Juist in Middelburg kan een balletje raar rollen li - /V* *4 Johan Cruijff-museum Wé*J u 1 4 y** i- *,*0113-315680 3Sctie9pzc.nl £us 31, «60 AA Goes Sd "zeeland: 0113-315520; Vlaanderen: 0114-372770; penaal 020-4562500 14 februari 2004 Museumstukken in spe: de oudste voetbalschoenen in Nederland en de lederen veterbal waarmee in het begin van de twintigste eeuw werd gevoetbald. foto's Willem Mieras Matty Verkamman is de af gelopen week plat ge beld. Door vrienden, collega's, media en andere belangstellen den. Er was louter lof voor zijn initiatief voor een nationaal voetbalmuseum, maar in alle gesprekken zat telkens die ene vraag verborgen: 'Waarom in Middelburg?' Alsof hij warem pel een surfschool op de Noord pool wil opzetten. Zijn counter op deze verbazing is inmiddels ingeslepen: 'Waarom niet?' De verbaasde reacties zijn niette min begrijpelijk. Zeeland is niet echt het kloppend hart van het vader landse voetbal; eerder het wormvor mig aanhangsel. Begin jaren negentig speelde Vlissingen in zwaar comateu ze toestand twee seizoenen profvoet bal, van de 657 spelers die ooit in het Nederlands elftal speelden, kwam het schamele aantal van negen spelers uit Zeeland en de enige topamateurclub (Hoek) zweert bij Belgische voetbal lers. De tegenaanval. „Juist in Middelburg hoort zo'n museum", vindt Verkam man (52, Kats). „Als je het in een gro te stad als Amsterdam of Rotterdam plaatst, loop je onbewust het gevaar dat het museum een Ajax- of Feye- noord-accent krijgt. Hier in Zeeland heb je geen betaalde clubs, dus dat ge vaar heb je niet. Bovendien, voor m'n werk reis ik al m'n hele leven naar Am sterdam, Rotterdam, Hilversum, noem maar op. Mag het ook een keer lekker dicht bij huis zijn?" Z'n werk. Wat is z'n werk eigenlijk? Een kwart eeuw geleden was het niet zo moeilijk om dat te benoemen. Toen was Verkamman sportjournalist bij dagblad Trouw Maar inmiddels is hij columnist, boekschrijver, archivaris, toneelschrijver, documentairemaker en - sinds kort - uitgever. En nu gaat hij ook nog 's een voetbalmuseum op zetten. Hoe noem je zo iemand? Een voetbaldatabank misschien, het Ne derlands instituut voor voetbaldocu- mentatie, of simpelweg balverliefd? Zijn nieuwste project smeulde al een tijdje. „Op verzoek van de supporters vereniging van Oranje heb ik - samen met Johan Derksen Voetbal Interna tional) en Jaap de Groot (De Tele graaf) - jaren geleden een plan voor een museum in Amsterdam gemaakt. Wat ik in gedachten had, was echter met hun bedoeling. Ze hebben daar nu een Oranje Ambassade, een soort verzamelplek voor supporters. Onze ambities lagen hoger dan dat. Daarom verdween het plan in een la." Matty Verkamman. „Ik zie het al helemaal voor me." Zelf durfde Matty Verkamman de naam nog niet naar buiten te brengen, maar Johan Derksen, mede-initiatiefnemer van het museum en hoofdredac teur van het tijdschrift Voetbal International, had er geen problemen mee. Het Nationale Voetbal Museum in Middelburg zou de naam van Johan Cruijff moe ten gaan dragen. In zijn voorstel aan de gemeente Middelburg had Verkamman het museum al de naam van Cruijff meegegeven. „Maar ik heb het niet naar buiten gebracht, om dat ik niet wist of Cruijff zijn naam eraan wilde verbinden Volgens Johan Der ksen is dat echter geen probleem." Derksen zegt dat Cruijff enthousiast over de plannen is en graag de plannen van de projectontwikkelaar wil bekijken. Verkamman is een groot bewonderaar van Cruijff. Als vijftienjarige zat hij op 7 september 1966 in het Rotterdamse stadion De Kuip, waar hij het debuut van Cruijff in het Nederlands elftal meemaakte. „Ik heb nooit een betere gezien. Ma- radona was misschien technisch beter en Pele completer, maar Cruijff liet een heel elftal beter voetballen. Hij is volstrekt uniek", zei Verkamman ooit over Nummer 14. Verkamman zou het museum graag naar Cruijff noemen. „Twee maanden gele den was ik op Cuba. Dat is geen voetballand, maar alle Cubanen die je dan spreekt, noemen de naam Cruijff als je zegt dat je uit Nederland komt", zei Ver kamman eerder deze week. Die naamsbekendheid moet als een magneet op be zoekers gaan werken. t UaA ftivMBmipi jl Van een oud-international kreeg Verkamman dit vaantje, Bij een diner ter gele genheid van het zestig jarig bestaan van de Nederlandse voetbalbond werd het van handtekeningen voorzien door topspelers als Just Göbel en Wim Lagen- daal, door sportpionier Pim Muiier en door hoge heren van de wereldvoetbal bond, onder wie Stanley Rous. (Algemeen Dagblad) mogelijkheden in Rotterdam. We hadden al een locatie op het oog en met een aantal ambtena ren hadden we al een studiereis naar een voetbalmuseum in Keulen ge maakt. Maar toen kwamen de verkie zingen in Rotterdam Leefbaar Rotter dam kwam aan de macht en door alles wat met sport en cultuur te maken had, werd een rode streep gezet. Vei- dween het plan opnieuw in een la." Totdat het nieuwe Middelburgse eve nementencentrum Zep 'een cultureel anker' zocht, zoals dat formeel ge noemd werd. Verkamman trok zijn la weer open en bood het voetbalmu seum aan in Middelburg. Driemaal is scheepsrecht, want nu lijkt het er echt van te komen. „Toch hou ik nog een slag om de arm, zolang er geen handte- lronintf an7ot ic Maai' Vlot ontKnnciac. me van de gemeente Middelburg en projectontwikkelaar Palm geven Ver kamman het gevoel, dat de bal voor open doel ligt. Maar hoe gaat het museum eruitzien, als het aan Verkamman ligt? Het wordt een Walk through Memory La ne. „Ik wil de hele geschiedems van het voetbal vertellen. De ontstaansge schiedenis, van voetbal in China en in Ho MiHHoloomi-on naar Kot mllono football in Engeland en hoe het uitge waaierd is naar Europa en de andere continenten Maar ook de so ciaal-maatschappelijke ontwikkeling van het voetbal. Hoe het van een elites- port een volkssport werd. Als een oranje draad door het museum wil ik portretten van alle Nederlandse inter nationals laten slingeren." In zijn dertigjarige journalistieke car- matenaal verzameld. Hij heeft zo'n zesduizend foto's van alle interlands van het Nederlands elftal in zijn col lectie, stokoude voetbalschoenen van voor 1900 uit Engeland, de bal waar mee tussen 1905 en 1910 de Neder landse interlands werden gespeeld, schoenen van Oranjedoelman Just Göbel, unieke videobeelden van een andere doelman, Eddy Pieters Graaf land, en nog veel meer memorabilia „Maar daarmee kan ik nog geen vijf procent van het museum vullen." Zolder „De komende anderhalf a twee jaar zal ik daarom de boer op moeten. Bij het verhaal dat ik wil vertellen, zal ik in binnen- en buitenland van alles moeten los krijgen. Voor het oudste materiaal kom je al snel terecht in En geland en Schotland, omdat daal- als eerste georganiseerd gevoetbald werd. Gelukkig ken ik de wereld van de ver zamelaars een beetje. In het Neder lands sportmuseum in Lelystad heb ben ze ook veel voetbalspullen. Ze heb ben slechts tien procent van hun col lectie tentoongesteld, de rest staat in een depot Daar zit vast wel iets bij." Zijn goede banden met oud-internatio nals, kinderen en kleinkinderen van overleden internationals leveren even eens een schat aan collectors items op. „Ze hebben op zolder soms dozen vol spullen staan, waar ze niks om geven. Mijn ogen gaan dan twinkelen." Soms komt het hem ook gewoon aan waaien. Deze week schonk een Middel burgse beeldhouwer hem zomaar een buste van Johan Cruijff en kreeg hij over de post van een Goesenaar een verzameling sigarenbandjes toege stuurd met allemaal voetballers erop. „Ik zal dus eerder te veel dan te wei nig hebben." Wensen heeft Verkamman niettemin te over. „Het eerste interlandshirt van Johan Cruijff bijvoorbeeld wil ik wel hebben, maar ik ben bang dat hij dat niet wegdoet. Het schijnt het enige te zijn dat hij bewaard heeft. Of de Euro pese beker die het Nederlands elftal in 1988 won, maar ik vrees dat de KN VB die zelf wil houden. En de schoen van Ronald Koeman, waarmee hij Bar celona in 1992 naar de Europa Cup 1 schoot. Ik zie het museum al helemaal voor me; maar ik hou het ook nog even voor me." Als de deuren van het nationaal voet balmuseum in de zomer van 2006 opengaan, zal Verkamman een quees te van duizenden kilometers achter de rug hebben. Het lijkt een abc'tje dat hij vervolgens conservator van de col lectie wordt. Toch? „Alsjeblieft niet. Misschien dat ik met de andere initia tiefnemers een bestuursfunctie ga be kleden Maar ik heb geen zin om als conservator in een museum begraven te worden."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2004 | | pagina 21