Genoeg van het vaderland
Te veel konijnen
in hetzelfde hok
In Australië zijn
varkens gezond
Over een paar jaar
spreken we Noors
Doek valt voor opvang asielzoekers
Emigratie
IMMIGRATIE EN EMIGRATIE NEDERLAND 1991-2002
woensdag 31 december 2003 05
Jaarlijks pakken enkele tienduizenden Nederlanders have en goed
om elders een nieuw bestaan op te bouwen. De drijfveren voor de
volksverhuizing lopen uiteen. Nederland wordt te vol, vindt de één. De
ander ontvlucht ruwe omgangsvormen, criminaliteit en regeldrift of
ziet elders betere kansen.
In tegenstelling tot vijftig jaar geleden missen de huidige landverhui
zers de noodzaak om te vertrekken. De meesten hebben in Nederland
hun zaakjes goed voor elkaar en willen wat avontuur.
Tot en met oktober van afgelopen jaar vertrokken 87.000 mensen uit
Nederland en vestigden zich 90.000 nieuwkomers. Mogelijk ontstaat er
dit jaar zelfs voor het eerst in tientallen jaren een vertrekoverschot.
Er is tegenwoordig flink wat belangstelling voor de Scandinavische
landen. Die zoeken actief naar nieuwkomers om het platteland leef
baar te houden. Noorwegen belichaamt voor veel mensen een ideaal.
Op niet meer dan twee uur vliegen verloopt het leven minder gehaast,
bestaan geen files en zijn mensen nog beleefd tegen elkaar. En er zijn
geen problemen met allochtonen.
De klassieke immigratielanden Canada, Australië en Nieuw-Zeeland
trekken ook nog volop. Zij lokken boeren die de regels in Nederland te
knellend vinden of kampen met ruimtegebrek. Ook de VS zijn nog altijd
populair. Het grootste aantal mensen verhuist naar Duitsland, maar de
meesten van hen zijn geen echte emigranten. Zij vestigen zich net over
de grens omdat huizen daar goedkoper zijn. Ze blijven in Nederland
werken en laten hun kinderen hier school gaan.
Annette en Ruud Slooter foto Cees Zorn/GPD
Annette en Ruud Slooter uit Maas
sluis hebben het gehad met Ne
derland. Het is hen te vol, te druk en
het leven is te jachtig. „Stop te veel
konijnen in een hok en ze maken el
kaar af. Wij zijn bang om oud te wor
den in deze maatschappij."
De beslissing om te emigreren naar
Noorwegen viel een half jaar geleden,
niet lang nadat beiden stukgelopen
waren op hun werk. Annette, order
manager bij een drukkerij, was net
haar burnout te boven. Ruud, van
elektricien opgeklommen tot beheer
der van een computernetwerk, was
juist weer overeind gekrabbeld nadat
hij op een kwade dag instortte en door
collega's werd thuisgebracht.
Annette (33) wilde altijd al naar het
buitenland en toen Ruud (39) in de
krant stuitte op een verhaal over kan
sen in Noorwegen waren ze het ra
zendsnel eens. „Het roer moest om, we
waren aan verandering toe!
Het met zoveel zorg ingerichte nieuw
bouwhuis waar ze net twee jaar wo
nen is al verkocht, en beiden zijn sinds
enkele weken hun baan kwijt: ontsla
gen wegens reorganisatie. „Bizar",
noemt Slooter deze samenloop van
omstandigheden. Hij heeft het huis op
orde gebracht en roept boxer Bowie
tot de orde. Annette Slooter is net te
rug van haar werk, waar ze haar op
volgster inwerkt voor ze definitief af
scheid neemt.
Het stel, dat in Schiedam werkte,
vluchtte eerder voor de files door
Spijkenisse aan het zuiden van de
Nieuwe Waterweg te verruilen voor
Maassluis. Maar dat bood geen soe
laas. „Het gevoel bleef hetzelfde,
overal waar je kijkt zie je mensen,
overal zijn regeltjes", schetst Ruud de
bezwaren. Vergeefs trachtten ze de fa
milie te overtuigen van de noodzaak
van deze stapMensen zeggen dat wij
lef hebben om te gaan, maar wij vin
den zo langzamerhand dat je lef nodig
hebt om te blijven."
De bezwaren gaan verder dan drukte,
werkstress en het streven naar een nog
grotere auto. Het duo heeft ook de
buik vol van agressie en verloedering.
Annette: „Laatst nog: kinderen die op
Sint Maarten met hun lampionnetjes
de straat op gaan en door de politie
worden begeleid om niet te worden
overvallen! Wat is dat nou? Waar gaat
dat over?" Ruud valt haar bij: „Ieder
een, ook buitenlanders, kan met
elkaar leven, als je je maar aan de re
geltjes houdt."
Tegelijkertijd vliegt het hen naar de
keel dat zelfs in het bos geen vrijheid
meer heerst. „Je moet de hond aan de
lijn houden en op de paadjes blijven."
In het dunbevolkte Noorwegen zal dat
allemaal anders zijn. Banen hebben ze
nog niet. Maar het boerderijtje is ge
huurd en er komen schapen. „Hier
wilden we geen kinderen, maar ik ben
zelfs al gestopt met de pil."
Varkenshouder Willy Verdonschot
uit Someren Heide ziet in Neder
land geen toekomst meer. Hij maakt
gebruik van de opkoopregeling voor
varkensboeren, heeft eigenhandig een
begin gemaakt met het afbreken van
zijn stallen en wil in Australië op
nieuw beginnen, want varkens hou
den is zij n stielZe hebben in Austra
lië de gezondste varkensstapel van de
wereld. Het ligt geïsoleerd en ze zor
gen er daar wel voor dat ze geen ziek
ten krijgen. Dat is hun sterke punt."
„Ik heb in '97 drie keer tussen de 1100
en 1300 meter gezeten van bedrijven
waar varkenspest heei'ste, maar ze
hebben me nooit geruimd. Ik was er
van overtuigd dat het mij niet zou
overkomen. Je moet wat geloven."
Toch ontkwam Verdonschot niet aan
de ellende die de ziekte over het Bra
bantse platteland bracht. „Ik mocht
geen biggen vervoeren. Mijn vleesbe
drijf verderop stond leeg en hier puil
den de beesten de hokken uit. Nor
maal was ik allang bekeurd."
Verdonschot heeft geen last van druk
te of jachtigheid. Hij woont in het
buitengebied aan een laan waar de
varkenslucht tussen de bomen blijft
hangen. Hij was er niet de enige var
kenshouder. Om het risico te spreiden
schakelde een enkeling deels over op
paling, maar Verdonschot wil dat niet
Hij kent zijn kracht: „Je moet aan een
varken dat ligt kunnen zien of het ziek
is. Dat leer je niet uit een boek."
„Met een bedrijf van 125 zeugen en
750 vleesvarkens heb je geen toe
komst, dat is te klein", zegt hijEerst
overwoog hij zijn varkenshouderij om
te zetten in een biologisch bedrijf. Al
snel bleek dit geen oplossing.
Drie maanden keek de boer in Austra
lië rond. „Daar is het stukken beter. Er
zijn hier duizend regels, maar door al
le uitzonderingen weet je nooit waar
je aan toe bent. Daar hebben ze hon
derd regels: iets mag of niet, en daar
houd ik van. Bovendien kun je er
goedkoper werken." Het moet hem
wel van het hart dat dé Australische
collega's de dingen 'net niet goed'
doen. „Ze zijn minder efficiënt en
hebben niet zo veel kennis van zaken.
De boer in Queensland bij wie ik geze
ten heb, heeft dan ook graag dat ik bij
hem terugkom."
Maar Verdonschot wil niet voor een
ander werken. Hij wil een bedrijf
overnemen. „Ik ga alleen. Dat heeft
als voordeel dat een ander niet be
paalt dat je teruggaat." Hij verheugt
zich er al op in zijn vrije tijd een bal
letje te slaan. „Ze hebben daar overal
golfbanen, joh!"
doe je nu alleen." De horecaman in
hart en nieren begrijpt dat je gasten
niet in de steek laat „maar werkgevers
doen wel alsof dat normaal is."
In het verkeer is ook geen respect
meer. Joyce: „Laatst stak ik met de
kinderen die drukke weg daar over.
De eerste auto stopte voor het zebra
pad, de tweede reed door. Ik kan zoiets
voorzien, maar een kind staat dan al
op straat."
Bert pendelt dagelijks naar zijn werk
in een conferentiecentrum in Amster
dam. Hij zag de files groeien en daar
mee de agressie. „Er wordt gesneden
en gejaagd. In Noorwegen is dat totaal
anders. We reden een keer drie uur en
zijn zes andere auto's tegengekomen.
Heb je pech dan kun je erop rekenen
dat een ander jp helpt."
Haast, werkdruk, stress en respect
loosheid zijn volgens Joyce en Bert het
gevolg van verharding in de samenle
ving. Tegelijkertijd ergeren zij zich
aan mensen die hun werk verslonzen
en aan collega's die uitstekend Neder
lands, maar onder elkaar Arabisch
spreken. „Ik weet niet wat ze dan zeg
gen en of het over mij gaat." Met die
ervaring in het achterhoofd zijn ze ze
ker dat ze over een jaar of wat Noors
spreken. Zelfs als ze vrienden van de
kinderen over de vloer hebben."
Om de drukte achter zich te laten trok
het stel eerder al van Nieuw-Vennep
naar Zwaag. Maar de bebouwing rukt
op en op de zolder waar het paar
slaapt, stokt het geraas van de snel
weg zelfs 's nachts niet. „Je ziet altijd
mensen, je hoort altijd verkeer!
Theo Haerkens
Joyce (35) Jongejeugd uit het
Noordhollandse Zwaag vindt in
breken allerminst normaal. Zij en
haar man Bert (37) zijn de verloede
ring zat en wij ken uit naar Noorwegen
om hun vier kinderen een beter leven
te bieden. „Mijn kinderen vinden het
al normaal dat er op school wordt in
gebroken. Na de derde keer in één
week dacht ik: wat is dit voor raars?"
Het was niet ongewoon dat junks met
nieuwe fietsen op de schouder langs
de tuin paradeerden. „Wat kun je ver
wachten als op een steenworp afstand
drie dealers wonen?" De criminaliteit
ging niet aan de familie voorbijKi at-
jes verdwenen uit de tuin en een ruit
ging aan diggelen. „Een sukkel die
dacht een ruit van thermopeen in te
kunnen slaan."
De maat was vol toen de 9-jarige
dochter Nicky door een oplettende
dame werd ontzet. Een jongen en een
meisje van een jaar of twaalf hadden
haar fiets ingesloten en eisten het geld
dat Nicky ophaalde voor Warchild.
„Wij hebben de mogelijkheid om onze
kinderen in Noorwegen een leuke toe
komst te bieden en die grijpen we",
legt Joyce uit, terwijl chef-kok Bert
zijn tanden zet in de pasta met toma
tensaus die zij heeft klaargemaakt.
„We gaan echt leven in de natuur",
mengt Nicky zich in het gesprek. De
andere kinderen - 8, 6 en 5 jaar - ma
ken zich op om naar bed te gaan.
De familie stoort zich aan de jachtig
heid en werkdruk in Nederland. „Als
er bij ons acht man ziek zij n, draait het
bedrijf met enkele uitzendkrachten
op volle sterkte door", illustreert Bert.
„Wat je vroeger met zijn tweeën deed,
Joyce en Bert Jongejeugd en hun kinderen
foto Roland de Bruin/GPD
Varkenshouder Willy Verdonschot
foto Harmen de Jong/GPD
foto Peter Nicolai
krijgt met de mededeling dat hij in Neder
land mag blijven. Dat zo'n brief hem ook
wel op een ander adres bereikt, gaat er bij
hem niet in. De politie moet er uiteindelijk
aan te pas komen om de man te verwijderen.
Hij wordt overgebracht naar het centrum
Hedenesse in Cadzand. Maar ook daar kan
hij niet lang blijven. Dit centrum sluit im
mers half oktober de deuren. Een paar
maanden daarvoor houden medewerkers en
bewoners een feestje om afscheid te nemen
van de inwoners van Cadzand. Nee, niet in
de laatste dagen, want dan is de situatie
voor veel bewoners al emotioneel genoeg.
De folkformatie The Old Firm zorgt op een
zonnige avond voor opzwepende tonen,
maar het zijn alleen de asielzoekerskinde
ren die met de voetjes van de vloer gaan.
Slechts een enkele inwoner komt een handje
schudden. De bewoners zwermen uit over
heel Nederland. Een aantal komt tijdelijk in
het laatste Zeeuws-Vlaamse centrum in
Zuiddorpe terecht. Dat onderkomen is in
april 2004 passé.
Het einde van Hedenesse betekent ook het
einde van het op het terrein gelegen school
tje De Horizon. Kinderen uit Ethiopië, Joe
goslavië, Armenië... onder de bezielende
leiding van de leerkrachten is de herkomst
van ongeveer vijftig leerlingen voor de on
derlinge verhoudingen van ondergeschikt
belang. Nederlands is de voertaal, in en bui
ten de school. Daarnaast krijgt ieder kind
vanwege zijn of haar verleden specifieke
aandacht van de docenten.
Op de laatste schooldag, vrijdag 10 oktober,
telt het schooltje nog maar enkele leerlingen
en dus is het niet zinvol meer om nog les te
geven. Opruimen en afscheid nemen rest,
wat tot aangrijpende taferelen leidt. De
boomlange meester J an van Loon schuift de
ramen van zijn klaslokaal open, richt twee
flinke speakers naar het terrein en drukt op
'play'. Rocker Alice Cooper schreeuwt
School's out forever, de juffrouwen huilen.
Van Loons blik staat op oneindig.
Inmiddels is voor het gebouw een nieuwe
bestemming gevonden. Het zal naast het
Zwincollege in Oostburg dienst doen als
buitenschoolse tieneropvang en examen
ruimte.
Raymond de Frel
Het nieuws komt voor wethouder Leen
Wille van de gemeente Sluis in februari
als een donderslag bij heldere hemel. De ene
dag bespeurt hij in een onderhoud met
omwonenden en mensen van Vluchtelin
genwerk en het Centraal Orgaan opvang
Asielzoekers (COA) de verwachting dat
asielzoekerscentrum Hedenesse in Cad
zand niet zal sluiten, de andere dag ploft er
een brief van het COA op zijn bureau. Mede
deling: einde verhaal voor de centra in
Sluiskil en Cadzand.
De nieuwe Vreemdelingenwet zorgt sinds
2001 voor een groot overschot aan opvang
voorzieningen en dus moet de opvangcapa
citeit aanzienlijk worden teruggebracht.
Voor de opvang in Hotel Sluiskil valt het
doek op 1 augustus. Het vertrek van de be
woners levert, los gezien van persoonlijke
emoties, niet al teveel problemen op. Eén
bewoner, een 28-jarige man uit het Afri
kaanse Guinee, heeft echter andere ideeën
over de sluiting van het centrum. Hij wei
gert te vertrekken, omdat hij er rotsvast van
overtuigd is dat hij in Sluiskil een brief