meer zomer In Perkpolder wordt het nooit 29 juni 1996 - akkoord tussen rijk en provincie Zeeland over aanleg en financiering tunnel onder Westerschelde tussen Ellewoutsdijk en Temeuzen; kosten €673 miljoen, lengte 6.6 kilometer 14 maart 2003 - Koningin Beatrix opent tunnel - na 175 jaar geregelde veerdienst op de Westerschelde wordt de lijn Perkpolder-Kruiningen opgeheven en wordt Breskens-Vlissingen een fiets-voetveer 2 juni 2003 - miljoenste auto door de tunnel 25 juni 2003 - vertrek drie oudste veerboten naar Italië, twee jongere veerboten blijven voorlopig als fietsvoetveren varen tussen Vlissingen-Breskens 20 september 2003 - eerste dodelijke ongeval in de tunnel 21 januari 2004 - eerste proef vaart fiets-voetveer Prinses Méxima tussen Breskens en Vlissingen 14 maart 2003 - 13 maart 2004 gemiddeld 12.200 voertuigen per dag door tunnel, de veerboten vervoerden dagelijks 8000 voertuigen Tunneltarief standaard: personenauto €4,10 met aanhanger €6,15 tot 12 meter €15,40 meer dan 12 meter €20,50 Vaste klanten: 25 procent korting bij Perkpolder heeft sinds de veerboot ver dwenen is geen stap meer op Zuid-Beveland of Walcheren gezet. Een vaartochtje had voor hem nog wel iets uitnodigends, een snelweg onder water niet. Dus voor hem en - ongetwij feld vele - gelijkgestemden is de Westerschel de nog steeds een barrière. Misschien nog wel meer dan vóór de tunnel. Frietje oorlog Het wordt dikwijls tussen neus en lippen ge zegd. Vroeger, ja vroeger, dat was best gezel lig, koffie op de boot, een frietje oorlog als je lang moest wachten op het veerplein, de vaart-ie-welvaart-ie-niet-discussie als het mistig was, zout op je voorruit bij wester storm. Vroeger, ja vroeger was natuurlijk niet alles beter, mooier en scheen lang niet altijd de zon. Toch heb ik goede herinneringen aan de veerpleinen en de bootjes. Vooral aan de tijd vóór de dubbeldekkers tussen Vlissingen en Breskens gingen varen. Want toen die niet uit foto Mechteld Jansen hun evenwicht te brengen schepen vanaf half jaren tachtig de dienst gingen uitmaken,1 ging er veel avontuur verloren. De robuuste enkel dekkers uit de jaren zestig waren veel meer speelbal op de golven in de monding van de Westerschelde. Soms hing je zo schuin dat je koffie van tafel schoot. Wie bij kammetjes op de golven aan de kopkant in de wind ging staan, kwam vrijwel zeker drijfnat terug in de - toen nog - rooksalon. Ook op het veerplein, waar 's zomers bij va- kantiedrukte uren gewacht moest worden voor er een plekje aan boord kon worden ge vonden, werd je gedwongen je zinnen te ver zetten. Ik herinner me de samenscholingen van vrachtwagenchauffeurs. Grote auto's, grote mannen, grote verhalen. „Hadden we net een nieuwe Scania. 300 pk. Op de terugweg van Parijs zit mijn bijrijder een beetje te suffen, zijn voeten op het dash board. Voegt er opeens zo'n volkswagentje in. Ik moest vol in de remmen. Mijn maat zet zich ook schrap En duwt zo onze voorruit naar buiten. Dat was niet het ergste. Ik ben er nog overheen gereden ook." Dat verhaaltje dook wekenlang in vele varian ten met steeds andere helden in de hoofdrol op. Het was, schat ik, 1980, in die tijd pendel de ik veel tussen Breskens en Vlissingen. Pas veel later ben ik me gaan realiseren dat je dat soort anekdotiek alleen tegenkomt op plaat sen, waar je met zijn allen even uit het ritme van de doordeweekse dag moet stappen. Dan zet je nog eens een boom op, dan stap je nog eens binnen in een wereld die niet meteen de jouwe is. Dat is nu precies wat me na dat ene jaar tun nel meer dan duidelijk is geworden. Je kunt zeggen dat het contact met het water ernstig aan erosie onderhevig is. In een tun nel voel je geen deining en heb je ook geen idee of er kammetjes op de golven staan. Door dat gevoelig verlies gaat Zeeland weer een beetje meer lijken op elke willekeurige plattelandsprovincie. De overreden voorruit telt wat mij betreft nog zwaarder. Met de veerdiensten had Zee land vier veerpleinen en vijf veerboten, waar je even het ritme van de dag kwijtraakte. De tunnel past helemaal in het naar winst en efficiency strevende bedrijfsleven. Stilstand - zelfs al staan de auto's op een veerplein - wordt nog altijd als achteruitgang ervaren In het tankstation bij Goes doen tegenwoor dig veel vrachtwagenchauffeurs een snel bak kie. De koffie is gratis. Een routier uit Delf zijl slaat een paar in plastic verpakte huza- renslaatjes in. En kruipt weer snel achter het stuur. Waarom ook niet. Er is toch geen boot waar je op moet wachten. Jan van Damme fc-Ktie 0113-315680 *P*nl i ail redactie?pzc.nl &uS 314460 /yV G°e5 'SSenSeland: 0113-315520; ^Vlaanderen: 0114-372770; iaal: 020-4562500. zaterdag 13 maart 2004 Niet alleen kinderen vragen het zich wel eens af. Hoe zou het einde van de we reld eruit zien? Sinds een jaar kan op die vraag een verhelderend antwoord worden ge geven. Doe alsof de veerboten nog in de vaart zijn en rij naar Perkpolder Kuitaart dient zich aan als laatste teken van samenleven voor de weg naar het einde zich uitstrekt. Ooit een veelgeplaagd dorp, waar elk half uur een scheepslading licht en zwaar verkeer doorheen denderde. Wie het verzon nen heeft weet ik niet, maar nog steeds staan de huizen zo dicht op de weg dat je met goed fatsoen je voordeur niet kunt gebruiken. Nu is het stil in Kuitaart, op wat bouwvakkers na. Nieuwe meisjes aanwezig, meldt een licht bak op Club Domino. Vrij snel na het dorp begint de vierbaansweg naar Perkpolder. Egaal grijs brengt de einder nabij. Al te grote Sombermannen moeten zich niet aan deze rit wagen. Wie nog wil ont snappen moet naar Kloosterzande of Walsoor den uitwijken. Misschien is het suggestie, maar de staat van het asfalt doet vermoeden dat onderhoud van de vierbaansweg niet meer de eerste prioriteit van de wegbeheer- der heeft. In het tankstation aan het begin van de auto weg dat het nu vooral van lokale klandizie moet hebben, wordt die verwaarlozing ook gesignaleerd. De toekomst van Perkpolder is uiterst ongewis. Tankstationbeheerder Henk Overkleeft helpt de enkele automobilist die doorzijn niet helemaal bijdetijdse navigatie systeem naar de verdwenen veerboot is gediri geerd, graag uit de droom. Gestrande Rotter dammers verwijst hij naar de Liefkenshoek- tunnel bij Antwerpen. „Nee, niet naar de tun nel onder de Westerschelde, voor mijn gevoel is dat hartstikke ver om." De weg versmalt, lang voordat de kust in zicht komt. Eerst één strook, dan is alleen de zijstrook nog beschikbaar. Pure noodzaak, vertelt de mevrouw van de slagerij in Terho le, illegale straatracers hadden er hun eldora do gevonden. De toegang tot wat het veerplein was is gebar ricadeerd. Alsof je zo een ansichtkaart uit de DDR binnenrijdt. Suizende wieken van wind molens onderstrepen de stilte. De indeling van de rijstroken op het plein is er nog. Een bord kondigt verse frites en snacks aan, maar de bijbehorende barak oogt niet echt solide meer. Met de auto kun je rond het plein rij den. Op de kruising met de oude op- en afrit ten zijn aan de noordkant de aanlegsteiger en fuik te zien. De brug wordt afgesloten door een hek. De twee roodwitte spoorbomen ma ken duidelijk dat hun dichte stand voor altijd is. Is dat het beeld van een jaar tunnel onder de Westerschelde? En van een jaar zonder veer diensten, in elk geval voor het autoverkeer? Wat het antwoord ook is, in Perkpolder zal het voorlopig geen zomer meer worden. Trots Er valt natuurlijk veel positiefs over Zee- lands nieuwste trots te melden. De tunnel lekt niet, althans niet zichtbaar. En alle com motie over veiligheid en communicatie in de ruim zes kilometer lange buizen... Tot nu toe hebben rampbestrijders hun kennis en erva ring nauwelijks in praktijk moeten brengen. Cijfers met vele nullen wijzen het uit: het me rendeel van de weggebruikers - recreatief én commercieel - heeft geen last van tunnel vrees. De t-taq voor automatische betaling achter de voorruit, met een piep zwaait de slagboom in verticale stand en kun je zomaar afdalen ver onder de zeespiegel. Het is een wondertje. Voor het eerst sinds ve le eeuwen kun je overal in Zeeland komen, zonder dat je scheep moet gaan. Dat proces begon een halve eeuw geleden. Dammen, ke ringen en bruggen hebben het deltagebied na de Ramp van 1953 veiliger en bereikbaarder gemaakt. Alleen de Westerschelde bleef een open zeearm. Antwerpen zag - en ziet - de ri vier als een water, waarin 'Ollanders', dus ook Zeeuwen, alleen maar pootje mogen ba den. Wie er oeververbindingen wil bouwen wordt door historisch geschoolde Vlamingen met vergeelde tractaten om de oren geslagen. De vrije, onbelemmerde vaart op Antwerpen gaat voor alles. Dus was de aanleg van de langste geboorde tunnel van Nederland een oplossing waar ie dereen mee uit de voeten kon. Het einde van overkanten, dachten vele plannen- en beleids makers. Eindelijk zou het voormalige Staats-Vlaanderen zich volwaardig deel van het Koninkrijk der Nederlanden mogen voe len. Qua tijd is de overkant inderdaad aanmerke lijk dichterbij gekomen. Zonder voor snel heidsduivel te spelen zie je na pakweg vijf mi nuten alweer daglicht aan het eind van de tunnel. Maar levert die tijdwinst - een over steek met een veerboot kostte al gauw een klein half uur - gevoelsmatig ook een toenade ring op? De afgelopen weken hebben veel tunnelge bruikers met het oog op het eenjarig bestaan hun zegje mogen doen. De indruk is dat het overgrote merendeel de duik onder de Schel de als positief ervaart. Zoals de vrachtwa genchauffeurs, die voor een snelle koffie pauze bij het tankstation vlak voor de afslag Goes stoppen Joop Vroegop van firma De Groen rijdt regelmatig met zijn Mercedes- dieplader van Poortvliet naar Biervliet. „Sneller, makkelijker", is zijn ervaring. Rudy van Keulen van het gelijknamige transportbe drijf uit Middelburg is dat met hem eens. „Ik heb een zus in Temeuzen wonen. Ja. de over kant is wel een stuk dichterbij nu." Maar dat zijn wel geluiden van vaste tunnel klanten. Henk Overkleeft van het tankstation Sinds een jaar duiken we onder de Westerschelde. Nog steeds op weg naar een overkant. De langste geboorde tunnel van Nederland heeft het leven in Zeeland veranderd. Al was het maar omdat we geen boom meer op het veer plein kunnen opzetten. Èr.veerplein bij Perkpolder, een jaar nadat de laatste veerboot is vertrokken.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2004 | | pagina 21