Aan inenten kleven risico's' PZC HUMAN ORGAN 21 Bijwerkingen verminderen Als kind behandeld Medische vindingen Transplantaties le kind wel of niet laten inenten. Steeds meer «ïders zijn onzeker bij het nemen van deze leslissing vanwege mogelijke bijwerkingen, je recente berichtgeving dat het jnkhoestvaccin een ernstige vorm van jilepsie tot gevolg kan hebben, zorgde mieuw voor onrust. De overheid ontkent de ik. Maar volgens homeopathisch arts Tinus juits kunnen vaccinaties wel degelijk pvaren met zich meebrengen. woensdag 18 februari 2004 j^sASKIA VAN DER MAAT Ik ben niet tégen inenten", verduide lijkt Tinus Smits. „Dat misverstand duikt meteen op ik kritisch tegenover ïoneren sta. Waar het mij gaat. is dat ouders volledige donatie krijgen, zodat ze j «en dat vaccinaties bijwer- I c?en kunnen hebben. Ouders aten weloverwogen de keu- t kunnen maken of en hoe ze kind willen laten inenten." oits publiceert al ruim twin- 2 jaar. ook internationaal. Her de gevaren en bijwerkin- van vaccinaties. Hij heeft v bijwerkingen een naam ge- gven, Post Vaccinaal Syn- :m (PVS): ziekteverschijnse- a die optreden na inentingen. -:j gaf ook de homeopathische ^handeling ervan bekendheid, iecent werd in de media de jak gelegd tussen het kink- kestvacrin en het syndroom ei West, een ernstige vorm a epilepsie. Die begint veelal hele jonge leeftijd; de le- «üisfase waarin de eerste vacci- uöes worden gegeven. Het ijksinstituut voor Volksge- mdheid en Miliehygiëne (RI- wieopathisch s Tinus Smits •cofreekje Groenemans VM) ontkent dat de kinkhoest- vaccinatie deze ziekte kan ver oorzaken. Daarmee leek de kous af. Dat is precies wat Eindhoven- aar Smits stoort. „De publiciteit rondom het kinkhoestvaccin heeft weer even de aandacht getrokken. Nadat het RIVM heeft gezegd dat vaccins geen bijwerkingen hebben, ebt de ongerustheid weg. Totdat er op nieuw iets gebeurt. Het RIVM houdt vol dat er geen blijvende bijwerkingen zijn. Alleen acute klachten van voorbijgaande aard, zoals koorts, hangerig heid of een dik beentje. Maar ik zie de praktijk. Elke dag krijg ik telefoontjes en e-mails van bezorgde, soms radeloze ouders die hun kind na een inenting zien veranderen." Smits kan talloze voorbeelden aanhalen: het levenslustige jon getje dat na de derde DKTP-prik hangerig en passief werd en niet meer groeide. Of het twee jarige meisje dat sinds de twee de serie inentingen kampt met ernstige luchtwegproblemen en 's avonds huilend van pa niek naar bed gaat. „De klach ten.na een inenting kunnen va riëren van weerstands verlies, ontwikkelings- en gedragsstoor nissen tot ernstige aandoenin gen als epilepsie. Bij de meeste kinderen tref ik chronische schade aan, zoals astma, bron chitis, terugkerende midden oorontstekingen. Ik heb hier ook kinderen gehad met autis me, jeugdreuma en epilepsie, puur als gevolg van inentingen, die genazen na behandeling met de homeopathische variant van het vaccin." Wetenschappelijk Dat het RIVM niet wil erkennen dat inentingen deze bijwerkin gen kunnen hebben, vindt Smits onbegrijpelijk. „De over heid moet voorlichting geven. In plaats daarvan ontkennen ze stelselmatig dat vaccineren risi co's kan opleveren. Zelfs als de reacties meteen erna optre den." Het feit dat er onderzoeken zijn waarbij de bijwerkingen van een vaccin niet wetenschappe lijk zijn aangetoond, pareert hij met andere onderzoeken die dat wel doen. „Ik kan meer dan duizend artikelen overleggen waarin vaccinatieschade is aan getoond. Natuurlijk zijn er on derzoeken die het tegendeel la- Ouders die kritisch staan tegenover het huidige vaccinatie beleid kunnen de volgende adviezen uit de homeopa thische geneeskunde overwegen: - Later beginnen met inenten (10-12 maanden). Het im muunsysteem van het kind is dan rijper waardoor de kans op bijwerkingen afneemt. - De eerste serie van drie D(K)TP en HIB-vaccinaties reduce ren tot twee, zoals ook bij kinderen gebeurt die pas na een jaar gevaccineerd worden. Het kind kan geprikt worden op antilichamen om er zeker van te zijn dat het die voldoende heeft. - geen twee prikken tegelijk laten geven, geen DTP en acel- lulair kinkhoest (4 jaar) en geen DTP en BMR-prik samen (9 jaar). - Twee maanden in plaats van een maand wachten tussen vaccinaties. - Overwegen de kinkhoestvaccinatie weg te laten. Deze in enting geeft de meeste bijwerkingen en een slechte be scherming en is homeopathisch goed te behandelen, ook bij de hele kleintjes, aldus Tinus Smits. - Voor en na elke inenting de homeopathische verdunning van de prik geven om bijwerkingen te voorkomen of te ver minderen. - Alert zijn op veranderingen bij het kind. Klachten na een inenting eerst genezen met de homeopathische variant van het vaccin voordat er nieuwe prikken worden gezet. ten zien. Je kunt de onderzoe ken selecteren die bewijzen wat jij wilt." „Maar als iets niet wetenschap pelijk bewezen is, zegt dat niets over of het wel of niet waar is. Als er geen methode bestaat om iets aan te tonen, houdt het wetenschappeüjk op. Je kunt kinderen indelen in groepen om te onderzoeken hoe groot de vaccinatieschade in het alge meen is, maar dat zegt niets over individuele gevallen. Het ene kind zal wel reageren op een prik, het andere kind niet." Volgens Smits is de diagnose PVS bewezen als de klachten verdwijnen of verminderen door het innemen van het ge- potentieerde (verdunde) vaccin. „Ik geef het kind de homeopa thische variant van de inenting. Als de klachten verdwijnen of verminderen, is aangetoond dat het vaccin de boosdoener was. Dat kun je niet afdoen met: 'ik geloof niet in homeopathie'. Dan verklaar mij maar eens waarom zo'n kind ineens weer gezond wordt." Hij erkent het dilemma waarin ouders kunnen verkeren. „De campagne vorig jaar om kinde ren massaal te enten tegen me- ningokokken-C wekte massa hysterie op. Elk geval van deze Foto Toussaint Kluiters hersenvliesontsteking werd breed uitgemeten in de pers. Maar deze inenting beschermt slechts tegen vijftien procent van alle hersenvliesontstekin gen. Het geeft ouders een vals gevoel van veiligheid. Vaak ne men ze hun beslissing uit angst. 'Als ik mijn kind niet laat inenten en het wordt ziek, is dat mijn schuld.' Maar kinde ren kunnen ook ziek worden van de vaccinatie." Volgens Smits betekent dit niet dat ouders hun kind niet moe ten laten inenten. „Ik raad wel aan om er pas veel later mee te beginnen. Voor de meeste ziektes is er geen medische noodzaak om zo vroeg te beginnen met vaccine ren. Het immuunsysteem van een kind van tien maanden is rijper, waardoor er minder kans op bijwerkingen is. Erfelij ke belasting en gevoeligheid van een kind kunnen ook een reden zijn om te kiezen voor al ternatieven." Tenslotte wijst hij erop dat niet alleen kinderen PVS kunnen krijgen. „Steeds meer mensen gaan met vakan tie naar tropische bestemmin gen of krijgen elk jaar een griepvaccin. Zij kunnen na de inentingen ook PVS ontwikke len." Bloedstolsel Voor mensen bij wie na een beroerte niet snel genoeg me dicijnen kunnen worden toegediend om het bloedstolsel in de hersenen op te lossen, is er nu iets nieuws: een minia tuur 'kurkentrekker'. Met een slangetje via de bloedvaten tot bij het stolsel gebracht, schroeft deze zich vast in het stolsel. Kurkentrekker en stolsel worden vervolgens uit het bloedvat gehaald. S. Starkman (universiteit Califomië, Los Angeles) meldde tijdens een congres van de American Stro ke Association de eerste succesvolle experimenten met de ze techniek. Slaapproblemen Mensen die lijden aan oogziekten waarbij de oogzenuw is aangetast, hebben vaak ook last van slaapstoornissen, zo als overdag in slaap vallen of op onregelmatige tijden wak ker worden. Dit concludeert R. Wee (Washington Univer sity. St. Louis) in het vakblad Ophtalmology op grond van een onderzoek onder 37 proefpersonen. De bevinding on dersteunt het idee dat het slaap-waakritme mede afhanke lijk is van prikkels die via de oogzenuw de hersenen berei ken. Pijn Mensen zijn gevoeliger voor pijn als de pijnprikkel wordt toegebracht door een man dan wanneer de pijnprikkel wordt toegediend door een vrouw. Ook het zien van beel den die te maken hebben met pijn, bijvoorbeeld plaatjes van wonden, vergroten de gevoeligheid voor pijnprikkels. Dit meldt D. Williams (University of Westminster. Londen) in het wetenschappelijk tijdschrift New Scientist op grond van experimenten. De medische wereld zou gebruik kun nen maken van deze inzichten om behandelingen zo pijn loos mogelijk te laten verlopen, aldus Williams. Virustherapie Sindbis, een door muskieten overgebracht virus, blijkt, al thans in muizen, zeer goed in staat kankercellen te vernie tigen, zonder daarbij gezonde cellen aan te tasten Dit schrijft J. Tseng (New York University, New York) in het wetenschappelijk tijdschrift Nature Biotechnology op grond van geslaagde experimenten. Tseng hoopt over eni ge tijd het effect van Sindbis op tumoren bij mensen te kunnen gaan onderzoeken. Waarom Sindbis alleen tumor cellen vernietigt, is onbekend. Nitroglycerine Het pilletje met nitroglycerine, nitrobaatje, is al meer dan een eeuw een effectieve behandeling bij acute pijn op de borst vanwege hartklachten. Langdurig gebruik heeft ech ter een averechts effect: patiënten worden ongevoelig voor het medicijn en de conditie van hart- en bloedvaten ver slechtert. Dat komt, schrijft K. Sydow (Universitats-Kran- kenhaus Eppendorf, Hamburg) in het vakblad Journal of Clinical Investigation, doordat langdurig gebruik van nitro glycerine het enzym beschadigt dat een sleutelrol speelt bij de geneeskrachtige werking van nitroglycerine. Als ge volg daarvan maken de mitochondriën, de celonderdelen waarin dit belangrijke enzym zich bevindt, stoffen aan die de bloedvaten juist beschadigen. Griepvirus Het griepvirus dat in 1918 dood en verderf zaaide, wereld wijd ca. 20 miljoen doden, was een virus afkomstig van vo gels dat door een kleine verandering zeer goed in staat was mensen te besmetten. Kleine veranderingen in de struc tuur van het eiwit (haemaglutinine) waarmee het virus bindt aan menselijke cellen, maakten dat het virus zich goed van mens tot mens kon verspreiden, terwijl het de dodelijke kracht van het vogelvirus behield. Dit conclu deert J. Stevens (The Scripps Research Institute. La Jolla) in het wetenschappelijk tijdschrift Science op grond van on derzoek aan een bewaard gebleven virusdeeltje uit 1918. Het haemaglutinine van de vogelgriepvirussen die momen teel in Azië rondwaren, zijn, voor zover bekend, nog niet zodanig veranderd dat zij heel gemakkelijk mensen kun nen besmetten. I I r« 1*1*4 g Door PAUL VAN DIJK We gaan heel anders met kinderen om dan vroeger. Ik ben opgevoed mei: 'als volwassen praten moeten tinderen hun mond houden'. Mijn ouders namen me in mijn kinderja ren wel serieus, maar behandelden me als een kind. Dat wil zeggen dat mijn inbreng bij discussie en be sluitvorming maar heel klein was. Ouders hadden per definitie gelijk en hun belangen prevaleerden bo ren die van kinderen. Kinderen ton je ook wel wal wijs maken. In formatie hoefde niet echt te klop pen want kinderen begrepen niet ^en ze hoefden niet alles te we ten. Die situatie is geheel veranderd, tinderen tellen nu voluit mee. In discussies wordt naar hen geluis terd, er wordt serieus rekening ge houden met hun mening en het is met meer van deze tijd om kinde ten maar wat op de mouw te spel den. zieke kinderen is dat echter 'Mk niet het geval. De manier waarop volwassenen artsen en ouders) met zieke kinde ten omgaan lijkt nog opvallend op de communicatiepatronen van jttrtigjaar geleden. 'n mijn spreekkamer voeren vol wassenen het hoogste woord. Ook 1 stel ik bij herhaling de vraag ex pliciet aan het kind. de ouder kan tot vaak niet laten het antwoord te Seven. Zelfs vragen als 'waar heb je P'jn of 'hoe gaat het op school' *°rden, als je niet oppast, door de ®uders beantwoord, en aantal antropologen en kinder en deden vorig jaar onderzoek 'Medisch Contact januari 2004) toarde leefwereld van kinderen met diabetes. Zij komen tot de con clusie dat kinderen, en dat begint al bij vier a vijf jaar, veel meer in formatie over hun ziek zijn kunnen geven dan artsen en ouders den ken. De meeste kinderen met diabetes kunnen hun ziekte in medisch cor recte termen beschrijven. Zo zegt Aicha: 'ik weet wel wat er kan ge beuren. Je kan gewoon blind wor den, maar dat is als je constant hoog zit'. Maija bleek zeer goed op de hoogte van insulinebehandeling met een pompje. Ze had het even opgezocht op internet. Kinderen schatten hun eigen expertise hoog in. Ze benadrukken dat artsen niet weten wat het is om te spuiten of een te lage bloedsuiker te hebben. Zij hebben de ervaring. De dokter heeft het zelf nog nooit meege maakt. Over de oorzaken van diabetes heb ben de kinderen een heel andere verklaring dan volwassenen. Mark denkt dat hij iets verkeerd heeft ge daan, bijvoorbeeld vuurtje ge stookt. Lata schrijft haar ziekte toe aan de spanning die ze voelde toen haar moeder zwanger was van haar zusje. Andere kinderen noemen als oorzaak van hun diabetes: verkeerd eten of vaak boos worden. Het zal duidelijk zijn dat kinderen hun eigen ideeën hebben over ziek ten en kwalen. Het is belangrijk dat kinderen als volwaardige partners in het gesprek met de dokter parti ciperen. De dokter moet leren luis teren naar het kind dat zich ziek voelt. Rekening houden met de vi sie en inbreng van het kind draagt bij aan een betere behandeling en een sneller herstel. Eeuwenlang moest de gezondheidszorg het stellen zonder een aantal me dische vindingen die vandaag de dag als vanzelfsprekend worden gezien. Wie waren de bedenkers en hoe verging het hun vinding? Door MARTEN DOOPER Vanaf pakweg 1500 na Christus be schouwt de wetenschap het mense lijk lichaam steeds meer als een le vende machine. Een machine die af en toe hapert omdat er een onder deel niet goed werkt. Die opvatting leidt vanzelf tot het idee de defecte organen te vervangen door goed wer kende exemplaren. Al in de zestiende eeuw repareert Gaspari Tagliocozzi, chirurgijn en hoogleraar anatomie te Bologna, af gehakte neuzen - een destijds popu laire straf - door een stuk huid uit de arm over te brengen naar het gezicht van de patiënt. Het overbrengen van een orgaan van de ene mens naar de andere (in vaktaal allotranplantatie geheten) is echter andere koek, ont dekt men al snel. Ook de Franse chi rurg Alexis Carrel, die begin twintig ste eeuw de orgaantransplantatie een forse duw in de rug geeft met de door hem uitgedokterde manier om bloedvaten aan elkaar te hechten, moet constateren dat allotransplan- tatie niet mogelijk is. Na enkele da gen geeft het orgaan het op. Dat komt, weten we nu, doordat het weefsel van ieder mens uniek is. Niet alleen bloed - overigens nog altijd het meest getransplanteerde weefsel - ook de organen kennen hun inde ling in typen. Deze zogeheten HLA- typering is zo ingewikkeld, weten we onder andere door het baanbreken de werk van de Nederlandse immu- noloog Johannes van Rood, dat al leen eeneiige tweelingen volkomen identieke organen hebben. Organen van een ander persoon beschouwt het lichaam als vijandig. Het afweer systeem komt in actie en vernietigt het vreemde orgaan. Het mag daar om geen verwondering heten dat de eerste succesvolle allotransplantatie plaatsvindt bij een eeneiige twee ling. Op 23 december 1954 trans- FOR TRANSPLANT planteert Joseph Murray in het Peter Bent Brigham Hospital te Boston een nier van Ronald Herick naar diens doodzieke tweelingbroer Richard. Ri chard blijft hiermee nog acht jaar in leven. Omdat er bij alle overige transplan taties altijd in meer of mindere vorm sprake is van afstoting, gaat de verdere ontwikkeling van de trans plantatiegeneeskunde hand in hand met de wetenschappelijke kennis over het misleiden van het menselijk afweersysteem. Vanaf de jaren zestig komen er medicijnen beschikbaar die de afweer kunnen onderdruk ken. waarvan ciclosporine, een begin jaren zeventig per toeval ontdekt be standdeel van een schimmel, het meest effectieve is. Ondanks de ver beterde medicijnen blijft het voor de patiënt een leven lang balanceren op het slappe koord: te weinig medica tie leidt tot afstoting en teveel medi catie tot ongewenste infecties. Intussen groeit ook de chirurgisch technische kennis verder, waardoor steeds meer organen voor transplan tatie in aanmerking komen. Mijlpa len zijn de eerste geslaagde lever transplantatie in 1967 door Thomas Starzl en de eerste geslaagde hart transplantatie door Christiaan Bar nard in datzelfde jaar. De lijst van te transplanteren organen is inmiddels groot: hart, longen, nieren, lever, al vleesklier, darmen, bot. beenmerg en hoornvlies zijn allen meer of min der succesvol van de ene mens over te brengen naar de andere. Zelfs een complete hand is al enkele malen met succes getransplanteerd. Het grootste probleem waar de trans plantatiegeneeskunde momenteel mee worstelt, is het tekort aan do nororganen.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2004 | | pagina 21