Je moet
niet met je ego besturen
Steven van der Veen ontwerpt auto's op intuïtie
PZC
Adrie de Bruijn,
burgemeester
zaterdag 28 februari 2004 W3
foto Mechteld Jansen
Naam:Adriana Cornelia de Bruijn
Woonplaats: Veere.
Geboorteplaats: Schipluiden, 11 september 1947
Opleiding: Na de middelbare school analistenschool en diverse praktijkopleidingen
Werk: Chemisch analiste, eigenaar van een groothandel in kantoormachines,
wethouder gemeente Echteld (1986-1993), burgemeester Valkenisse (1993-1996).
Sinds 1 januari 1997 burgemeester van Veere
Ze hanteert drie kernbegrip
pen: vertrouwen, evenwicht
en rechtvaardigheid. Daarom
heen heeft ze haar handelen ge
groepeerd. Tussen de overheid en
de bevolking dient het vertrou
wen te worden hersteld; er moet
een balans worden gevonden in
de verdeling van verantwoorde
lijkheden; rechtvaardigheid is
een voorwaarde in de omgang
tussen mensen. Adrie de Bruijn,
burgemeester van Veere, trekt
wat lijnen.
Ook al spreekt ze op persoonlijke
titel over privé-opvattingen, ze is
zich ervan bewust dat ze door de bui
tenwacht altijd gezien wordt als de
burgemeester van Veere. „Zo zien ze
me nu eenmaal." Daarbij past een ze
kere mate van terughoudendheid,
vindt ze. Niettemin, bij haar aantre
den heeft ze gezegd dat ze niet boven,
maar tussen de burgers wil staan. Van
daar dat ze zich wel wil uitspreken.
„Omdat, als je processen op gang wilt
brengen of houden, je de dialoog moet
aangaan. Ik hecht er sterk aan dat de
overheid aandacht toont voor wat de
bevolking wil. Aandacht en respect,
daar draait het om. De band tussen be
stuurders en bestuurden, daar is het
niet goed mee gesteld. Er gaapt een
kloof. Ik mis het vertrouwen en ik zit
op een stoel waar je kunt proberen
dat terug te krijgen. Dat is in de ko
mende jaren één van mijn belangrijk
ste doelen."
De manier waarop ze haar ambt be
schouwt, komt niet uit het niets. Er
loopt een rechte lijn van haar vader,
die haar, zonder veel woorden, liet
zien hoe een mens in het leven hoort
te staan.
„Ik kom uit een glastuindersgezin uit
Schipluiden bij Delft. Zo'n overzichte
lijke gemeenschap, waar de samen
hang groot was, waar iedereen elkaar
kende. Wij woonden in het dorp, op
afstand van het bedrijf. Mijn vader
was een goed mens. Rechtschapen,
rechtvaardig, betrouwbaar. Hij had
wat je nu 'integriteit' noemt. Hij was
maatschappelijk heel belangstellend.
Als een beroep op hem werd gedaan,
dan stond hij klaar: voor het schoolbe
stuur, als ouderling van de gerefor
meerde kerk, voor de oranjevereni
ging. Niet omdat hij een echt vereni
gingsmens was, maar omdat hij een
steentje wilde bijdragen. Mijn grootva
der is jong overleden en mijn vader
heeft heel lang voor zijn moeder ge
zorgd. Zij heeft vele jaren bij ons ge
woond. We zagen dat als vanzelfspre
kend. Mijn vader was bovendien be
reid iets voor de samenleving te doen
en hij werkte hard om een eigen tuin
te krijgen. Die is er ook gekomen. Ik
kan met zeggen dat bepaalde regels,
waarden en en normen ons werden in
geprent. Ze zijn op een onnadrukkelij
ke manier op ons overgedragen, niet
als dictaten. Mijn vader vond dat je
bij jezelf moet beginnen als je de we
reld wilt verbeteren. Hij is altijd mijn
vertrouwensman gebleven. Nee, niet
mijn beste vriend. Zo dacht je in die
tijd niet; daarvoor was er te veel res
pect. Hij was, denk ik, zijn tijd voor
uit, had een hoog milieubesef. En hij
zag de dingen niet vanuit een benepen
standpunt. Een voorman op het be
drijf was rooms-katholiek, wat voor
een tuinder van gereformeerde signa
tuur niet voor de hand lag. Hij was
met star, niet dogmatisch. Dat heb ik
in mijn persoonlijk leven ook van hem
ervaren. Toen mijn huwelijk na vijf
entwintig jaar strandde, kwam hij
niet met verwijten. Hij zei: Wat fijn
meid dat je dat besluit genomen hebt'.
Daar heb je iets aan. Hij was er in
moeilijke perioden in mijn leven."
Privileges
Dat 'verbeter de wereld, begin bij je
zelf' heeft ze, zoals zoveel, van haar
vader overgenomen. Adrie De Bruijn
constateert dat er een leemte is tussen
overheid en bevolking en ze zoekt de
schuld daarvoor niet in de eerste
plaats bij de bevolking. „De functie
van bestuurder, ook van burgemees
ter, leent zich voor deformatie. Som
mige privileges worden gewoon en je
loopt het gevaar dat je daardoor ver
vreemdt van de bevolking. Er ontstaat
een te grote afstand. Ik heb me van
het begin af aan voorgenomen daar
voor op te passen. Je moet tussen de
mensen staan en luisteren naar wat zij
te zeggen hebben. De overheid kan de
bevolking niet op haar gedrag aan
spreken als ze zelf niet het goede voor
beeld geeft. Kijk dus maar eens naar
jezelf en besef dat, als je samen din
gen wilt verbeteren, je niet vanuit
machtsdenken je werk moet doen. Als
je gezag wilt verwerven door macht te
tonen, dan krijg je het niet. Ik houd
niet van de macht als die bedoeld is
om anderen te dwingen of dingen op
te leggen. Ik geef respect en wil graag
respect terug; dat is iets anders dan
macht. Ik heb gemerkt dat het, als je
tussen de mensen staat, geen verlies
aan gezag oplevert. Integendeel, men
sen blijken het plezierig te vinden di
rect contact te hebben." Bestuurders
moeten zich ervan bewust zijn dat de
samenleving anders naar autoriteiten
is gaan kijken, zegt Adrie de Bruijn.
„Er wordt van je verwacht dat je luis
tert en op die samenleving gericht
bent. We moeten ons meer inleven in
wat mensen gelukkig maakt, ons
steeds afvragen of we het wel goed
doen en daarover praten met allerlei
mensen en organisaties. De democra
tie is een groot goed maar als politie
ke partijen zich niet op directe contac
ten met mensen en maatschappelijke
organisaties richten, wordt dat hun
faillissement. Samen moet je je afvra
gen wat welzijn en geluk kosten en of
wij de prijs, die daarvoor betaald
moet worden, willen betalen. Voor
Veere hebben we een identiteitsnota
gemaakt waarin we hebben beschre
ven wat we als bestuur voor de men
sen willen betekenen als het gaat om
wonen, recreatie en toerisme, land
schap en het behoud en de versterking
van het cultureel erfgoed. Dat lijkt
een ambtelijke benadering, maar het
gaat wel degelijk over dingen die de
mensen bezighouden. Als je je uit
gangspunten maar hanteert met het
vermogen je in te leven. De plek waar
je woont en leeft, de ruimte, die bete
kent zóveel voor mensen. Besturen is
niet makkelijk. Bij het maken van keu
zes krijg je nooit iedereen tevreden. Ik
doe bij het maken van belangrijke keu
zes altijd twee stappen vooruit en dan
sta ik stil en kijk om me heen. Ik denk
na over de consequenties en zet dan
weer twee stappen. Die behoedzaam
heid en voorzichtigheid heb ik in Zee
land wel geleerd. Bij eb moet je zor
gen beneden te zijn en bij vloed bo
ven. En daar tussenin moet je probe
ren zoveel mogelijk te bereiken."
Optimisme
Een bestuurder heeft een zeker opti
misme nodig en mag niet moedeloos
worden. In haar persoonlijk leven
heeft Adrie de Bruijn ervaren dat er
ook in donkere tijden licht gloort. „In
de periode dat ik alleen kwam te
staan, ben ik wel eens vroeg in de och
tend naar de Veerse Dam gegaan en
heb ik ondanks alles iets van geluk er
varen door de ruimte om me heen. Dat
uitgangspunt hanteer ik ook in mijn
werk: niet moedeloos worden want
dan boek je nooit vooruitgang. Kijken
hoe je samen verantwoordelijkheden
neemt en doorgaan. Natuurlijk is dat
soms tegen de stroom in en heb je te
maken met dingen die je zelf niet kunt
beïnvloeden. Als een bestuurder el
ders in Nederland ernstig in de fout
gaat, heeft dat effect op het beeld van
het bestuur in het algemeen. Ik zeg
dan: laat zien dat je niet op één hoop
gegooid mag worden en bekijk wat el
ders mis gaat als een uitdaging om het
zelf goed te doen.
Sociale samenhang is een groot goed.
Zo zag De Bruijn dat toen ze in de ja
ren zeventig in Ochten haar baan als
chemisch analiste opgaf om zich aan
de opvoeding van haar vier kinderen
te wijden. Ze deed er wat moeder
schappen bij: leesmoeder, pannenkoe
kenmoeder, schoolreismoeder, oppas-
moeder voor twee pleegkinderen. En
ze was raadslid en later, van 1986 tot
1993, wethouder van de gemeente Ech
teld waartoe Ochten behoort. Ambiti
eus? „Nee, geïnteresseerd in mensen
en de samenleving die wij vormen. En
uitgerust met de overtuiging dat je
een opdracht hebt, zonder aan dat be
grip een al te zware lading te geven.
Je moet kunnen relativeren."
Ze werd in 1993 burgemeester van Val
kenisse en in 1997 van Veere. „Ik wil
bruggenbouwer zijn", zegt ze. Dat
geldt als een oplossing moet worden
gevonden voor problemen, die recrean
ten met zich brengen, dat geldt als
asielzoekers geen uitweg meer weten
of de minder bedeelden materiële
hulp behoeven.
„Geweten gaat boven hiërarchie,"
zegt ze zonder aarzeling op een vraag
naar de volgorde waarbinnen die twee
begrippen gerangschikt dienen te wor
den. Waarna ze voor behoedzaamheid
kiest als het gaat om vergaande conse
quenties var^ keuzes waar ze als burge
meester mee te maken kan krijgen. Ze
houdt hypothesen af en kijkt naar de
praktijk. „We hebben als bestuur mo
gelijkheden onderzoek te doen naai
de problemen van vluchtelingen en,
als het nodig is, hun zaak te bepleiten.
En de lokale overheid kan voor men
sen die met grote materiële problemen
kampen, zoeken naar oplossingen. We
hebben resultaten gezien van die op
stelling. Je moet niet met je ego bestu
ren Als er rijksbeleid is dat uitge
voerd met worden, ga je als lokale
overheid geen eigen regels stellen. Je
kunt wel kijken of er speelruimte is en
een reden om te knokken."
A.J. Snel
Het begon op de middelbare school, met
getekende autootjes in z'n schrift.
Tientallen. Honderden. Duizenden En nu
staat het voor Steven van der Veen (22) uit
Hattem vast dat hij als auto-ontwerper z'n
brood zal verdienen. Als tweevoudig fina-
'ist met een eigen ontwerp op de autoshow
a Detroit zette hij ferme stappen, en als sta
siair kreeg hij een vinger in de pap bij een
sportwagen-ontwerp van eigen bodem. Die
longen komt er wel. „Al zal dat in het bui-
onland zijn. Nederland is te klein voor dit
rak."
Steven van der Veen is nog steeds student
•odustriële vormgeving in Zwolle. Hoewel
bij lang kan dagdromen over de mediterra
ne klasse van Italiaanse sportwagens als de
Lamborghini Diablo. rijdt hij zelf in een he
lheiden Renaultje Clio. Uit nood, een stu
dent moet nog niet teveel willen. Qua vorm
ing trouwens nog één van de mooiste in
tecategone boodschappenautootjes, vindt
~j Jammer alleen van de ontwerpfoutjes.
■De radio zit te laag en half achter de ver-
snellingsbak. Omdat ik vrij lang ben zit
n knie er ook nog voor."
Zo reikt het leven van alledag vanzelf ont-
werp-tips aan. Vooral van hoe het niet
Koet. Zolang hij zichzelf heugen kan, keek
Kj al zo naar auto's. Dankzij een vriend op
w middelbare school, die autogek was en
alle bladen verzamelde, werd de gekte ver-
Qeraangewakkerd. „Ik kon best goed teke-
net als m'n vader."
Auto ontwerpen is een gespecialiseerd vak.
De ontwerpers moeten alles weten van aëro
dynamica. Van Europese regelgeving, want
wat je aan moois verzinnen kunt, is lang
niet altijd toegestaan. Van de economische
wetten ook, die in de automobielindustrie
gelden: de kosten moeten zo laag mogelijk
blijven. Mooi is per definitie duurder.
Het ontwerpen is een hogere wetenschap ge
worden. Alleen de allerbesten krijgen nog
een stekje bij de ontwerpafdelingen van de
grote autofabrieken, of bij de onafhankelij
ke ontwerpstudio's waarmee ze zaken
doen.
Dat kan Steven niet afschrikken. „Ik ga het
gewoon proberen. "In 2002 deed hij voor
het eerst mee aan een wedstrijd die auto
bandengigant Michelin uitschreef voor de
North America International Auto Show in
Detroit - Michigan. Van der Veen stuurde
computerontwerpen in van een Peugeot Ul-
zer. racewagen-achtig van snit. Dat viel
meteen in de prijzen: van een dikke 120 in
zendingen bleven er 26 besten over, en die
hingen ook in Michigan te kijk. Hij kwam
er zelf rondneuzen - ook om de concurren
tie te kunnen wegen „Gemiddeld was het
peil niet heel erg hoog", zegt hij met tastba
re tevredenheid.
Hoewel de telefoon na afloop niet onmiddel
lijk ging rinkelen ('Zo werkt dat ook niet in
de business') was deelname in Michigan
toch ergens goed voor. Het bleek een proe
ve van bekwaamheid voor een stageplek bij
Donkervoort Automobielen in Lelystad.
Een walhalla, want samen met de Spyker
nog het enige overgebleven automerk van
vaderlandse bodem.
Hij viel er met z'n neus in de boter, want
het bedrijf met exclusieve sportwagens (in
een oplage van hooguit 60 per jaar en een
stuksprijs vanaf 65.000 euro) was net begon
nen met het tekenen van de J25: een specia
le jubileumuitvoering van de auto's die ze
al een kwarteeuw in de polderhoofdstad
maken. „Uniek natuurlijk, want een nieu
we auto wordt niet altijd ontwikkeld, en in
Nederland al helemaal niet."
Op zijn stageplaats denkt hij nu actief mee
over de laatste loodjes van het ontwerp.
„Als jë nagaat dat er in Nederland nog geen
tien stageplaatsen zijn op dit gebied, dan is
het dus een uitverkoren plek
Temeer omdat de 22-jarige student van ei
genaar Joop Donkervoort mag meetekenen
aan het ontwerp. Hij is bezig met de de
tails, die juist kenmerkend zijn voor het mo
del: dak, koplampen en spiegels. Vooral dat
dak is een uitdaging: „De lijn ervan bepaalt
de uitstraling voor een heel belangrijk
deel."
In het kleine kom je juist de beperkingen te
gen: wettelijk mogen de koplampen bijvoor
beeld niet te dicht tegen elkaar - anders
kun je in het donker niet zien dat er een au
tomobiel aan komt razen. Dus worden de
lichten op uitstulpingen naar weerskanten
gemonteerd, als de ogen van een krokodil.
„Dat soort facetten zijn leuk, problemen
zijn juist uitdagingen
De betrokkenheid van een zo jonge ontwer
per ontgaat ook de autobladen niet, en pro
gramma's als Stapel op Auto's op RTL4.
Wat de insiders het meest verbaast is de ei
gen stijl die Steven op deze leeftijd heeft
ontwikkeld. „Wat in mijn ontwerpen tot
dusverre als een soort van handtekening te
rugkomt is de brede band aan de zijkant
van de auto, een strook die over de portie
ren loopt."
„Ik denk soms weken na hoe iets er uit
moet zien en dan begin ik met schetsen."
Pas dan ook moet blijken of er tussen
droom en daad wetten in de weg staan en
praktische bezwaren, waardoor het ont
werp moet worden aangepast. Vaak zal die
ingreep niet zo heel groot zijn. „Ik probeer
bij het schetsen zo realistisch mogelijk te
blijven, ook al is het tekenen vooral een ge
voelskwestie en ontwerp ik eigenlijk vanuit
m*n intuïtie."
Dat uitgangspunt zorgde inmiddels voor
een tweede finaleplaats bij de Detroit auto
show van 2003. Ditmaal tekende hij een
Honda Asp: een gezinswagentje voor de Chi
nese markt, met een maatvoering, die net
wat kleiner is dan voor de westerse automo
bilist met z'n passagiers.
Het werk in Detroit ziet hij als een uithang
bord. Wie weet, levert het interesse op.
Heel stiekem hoopt hij erop. Want wat zou
mooier zijn dan de afstudeeropdracht voor
school al op de werkvloer van een echte
multinational te maken.
Op z'n eigen site www.mooredesign.nleta
leert hij z'n talent nog wat breder dan het
in Detroit kon en hij vertaalde z'n familie
naam Van der Veen op losvaste manier tot
Moore.
Dat klinkt intemationaler: wie vooruit
denkt heeft de toekomst. Thuis wordt het
internationale streven van harte aangemoe
digd. Dat is opmerkelijk, want de ambitie
zal hem onvermijdelijk ver weg brengen
van familie en het dorp. „Wil je verder in
dit vak, dan kom je toch al heel snel in ech
te autolanden uit: Duitsland, Frankrijk,
Spanje of Italië. Misschien daagt dan ook
de Lamborghini.
Jelle Boonstra