pzc
By Jove,
een nieuwe
catastrofe
Nieuwe Beelding krijgt weer kans
w
Het mysterie
van
Edgar
P. Jacobs
„«tie: 0113-315680
ÏÏreda«ie@pz<:.nl
Js3,.4460AAGoes
KfMkMwSiand: 0113-315520;
Sl-Vlaanderen: 0114-372770;
J„l: 020-4562500
loensdag 14 april 2004
Keukemarket
10 JAAR ZEKERHEID
Keukenmarket loopt voorop in service kwaliteit
mortimer HEEPT* H55L EENVOUDIG DG
PROoecriH VAN rtn OUDE STEREOSCO
FIUM IN^eschakels...
HU »S TOTAAL VAN STREEK DOOR DIT
A-AAR, VOOft HIJ Hf.T 2iVW0JT2lJSi 'ifecULMfc VSRuEST..
CPEWIW^TtRSOfnNCN Böoyv\Kfr-W 6E2JCHTCN.
y Jove! Een eeuw ge
leden werd Edgar P.
Jacobs geboren, de
striptekenaar die de wereld
de avonturen van Blake en
Mortimer schonk. In Brussel
is een tentoonstelling te zien
over het leven van de man die
zelf alle rollen speelde.
Rastapopoulos, Krimson en
Olrik, de omgekeerde top-3
van slechteriken in de strip. Je
kunt hem met een raket de ruim
te inschieten, neerknallen en la-
ten verzuipen, kolonel Olrik
keert altijd terug.
In 'De sarcofagen van het 6e con
tinent', het nieuwe album in de
reeks 'Blake en Mortimer'
duikt-ie natuurlijk weer op. Op
ongeveer de helft van het album
maakt hij zijn onvermijdelijke
entree, om dit keer met behulp
van radiologische stralen de we
reld te laten bibberen. Bijvoor
beeld door daarmee op afstand
een bol van het Atomium te la
ten vallen. Natuurlijk nét op het
moment dat zijn eeuwige vijan
den, professor Philip Mortimer
en kapitein Francis Blake, er on
derdoor lopen.
Halverwege de jaren negentig
nam uitgeverij Dargaud de be
slissing nieuwe albums te laten
tekenen van een van de bekend
ste Belgische stripreeksen. Twee
teams van tekenaars en scenaris
ten kregen de opdracht om beur
ten nieuwe verhalen over Blake
en Mortimer te produceren. Ook
al was dat geheel tegen de zin
van de erven van de in 1987
overleden geestelijk vader van
het duo, Edgar P. Jacobs. Na de
dood van Hergé verschenen er
geen nieuwe avonturen van
Kuifje meer en zo moest het met
Jacobs en Blake en Mortimer
ook gaan, vonden die.
Inmiddels zijn er al vier aan de
oorspronkelijke twaalf albums
toegevoegd. De laatste is 'De sar
cofagen van het 6e continent'
van scenarist Yves Sente en teke
naar André Juillard. Op het eer
ste gezicht hebben ze weinig
moeite de juiste toon te vinden
voor het album in de reeks die
ze in naam van Edgar P. Jacobs
mogen voortzetten.
Het verhaal had van de grote
meester zelf kunnen zijn: een
mysterieuze prins uit het pas ge
dekoloniseerde India bedreigt
de wereldvrede, mede door de in-
gemene Olrik voor zijn karretje
te spannen. De nog altijd door
en door Britse Blake en Morti
mer - verbijsterd door zoveel
slechtheid, maar vastberaden
strijdend voor de wede - hou
den het lot van de wereld in hun
handen. Ze roepen vanzelfspre
kend om de zoveel tijd 'by jove'
en 'good heavens', tegen een ach
tergrond van ingewikkelde ma
chines en imponerende architec
tuur. De eeuwige jaren vijftig.
Jacobs liet bij zijn dood in 1987
de decors en de kostuums voor
'Blake en Mortimer' achter,
L'itt .-U rP.H Aü*>F <~lH TEG ETC VAN HLT PUUbNfc
U4N3ZAAM worm WCGviESCMOVr N.
Edgar P. Jacobs
klaar voor gebruik. Altijd honge
rig naar rechtvaardigheid en
kennis, zijn Blake en Mortimer
nou niet de meest ingewikkelde
karakters uit de striphistorie.
Pyjamadragend, pijprokend,
wachten ze bij de open haard op
de volgende catastrofe die hen
komt storen bij het lezen van
hun krantje. Niets lijkt makkelij
ker voor een technisch onderleg
de striptekenaar dan de stijl van
Jacobs te imiteren. Als je er
maar genoeg supersonische
vliegtuigen, gevaarlijke stralen
en oorlogsdreiging aan te pas
laat komen. Maar in het pijnlijk
precieze natekenen door André
Juillard is iets van de ziel van
Edgar P. verloren gegaan. De
nieuwe aflevering is Jacobser
dan Jacobs.
Zijn stijl, die ten onrechte wei
eens als stijf en klinisch is aange
duid, is niet te imiteren.
De 22 'Kuifje'-albums worden
vaak gelezen als een vertekende
autobiografie van Hergé. Voor
de twaalf oorspronkelijke 'Bla
ke en Mortimers' geldt hetzelf
de. Op dit moment loopt er in
Brussel een tentoonstelling over
het leven van Jacobs, omdat het
honderd jaar gelden is dat hij in
Brussel ter wereld kwam, in een
Vlaams gezin, als zoon van een
militair en een huisvrouw. Voor
wie het was ontgaan, het is niet
alleen 'Kuifje 75'-jaar, het is
ook Edgar P. Jacobs-jaar.
De tentoonstelling in het Bel
gisch Centrum voor het Beeld
verhaal in Brussel wil laten zien
dat alles wat Jacobs vóór zijn
carrière als striptekenaar heeft
gedaan in zijn latere werk terug
te vinden is. Voordat hij in 1940
zijn eerste stripverhaal tekent
Fragment uit de strip Blake en Mortimer.
Omslagillustratie van Het gele teken.
was hij onder meer verkoper, ac
teur, operazanger, kostuumont
werper en reclametekenaar.
Vooral de schetsen en de ontwer
pen voor de 'Blake en Morti-
mer'-albums zijn voor de fan in
teressant, zoals de alternatieve
ontwerpen voor de omslag van
'Het gele teken' - nota bene zon
der de onverschrokken, het ge
vaar in de ogen blikkende Blake
en Mortimer. Dat is zoiets als de
Mona Lisa met een snor.
Over Jacobs, de andere grote
Brusselse striptekenaar, is bij
het grote publiek niet veel be
kend. Hergé begon tijdens zin le
ven al met het creëren van de
mythe, in zijn geval die van de
man die in zijn eentje het moder
ne stripverhaal had uitgevon
den. Hij worstelde met zijn ei
gen creaties, had er lange tijd
zelfs een hekel aan en koketteer
de bijna met zijn complexen
over zijn onduidelijke afstam
ming en zijn twijfelachtige oor
logsverleden. Hergé kon niet ver
kroppen dat hij, in tegenstelling
tot Kuifje, maar een saai burger
mannetje was.
Jacobs publiceerde in zijn laat
ste levensjaren een autobiogra
fie, 'Un opéra de papier, les me
moires de Blake et Mortimer',
een boek waarin hij vrijwel
niets losliet over zijn eigen le
ven. Jacobs verschool zich ach
ter zijn personages. Hij bleef
een 'Selbstdarsteller', een ac
teur. Foto's van Hergé die voor
Kuifje speelt met een plusfour
en een hondje aan een lijn be
staan niet. Maar Edgar P. Ja
cobs - let op die P. - kon het niet
laten de uniformpet op te zetten
om voor Francis Blake te spe
len. Kijk naar de geënsceneerde
foto op de achterkant van de al
bums. Met een brillenpoot tus
sen de tanden en een strik voor
kijkt hij indringend in de came
ra. Hier zit een schrijver.
Jacobs werd bij toeval stripteke
naar. Anders dan Hergé was hij
geen autodidact. Hij bezocht zo
wel het conservatorium als de
academie voor beeldende kun
sten. Altijd op zoek naar een
nieuwe bron van inkomsten, sol
liciteert hij in 1940 bij het blad
Bravo.
Hij mag illustraties bij sprook
jes tekenen en de strip 'Flash
Gordon' overnemen. Door de
Tweede Wereldoorlog komen de
originele platen van Alex Ray
mond niet meer in Europa aan -
de strip komt uiteindelijk hele
maal niet meer door de Duitse
censuur, want: te Amerikaans.
Jacobs maakt in de stijl van Ray
mond 'De U Straal', dat al alle
elementen bevat voor 'Blake en
Mortimer'.
Als hij in 1941 via een gemeen
schappelijke vriend Hergé leert
kennen, weet Jacobs niet van
het bestaan van 'Kuifje' af.
Maar het klikt tussen de man
nen en Jacobs gaat Hergé hel
pen bij het hertekenen van vroe
ge 'Kuifje'-verhalen, waaronder
'De Scepter van Ottokar'. Ja
cobs en Hergé waren zo tevre
den over het resultaat dat ze ge
broederlijk naast elkaar staan
in de balzaal van het paleis van
Klow, aan het einde van het
'Kuifje'-album. Gekleed in twee
door Jacobs ontworpen fanta
sie-uniformen kijken ze van een
afstandje toe naar hoe Kuifje
door paleiswachten wordt afge
voerd.
Achtergronden
Jacobs is medeverantwoordelijk
voor de spectaculaire achter
gronden en decors in de Kuifjes,
waarvoor hij de tekentechni-
sche norm zette. Maar het komt
tot een breuk, vanwege geld en
het autoritaire gedrag van Her
gé. Jacobs, die eind jaren veer
tig 'De Zwaardvis', het eerste
deel van 'Blake en Mortimer' in
het blad Kuifje laat verschijnen,
werkt dag en nacht. Hij speelt
een belangrijke rol in de tot
standkoming van 'De 7 kristal
len bollen' en 'De Zonnetempel',
maar Jacobs wil nu zelf in het
middelpunt van de belangstel
ling staan en niet langer 'slaven
werk' verrichten. Toen hij ver
trok had Hergé een batterij aan
medewerkers nodig om Jacobs
te vervangen.
Toen Hergé in 1983 overleed,
hadden de heren zich allang ver
zoend. Al namen ze aan het be
gin van de jaren vijftig al af
scheid als partners aan de teken
tafel, ze bleven elkaar brieven
schrijven. In 1949, midden in
Hergés midlifecrisis, als de
'Kuifje'-productie maanden ach
tereen stilligt, schrijft Jacobs
zijn oude makker. Die wil de.
strip eraan geven en gaan schil
deren. Hergé moet zich niet zo
aanstellen, schrijft Jacobs.
'Geld en gezondheid, de rest is li
teratuur'. Hergé nam zichzelf
soms veel serieuzer dan zijn
strip, Jacobs stelde altijd het
werk voorop. Al bleef hij stie
kem een beetje afgunstig op Her
gés 'bewegende lijn'.
Werner Bossmann
Expositie: De eeuw van Jacobs: een
biografische tentoonstelling. Tot en
met 12 september in hel Belgisch
Centrum van het Beeldverhaal, Zand
straat 20, Brussel. Di t/m z, 10-18 u.
WtÊ9ÊÜÊÊB
Te kunt tegenwoordig jaren kunstgeschie-
U denis studeren zonder de naam ASB te-
8® te komen. Het Nederlandse kunstenaars-
uutiatief is in de vergetelheid geraakt, ter-
W het toch verbonden is met grote namen
J Charley Toorop, Gerrit Rietveld, Carel
mink en Piet Mondriaan. Bovendien ging
«om een vernieuwende beweging.
Redenen genoeg voor het Museum voor Mo-
,erne Kunst in Arnhem om een tentoonstel-
gaande kunstenaarsclub te wijden,
oservator en bedenker Ype Koopmans:
l was een initiatief waaronder je veel
vangen. Abstracte schilderkunst, maar
u "guratievc, architectuur, vormgeving,
et was niet één bepaalde, duidelijk herken-
stroming. Waarschijnlijk doordat veel
ensen de eenheid er niet in zagen, is ASB
Salontafel en kinderstoel van Gerrit Rietveld, tegen een achtergrond van schilderijen van onder an
deren Dirk Nijland en Bart van der Leek. foto Hans Broekhuizen/GPD
als naam niet blijven hangen. Veel mensen,
ook kunstkenners hebben er nog nooit van
gehoord." Wat was ASB dan wel? Een in
1926 opgerichte club van kunstenaars, archi
tecten en kunstliefhebbers. De-drie letters
in de naam staan voor architectuur, schil
derkunst en beeldhouwkunst. Schilderes
Charley Toorop (1891-1955) was de motor
achter het opmerkelijke initiatief. ASB
vroeg meer aandacht voor de moderne
kunst en architectuur van dat moment.
Want die aandacht was er onvoldoende, von
den de ASB'ers. De gevestigde kunstwereld
van toen zat volgens ASB te veel vast aan
het expressionisme. Op architectuurgebied
was dat destijds de Amsterdamse School en
in de schilderkunst de Bergense School.
ASB vroeg daarentegen aandacht voor de
'nieuwe beelding' van De Stijl en voor de op
komende Nieuwe Zakelijkheid. Schilders
als Bart van der Leek, Piet Mondriaan en Ja
cob Bendien en architecten-interieurkunste
naars als Gerrit Rietveld en J.J.P. Oud kre
gen volgens ASB onvoldoende kansen op
tentoonstellingen en werden niet, of slechts
mondjesmaat door musea aangekocht. Dat
moest anders.
Belangrijkste wapenfeiten van ASB zijn
twee tentoonstellingen in het Stedelijk Mu
seum in Amsterdam. De eerste in 1928, de
tweede - minder succesvol - in 1929. Koop-
mans over de tentoonstelling van 1928: „De
mensen van ASB klopten aan bij het Stede
lijk en vroegen om expositieruimte. En die
werd hun toegewezen. Zo ging dat in die
tijd." En zo kon 'het volk' de echte avantgar-
de uit die tijd komen bekijken. Er waren op
de expositie bijvoorbeeld enkele buisstoelen
van Gerrit Rietveld te zien. Dat was tot dan
toe nog nooit vertoond.
Koopmans heeft voor 'zijn' tentoonstelling
uit verscheidene kunstcollecties kunnen put
ten. Ongeveer de helft van de kunstwerken
op de expositie is eigendom van het Stede
lijk in Amsterdam. Een klein deel ervan is
eigendom van het Arnhemse museum zelf,
dat de eigen collectie natuurlijk graag be
trekt bij dergelijke exposities
„Ik probeer met deze tentoonstelling de
sfeer van de ASB-exposities van destijds te
benaderen", zegt Koopmans. Dus heeft hij
voor dezelfde multidisciplinaire opzet geko
zen als ASB toen. Er zijn schilderijen, teke
ningen, beeldhouwwerken, tapijtontwer-
pen, meubels, maquettes en architectuurfo
to's te bezichtigen.
Henk Aalbers
Expositie: Architectuur Schilderkunst Beeldhouw
kunst. Nieuwe Beelding en Nieuwe Zakelijkheid -
1926-1930 Te zien m Museum voor Moderne
Kunst Arnhem, t/m 20 juni.
Open: di t/m vr van 10-17 uur, za en zo van 11-17