit weer allemaal uit te ha len. Anderzijds heeft dit werk ook zijn char me. Je kweekt een bepaalde band met je klan ten. Bakje koffie, beetje kletsen. Ik bel na af loop van de verhuizing ook altijd even op om te vragen of alles goed is verlopen", vertelt Leendertse. Op 16-jarige leeftijd trad hij in dienst bij zijn vader. Nu geeft hij leiding vanuit kantoor, zijn broer Jan regelt het 'baangebeuren'. „Mijn opa Dieleman startte het bedrijf na de Tweede We reldoorlog met paard en wagen. Later nam mijn vader het over. We zijn meegegroeid met meubelzaak Morres. Daar hebben we nu negen vrachtwagens voor rijden. Daarnaast richten we ons sinds een jaar of tien op particulieren. Dat bleek een gat in de markt, zeker toen in Hulst en Terneuzen nieuwbouwwijken de grond uit werden gestampt." Verhuizen met paard en wagen... het is een enorm contrast met alle hedendaagse eisen en wensen. Garderobeboxen, archiefdozen, kunst stof schilderij dozen, elk jaar wordt er wel weer iets nieuws uitgevonden. „Ik vind ook dat een verhuizer fatsoenlijk gekleed moet gaan. Hij moet natuurlijk kracht hebben en handig zijn, maar een verzorgd uiterlijk is ook belangrijk. Goede contactuele eigenschappen zijn ook een must. Zo hebben wij twee ei-varen verhuizers speciaal op 'seniorenverhuizingen' gezet. Met alle respect, maar voor veel oudere mensen is een verhuizing naar een verzorgings huis de laatste die ze zullen meemaken. Zij zijn vaak zenuwachtig, dat vergt toch een spe ciale behandeling. Je mag ook niet vergeten dat het vaak alleenstaande mensen zijn. Dus ontkoppelen we de wasmachine even en halen we de lampen van het plafond en de gordijnen van de rails." Een vlekkeloze verhuizing is volgens Leendert se een kwestie van goed communiceren. „Ik vraag klanten altijd hun dozen te nummeren per kamer. Stickertje met het kamernummer op de zijkant van de doos - handigheidje: plak niet bovenop de doos, want na stapelen zijn de etiketjes niet meer zichtbaar - en je spullen ko men gelijk in de goede ruimte terecht. Het is wel zaak om als klant vooraf goed te beslissen wat wel en niet moet worden meegenomen. Op het laatste moment van gedachte veranderen is voor verhuizers vaak erg frustrerend." Een verhuisbedrijf huur je in om zelf van een hoop sores af te zijn, weet Leendertse, „En om rugklachten te voorkomen. Natuur lijk, elke verhuizer heeft weieens last van zijn rug. Een eiken kast kan loodzwaar zijn, maar die moet wel worden ingeladen. Twee keer per jaar komt de Arbodienst langs om een cursus 'tillen' te geven. Daarmee beperk je het risico, maar het is nooit helemaal te voorkomen. Het gebeurt ook vaak door onbenullige dingen. Even een doosje verschuiven, schiet het opeens in je rug." Of Leendertse vaak vreemde voorwerpen in moet laden? „Nee, eigenlijk niet. Dat wat verborgen moet blijven, zie je toch niet. Je kijkt natuurlijk nooit zonder toestemming in nachtkastjes, maar het is opvallend dat die vaak al zijn dichtgeplakt. We hebben dus nog nooit linge rie gezien, haha! Je komt natuurlijk ook in de meest uiteenlopende huishoudens. Bij de een is alles netjes, bij de ander moet je eerst je handschoenen aandoen om het gasfornuis vast te pakken. Ik ga voor de verhuisdag ook altijd even langs bij de klant, om te kijken wat er al lemaal moet worden versjouwd. Als daar een mooi vrouwtje woont, geef ik dat uiteraard even door aan de verhuizers. Die hebben dan gelijk zin om te werken! Raymond de Frel

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2004 | | pagina 49