te eren Nasa naar de maan a la Apollo Leven op Mars Door FRITS POELMAN Niet de wetenschap, maar het geloof speelde de hoofdrol voor de Nederlandse wetenschappers in de Gouden Eeuw. Dat blijkt uit onder zoek van de historicus Eric Jorink (40). Bijna alle Nederlandse weten schappers bestudeerden de natuur in de Gouden Eeuw om God beter te kunnen eren, niet om de weten schap een stapje verder te helpen. „Stevin en Huygens waren de uit zonderingen. Met misschien nog een man of vijf. Ik denk dat ons beeld van de Nederlandse weten schap in die periode op de helling moet." Jorink promoveerde on langs aan de Rijksuniversiteit Gro ningen op zijn onderzoek naar Ne derlandse geleerden in de zeven tiende eeuw. Volgens hem is dat niet eerder zo gedaan. „Van die periode bestaat de indruk dat de opkomende exacte weten schap glorieert. Maar in werkelijk heid speelde nieuwe kennis een beperkte rol in wetenschappelijke verhandelingen, preken en artike len. Dat komt pas na 1650 voor zichtig op gang." Natuurfilosofen, theologen, huma nisten en dichters bestudeerden de natuur vanuit de gedachte dat het een soort tweede boek van God was. Daaruit moest je, net als uit de bijbel, kunnen afleiden dat God bestaat. „Geleerden legden verzamelingen aan, een soort rari teitenkabinetten uit de natuur. Van mummies en Nijlriet tot vlin ders en schelpen. Als letters uit het Boek der Natuur en bedoeld om de bijbel te illustreren. Nu wordt gezegd dat het overdrachte lijk bedoeld is, maar in die tijd nam men het letterlijk: De schepping voor onse ooghen is als een schoon boec, in welcke alle schepse len, groote ende cleyne, ghelijck als lette ren zijn." Het onderzoek der natuur was niet voorbehouden aan een klein club je wiskundigen en astronomen. „Het was een brede beweging. Veel dominees ontpopten zich als ken ners van planten en zetten telesco pen op het dak. Als mensen sprinkhanen zagen, ontstonden le vendige discussies over een van de plagen uit het Oude Testament. woensdag 28 januari 2004 23 Een onbekende Utrechtse promovendus in de geneeskunde op een schilderij uit 1647. Hij laat een boek der natuur zien en schrijft dat elk gewas getuigt van de aanwe zigheid Gods. Kometen werden gezien als teke nen uit de hemel." Pas in de tweede helft van de ze ventiende eeuw wordt de band tus sen bijbel en natuur voorzichtig losser, signaleert Jorink. „Maar dat gebeurt niet alleen dankzij de groeiende kennis over natuurver schijnselen, wat vaak wordt ge dacht. Het ligt veel complexer. Er ontstaat externe en interne kritiek op de bijbel. Zo komen er steeds meer bewijzen dat de aarde om de zon draait, en niet andersom zoals in de bijbel staat. Nederlandse ont dekkingsreizigers ontdekken in Amerika talrijke diersoorten, zoals kolibri's en pinguïns, die niet in de bijbel worden genoemd. Ze pas sen ook lang niet allemaal op de Ark van Noach." De 'interne' discussie laait op door de toegenomen kennis bij met na me Nederlandse geleerden van He breeuws en Oud-Grieks. „Als ze de bijbel, die tot dan in het Latijn werd gelezen, willen vertalen ko men ze tot de conclusie dat je veel teksten helemaal niet letterlijk kunt nemen. Want hoeveel waar de moet je hechten aan een tekst waarin Mozes zijn eigen dood be schrijft? Uit Egypte, China en Mexico komen bovendien gege vens die veel ouder zijn dan 5223 voor Christus, toen de wereld vol gens geleerden, ook de beroemd ste Nederlandse hoogleraren van die tijd, geschapen zou zijn." Jorink: „Het wordt duidelijk dat de bijbel niet langer een sluitende waarheid kan zijn, maar Neder landse wetenschappers willen daar nog niet aan. Discussies over de betekenis van hemelverschijnse len, zoals kometen, worden niet gevoed door nieuwe astronomi sche inzichten. Het gaat om de vraag of bepaalde bijbelteksten wel correct geïnterpreteerd zijn." „Zo vroegen Nederlandse theolo gen zich steeds vaker of kometen wel onder de hemeltekenen moes ten vallen die het eind der tijden zouden inluiden. Veel Nederlandse geleerden stonden achter de oplos sing om het boek van de natuur niet meer als illustratie van de bij bel te zien, maar als zelfstandig boek. Jan Swammerdam (1637- 1680) maakt een soort bijbel der natuur. Elk levend wezen wordt dan beschouwd als apart bewijs dat God bestaat." Conclusie van Jorink: De Gouden Eeuw heeft naast grote kunste naars en handelsreizigers ook gro te wetenschappers voortgebracht op het gebied van navigatie, land meting, astronomie en wiskunde. Maar: in het algemeen gingen Ne derlandse natuuronderzoekers be slist niet pragmatisch en praktijk gericht te werk. „Als Spinoza in 1670 zegt dat de bijbel geen goddelijke openbaring is, valt iedereen over hem heen, maar is wel de geest uit de fles. Dat is een belangrijk moment in een heel geleidelijk proces dat in de vijftiende eeuw was begonnen en eindigt met de evolutietheorie van Darwin in de negentiende eeuw. Hoe ik zelf tegenover de ma terie sta? Wetenschap en geloof zijn twee gescheiden circuits en ie dereen moet geloven wat hij wil geloven." JPIVLSENTEM md;;ïtrat '•IVtUBEr HER: BA OfcVM mmmVJ a1 t twfii -JÊÊÊÊÊm Autovervulling koelt af Vervuiling die wordt veroorzaakt door het verbranden van fos siele brandstoffen, ver stoort de vorming van ijs- wolken hoog in de atmos feer. Dat melden Ameri kaanse onderzoekers in het weekblad Science. Cirrusbewolking, de dun ne wolkjes die vaak te zien zijn op anderszins heldere dagen, zijn de hoogste wolken in de aardse dampkring. Ze be vinden zich op een hoog te van acht tot zestien ki lometer. Op die hoogte kan de temperatuur dalen tot wel ze ventig graden onder het vriespunt. De wolken bestaan dan uit waterdamp gemengd met kleine ijskristallen. Als zulke wolken zich vormen in een omgeving waar salpeter zuur wordt uitgestoten door industrie; en auto's, bevatten zij onzuivere ijsdeeltjes. meldt een team onder leiding van David Fahey van de universiteit van Colorado. De onderzoekers noe men dat 'delta-ijs'. Wolken met delta-ijs bevatten naar verhouding meer water damp dan 'zuivere' cirruswolken. Daardoor zijn ze dunner. En dat kan weer gevolgen hebben voor het klimaat op aarde, al dus de wetenschappers, omdat cirrusbewolking bijdraagt aan het broeikaseffect. De dunnere cirrusbewolking zou kunnen helpen bij het afkoelen van onze planeet. Nachtje slapen niet verkeerd 'Daar wil ik eerst een nachtje over slapen', zeggen we wel eens als we met een moeilijke beslissing worden geconfronteerd. Die wijsheid bevat meer dan een kern van waarheid, hebben Duitse wetenschappers van de universiteit van Liibeck ontdekt. Onderzoeker Jan Bom en zijn collega's toonden hun proefper sonen een reeks getallen. Vervolgens gaven zij hun een simpe le regel waarmee ze uit de reeks een tweede reeks konden af leiden. De deelnemers aan de proef werd daarna gevraagd het laatste getal uit de tweede reeks uit de regel af te leiden. De on derzoekers vertelden er echter niet bij dat er een eenvoudige manier bestond waarmee het gevraagde getal vrijwel onmid dellijk kon worden berekend. Mensen die het probleem I's avonds kregen voorgelegd en vervolgens een gezonde nacht rust van acht uur genoten, bleken meer dan twee keer zo vaak in staat te zijn die truc te ontdekken dan proefpersonen die wakker gebleven waren. Een derde groep die het probleem 's ochtends kreeg voorgelegd en er de rest van de dag over mocht nadenken, deed het even slecht als de groep die 's nachts wakker was gebleven. Daaruit bleek dat het matige presteren van de tweede groep niet lag aan een gebrek aan nachtrust, aldus Bom in het tijdschrift Nature. Volgens de on derzoekers toont dat 'de waarheid aan van iets wat de meeste mensen op grond van hun gezond verstand al wisten': dat slaap belangrijk is. Neanderthalers koukleumen De voorgangers van moderne mensen in Europa, de Neander thalers, hebben het loodje gelegd omdat ze niet bestand waren tegen een plotselinge afkoeling van het klimaat ongeveer 30.000 jaar geleden. Dat concludeert een groep wetenschappers uit verschillende disciplines onder leiding van de Nederlandse archeoloog Tjeerd van Andel van de universiteit van Cambridge. De onder zoekers hebben aan de hand van modellen die het klimaat aan het einde van de laatste Ijstijd weergeven vastgesteld dat de Neanderthalers naar het zuiden trokken om de oprukkende gletsjers voor te blijven toen de gemiddelde wintertempera- tuur in korte tijd daalde naar -10°C. Hun gegevens tonen aan dat ook de eerste moderne Europeanen, vertegenwoordigers van de zogenaamde Aurignaöen-cultuur, het in die tijd erg moeilijk hadden en vrijwel waren uitgestorven. De situatie ver anderde pas ten gunste van Homo sapiens sapiens met de komst van mensen met een meer geavanceerde technologie. Die ver schenen tussen 30.000 en 29.000 jaar geleden op het toneel en beschikten over flitsende nieuwe werktuigen, zoals werpspe- ren en visnetten, waardoor ze efficiënter konden jagen. Ook beschikten ze over kleren om de kou te weerstaan, waardoor ze in staat waren te overleven in een klimaat dat de Neander thalers uiteindelijk fataal werd. r wmw Door BERT MEIJER ide mislukte landing van het Euro- karretje, is nu het Amerikaanse gentje op Mars aan het rondrijden. toch fantastisch dat we techno- asch zo ver zijn gekomen. Met de landsbediening van NASA in de Bd, spelen volwassen wetenschap en technologen met een klein igentje op de rode planeet ver van Uiteraard is de landing op zich- al een prestatie van grote allure, het wagentje rijdt niet zo maar Het wagentje is op onderzoek Alles willen we weten van Mars, twe er ooit eens een bemande tt naar toe kunnen sturen. Maar willen we eigenlijk echt te weten op Mars? En waarom zijn we Püijk zo benieuwd naar het onbe- tóe m de ruimte? Waarom beste we zoveel geld aan de ruimte ri? Is het niet nuttiger om ons aan ander onderzoek te beste Vreemd genoeg kan het onder- naar de geheimen van het heel- óch altijd in een brede en warme .telling van velen verheugen, bezielde wijze worden ons de ien van ruimtereizen en ster- •kunde verteld. De publicitair be- pijkste vraag van de huidige reis over het mogelijke leven op Door veel analyses uit te voe- wordt gepoogd te achterhalen of ^wijzingen zijn dat er ooit leven Mars kan zijn geweest. Maar hoe je dat. vraag ik mij af als orga- chemicus aarde weten we precies wat we leven verstaan. Zo is er geen le- 'tonder water. Ook is vermenig- iging een belangrijk criterium leven. En alles dat leeft bestaat "namelijk uit organisch materi- i-zoals eiwitten, DNA, suikers en vetten. Uiteraard hebben weten schappers een veel exactere beschrij ving waaraan iets moet voldoen voor dat je iets levend mag noemen, maar een simpele beschrijving voldoet hier. Het NASA-wagentje vol met ap paratuur is dan ook op zoek naar wa ter, moleculen en koolstofhoudende stoffen. En zodra ze hier iets van vin den, zullen de speculaties beginnen. Vinden ze niets van dit alles, dan zijn er dus geen aanwijzingen voor leven op Mars. Dit lijkt logisch, maar is ge baseerd op te simpele aannames en betekent alleen dat er geen leven is zoals wij het kennen op aarde. Stel op Mars zijn de centrale stoffen voor het leven mineralen. Stel dat de tijd spanne van veranderingen miljarden jaren is. Stel dat één generatie hon derd miljoen jaar duurt. Stel dat er nog veel meer van die voor ons on voorspelbare en voor ons belachelijk klinkende criteria voor het echte le ven op Mars zijn. Natuurlijk is dit al lemaal onwaarschijnlijk, maar wij zijn nauwelijks in staat om ons eigen beeld van de natuur los te laten en geheel vrij naar de geheimen van de ruimte te zoeken. Het is namelijk zeer moeilijk om volledig onbevoor oordeeld onderzoek te doen. In de huidige vorm vind ik de missie van het Mars onderzoek dan ook onzin nig en nutteloos. Ik zie veel meer in diepgaand onderzoek van het leven op aarde. Zo is de moleculaire wer king van de hersenen veel interessan ter. Voor mij is dit de grootste weten schappelijke uitdaging van de ee nentwintigste eeuw. Hoe werken die grijze cellen nu precies. Beleidsma kers, gebruik uw hersenen en maak het maximale budget vrij voor onder zoek naar de functie van onze herse nen. Door MARTIJN HOVER De ambitieuze ruimtevaartplannen die de Amerikaanse president Bush on langs ontvouwde, mogen niet te veel geld kosten. Daarom is het niet uitge sloten dat het ruimtevaartbureau Nasa voor een beoogde terugkeer naar de maan zal teruggrijpen op de technolo gie van het Apollo-programma uit de ja ren zestig. Dat heeft de New York Ti mes vorige week gemeld. Volgens experts buiten de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie ligt het voor de hand dat Nasa niet zal besluiten om een totaal nieuwe maanraket te ont werpen. „Het Apollo-concept heeft zich uit en te na bewezen", aldus Jerry Grey, directeur van het Amerikaanse Insti tuut voor Aeronautica en Astronautica. „Er deden al een tijdje geruchten de ronde dat ze (Nasa) gebniik zouden wil len maken van Apollo-achtige appara tuur." Dat betekent niet dat de Nasa-technici musea gaan plunderen op zoek naar resten van het Apollo-programma. Het zou gaan om een soortgelijke, kleine capsule die van onder tot boven volzit met eenentwintigste-eeuwse elektroni ca. Computers stonden in de tijd van het Apollo-programma nog in de kinde rschoenen Als de deskundigen het bij het rechte eind hebben, betekent dat een nieuwe fase in de Amerikaanse bemande ruim tevaan: weg van de 'gestroomlijnde', herbruikbare ruimte-vliegtuigen' als de space shuttles en terug naar simpele capsules die aan een parachute terug keren naar de aarde. De Russen zijn nooit van dat beproefde concept afge stapt en hebben nooit de problemen gekend waar Nasa mee te kampen heeft gehad toen twee van haar ruimte veren verongelukten. Los daarvan plaatsen de door Bush aan gekondigde plannen de Nasa-ontwer- pers voor ingewikkelde vraagstukken. Zo is het hervatten van de bemande maanreizen een peulenschil vergeleken bij de taak om een basis op de maan te bouwen, zoals de president graag wil Het is nog volstrekt onduidelijk hoe een uitgebreid gebouwencomplex in het luchtloze maanmilieu geconstru eerd zou moeten worden. Bovendien zou het een hele uitdaging zijn om zo'n basis van energie te voor zien gedurende de twee weken duren de maannacht. In de ruimtevaart wordt voor energie-opwekking meestal ge bruik gemaakt van zonnepanelen, maar die werken om voor de hand lig gende redenen 's nachts niet. De eveneens door Bush voorziene mis sie naar Mars zou nog grotere moeilijk heden met zich meebrengen. Zo zou een ruimtevaartuig dat mensen naar de rode planeet brengt, volmaakt be trouwbaar moeten zijn. De afstand tus sen Mars en de aarde is zo groot dat reddingsmissies in het geval dat het fout zou gaan. volstrekt uitgesloten zouden zijn.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2004 | | pagina 23