De weel was een diep gat
Voor de Soepkokerij staat een waterwagen
Dialect is
ommerst net
as een krante
Nieuwe Raadkaart
23
dinsdag 27 april 2004
De Westeindse Weel tussen 's-Heerenhoek, Borssele en Driewegen.
foto Het Zeeuwse Landschap
De Za.k van Zuid-Beve
land: een bijzonder ge
bied, dat altijd veel mensen
trekt. Kleine, pittoreske
dorpjes, het heggenland-
schap, de fruitbomen die nu
getooid zijn met prachtige
bloesem, een weids land
schap...
Genieters aanschouwen het
gebied vanaf de wegen, die
veelal op dijken gelegen zijn.
Omdat ze iets hoger in het land
schap liggen, bieden ze een
prachtig uitzicht op de omge
ving.
De dijken liggen niet voor niets
wat hoger in het landschap. Het
zijn oude zeeweringen. Het oor
spronkelijke Zeeuwse schorren
landschap is gedurende de
twaalfde eeuw bedijkt. Aanvan
kelijk ging het om de kernen
van de gebieden Walcheren, Tho-
len, Zeeuws-Vlaanderen en
Noord- en Zuid-Beveland. Iede
re keer als er een stukje buiten
dijks gebied droog kwam te lig
gen, werd er een dijk om heen
gelegd. De tussenliggende gebie
den werden ingericht als land
bouwgrond. De eerder aangeleg
de zeedijk bleef in het land
schap liggen.
De functie van zeewering werd
vaak vervangen door de functie
van weg. En dat is tot op de dag
van vandaag vaak het geval. De
achteloze fietser heeft geen be
sef van het ontfetaan en de ge
schiedenis van de dijkjes waar
over gefietst wordt. Tot dat op
eens de weg een hele scherpe
slinger maakt, zoals de Wes
teindse dijk, tussen, 's-Heeren-
hoek, Borssele en Driewegen.
De dijk maakt daar een bocht
van bijna negentig graden, en
dan verschijnt er wellicht toch
een vraagtekentje boven het
hoofd van onze fietser. Geluk
kig staat er aan de rand van dit
reservaat van Het Zeeuwse
Landschap een informatiepa
neel, met tekst en uitleg.
Stormvloed
De naam van dit kleine natuur
gebiedje, Westeindse Weel, lijkt
te verraden hoe deze bocht in de
dijk ontstaan is. Want een weel
is een kolkgat. Een kolkgat ont
stond tijdens een stormvloed.
Op de plaats waar een gat in de
zeedijk kwam, stroomde het wa
ter met grote kracht naar bin
nen. De bodem werd dan ter
plaatse metersdiep weggesla
gen. Bij het restaureren van de
dijk werd deze met een boog
rondom het ontstane gat gelegd.
De Westeindse Weel is ontstaan
op vijf november 1530, tijdens
de beruchte Sint-Felixvloed.
Maar op deze locatie is iets bij
zonders aan de hand. De dijk
doorbraak deed zich namelijk
voor op de plaats waar eerder
een oude getijdenkreek stroom
de. De Westeindse Weel is dus
eigenlijk een combinatie van
een weel en een kreekrest.
Het kolkgat is tot op de dag van
vandaag een plas met water. Al
turend over het water kun je fan
taseren over de geschiedenis
van het gebied. De oorspronke
lijke dijk zal vast van dat struik
je naar die boom gelopen heb
ben...
Hoeveel werk zou het niet ge
weest zijn om de dijk te herstel
len? Helemaal aangelegd in de
vorm van een halve cirkel, rond
om dat diepe gat? Die dijkdoor
braak zal wel met veel kracht en
geweld gepaard gegaan zijn.. Je
kunt het je bijna niet voorstel
len, want het kolkgat is nu een
rustige waterplas. Het oorspron
kelijk zoute karakter is in de
loop van de jaren verzoet. Van
dat zoete water profiteren vele
soorten eenden, die nu volop
aanwezig zijn. Een opvallend
soort zijn de zwart-wit gekleur
de eendjes. Na enige observatie
blijken deze kleine, ronde eend
jes redelijk actief. Regelmatig
duiken ze even onder water. In
deze tijd van het jaar is zo'n
eendje vaak in het gezelschap
van een donkerbruin exem
plaar. Het zwart-witte pak is
van het mannetje, het bruine
pak is van het vrouwtje. Ze he
ten kuifeendjes. Die naam laat
zich eenvoudig verklaren. Bo
venop de kop van het mannetje
prijken namelijk een paar uitste
kende veertjes.
Nest
Eind april beginnen de kuifeend
jes met de bouw van een nest.
De brede rietkraag rondom de
plas water biedt voldoende mo
gelijkheden voor het vinden van
een geschikte, beschutte locatie.
Het vrouwtje legt zes tot tien eie
ren, die in ongeveer 25 dagen uit
gebroed worden. De jongen ko
piëren spoedig het actieve ge
drag van hun ouders. Al snel na
de geboorte zoeken ze het water
op en leren ze duiken. Na een
week of zes bewegen de eendjes
zich vliegensvlug over de water
plas.
Aan de oever van de waterplas,
waar geen riet- of biezenkraag
is, zien we nóg een zwart-wit ge
kleurde vogel. Een slanke, ran
ke vogelsoort, staande op lange
poten. Het is de kluut. Ook hij
vindt z'n maaltje in de plas. Die
duikt hij niet op, zoals de een
den. Hij heeft een andere ma
nier. Z'n dunne, ietwat naar bo
ven gebogen snavel haalt hij als
een zeef door het water. Ook
voor deze vogel is de Westeindse
Weel een prachtig gebied. En zo
zijn er nog veel meer vogelsoor
ten die genieten van de rust, de
landschapselementen en het ge
schikte leefklimaat dat de
Westeindse Weel biedt.
Carolien van de Kreeke-
Abrahamse
Carolien van de Kreeke-Abra-
hamse is medewerkster externe
betrekkingen bij Het Zeeuwse
Landschap
J'eit zeker wel a in de krante
geleezen ee? vraagt een man
aan me op de boot. Eén of twee
keer in de week zitten we samen
op de boot van Vlissingen naar
Breskens. Op het eind van de
middag. De werkdag zit er bijna
op en dan worden net als in het
televisieprogramma Man bijt
hon'd de dingen van de dag door
genomen. We schuiven dan
meestal samen aan tafel en pra
ten over de dingen de het bespre
ken waard zijn. Over de boot,
die deze week voor het laatst
vaart en of 't waor is, da mensen
mee 'n abonnemènt op de nieu
we bóóten voorrang kriigen, as
't strekjes druk gao wöórren in
de vakantie. Vooral 's morgens
met de vaste mensen die in Vlis
singen werken en naar school
gaan, is het druk. En zouden die
dan allemaal de kans lopen te
moeten wachten als de boot vol
is? Want 180 passagiers, die zijn
er zeker. Ja, er kunnen maar 180
mensen mee.
Eit nii geleezen? vraagt onze
Bressiaander nog eens en met
overtuiging vertelt hij dat de ge
meente Sluis van plan is allerlei
activiteiten in de komende
maand september te gaan orga
niseren omdat de Dag van het
Dialect wordt gehouden. Jao,
jao, zegt hij, 't wier tiid ook.
Daar ben ik het volkomen mee
eens. Het moet gezegd worden,
de mensen in het Land van Cad-
zand zijn wat dat betreft wel
een beetje al te gemakkelijk.
Niet dat ze de waarde van hun
dagelijkse taal onderwaarderen,
maar het is allemaal zo vanzelf
sprekend. Dienk 's an Café Cent-
raol, uit de jaren zeventig. Vol
dialect en folklore. En wa zeien
ze bie de Zeeuwse Culturele
Raod in Middelburg toen d'r om
geld gevroogen wierOnderbroe-
kenlol, omdat 'r een vrouwe een
kesjet stoeng te passen in 't café.
En daarmee werden de folklore
en het dialect van het vissers
dorp afgedaan. Het verzoek van
de heren Heijboer en Quaars
(schrijvers van dat toneelstuk),
die hun vissersdorp eens op de
kaart zetten, werd in de prullen
bak gesmeten, waar net nog de
titel van hun stuk boven de rand
uitstak.
Mao 't ielp nii, wan 't wier toch
mao móói op de film gezet, gaat
het stemmetje in mijn hoofd
weer verder. En wa dienke hie
van al die opvoeriengen van De
Plattelanders in ÖöstburgDui
zenden mensen vinden er een
plezierige middag of avond. En
dienke hie, da de ménsen uut 't
Land van Kezand daor noe
öövèèrdig op ziin? Helemaal
niet, ze zien het als gezellige
uitjes, maar verder geen ge-
proenk. Allicht, dao gaon wud-
der ielk jaor nao gaon kieken.
Wat is dan het merkwaardige
van die aantrekkingskracht?
Een stuk nostalgie en iets van
herkenning en zeker ook waar
dering voor de spelers en niet te
vergeten voor de schrijvers van
de stukken.
Toen 'k een stuitje geleejen op
de Mart in Kortriek stoeng,
praotende ze dao ongeveer pre
cies as in Öösburg, zeg ik tegen
mijn reisgenoot uit Breskens.
Hij knikt en zegt dat het alle
maal West-Vlaams is, van Brug
ge tot aan de Franse grens. Som-
migste woorden binnen êêlemao
't zelfde van bedoelieng, en ook
van klank. En nu gaat me een
licht op, daarom is die Willem
Vermandere natuurlijk in Zee
land zo bekend. Die begruupen
me zó goed.
Als ik de boot afga, wordt er op
mijn schouder getikt. Het is Piet
Melis, de bekende man van de
Zeeuwse klederdrachten. Nog
altied mee de klêêraoge bezig
Piet? vraag ik hem en zonder
veel aansporingen steekt hij van
wal. Jarenlang heeft hij in Zou-
telande een klederdrachtenmu-
seum gehad. Helaas liggen zijn
spulletjes nu in dozen verpakt
ergens in een magazijn, te wach
ten op betere tijden. Jae, jae,
zegt hij, mae zie maer 's een
mooi plekje te kriegen. 't Is of te
duur of ergens varre van de
kust. Nog voor we voet aan vas
te wal hebben gezet op Bres-
siaonse grond, schiet het door
onze gedachten: 'Messchiens
wel iere'. Wie er het eerst op de
gedachte kwam, laat ik in het
midden. Plekke genoeg om te
parkeeren, zegt Piet, terwijl hij
op het verlaten PSD-terrein
wijst. In gedachten ziet hij al
duizenden toeristen uit Vlaande
ren naar Breskens komen, naar
zijn Klêderdrachtenmuseum.
En van Vlissingen uit is het nog
een leuk tripje ook, met de boot
mee. As de dan mao nii al te
lank moeten wachten, denk ik,
maar dat zeg ik niet want ik wil
zijn enthousiasme niet tempe
ren.
Piet ziet het al helemaal zitten,
zijn oogjes beginnen weer te
glimmen. Als we met de bus
langs het verlaten restaurant
van De Muljaon rijden, lijkt het
net of hij al naar zijn poppen
achter de ramen zwaait, 't Is
maer 's praeten ee, zegt hij, wan
zo gladjes gaet niet ee. Dae kom
nog a wa voo kieke, joenge.
Even later zien we onze Bressi
aander nog net zijn fiets tegen
de gevel zetten en de krant van
zijn bagagedrager nemen. De
krant van die Dialectdag in
Sluis. En vandaoge staot dit in
de krante en morgen da, denk
ik. Dialect is ommerst net as een
krante: d'n één om te lezen en 't
andere is om in te praoten....
Rinus Willemsen
Links in het café-restaurant
traden zo'n vijfenzestig
jaar geleden de Ramblers op. on
der leiding van Theo Uden Mas-
man, meldt J.J. van Zijp uit
Voorhout, naar aanleiding van
de raadkaart van vorige week,
die hij terecht herkent als de
Lange Nobelstraat in Zierikzee
(niet te verwarren met de Korte
Nobelstraat, waar zich recent
een archeologisch drama afspeel
de).
Het bewuste etablissement was
hotel Juliana, schrijft M. Prie-
mis-van der Welle uit Zierikzee.
„Aan de rechterzijde zien we de
Soepkokerij, met voor de stoep
een waterwagen, omdat men in
die tijd nog geen waterleiding
kende. De Soepkokerij is weer
in gebruik, maar nu als winkel
voor tweedehands-artikelen."
Het was een voorname verbin
dingsstraat met het oude cen
trum van de stad, weet M.W.
Hoste-de Vries uit Middelburg.
„De straat gaf via de Schuitha
ven een directe toegang tot het
centrum."
Aan het eind van de straat stond
korenmolen De Hoop. die lang
in gebruik was, aldus Hoste.
„Vroeger was drukkerij Lake-
man en Ochtman in de straat ge
vestigd. Later vestigde drukke
rij De Vries zich in het molen
pakhuis. Deze zaak werd nog
weer later verplaatst naar de
hoek van de Nobelstraat in het
Jannewekken. Nog steeds drukt
dus een grafisch instituut min of
meer zijn stempel op de Nobelst
raat."
Veel inzenders herinneren zich
dat na het hotel een wasserij en
de Ford-garage van Glerum in
het pand kwamen. Nu is het een
supermarkt. „Aan de overkant
was de mandenmakerij van de
heer Brouwer. Hij was leider
van de jongelingsvereniging en
heeft dat tot op hoge leeftijd ge
daan", schrijft M.J. Capelle uit
Nieuwerkerk. Het pand werd la
ter bakkerij Brouwer.
T.A. Prins uit Goes geeft aan dat
op donderdag, marktdag, de boe
ren van heel Schouwen-Duive-
land naar de stad kwamen voor
de beurs, die geruime tijd in ho
tel Juliana werd gehouden. La
ter ging de beurs naar de Graan-
beurs van het Huis van Nassau
aan de Hoge Molenstraat (zie
het laatste witte gebouw aan de
linkerkant van de straat). Hotel
Juliana werd voor de Tweede
Wereldoorlog geëxploiteerd
door de familie Ten Haaf, zegt
J.H. Roelvink uit Middelburg.
D.C. Koster-Schiewold uit Zie
rikzee merkt op dat in het voor
malige hotel Juliana een filiaal
van wasserij de Zoom uit Ber
gen op Zoom was gevestigd,
waar Piet en Tineke Boogerd de
scepter zwaaiden. „Verder was
er een fietsenwinkel van de fir
ma Kosters, ongeveer in het mid
den van de straat. Ook herinner
ik me goed de mooie boekhandel
van Ochtman en een bloemen
winkel daar schuin tegenover.
De straat had wel allure."
Naast het hotel was in de jaren
vijftig de praktijk van het huis-
artsenpaar Vleugels Schutter ge
vestigd, stelt J. Bergmans uit
Heinkenszand. C.P. Fase uit
Sint Annaland denkt dat de foto
omstreeks 1916 genomen is, om
dat er enkele soldaten op te zien
zijn. Hij noemt als naam voor ho
tel Juliana (tot 1909) de Holland
se Tuin. „Rechts op de stoep van
de sigarenwinkel van Hendrik
Tuinder staat diens echtgenote
Maria Tuinder-van Veldhoven."
J.M. van der Werf uit Zierikzee
voegt eraan toe dat naast het
doktershuis kapsalon Pandora
zat, vervolgens een woonhuis en
dan een elektrozaak.
Eén inzender noemde de Lange
Noordstraat in Middelburg en
ook werd een keer Domburg ge
zien.
Rinus Antonisse
De winnaars van de waardebon
nen zijn: M Stoutjesdijk, Zierik
zee: J- van 't Hoff, Oosterland; I.
Timmerman, Goes.
De nieuwe raadkaart uit de collectie van Hans
Lindenbergh is er één van een dorp. Vraag is: om
welk dorp gaat het? Nadere informatie over de af
gebeelde en huidige situatie is van harte welkom.
Oplossingen kunnen tot en met uiterlijk zaterdag
1 mei worden gestuurd naar: Redactie PZC Bui
tengebied, postbus 31, 4460 AA Goes; per fax
0113-315669 en e-mail redactie@pzc.nl.
Onder inzenders van goede oplossingen worden
drie waardebonnen verloot.