Zonder solidariteit gebeuren er ongelukken PZC W3 Max Kohnstamm zaterdag 1 mei 2004 Max Kohnstamm (1914) is één van de grond leggers van de Europese Unie. Dankzij de samenwer king tussen oude vijanden is Europa al een halve eeuw zonder oorlog. Maar Kohn stamm vreest voor het ver volg. Hij ziet geen nieuwe vaandeldrager, wel zwakke regeringsleiders en volke ren die zich weer naar bin nen keren. „Als je de solida- riteitspilaar doorzaagt, ge beuren er ongelukken." Zal er een taak en een toekomst zijn in Europa? Of alleen dood, oorlog en ondergang? Max Kohnstamm maakt, 24 jaar oud, kort voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog een studiereis door de Verenig de Staten. In een brief aan zijn ouders, geschreven op 27 decem ber 1938 in Northampton, blikt hij zorgelijk vooruit. Europa zal inderdaad jarenlang geteisterd worden door dood en oorlog, maar tenonder gaat het niet. De oude wereld begint in 1945 aan een nieuwe toekomst en Max Kohnstamm behoort tot de vormgevers van dat nieuwe Eu ropa. Een halve eeuw later is hij één van de laatst overgebleven Euro- peanen-van-het-eerste-uur. Een stukje monument, noemde hij zichzelf eens. En dat is een ge vaarlijke constatering. Monu menten herinneren aan wat er niet meer is, terwijl de Europese Unie, de integratie van landen en volkeren, niet mag stoppen. Integratie is, volgens Kohn stamm, het antwoord op oorlog. Dat had hij al snel na het einde van de Tweede Oorlog door. Hij herinnert zich hoe hij, in het huisje van zijn schoonfamilie in de duinen van Schouwen-Duive- land, nadenkend over naoorlogs Europa tot deze slotsom kwam. Maar hoe breng je integratie tot stand? Het antwoord op die vraag vond hij niet. Oplossing Kohnstamm: „En toen kwam, het was het voorjaar van 1950, het Schuman-plan. Daar was in eens de hoop, de oplossing." Hij werd lid van de Nederlandse de legatie die over dat plan van de Franse minister Robert Schu- man - de oprichting van de Euro pese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS) - ging onder handelen. „Ik begreep al vlug dat we te maken hadden met iets dat ver uitging boven kolen en staal en een Frans/Duitse vriendschap. Het was een revolu tie in de internationale betrek kingen." Hij werd meegezogen in het en thousiasme van Robert Schu- man en vooral Jean Monnet, de Fransman die voorzitter werd van de EGKS. Kohnstamm ging voor Monnet werken en gaf zo, als de eerste Europese ambte naar, mede vorm aan het nieu we, geïntegreerde Europa. Het gaat hem te ver Monnet zijn poli tieke vader te noemen. Zijn ei gen vader, de fysicus, filosoof, theoloog en pedagoog Philip Kohnstamm, heeft een vergelijk bare invloed op zijn politieke denken gehad. „De geesten van Monnet en mijn vader liepen redelijk ge lijk. Terwijl Monnet nadacht Max Kohnstamm foto Rien Zandee over Europese samenwerking, richtte mijn vader, in diezelfde jaren twintig, het Herstel Euro pa Comité op. Met hetzelfde doel: zorgen dat Duitsland, na de Eerste Wereldoorlog, niet ver nederd zou worden met herstel betalingen. Dat zou de vooruit gang van Duitsland en daarmee van heel Europa bedreigen, vond hij. Als die twee elkaar ont moet hadden, hadden ze elkaar zeker goed begrepen." De twee invloedrijkste mannen in zijn leven hadden gedachten van dezelfde soort. Philip Kohn stamm hield zijn zoon voor dat hij 'zijn broeders hoeder' is; Jean Monnet leerde hem: 'Wij verbinden geen staten, we vere nigen mensen'. Wereldnieuws Max Kohnstamm heeft zich een goede leerling getoond. Al ruim vijftig jaar houdt hij het vuur van de Europese eenwording brandend. Vanuit zijn huis in een gehucht in de Waalse Arden nen - halverwege de snelweg tus sen de twee hoofdsteden van Eu ropa, Brussel en Luxemburg - volgt hij het wereldnieuws op de voet. En ondanks zijn leef tijd, op 22 mei wordt hij 90, be stookt hij de publieke opinie en de politieke leiders nog immer met vlijmscherpe kritieken. Hij moet wel. „Ik zie op dit moment geen Euro pese vaandeldrager. En er zijn alleen zwakke regeringen. Daar komt bij dat volkeren weer meer naar binnen kijken dan naar buiten. Dit zijn gevaarlijke ontwikkelingen. Ze vormen een constante rem op het verder gaan van de Europese Unie." Kohnstamm signaleert zelfs het risico van afbraak. „Eén van de dragende elementen onder de Europese Unie is solidariteit. De Unie wordt nu uitgebreid met tien landen. Maar als je daar geen geld voor over hebt, bedreig je niet alleen de vooruit gang maar zelfs het voortbe staan. Als je nu zegt tegen Po len: 'welkom, maar je krijgt geen cent', als je dus de solidari- teitspilaar doorzaagt, gebeuren er ongelukken." Hij toont wel begrip voor de be narde financiële positie van Ne derland. En misschien betalen we in vergelijking met andere landen inderdaad te veel aan Eu ropa. Maar die kruideniersmen- taliteit stoort hem. Van minister Zalm, die voortdurend over geld en begrotingen klaagt, ziet hij wel heel weinig inspiratie ko men. „Terwijl de Nederlandse economie ook ongelooflijk heeft geprofiteerd van de eenwor ding. Zonder eenwording zou den we economisch afhankelijk zijn gebleven van de politieke wisselingen in Duitsland en daar zouden we zwaar onder ge leden hebben. Zonder samen werking was Europa er econo misch nimmer bovenop geko men, en Nederland ook niet." Tegenwicht Europa mag niet verkruimelen, en dat zal ook niet gebeuren, be seft hij. „Men ziet heus wel dat de economische belangen zo ver strengeld zijn dat niemand zich er nog aan kan onttrekken." In tegratie moet echter op meer ge stoeld zijn dan op welvaart al leen, waarschuwt Kohnstamm. De EU dient ook politiek een prominente plaats in de wereld te bezetten. Niet zozeer als te genwicht tegen de Verenigde Staten - het streven van de rege ring Bush naar wereldhegemo nie zal niet slagen, is zijn over tuiging - maar wel als hoeder van goede rechtsstatelijke be trekkingen die vrede duurzaam maken. „Mensen van uw generatie ken nen oorlog niet meer van nabij. Vrede is vanzelfsprekend gewor den. De noodzaak van samen werking is minder duidelijk. Aan de ene kant is dat een geluk kige situatie, tegelijkertijd be moeilijkt het de voortgang van de integratie. Bij ons, toen wij begonnen met de EGKS, speel de ook de emotie een rol: dat nooit meer!" De Tweede Wereldoorlog heeft Kohnstamm in denken en hande len gevormd. Hij bracht drie maanden door in Kamp Amers foort (één van de belangrijkste executieplaatsen in Nederland in de oorlog) en ruim twee jaar in Kamp Sint-Michielsgestel. Amersfoort maakte aanzienlijk meer indruk. „Daar heb ik on dervonden tot welke hel rechte loosheid leidt. Gestel daarente gen was, achteraf zeker, de vei ligste plek voor een man van mijn leeftijd. Zeker omdat mijn vader van joodse afkomst was." Hij ontmoette er de latere minis ter-president Schermerhorn, die hem in 1945 bij koningin Wilhel- mina aanbeval als particulier se cretaris, een functie die hij tot haar aftreden in 1948 bekleed de. De andere vormende ervaring was de studiereis naar de Vere nigde Staten van oktober 1938 tot augustus 1939. President Franklin Delano Roosevelt was aan de macht en trachtte met zijn New Deal het land econo misch en daardoor maatschappe lijk te genezen. Max Kohn stamm raakte diep onder de in druk van de levenslust en de wilskracht waarmee de Ameri kanen hun toekomst ter hand na men. Hij schrijft aan zijn ouders: Amerika raast als een orkaan over me heen. De Nieu we Maatschappij, zo ooit er gens, zal hier worden gebouwd. Tegelijkertijd ergerde hij zich aan de soms kinderlijke onwe tendheid van de Amerikanen over het kwaad in de wereld, met name in Europa. Vanwege die naïviteit konden de VS zich maar beter niet mengen in de oorlog, vond hij. Boos was hij ook over de wantoestanden die hij aantrof in de zuidelijke sta ten, waar zwarten in grote ar moe leefden en niet deelden in de voorspoed die de New Deal de blanken wel bracht. In één van de brieven aan zijn ouders schrijft hij: De Roosevelt-admi- nistratie is de met alle macht in grijpende staat. Botsingen met alle groepen is het gevolg, even als fantastische pressure, corrup tie soms. De Roosevelt-admini- stratie heeft een sociale politiek, maar niet de tijd of de lust om er over na te denken welke basis waarden deze politiek bepalen. Toch overheerst achteraf de be wondering voor Roosevelt. Dat heeft vooral te maken met de toespraak in 1941 waarin de Amerikaanse president de vier vrijheden benoemde: vrijheid van meningsuiting en gods dienst en vrijwaring van gebrek en vrees. „Een prachtige defini tie van wat een democratische staat moet zijn", vindt Kohn stamm. „De vier vrijheden zijn de pilaren waarop een democra tie rust. Die toespraak uit 1941 is zodoende nog steeds van waar de voor vandaag." Dat geldt in het bijzonder voor vrijwaring van vrees, waarvoor hem op 8 mei in Middelburg een onder scheiding wordt uitgereikt. Pre cies die vierde vrijheid is sterk geactualiseerd door het terroris me, stelt Kohnstamm vast. De vrees voor oorlog in Europa, verdwenen door de inspannin gen voor integratie, is vervan gen door de vrees voor terroris me. Zeker na de aanslagen in Madrid op 11 maart van dit jaar hebben mensen het onbe haaglijke gevoel op elk moment op elke plaats slachtoffer te kunnen worden van een aan slag. Het is in Amsterdam gelukkig nog steeds gevaarlijker om door de stad te fietsen, nuanceert hij. „Daarmee wil ik het terrorisme niet bagatelliseren. Geweld, de toegang tot wapens, is niet meer exclusief in handen van overhe den en legers. Geweld is gepriva tiseerd, het is in de handen van iedereen. Dat creëert een begrij pelijke angst. Je moet echter wel oppassen met het zoeken naar totale zekerheid. Die be staat namelijk niet. Tegen zelf moordacties is immers weinig te beginnen." Broeikas Dat is ook zijn grote strijdpunt met de Amerikaanse regering. „Hoeveel kun je met militair in grijpen en machtsvertoon tot stand brengen? Minder dan Bush denkt, ben ik bang. De we reld is eerder onveiliger gewor den door de verwijdering van Saddam Hoessein. Er is een broeikas voor terrorisme ge creëerd." Terrorisme is deels het gevolg van fanatieke ideologieën, analy seert hij, en deels van het ge brek aan opvoeding, aan water, aan een menswaardig leven. „De VS geven honderden miljar den dollars uit aan wapens, ter wijl Afrika geen geld heeft voor schoon drinkwater of de bestrij ding van aids. Voor elke Israëli is tien keer zo veel water be schikbaar als voor elke Pales tijn. Zonder goed waterbeheer gaat de strijd daar door, zelfs al zou er vrede zijn." Onrecht Pogingen om tot een definitie van terrorisme te komen, doet hij af als 'een volstrekt onbenul lige bezigheid'. „Ik zou trots ge weest zijn als de bezetter mij in de oorlog een terrorist had ge noemd. Het ligt dus maar aan de uitleg die je eraan geeft. Ik keur aanslagen niet goed. Wel moe ten we beseffen dat veel mensen in misère en onrecht leven. Je weet nooit wat daaruit voort komt. Als ik probeer me in te denken hoe het is om als Pales tijn in de Gazastrook te leven... Ik weet niet of ik de moed zou hebben om mezelf op te bla zen." Zijn joodse afkomst staat geheel los van deze gedachten, bena drukt Kohnstamm. „En twijfe len aan de juistheid van het be leid van Israël is niet hetzelfde als antisemitisme. De capaciteit je in te leven in een ander, is es sentieel. Waar dat vermogen niet bestaat, kan nooit vrede zijn." Maurits Sep Gebruikte literatuur: Nog is er geen oorlog, Briefwisseling tussen Max en Philip Kohnstamm 1938-1939, Vos- siuspers Universiteit van Amsterdam (isbn 9056292013); Geert MakIn Europa, Uitgeverij At las (isbn 9045011786). Helmut Schmidt: Four Freedoms Award Ellen Johnson Sirleaf: vrijheid van meningsuiting Teddy Koliek: vrijheid van godsdienst Halfdan T. Mahler: vrijwaring van gebrek Armand Hammer: vrijwaring van vrees Helmut Schmidt (1) en Wim Kok Vaclav Havel: Four Freedoms Award Jacques Delors: Four Freedoms Award Laszio Tokes: vrijheid van godsdienst Jonkheer Emile van Lennep: vrijwaring van gebrek Simon Wiesenthal: vrijwaring van vrees Terry Waite Javier Perez de Cuellar: Four Freedoms Award Mstislav Rostropovich: vrijheid van meningsuiting Terry Waite: vrijheid van godsdienst Jan Tinbergen: vrijwaring van gebrek Lord Carrington: vrijwaring van vrees

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2004 | | pagina 29